N°. 42.
133e Jaargang.
1890.
Woensdag
19 Februari.
Deze courant verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco 2.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 cent.
Advertentiën20 cent per regel. Bij abonnement lager.
Geboorte-, Trouw-, Dood-, en andere familieberichten benevens alle
dankbetuigingenvan 17 regels f 1.50
iedere regel meer ƒ0.20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Middelburg 18 Februari.
LETTEREN EN KUNST.
KERKNIEUWS.
UIT STAD EN PROVINCIE.
RECHTSZAKEN.
HiDiHiiniit.sdir mmm.
Thermometer.
Middelburg 18 Febr. vm. 8 u 33 gr.
m. 12 u 43 gr. av. 4 u. 45 gr. F
Verwacht Z. O. wind.
Agenten te Vlissingen: P. G. de Vet Mestdauh Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen: F. v. d. Peul, te Zierikzee: A. 0. de Mooij te TholenW. A. va*
Nebuwenhuuzen en te TerneuzenM. de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aan, evenals de
advertentie-bureau's van Nijgh Van Ditmas te Rotterdam, de Gebe. Bel int ante, te 's Gravenhage, en A. de la Mar Azn, te Amsterdam.
Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parjja en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daubb Cie., John F. Jones, opvolger.
Advertentiën
moeten des namiddags te een uur
aan het bureau bezorgd zjjn, wille»
z jj des avonds nog worden opgenomen
In de Tijd behandelde dezer dagen de heer
P. J. Raammakers, onder-directeur van de rijks
telegraaf te Amsterdam, nog eens de pensioen-
wetsontwerpen en hp bepleit daarin onveran
derde aanneming van die ontwerpen, zooals zjj
nu zijn gewijzigd. Ofschoon hij geen opdracht
kreeg om namens de ambtenaren te spreken,
durft de heer R. toch wel op de vraagof de
belanghebbenden wel vrede zullen nemen met
eene regeling, die zoo weinig voordeelen aan
biedt, het volgend antwoord geven
Zeer zeker. De ambtenaren namen vrede
met de oorspronkelijke voorstellen en nemen
vrede met de gewijzigde. Voorheen noch thans
is het tegendeel gebleken. Wjj ambtenaren heb
ben alleen voorloopig dezen weDsch, dat regee
ring en volksvertegenwoordiging zoo spoedig
mogelijk eene wet in het leven roepen, die een
eind aan den tegenwoorligen toestand maakt.
»De ambtenaren vragen de belangstelling van
de pers in deze zaak, haar machtigen invloed
tot vervulling van dien wensch, maar slechts
in dezen zin, om door die belangstelling en
dien invloed het tot stand komen der wet te
bespoedigen. Alle overdreven bezorgdheid over
ons lot en dat onzer vrouwen en kinderen laat
hen momenteljjk koud. Wie op 'toogenblib
meer voor de ambtenaren vraagt dan de regee
ring wil geven, is hun vijand. De ambtenaren
vragen alleen de wetdat de wet gebreken
zal hebben, weten zij dat de eerste ont
werpen voordeeliger voor hen zouden zijn ge
worden, daarvan zijn zjj overtuigd. Dit belet
echter niet dat zjj allen zonder onderscheid de
gewijzigde ontwerpen met vreugde zullen zien
aannemen, geamendeerd of ongeamendeerd."
Ten aanzien van het onlangs in de Vragen
des Tijds voorgekomen betoog van prol, van
Pesch, dat zonder groote financieele opofferin
gen van den staat de tegenwoordige weduwen
en weezen in de pensioenregeling kunnen op
genomen worden, merkt de schrijver op, dat de
hoop van prof. v. P., dat de minister van zijne
nadere berekeningen bjj het overleg met de
commissie van rapporteurs een voor de »oude
weduwen" gunstig gebruik zou maken, niet
verwezenlijkt schijnt. Het eindverslag der com-
imissie vau rapporteurs deelt mede, dat de
minister zijn eens ingenomen standpunt in dat
opzicht blijft handhaven. Het was dan ook
voor de regeering uiterst moeilijk, in deze
kwestie van cijfers een ander dan een hoogst
voorzichtig standpunt in te nemen. Maar het
ligt evenzeer voor de hand, dat de leden
der Tweede kamer zich ook wel tweemaal
zullen bedenken, om een eventueel voor
stel tot wijziging der wetsontwerpen te steu
nen, eenvoudig naar aanleiding der nieuwe
berekeningen van den heer v. Pesch. De mee-
waardigheid doet wel eens daden verrichten,
waarbij alleen het hart aan het wooi dis, maar
in deze zaak, waarbij de mogelijkheid bestaat
tot uitstel, langdurig uitstel misschien, der
broodnoodige regeling, is de verantwoordelijkheid
voor de kamerleden te groot, om te veronder
stellen dat dezen zich door meewaardigheid
alleen zullen laten verleiden, om het broze
scheepje, dat de hoop en de verwachtingen
van 13.000 ambtenaren en hun gezinnen ot
van 50.000 staatsburgers aan boord heeft, te
laten stranden óp de klippen van een amen
dement.
De belangen van de »oude weduwen" gaan
den schr. wel degelijk ter harte, maar nog meer
in dit geval die van de duizenden ambtenaars
vrouwen, die nog geen weduwen zijn. Hij
gunt de »oude weduwen" gaarne pensioen, als
hjj maar weet dat de wet aangenomen wordt.
De wet, waardoor om de twee dageD eene
weduwe onverzorgd achter blijft, moet veran
derd. Dat vragen de ambtenaren eerbiedig,
ernstig, met aandrang, in 't belang van zich-
zelven niet alleen, maar in 't belang van het
vaderland tevens.
Uit Paramaribo wordt aan de N. R. Ct. ge
schreven, dat, na de petitie aan den koning
van een groot getal kiezers (geen ambtenaren)
hierop neerkomende, dat Z. M. zou willen ken
nisnemen van de verkorting der rechten van
de Surinaamsche bevolking door den heerLoh-
man, thans een verzoekschrift aan den koning
gezonden wordt, waarin geprotesteerd wordt
tegen het eerste op grond dat de »lagere
bevolking" integendeel zeer ingenomen is met
het beleid van den gouverneur. Op die lijst
staan 400 a 500 handteekeningen van ne
gers en Chineezen, die, indien ze al hunne na
men kunnen teekenen, wat van allen niet aan
te nemen is, zeker voor het grootste deel niet
lezen kunnen.
Een der personen, die met een exemplaar van
het verzoekschrilt rondgaan, is een beambte
van politie, die onder den gouverneur Yan
Heerdt of Van Sjjpestejjn uit 's lands dienst
ontslagen is en wien door den tegenwoordigen
gouverneur, op welken grond weet nog niemand,
pensioen is verleend. De andere lijsten worden
mede in groot geheim rondgebracht, naar men
zegt, door bedienden van de Moravische broeders.
Welke waarde aan zulk een request om een
gouverneur te mogen behouden moet worden
toegekend, zal ieder practisch man begrijpen.
Onder het eerste request aan den koning
komen de namen voor van verscheidene personen,
die niet alleen aanhangers zijn van mr Lohman's
politieke richting in Nederland, maar ook tot
voor eenige maanden zeer ingenomen waren
met den gouverneur, doch nu inzien dat het
belang der kolonie niet mag worden opgeofferd
aan dat van een persoon, al zij hij een geest
verwant, wanneer deze den wettigen weg
verlaat.
Wat in deze zaak noodlottig is, is niet dat
uit de minder beschaafden, of liever uit hen
die niet lezen en schr jj ven kunnen, stemmen
opgaan om tegen de andere uiting te reagea-
ren (dat dit niet achterwege zou blijven was
te voorzien.) Doch wat een gevaarlijk antece
dent is, is dat de gouverneur zelf er op uit is,
negers, die steeds het beschaafdere gedeelte
der bevolking als hunne meerderen in ont
wikkeling hebben beschouwd en zich van in
menging in dergelijke zaken onthouden, in
het strijdperk te brengen tegen het andere
deel der bevolking, en hen doet gelooven dat
hunne belangen met die der blanke bevolking
in strijd zijnwat afkeuring verdient is dat
mr Lohman de Moravische broeders, die zich
vroeger steeds bij hunne zending hielden, zij
het ook na lange aarzeling, er eindelijk toe
gekregen heeft zich in de politiek te begeven
en voor hem propaganda te makenevenzeer
als het eene onwaardige poging is geweest,
om eenige Roomsche handteekeningen te winnen,
het te doen voorkomen alsof de burgerij tegen
mr Lohman's bestuur te velde trekt, omdat
hij een gedeelte van het terrein der kolonie
aan de R. K. geestelijkheid heeft afgestaan
voor een kerk.
Wij merken even op dat het dus ook hierbij
evenals in Oost-Indië het hoofddoel is
de kerkelijke belangen op den voorgrond te
stellen.
Bij kon. besluit
is aan den burgemeester van 's Heer Abts-
kerke, Z. D. van der Bilt la Motthe, toestemming
verleend om te Goes te blijven wonen
is benoemd tot raadsheer in het gerechtshof
te Amsterdam mr E. Star Busmann, thans of
ficier van justitie bij de arrondissements-recht-
bank te Leeuwarden
zjjn benoemd tot inspecteur, bedoeld bij art.
12 der wet van 5 Mei 1889 Staatsblad no 48)
(fabrieks-inspecteurs)H. W. E. Struve, thans
ingenieur le klasse van het stoomwezen te
Amsterdam dr H. F. Kuyper, thans Leraar in
de scheikunde aan de rjjks hoogere burgerschool
te Zwolle; en A. D. P. V. van Löben Seis,
laatstelijk ingenieur van het waterschap de
Berkel, te Zi.tfen;
is benoemd tot notaris binnen het arron
dissement Zutfen, ter standplaats Vaassen, ge
meente Epe, R. A. van der Poll, candidaat-
notaris te Apeldoorn
is aan den gepensionneerden kapt. t/zee,
H. D. Guyot toegekend de titulaire rang van
schout bij nacht
en is aan den hoofding. le kl. van 's rjjks
waterstaat J. A. A. Waldorp, thans met on
bepaald verlof, op zijn verzoek, eervol ontslag
uit zjjne betrekking verleend, behoudens aan
spraak op pensioen.
Verder zjjn benoemd bij het wapen der inf.,
bij het le reg., tot kapt. de le-luits. J. H. A-
L. von Frjjtag Drabbe, en G. F. A. Carstens,
beiden van het korps, laatstgenoemde bat.-adj.;
bij het 3e reg. tot le-luit. de 2e-luit. W. J.
van der Stuyt, van het korps bjj het 6e reg.
tot kapt. de le-luit. A. C. Verbeek, van het
7e reg., gedet. bjj het kol. werfdepotbjj het
instr. bat. tot le-luit. de 2e-luit. J. G. Seelig,
van het korps.
Ten slotte zjjn nog, op verzoek eervol, uit
's lands dienst ontslagen de heer J. W. H. Cordes,
laatsteijjk inspecteur van het boschwezen in
Nederlandsch-lndië, en mejuffrouw E. C. J. C.
Graadt van Roggen, laatsteijjk onderwijzeres
der 2e klasse bjj het openbaar lager onderwjjs
voor Europeanen en met dezen geljjkgcstelden
in Nederlandsch-lndië, beiden thans met verlof
hier te lande.
De Standaard heeft weer een aantal moties
afgedrukt, allen ten gunste van minister Keu-
chenius. Er zjjn er nu 108. Al die stukken
hebben zjjn ministerieel leven niet kunnen
redden. Wjj verwjjzen naar de Laatste berichten.
Wij ontvingen een eerste nommer van
een eigenaardig satyriek en humoristisch blad,
getiteld Brandnetels, en bestemd voor notariaat
en registratie.
Wjj bepalen ons tot deze aankondiging.
In hoever het voldoet aan eene behoefte in
de wereld, waarvoor het hoofdzakelijk is bestemd,
weten wjj niet, en over het satyrieke en humo
ristische van den nieuweling valt na een eerste
nommer moeiljjk een oordeel uit te spreken.
Burgemeester en wethouders in Den Haag
handhaven hun advies tot afwjjzing van het
verzoek om een monumentale drinkbron ter
herinnering aan mr. C. Vosmaer in de Sche-
veningsche boschjesop te richten, van gemeente
wege te onderhouden en van water te voorzien.
Gisteren is te Parijs verschenen de vóór
eenigen tjjd aangekondigde brochure van kolo
nel Stoffel: De la Possibility d'une future alliance
franco-allemande.
Door den heer R. O. C. Aitton, pred. te
Baarland is emeritaat aangevraagd.
In de r.-kath. kerken is, in ve rband met
de vastewet, bekend gemaakt, dat, met het oog
op de heerschende ziekte, dit jaar de r.-katho-
lieken zjjn ontslagen van de verplichting tot
naleving der vaste- en ontpoudingswetteDge
durende al den tjjd, dat dit door de geestelijke
overheid in het belang der openbare gezondheid
zal worden noodig geacht.
Heden herdenkt de heer J. W. de Raad,
griffier ter gemeente-secretarie alhierzijn
40j irige loopbaan als ambtenaar der gemeente.
Den 18en Februari 1850 werd de heer De
Raad aangesteld als honorair geëmploieerde,
uit welke betrekking hjj 8 December 1854
eervol ontslagen werd, tengevolge zijner be
noeming tot boekhouder-kassier bij de Leenbank.
Den 3en December 1856 werd de titularis
door opheffing dier betrekking eervol ontslagen
om reeds 12 dagen later, 15 December van
hetzelfde jaar, benoemd te worden tot hoofd
commies ter secretarie.
Bij besluit van burg. en weth. van 19 Febr.
1875 werd den heer De Raad de personeele
titel van griffier verleend.
Den jubilaris vielen heden vele gelukwen-
schen met dezen dag ten deel, o. a. een per
telegraaf van den oud-secretaris van Middelburg,
den heer mr G. N. de Stoppelaar, die zich op
dit oogenblik te Nizza bevindt. Heden middag
werd den jubilaris verzocht te verschijnen in
de vergadering van burg. en weth., waar hem
bjj monde van den burgemeester, in harteljjke
bewoordingen, geluk gewenscht werd met zjjn
jubilé, dank gezegd voor hetgeen hjj in dit
veertigjarig tjjdvak voor de gemeente heeft
verricht, en de hoop geuit dat hjj nog vele
jaren in zjjne betrekking moge werkzaam
bljjven.
Heden voormiddag verdronk te Waarde,
bjj het waterhalen uit eene put, eene onge
huwde vrouw van ruim 54 jaar. Toen zij op
den kant gehaald was, gaf ze nog bljjk van
leven, doch na verloop van een kwartier was
ze dood.
De afdeeling Noord-Beveland der Maat
schappij tot bevordering van landbou c en veeteelt
hield Maandag in »de Stadswjjnkelder" te Gort-
gene hare eerste vergadering in dit jaar. De
heer G. J. v. d. Linde, president der afdeeling,
opende roet eene kernachtige re te waarin
hjj den landbouw in zjjn geheel schetste de
vergadering. Na lezing dér notulen werd reke
ning gedaan over 1889, die met een batig saldo
van 65.76 sloot, en daarop vastgesteld de
begrooting voor 1890.
Vervolgens werd verslag uitgebracht over de
aangekochte superphosphaat. Dat het aantal
KG. telken jare met eenige duizenden toeneemt
mag als een zeer verbljjdend verschjjnsel be
schouwd worden. Verder werd behandeld en
aangenomen een voorstel van den heer Du
Claux, landbouwer te Wisseberke, om eenmaal
per jaar op een nader te bepalen vergadering
een voor den landbouwer belangrijk werktuig
te verloten onder de aanwezigen om zoodoende
de opkomst der leden te bevorderen.
Aan dit voorstel werd nog toegevoegd een
voorstel van den heer Van Langeraad, land
bouwer te Coljjnsplaat, om ieder deelnemer aan
die verloting 0.25 te laten betalen. Voor
dit doel zal aangekocht worden eene ecrèmeuse.
Men schrjj't ons uit Vzendjjke:
De putkwestie tusschen raadslieden en dage-
ljjksch bestuur zal nog wel een poesje voort
duren. Het voorstel om tot minneljjke schik
king te geraken, in de raadszitting der vorige
week ter tafel gekomen, is meermalen f e berde
gebracht. Om te kunnen schikken moeten
evenwel beide partjjen daartoe genegen zjjn,
en wjj betwjjfelen of dit wel het geval is.
De raadsleden, wien het meer te doen is om
het recht van het spel dan om de knikkers,
drjjven geen halsstarrig spel, stellen zeer matige
eischen en zullen niet dan in den uitersten
nood tot eene procedure overgaan, waartoe de
raad van state toestemming gaf. Dat een
rechtskundig persoon als bemiddelaar gebezigd
moet worden, mag niet zoo bespotteljjk geacht
worden als in een onzer locale blaadjes voor
gesteld is. Wijselijk werd daarin verzwegen
het voorstel der tegenpartij om de tusschen-
komst van den commissaris des konings in te
roepen, waarvoor de raadsleden natuurljjk geen
ooren hebben.
De tegenpartjj wil elke schikking aanvaar
den mits ze luidt overeenkomstig het advies
van Gedeputeerde staten, dat procedure verbood.
Wilde men ernstig tot een einde der jaren han
gende kwestie meewerken, reeds lang had men
tot accoord kunnen overgaan, zonder tusschen-
komst van derden in te roepen.
Men moet toch niet vergetendat onze
raadsleden steeds eene welwillende houding
aannemen tegenover burgemeester en wethou
ders, waar de g> schillen van machtsoverschrjj-
ding buiten spel bljjven.
Alleen de zinkputten en de put van 't mo
lentje deden bezwaren rjjzenoverigens is
van geen geharrewar sprake. Wjj herinneren
er aan, dat een der wethouders als raadslid bjj-
na alle stemmen verwierf en dat zjjn collega
door de raadsleden in 't dageljjksch bestuur her
kozen is tjjdens hun geschil.
De tramplannen van den voorzitter werden
ook financieel in de hand gewerkt en, i. e. w.
aan persoonljjke tegenwerking mag niet ge
dacht worden.
Waar het den raadsleden waarachtig ernst
is om zoo vlug mogeljjk aan den gespannen
toestand een einde te maken, zoo ware het
wenschelijk, dat ook de contrapartjj water in
haar wjjn deed en de verzoenende hand reikte.
In het belang der financiën, ook voor de
gemeente, is licht het motief te vinden.
Deze week zullen de gemeenteraden van
St Jan Steen en Koewacht bjj elkander komen,
ten einde te spreken over een aan te leggen
steenweg tusschen beide dorpenopmetingen
voor dien weg zjjn Zaterdag reeds gedaan.
Arrondissements-Rechtbank te Middelburg.
Een drama te Hulst.
Voor deze rechtbank stond heden terecht J.
W. W., 29 j., barbier, geboren en wonende te
Hulst, thans alhier gedetineerd, ter zake dat
hjj in den avond van 4 Nov. 1889, omstreeks
half twaalf uur, op de openbare straat te Hulst
L. J. van Giesen opzetteljjk zwaar lichameljjk
letsel heeft toegebracht, door hem opzetteljjk
met een mes een steek in den hals toe te
brengen, tengevolge waarvan deze een paar
uur later is overleden.
In deze zaak waren 15 getuigen gedagvaard,
waaronder twee deskundigen.
De rechtbank was samengesteld uit de heeren
mr. J. van der Leek de Clercq, voorzitter, S.
Gratama Wz. en P. J. F. van Voorst Vader,
rechters, jhr. mr. W. H. Snouck Hurgronje,
griffier.
Het openbaar ministerie werd waargenomen
door mr. J. A. van Hoek, terwjjl d> heer mr.
W. A. van Hoek als verdediger voor den be
klaagde optrad.
De beklaagde, een bleeke, tengere, goed ge-
kleede man, antwoordde snikkende op de hem
door den voorzitter gedane vragen omtrent
naam, voornamen enz.
Na voorlezing der akte van verwjjzing werd
lecture gegeven van bet rapport der deskundigen,
die het lijk van den verslagene gerechteljjk
hebben geschouwd.
Den beklaagde werd gevraagd of hjj in den
avond vrn 4 November met den verslagene
geweest is in de herberg van B. Cattoir te Hulst.
Dit erkennende, verklaarde hij, die reeds
zijne kalmte had teruggekregen, dat daar tusr
schen den verslagene en hem ruzie was ontstaan
op straat is het krakeel voortgezet, terwjjl
verder eene vechtpartjj ontstond, waarbjj Van
Giesen bekl. verschillende slagen op het hoofd
toegebracht heeft.
Deze is daarop woedend geworden, heeft zjjn
mes getrokken en daarmede, tegenover Van G.
staande, geslagen of gestoken.
Bekl. werd er door den voorzitter op gewezen
dat, volgens verklaring der deskundigen, de
steek van achter is toegebracht, wat niet met
zjjne mededeeling overeenstemt.
Hjj bleef echter bjj hetgeen hjj gezegd heeft.
In de eerste plaats werd alsnu overgegaan
tot het verhoor van den eersten getuige-des-
kundige, den heer dr J. E. Callenfels, geneesheer
te Hulst.
Deze verklaarde dat de verslagene in den
avond van 4 Nov. bewusteloos bjj hem in huis
gebracht is en, na daar een uur vertoefd te
hebben, weder met de maréchaussée, schjjnbaar
geheel wel, is weggegaan. Getuige heeft de
wond aan de rechterachterzjjde van den hals
dichtgenaaid en geene bloeding waargenomen.
Een paar uren later is getuige bjj den ver
slagene geroepen en heeft gezien dat deze,
tengevolge van hoesten, een massa bloed heeft
verloren. Hjj is door dat bloedverlies overleden.
Getuige was van oordeel dat de verwonding
in den hals niet doodeljjk was, maar de ver
slagene overleden is, doordien tengevolge van
de inademing lucht in de aderen is gekomen.
Naar de verwonding gevraagd, verklaarde de
getuige-deskundige pertinent dat de wond in
den hals van achteren moet toegebracht zjjn.
Door den verdediger werd aan den getuige-
deskundige gevraagd of deze, indien hjj het
mes, waarmede de wond is toegebracht, had
gezien en geweten had hoe ernstig de ver
wonding was, of hjj dan het niet voorzichtiger
zou geoordeeld hebben den overledene, ofschoon
die op dat oogenblik oogenschjjuljjk wel was,
in plaats van hem te laten weggaan, per
brancard of op andere wjjze te doen vervoeren.
Dit gaf de getuige-deskundige toe.
Daarna vroeg de verdediger nog of het ver
moeden van getuige, dat de steek van achteren
zou zjjn toegebracht, aan zekerheid grenst.
Getuige verklaarde dat dit het geval was.
De bekl. vroeg nog of aan den verslagene
wel do noodige zorg gewjjd is. Naar hjj meent
is, toen deze thuis kwam, niet bjj hem gewaakt
en is hem ook geen geesteljjke bjjstand verleend.
Die werd opgehelderd doordat niemand de
wond zoo gevaarlyk achtte als die later bleek
te zyn geweest.
Als tweede getuige-deskundige werd gehoord
de heer J. J. Berdenis van derlekom, arts te
Middelburg.
Deze is 5 November naar Hulst gegaan ter
schouwing van het ljjk van Van Giesen. Ook
hjj schreef het overljjden van dezen toe aan
dezelfde oorzaak als de vorige getuige, nl. het
komen van lucht in de aderen.
Volgens dezen getuige was het waarschjjnljjk
dat de steek van achteren was toegebracht,
doch hjj sloot ook de mogeljjkheid niet uit dat
de stoot zou zjjn toegebracht, terwjjl bekl.
tegenover Van G. stond.
Getuige werd nog gevraagd of hjj als des
kundige in een geval als het onderhavige zou
gehandeld hebben als hier is gedaan. Hjj
antwoordde dat dit natuurljjk geheel afhangt
van den toestand, waarin V. G. verkeerde op
het oogenblik dat deze bjj dr Callenfels kwam.
De ambtenaar van het O. M. vroeg dezen
getuige nog of uit de wond zelve niet met
zekerheid af te leiden is, dat die van achteren
moet zjjn toegebracht.
Daarop kon getuige geen positief antwoord
geven.
De volgende getuige, de wachtmeester der
maréchaussée Van Dunge, verklaarde in den
avond van 4 Nov. den verslagene op straat
tegen gekomen te zjjn kermend en kreunend;
hjj verklaarde door W. gestoken te zjjn. Getuige
beeft hem met een ander maréchaussée naar
dr. Calleniels gebracht en, nadat de wond ver-
oonden was, naar huis begeleid.
's Nachts om half drie heeft getuige van dr.
Callenfels vernomen dat v. G. overleden was
en heeft hjj den beklaagde ten huize van zjjn
vader doen arresteeren.
Getuige verklaarde nog dat, naar hjj meent,
v. G. bloed spoog, terwjjl hij 'snachts en den
volgenden ochtend op korten afstand van de
plaats, waar de worsteling plaats had, bloed
sporen ontdekt heeft.
Ondervraagd hoe v. G. zich gedroeg na bjj
dr Callenfels verbonden te zjjn, verklaarde