Middelburg 15 Februari.
Brieven uit de Hofstad.
FEUILLETON^
Een spookgeschiedenis.
BIJVOEGSEL
Bertha von Suttner.
ONDERWIJS.
RECHTSZAKEN.
UIT STAD EN PROVINCIE.
VAX I>E
VA*
Maandag 17 Februari 1890, n°. 40.
14 Februari 1890.
Wat men ook van de Hagenaars moge zeggen,
zij geven blijk zich bijzonder goed in de om
standigheden te kunnen schikken en zich te
vreden te stellen met hetgeen zij hebben als
zjj niet krjjgen kunnen wat ,zjj wenschen. Ge
legenheid tot uitspanning moeten zjj hebben,
dat is waar, doch die weten zij zelf te scheppen
als zij zich anders niet voordoet. Zelfs voor
het ijsvermaak hebben zij een surrogaatvoor
welk voortbrengsel bestaat trouwens tegen
woordig geen surrogaat Het echte ijsver
maak dan, dat zich dezen zomerschen winter
te vergeefs laat wachten, was hier weer ver
vangen door een skating-rink, althans door
een geïmproviseerde. Yroeger hadden wjj er
een in het nu tot de geschiedenis behoorende
Victoria-hötel, meer bekend als »bij Puls",
maar die was van geheel anderen aard als de
skating-rink, die ik nu op het oog heb. Daar
werd er van gebruik gemaakt door een zekere
klasse van dames, wier tegenwoordigheid alleen
door heeren wordt gezocht, doch die de leden
van haar eigen geslacht, welke niet tot dezelfde
klasse behooren, afstooten. In den beginne was
het daar rollend publiek wel van een beter
gehalte, maar al spoedig maakten de bedoelde
dames zich meester van het monopolie om er
zich te vermaken. Thans echter is de geïm
proviseerde Bkating-rink .hoogst fatsoenlijk";
de bezoekers vormen als het ware een besloten
kring. Weder is Scheveningen de plaats waar
zjj samenkomen, en wel in het Kurhaus, dat
op die wjjze ook des winters veel aanlokkelijks
biedt voor de jongelieden van beiderlei sexe,
die er zich niet onbetuigd laten te genieten
van de schoone gelegenheid tot flirtation. En
om daaraan mede te doen behoeft men niet
zich op rolschaatsen te kunnen bewegenbe
halve dat natuurljjk ook louter toeschouwers
en causeurs er welkom zyn, is er ook een ge
deelte van de ruimte bestemd voor het meer
en meer gebruikelijke lawn-tennis. Dat spel
is tegenwoordig volop en vogue, misschien ook al
minder om het spel zelf dan wel om den vrij
brief, dien het geeft tot ongedwongen omgang
tusschen jonge dames en heeren. Van dwars
kijkers in de gedaanten van moeders of tantes
is daarbjj geen sprakede jeugd geniet er vrij
9n ongehinderd van de genoegens der jeugd.
Zoo wordt de dageljjksche aanraking, die
anders des winters uit den aard der zaak zou
ophouden, voortgezet totdat de zomer weer
komt en het terras van het Kurhaus tot de
verzamelplaats maakt van allen, die houden
van leven en lieven.
Ons zorgzaam gemeentebestuur is reeds erop
bedacht geweest om maatregelen te nemen,
opdat ons muzikaal gevoel niet onaangenaam
worde aangedaan als wij naar Scheveningen
ons opmaken om te gaan genieten van het
orkest van Kogel, en opdat wij toch vooral
.vlekkeloos" daar aankomen. Evenals er zwer
men menschen tegen den avond op het terras
van het Kurhaus neerstrijken, plegen zwermen
kraaien zich in de Scheveningsche bosschen
te komen verlustigen in de heerlijkheid van
een zomeravond; zij kiezen daartoe natuurlijk
de takken der boomen uit, onder welker groene
beschutting wjj naar Scheveningen rjjden of
wandelen. En evenals een verzameling van
menschen, niet in toom gehouden door een
dominé of een half-vergoodden orkest-directeur,
zich in den regel kenmerkt door een gegons
en een gelach, geven ook kraaien blijk van
hunne aanwezigheid boven onze hoofden door
een gefladder en een gekrjjsch. Ongelukkig
genoeg voor de arme vogels houden de meeste
menschen niet bijzonder van die ontboezemingen
van een onzer zangvogel-soorten, en hun woede
3.
Uit het Duitsch.
VAN
»Ik ben waarlijk ook zeer benieuwd", zei
dokter Elke .want uit uw mond zal een
spookgeschiedenis voor mjj dubbel merkwaardig
klinken
»Ja waarlijk, waarljjk, wonderen zjjn het,
die ik thans verhalen zal
Zelfs de luitenant en Gisela staakten hun
gefluister en zetten zich tot luisteren. Hunne
handen bleven echter in elkaar gestrengeld.
De warme stroom, die van hunne vingertoppen
naar hunne harten vloeide, was al zoo wonder
baarlijk dat maakte hen verlangend ook
van andere wonderen te hooren
»Gy moet mjj vergeven als mjjn verhaal
een weinig met horten en stooten gaat ik
was er niet op voorbereid en de ontwaakte
herinneringen doen mjj zóo zeer aan dat ik ze
nauwelijks weet in passende bewoordingen te
kunnen weergeven Hjj streek met de
hand over zjjn voorhoofd, dacht een poos na
en begon
.Toen ik mjjn jonge vrouw begraven
tegen die diertjes stijgt ten top, als de omstan
digheid, dat zjj zich boven onze hoofden bewegen,
in samenwerking met de aantrekkingskracht
der aarde, een gevolg oplevert, dat zichtbaar
wordt op hoed of jas of dames-toilet. Dat
gebeurt nu wel niet zoo vaak, maar toch menig
vuldig genoeg, om het Haagsche gemeente
bestuur te doen meenen dat het daartegen
maatregelen moet nemen. Verbodsbepalingen
die soms tegenover menschen al weinig
baten werken tegenover kraaien natuurljjk
in het geheel niets uit, zoodat een ander middel
is uitgedacht, steunende op de machtspreuk
.wie niet hooren wil moet voelen."
Er is wel een wet, die kraaienlevens beschermt
in het belang van den landbouw, maar wat
beteekent zulk een wet, wat beteekent het
leven van een vlucht kraaien, ja wat beteeke-
nen de belangen van den landbouw in verge
lijking met de eischen van, ofschoon voor hun
genoegen uitgaande, brommerige en licht ge
raakte Hagenaars De wjjze wetgever heeft
dat reeds terstond ingezien en daarom gele
genheid gegeven om de bedoelde wet eenvoudig
buiten werking te stellen. Daarvan heeft het
gemeente-bestuur gebruik gemaakt door den
commissaris des konings te verzoeken aan alle
kraaien het verblijf in de Scheveningsche bos
schen te ontzeggen op straffe van te worden
doodgeschoten. Men ziet, de straf is nog zwaarder
dan die, aan den hertog van Orleans opgelegd
de Franache kroonpretendenten en hunne af
stammelingen zjjn ten minste nog niet vogelvrjj
verklaard voor het geval zjj hun vaderland
betredenoverigens staan de zaken vrjj wel
geljjk een Franschman behoort immers te hui9
in Frankrijk, en een kraai in een bosch, en
toch ontzegt men beiden die natuurlijke ver
bljjfplaats. Een gansch jaar lang mag op de
kraaien in de Scheveningsche bosschen weer
jacht worden gemaakt, en zelfs hunne nesten
mogen verstoord worden. Eén ding is ten
minste te hopen, dat men daarbjj onnoodige
wreedheid zal vermjjden en tjjdig de nesten
zal verstoren, al zal men dit dan ook herhaal
delijk moeten doen om doel te treffen. Meer
malen evenwel werd met den voorgenomen
verdedigingskrjjg gewacht tot er jongen in de
nesten waren, en die werden dan meedogenloos
uit den top van een boom geworpen, zoodat
zjj half dood op den grond ploften en daar
verder lagen te sterven. Zulke tooneelen
spare men toch den voorbijgangers, als men
ze niet reeds verrajjdt uit medelijden met de
oude vogels, voor wier smart men nu eenmaal
geen gevoel schjjnt te hebben.
En nu nog een stukje politiek. Er is wel
weinig nieuws, want het ministerie schjjnt
zorgvuldig te waken, dat van al het verhan
delde in de veelvuldige en langdurige minis
terraden niets bekend worde. Dit neemt echter
niet weg, dat er wel eens iets uitlekt, en dat
althans geruchten loopen over de oplossing der
hangende crisis.
Het groot misbaar, door de Standaard voor
mr Keuchenius gemaakt, en de samensprekin-
gen tusschen dr Kuyper en den heer Lohman
en eenige heeren ministers, schijnen, naar men
zegt, toch eenig voordeel voor de party van
dat blad te hebben opgeleverd. Wel zal ver
moedelijk niet het geheele kabinet aftreden,
althans niet anders dan voor den vorm, d. w. z.
dat de meeste leden weer zullen terugkeeren;
en wel zal de heer Keuchenius worden losge
laten maar waarschijnlijk zal deze worden
vervangen door een titularis van even onver-
valschte soort. Een echte Standaard-man en
Kuyperiaan moet weer in ket kabinet. Nu
beweren sommigen, dat de minister Mackay
zelf zjjn zetel in het torentje zal ruimen voor
den heer Lohman en dat eerstgenoemde dan
öf de portefeuille van koloniën zal aanvaarden,
öf de plaats van mr Lohman in de kamer als
leider der party zal gaan innemen. Het spreekt
van zelf, dat met zekerheid dienaangaande
niets kan voorspeld worden, maar onmogeljjk
schjjnt die oplossing niet ter voorkoming van
een breuk in de anti-revolutionnaire gelederen,
waarop het zeker zou uitloopen als de heer
Keuchenius aftrad en door een niet-Kuype-
riaan -werd vervangen.
Ook al de ontzettende motie's van allerlei
kiesvereenigingen, waarvan de meeste leden
op zjjn best eenige ontwikkeling en kennis
bezitten, laat staan politiek doorzicht, zullen
toch waarsehjjnljjk den Christen-staatsman niet
kunnen redden. Het is vermakeljjk dien hoo-
gen toon te hooren van menschen, die mis
had dat is nu ongeveer dertig jaar geleden
zonderde ik my eenigen tjjd van de wereld
af. Onmogeljjk zou ik het eerste jaar mjjne
ambtsplichten hebben kunnen vervullen, of
onder menschen levenik verliet de stad en
betrok ofschoon het winter was een
klein jagershuisje, dat in het bosch verscholen
lag. Een oude dienstmaagd, een witte poedel,
een levensgroot borstbeeld mjjner afgestorvene,
een door haar nagelaten kanarievogelziedaar
al mjjn gezelschap. Boeken bad ik ook mee
genomen, want ik wilde niet treuren maar
werken. Ook had ik een harmonium meege
bracht hetzelfde waarop ik mijn vrouw
placht te begeleiden als zjj met hare schoone
altstem het Ave Maria zong.
.Want Johanna was zeer vroom geweest
ik nietdat was het eenige wat zjj mij ooit
verweten had. .01 er zal nog wel een tyd
komen", placht zjj te zeggen, dat de genade
u inhaalt dat een teeken uit een andere
wereld u leert, dat uw twjjfel zondig was."
.Maar zulke teekenen zjjn er niet. Er is nog
nooit een boodschap uit de andere wereld
gekomen."
.Zwjjg", zei zy dan en legde haar hand
op mjjn mond. »Gjj doet my zeer. Als ik u
zoo hoor praten, zou ik kunnen wenschen dat
ik dood ware, om u als geest te kunnen
verschjjnen en dat zal ik", voegde zjj er
by. Toen zy na een gelukkige echtverbin
tenis van éen jaar op haar sterfbed lag, zei
schien goed kunnen ploegen en koeien melken,
maar van staatkunde en politiek geen flauw
begrip hebben. Men moet maar durven, om
zoo te spreken als die motie's doen
Een belangrijk en betrouwbaar
consulair bericht.
Enkele dagen geleden kwam mjj de jongst
verschenen aflevering ter hand van de Verza
meling van Consulaire en andere Verslagen en
Berichten, en wel no 7, bevattende de verslagen
betreffende St Petersburg en Guernsey. Het
lezen van den naam Guernsey alleen was genoeg
om mjj met belangstelling voor den inhoud
van het rapport te vervullen. De herinnering
werd weder levendig aan de aangename uren,
in den afgeloopen zomer op dat bekoorlyk
eiland doorgebracht bij gelegenheid van den
heerljjken zeetocht Vlissingen—Havre—Guern
sey—Wight met de Prins Willem van Oranje.
Levendig en scherp kwam mjj weer voor den geest
o. a. dat aardige tafereel, toen tegen den avond
onze boot, schitterend verlicht door zjjn elec-
trische booglampen, half de bevolking van
St Pierre naar den pier lokte, toen de .schoon
heden" der stad het schip met een bezoek
vereerden, en velen der passagiers zich onder
de dichte menigte op den goed verlichten pier
bewogen. Ons schip was dien avond the great
attraction, want, naar men ons mededeelde, de
haven van St Pierre had nooit nog een zoo
mooie passagiersboot geherbergd, en electrisch
verlichte schepen waren een daar nog onbe
kende nieuwigheid. Wij hadden dus, meende
ik, niet onopgemerkt in de haven gelegen.
Verbeeld u, M. de redacteur, nu mjjn smarte
lijke ontgoocheling, toen ik het verslag ter
band nam en reeds op den allereersten regel
moest lezen Navigation Aucun navire Neer
landais n'est entré ici ni sorti du port durant
l'année qui vient de s'écouler." Of dan de
vice-consul Le Masurier niets van de aanwezig
heid van de stoomboot heeft gemerkt BeBt
mogeljjk, want zoo ik mjj niet vergis, was de
vice-consul Le Masurier een stok-oud man, die
zyn huis niet meer verliet. Doch daarom wa9
hjj toch niet onwetend van het bezoek der boot,
want het is mjj bekend dat door de Maatschappij
Zeeland met den vice-consul gecorrespondeerd
is en dat iemand van wege de Maatschappij
hem te zjjnent heeft opgezocht tydens het schip
in de haven van St Pierre lag. Nu acht ik
het niet van zoo bjjzonder groot belang dat
geen melding is gemaakt van onze aanwezig
heid te St Pierre, doch het boudweg vermelden
dat geen enkel Nederlandsch schip in 1889 de
haven heeft aangedaan, schokt toch min of
meer het vertrouwen in de juistheid van het
rapport.
Dat rapport heeft overigens m. i. éen ver
dienste en die is dat het kort is (22 regels,
welgeteld, groot en klein). Beh ilve het bericht
omtrent de .Navigation", vindt men een even
interessante mededeeling omtrent de .Emigra
tion", welke ik eveneenB in haar geheel zal
afschrjjven, omdat ze even curieus als kort is
.Environ une cinquantaine de personnes ont
emigré durant l'année!" Waarheen? Vermoe
delijk naar Nederland of onze Koloniën Onder
de aanduiding .cultures" vindt men o. a. ver
meld, dat er zoovele broeibakken (serres) zjjn,
dat »la totalité de leur longueur couvre une
distance de plus de 35 lieues Anglaises". Men
ziet: het verslag geeft een helder beeld van
den omvang van den ooft- en groententeelt op
Guernsey De vierde rubriek luidt.Etrangers"
en bevat de mededeeling (in 4 regels) dat er veel
vreemdelingen komen zoo om de vacantie als
om den winter door. te brengen.
En daarmede is de inhoud van het rapport
medegedeeld.
De vraag komt mjj gewettigd voorWat
heeft de regeering aan het ontvangen van zulk
een verslag
Toch doet de regeering goed met zoodanig
verslag door den druk te verspreiden, waDt zjj
geeft daardoor gelegenheid aan het publiek
tot critiek, en levert het bewjjs dat onze
consulaire vertegenwoordiging nog niet overal
niets te wenschen overlaat.
13 Febr. '90. Mr. E. F.
zy tot mjj.Weet gij waarom ik opgeroepen
word? Ik moet uwe bode zjjn en
dat wil ik ook."
.Akelig", stamelde mevrouw Van Dalen.
Dokter Elke haalde de schouders op en zei:
„Als er nu een geestverschijning volgt, is die
licht te verklaren. Door die voorspelling op
het sterfbed waart gij geschokt daarbjj de
eenzaamheid en dat stille buitenleven in den
winter in. dit geval zou een hallucinatie
volstrekt niet onnatuurlijk zyn."
»Nu ja", zei de heer Van Klettendorp.
.Hallucinatie, zinsverbijstering dat is eeu
goedkoope verklaring van alle bovennatuurlijke
verschijnselen. Daarmede zjjn de heeren twij
felaars altijd gereed. Eer een geschiedenis
nog verteld is hebben zjj haar al pathologisch
ontkleed."
.Omdat het onze roeping is by aange
voerde bewijsgronden eerst de voor de hand
liggende tegenstellingen in aanmerking te
nemeneerst als deze onderzocht zyn komt de
positieve stelling in aanmerking."
»0, die pedante lieden 1" bromde de
gastvrouw. «Ga voort, professor, uw verhaal
is zoo interessant."
»Ja, ja verhalen" bromde van zjjn kant
de dokter .anecdotes, honderd maal herhaalde,
opgesmukte, verminkte gevallen, die laat men
zich gaarne opdisschenmaar denken, alge-
meene regelen vaststellen, naar een vast stel
sel onderzoenen 't geen toch het eenige
Tot dusver zyn volgens De Standaard van
ongeveer 90 antir. kiesvereenigingen betui
gingen van instemming met de motie voor
Keuchenius uitgegaan.
Naar men meldt heeft mr S. H. Lette van
Oostvoorne, wegens gezondheidsredenen, zyn
ontslag gevraagd als raadsheer in het gerechts
hof te 's Gravenhage.
De minister van marine brengt, krachtens
machtiging des konings, ter kennis van belang
hebbenden, dat in dit jaar bij het koninkljjk
instituut voor de marine te Willemsoord, na
afgelegd vergelijkend examen, kunnen geplaatst
wordena. 30 jongelieden als adelborst voor
den zeedienst, en h. 3 jongelieden als adelborst
voor de mariniers.
Bijzonderheden vinden belanghebbenden in
de Ned. Staats-Ct. van 15 Februari (no. 39.)
Tevens vindt men in dat blad de voorwaarden,
waarop in dit jaar zes jongelieden kunnen ge
plaatst worden als adspirant-administrateur by
de koninkljjke Nederlandsche zeemacht.
De zaak van den Dordrechtschen zoutzieder,
waarop wy reeds herhaaldelijk de aandacht
vestigden schjjnt nu voor goed van de baan.
Immers ingevolge het tweede, in ons vorig
nommer medegedeeld arrest, door den hoogen
raad dsarin den 6en Januari jl. gewezen, is
nu 's mans veroordeeling tot eene boete van
401,863 de centen passeeren wy on
herroepelijk geworden. Wel waarschijnlijk is
het, dat hjj om in den fraaien stijl der
fiscale wetten te bljjven zich nu maar zal
laten .corrigeeren" door de subsidiaire hech
tenis van zes maanden, daar zeer weinige be
lastingschuldigen de kleinigheid van ruim
vier ton gouds zoo maar te hunner beschik
king hebben. Het openbaar ministerie by den
hoogen raad bracht by de laatste behandeling
dezer zaak in herinnering het woord der regee
ring, gesproken ter .rechtvaardiging" van het
.stelsel van behoud", waarop art. 7 der invoe
ringswet gegrond is, nameljjk, dat zjj, .hoewel
geenszins de volmaaktheid van ons fiscaal
repreB8ierecht bewerende, evenwel na ryp be
raad begrepen heeft, dat de invoering van het
strafwetboek niet het geschiktste oogenblik
was om in het fiscaal recht verandering te
maken." Wel mogeljjk, maar wjj zouden toch
met alle bescheidenheid meenen, dat elk
oogenblik geschikt is om dedra-
coniesche strafbepalingen, die de
rechter in deze zaak moest toepas-
Ben, met alle andere van dien aard
aan eene herzieninig te onderwer
pen. De eer van onze wetgeving is daarmede
gemoeid. (Weekbl. v. h. Recht.)
De voordracht voor onderwijzeres te Tholen
bestaat uit de dames: W. Bal te Oosterland,
J. van Boven te Middelburg en H. Kerpensteyn
te Tholen.
Als een teeken des tjjds in de onderwijzers
wereld moge dienen dat te Sloten een
jongmensch in het bezit der hulpakte, na twee
jaren vergeefs gesolliciteerd te hebben, zich
heeft ve;:huurd alsboerenknecht, terwjjl
de waarneming der vacante onderwijzersbetrek
king te Spaarnwoude kosteloos aan een onder
wijzer gedurende een maand is opgedragen.
Een aantal onderwijzers hebben zich aangemeld
voor het examen als commies by 's rjjks be
lastingen.
Arrondissements-Rechtbank te Middelburg.
Poging tot moord.
Het late uur, waarop de verdediger in de
Vrydag voor deze rechtbank behandelde zaak
tegen C. S. aan het woord kwam, maakte het
ons onmogeljjk een overzicht van diens pleidooi
nog in ons vorig nommer op te nemen. Wjj
laten dit dus hier volgen.
De treurige zaak, waarmede de rechtbank
zich bezighield, meende de heer mr M. J. de
Witt Hamer, de verdediger van hekl., een drame
<Tamour te mogen noemen, maar niet een drama
zooals in Frankryk of zuidelyke landen worden
middel is om een juist inzicht te krjjgen
daar wil men niet van weten. Vertel maar
verder, professor Wolff."
.Gaarne ik moet u echter éen ding
verzoeken, vriend Elkehoor mjj geduldig
aan en laat my uitspreken. Indien gjj eiken
opkomenden twjjfel, (en die zal in den loop
van mjjn verhaal niet uit bljjven) wilt uit
spreken en verdedigen, dan komen wjj nooit
aan het einde. En ik beloof u dat gjj mjj
aan het einde dankbaar znlt zyn."
.Denkt gjj dat gjj mjj een nieuwe wereld
beschouwing zult geven Dat betwyfel ik
maar dit zy mjjn laatste protestvan dit
oogenblik af verbind ik mjj u niet meer in
de rede te vallen."
.Ik vervolg dus. Ik dacht niet meer
aan die akelige belofte mjjner arme Johanna.
In mjjne vaste overtuiging dat er geen ver
keer bestond tusschen dit leven en het bo-
venaardsche had ik er niet aan gehecht; zjj
kwam mjj eerst weder in de gedachten, toen
er dingen geschiedden, die geen andere verkla
ring gedoogden dan dat de overledene woord
hield
.Zoo", riep mevrouw Van Dalen, »de
kaarsen zyn opgebrand, zouden wy nu toch
niet liever naar binnen gaan."
.Neen, neen," smeekte de luitenant >wjj
hebben geen licht noodig, de maan schynt,
en spookgeschiedenissen maken in het half
duister altjjd veel meer indruk".
afgespeeld. Hier geen lage hartstochten, hier
geen onzedelijkheid, hier geen buitengewone
voorvallen maar een eenvoudig drama zonder
al dat theatrale.
Spreker schetste in het breede hoe bekl.
sedert geruimen tjjd verkeerde met de eerste
getuige, met wie hjj trouwbelofte gewisseld had;
aan het huweljjk met haar ontbrak alleen
de burgerljjke sanctie. Hjj toonde aan hoe
bekl., toen zjjn meisje hem op eenmaal plotse
ling onverbiddelijk afwees, zjjn leed niet dragen
kon, hoe hjj op den eersten Nieuwjaarsdag dat
leed over het verlies zjjner zoo innige geliefde
door drank trachtte te verzetten en hoe hjj,
door den hem ongewonen drank verhit, den dyk
opging en een laatste poging waagde om het
meisje te bewegen op haar besluit terug te
komen.
Wat gebeurd is, toen bekl. weder een onver
schillig antwoord kreeg, weet hjj niet zeide
de verdediger maar ook wjj weten het niet.
Spreker toonde verder aan, hoe verschillende
schrjjvers en deskundigen hebben geleerd dat
plotseling overvloedig gebruik van sterken drank
bjj iemand, die niet gewoon is alcohol te ge
bruiken, tjjdeljjken waanzin kan veroorzaken
en verlies van herinneringsvermogen.
Er wordt nu uit het gezegde van bekl. bij
zjjne arrestatie: .leeft zjj nog?" afgeleid dat hjj
weet wat er gebeurd is, maar dat staat niet
vast. Bekl. heeft eenige uren na de daad zjjn
herinneringsvermogen terug gekregen en heeft
toen onder den indruk dat er gevaar bestond
voor het leven van zjjn geliefde, als altjjd het
eerst aan haar denkend, gevraagd.leeft zjj
nog?"
Ook de uitroep: »ik zal je vermoorden"
wordt bekl. als eene schulderkenning aangere
kend, en in zjjne woede heeft hy de poging
tot moord zeker ook willen doen maar bjj de
uitvoering ervan is hij willoos, buiten zjjne
bezinning, geweest.
Op grond van een en ander was de verde
diger van meening dat bekl. niet toerekenbaar
is en, zoo er al eene toerekenbaarheid bestaat,
die dan zeer gering is. De heer De Witt Hamer
drong daarom erop aan door deskundigen een
onderzoek te doen instellen naar den toestand
van beklaagde tjjdens hjj de daad gepleegd
moest hebben.
Na re- en dupliek, waarbjj zoowel de amb
tenaar van het O M. als de verdediger hun
eenmaal ingenomen standpunt handhaafden,
sloot de voorzitter het onderzoek en bepaalde
de rechtbank de uitspraak in deze zaak op
heden over 8 dagen.
Een paar puntqg uit het verslag van gisteren
dienen nog verduideljjkt te worden.
Dat, waar in het requisitoir van den ambte
naar van het O. M. van een afwezigen minnaar
gesproken wordt, de afgewezen minnaar
bedoeld was, zal de aandachtige lezer wel be
grepen hebben.
Dat voorbedachten raad in plaats van
rade gedrukt is, moet aan een schrijffout gewe
ten worden, evenals dat in het requisitoir van
het O. M. eenmaal van poging tot moord ge
sproken wordt, terwjjl alleen poging tot dood
slag was ten laste gelegd.
De ambtenaar van het O. M. heeft verder
bjj zyn vordering medegedeeld dat bekl. oor
spronkelijk de voorbedachte rade was ten
laste gelegd doch dat die door hem terugge
nomen is en de bekl. ter zake van poging tot
doodslag naar de terechtzitting is verwezen.
De behandeling der zaak, die eerst te halt
zes was afgeloopen, was oorzaak dat bjj de
correctie van de drukproeven wel eens een
enkel minder juist woord over het hoofd werd
gezien.
Vrijdagavond passeerde te Vlissingen het
Duitsche stoomschip Viola,gez. Dittmer, komen
de van Hamburg bestemd naar Antwerpen, aan
boord hebbende de equipage, bestaande uit 37
man, afkomstig van het Engelsche stoomschip
Penguin, dat op 14 mjjlen afstand van Ame
land is verbrand. De equipage werd op zee
door Dittmer gered en aan boord opgenomen.
De alhier gedetineerde, te Terneuzen
wonende dienstbode C. Z., verdacht van kinder
doodslag, is heden op vrye voeten gesteld.
Voor de vacante betrekkingen van post-
De professor begon weer.
.Op zekeren avond toen ik een paar uur
over mjjne boeken gezeten had werd ik
door een zonderling, zacht geluid uit myne
studies opgeschrikt. Beschryven kan ik het
niet, het was geen kloppen, en geen steunen,
geen dierenstem en ook geen gehuil van
den wind maar het angstverwekkende was
dat het op geen gelnid, dat ik ooit vernomen
had, geleek. Daarom had ik ook geen rust;
ik moeBt weten waardoor die raadselachtige
toonen voortgebracht werden. Het was mjj
niet mogeljjk te bepalen uit welke richting
zjj kwamen, het was alsof zjj door het gansche
vertrek geljjk verdeeld waren wel zacht
maar onafgebroken en overal. Ik stond op
en onderzocht de kamer in alle hoeken. Branco,
de poedel, sliep rustig achter de kachelPieps,
de vogel, zat met het kopje onder de vleugels
op zyn stokje. Op geen enkel plekje was
het geluid dichterbjj of verder af. Blijkbaar
droeg ik het met mjj zeiven rond en om mjj
daarvan te overtuigen, ging ik op de gang
alles stil; in de kamer terug daar was
het weer. Ik schelde de dienstmaagd, die
schielijk kwam aanloopen.
.Luister, Brigitte", begon ik doch
eensklaps hield het op. .Wacht even"
doch te vergeefs, er was niets meer te hooren.
.Het is niets, ga maar weer heen." Nauwelyks
was zy de kamer uit of het begon opnieuw.
Ik riep haar terugvolslagen stilte. Dit