Middelburg 15 Februari. Brieven uit de Hofstad. FEUILLETON^ Een spookgeschiedenis. BIJVOEGSEL Bertha von Suttner. ONDERWIJS. RECHTSZAKEN. UIT STAD EN PROVINCIE. VAX I>E VA* Maandag 17 Februari 1890, n°. 40. 14 Februari 1890. Wat men ook van de Hagenaars moge zeggen, zij geven blijk zich bijzonder goed in de om standigheden te kunnen schikken en zich te vreden te stellen met hetgeen zij hebben als zjj niet krjjgen kunnen wat ,zjj wenschen. Ge legenheid tot uitspanning moeten zjj hebben, dat is waar, doch die weten zij zelf te scheppen als zij zich anders niet voordoet. Zelfs voor het ijsvermaak hebben zij een surrogaatvoor welk voortbrengsel bestaat trouwens tegen woordig geen surrogaat Het echte ijsver maak dan, dat zich dezen zomerschen winter te vergeefs laat wachten, was hier weer ver vangen door een skating-rink, althans door een geïmproviseerde. Yroeger hadden wjj er een in het nu tot de geschiedenis behoorende Victoria-hötel, meer bekend als »bij Puls", maar die was van geheel anderen aard als de skating-rink, die ik nu op het oog heb. Daar werd er van gebruik gemaakt door een zekere klasse van dames, wier tegenwoordigheid alleen door heeren wordt gezocht, doch die de leden van haar eigen geslacht, welke niet tot dezelfde klasse behooren, afstooten. In den beginne was het daar rollend publiek wel van een beter gehalte, maar al spoedig maakten de bedoelde dames zich meester van het monopolie om er zich te vermaken. Thans echter is de geïm proviseerde Bkating-rink .hoogst fatsoenlijk"; de bezoekers vormen als het ware een besloten kring. Weder is Scheveningen de plaats waar zjj samenkomen, en wel in het Kurhaus, dat op die wjjze ook des winters veel aanlokkelijks biedt voor de jongelieden van beiderlei sexe, die er zich niet onbetuigd laten te genieten van de schoone gelegenheid tot flirtation. En om daaraan mede te doen behoeft men niet zich op rolschaatsen te kunnen bewegenbe halve dat natuurljjk ook louter toeschouwers en causeurs er welkom zyn, is er ook een ge deelte van de ruimte bestemd voor het meer en meer gebruikelijke lawn-tennis. Dat spel is tegenwoordig volop en vogue, misschien ook al minder om het spel zelf dan wel om den vrij brief, dien het geeft tot ongedwongen omgang tusschen jonge dames en heeren. Van dwars kijkers in de gedaanten van moeders of tantes is daarbjj geen sprakede jeugd geniet er vrij 9n ongehinderd van de genoegens der jeugd. Zoo wordt de dageljjksche aanraking, die anders des winters uit den aard der zaak zou ophouden, voortgezet totdat de zomer weer komt en het terras van het Kurhaus tot de verzamelplaats maakt van allen, die houden van leven en lieven. Ons zorgzaam gemeentebestuur is reeds erop bedacht geweest om maatregelen te nemen, opdat ons muzikaal gevoel niet onaangenaam worde aangedaan als wij naar Scheveningen ons opmaken om te gaan genieten van het orkest van Kogel, en opdat wij toch vooral .vlekkeloos" daar aankomen. Evenals er zwer men menschen tegen den avond op het terras van het Kurhaus neerstrijken, plegen zwermen kraaien zich in de Scheveningsche bosschen te komen verlustigen in de heerlijkheid van een zomeravond; zij kiezen daartoe natuurlijk de takken der boomen uit, onder welker groene beschutting wjj naar Scheveningen rjjden of wandelen. En evenals een verzameling van menschen, niet in toom gehouden door een dominé of een half-vergoodden orkest-directeur, zich in den regel kenmerkt door een gegons en een gelach, geven ook kraaien blijk van hunne aanwezigheid boven onze hoofden door een gefladder en een gekrjjsch. Ongelukkig genoeg voor de arme vogels houden de meeste menschen niet bijzonder van die ontboezemingen van een onzer zangvogel-soorten, en hun woede 3. Uit het Duitsch. VAN »Ik ben waarlijk ook zeer benieuwd", zei dokter Elke .want uit uw mond zal een spookgeschiedenis voor mjj dubbel merkwaardig klinken »Ja waarlijk, waarljjk, wonderen zjjn het, die ik thans verhalen zal Zelfs de luitenant en Gisela staakten hun gefluister en zetten zich tot luisteren. Hunne handen bleven echter in elkaar gestrengeld. De warme stroom, die van hunne vingertoppen naar hunne harten vloeide, was al zoo wonder baarlijk dat maakte hen verlangend ook van andere wonderen te hooren »Gy moet mjj vergeven als mjjn verhaal een weinig met horten en stooten gaat ik was er niet op voorbereid en de ontwaakte herinneringen doen mjj zóo zeer aan dat ik ze nauwelijks weet in passende bewoordingen te kunnen weergeven Hjj streek met de hand over zjjn voorhoofd, dacht een poos na en begon .Toen ik mjjn jonge vrouw begraven tegen die diertjes stijgt ten top, als de omstan digheid, dat zjj zich boven onze hoofden bewegen, in samenwerking met de aantrekkingskracht der aarde, een gevolg oplevert, dat zichtbaar wordt op hoed of jas of dames-toilet. Dat gebeurt nu wel niet zoo vaak, maar toch menig vuldig genoeg, om het Haagsche gemeente bestuur te doen meenen dat het daartegen maatregelen moet nemen. Verbodsbepalingen die soms tegenover menschen al weinig baten werken tegenover kraaien natuurljjk in het geheel niets uit, zoodat een ander middel is uitgedacht, steunende op de machtspreuk .wie niet hooren wil moet voelen." Er is wel een wet, die kraaienlevens beschermt in het belang van den landbouw, maar wat beteekent zulk een wet, wat beteekent het leven van een vlucht kraaien, ja wat beteeke- nen de belangen van den landbouw in verge lijking met de eischen van, ofschoon voor hun genoegen uitgaande, brommerige en licht ge raakte Hagenaars De wjjze wetgever heeft dat reeds terstond ingezien en daarom gele genheid gegeven om de bedoelde wet eenvoudig buiten werking te stellen. Daarvan heeft het gemeente-bestuur gebruik gemaakt door den commissaris des konings te verzoeken aan alle kraaien het verblijf in de Scheveningsche bos schen te ontzeggen op straffe van te worden doodgeschoten. Men ziet, de straf is nog zwaarder dan die, aan den hertog van Orleans opgelegd de Franache kroonpretendenten en hunne af stammelingen zjjn ten minste nog niet vogelvrjj verklaard voor het geval zjj hun vaderland betredenoverigens staan de zaken vrjj wel geljjk een Franschman behoort immers te hui9 in Frankrijk, en een kraai in een bosch, en toch ontzegt men beiden die natuurlijke ver bljjfplaats. Een gansch jaar lang mag op de kraaien in de Scheveningsche bosschen weer jacht worden gemaakt, en zelfs hunne nesten mogen verstoord worden. Eén ding is ten minste te hopen, dat men daarbjj onnoodige wreedheid zal vermjjden en tjjdig de nesten zal verstoren, al zal men dit dan ook herhaal delijk moeten doen om doel te treffen. Meer malen evenwel werd met den voorgenomen verdedigingskrjjg gewacht tot er jongen in de nesten waren, en die werden dan meedogenloos uit den top van een boom geworpen, zoodat zjj half dood op den grond ploften en daar verder lagen te sterven. Zulke tooneelen spare men toch den voorbijgangers, als men ze niet reeds verrajjdt uit medelijden met de oude vogels, voor wier smart men nu eenmaal geen gevoel schjjnt te hebben. En nu nog een stukje politiek. Er is wel weinig nieuws, want het ministerie schjjnt zorgvuldig te waken, dat van al het verhan delde in de veelvuldige en langdurige minis terraden niets bekend worde. Dit neemt echter niet weg, dat er wel eens iets uitlekt, en dat althans geruchten loopen over de oplossing der hangende crisis. Het groot misbaar, door de Standaard voor mr Keuchenius gemaakt, en de samensprekin- gen tusschen dr Kuyper en den heer Lohman en eenige heeren ministers, schijnen, naar men zegt, toch eenig voordeel voor de party van dat blad te hebben opgeleverd. Wel zal ver moedelijk niet het geheele kabinet aftreden, althans niet anders dan voor den vorm, d. w. z. dat de meeste leden weer zullen terugkeeren; en wel zal de heer Keuchenius worden losge laten maar waarschijnlijk zal deze worden vervangen door een titularis van even onver- valschte soort. Een echte Standaard-man en Kuyperiaan moet weer in ket kabinet. Nu beweren sommigen, dat de minister Mackay zelf zjjn zetel in het torentje zal ruimen voor den heer Lohman en dat eerstgenoemde dan öf de portefeuille van koloniën zal aanvaarden, öf de plaats van mr Lohman in de kamer als leider der party zal gaan innemen. Het spreekt van zelf, dat met zekerheid dienaangaande niets kan voorspeld worden, maar onmogeljjk schjjnt die oplossing niet ter voorkoming van een breuk in de anti-revolutionnaire gelederen, waarop het zeker zou uitloopen als de heer Keuchenius aftrad en door een niet-Kuype- riaan -werd vervangen. Ook al de ontzettende motie's van allerlei kiesvereenigingen, waarvan de meeste leden op zjjn best eenige ontwikkeling en kennis bezitten, laat staan politiek doorzicht, zullen toch waarsehjjnljjk den Christen-staatsman niet kunnen redden. Het is vermakeljjk dien hoo- gen toon te hooren van menschen, die mis had dat is nu ongeveer dertig jaar geleden zonderde ik my eenigen tjjd van de wereld af. Onmogeljjk zou ik het eerste jaar mjjne ambtsplichten hebben kunnen vervullen, of onder menschen levenik verliet de stad en betrok ofschoon het winter was een klein jagershuisje, dat in het bosch verscholen lag. Een oude dienstmaagd, een witte poedel, een levensgroot borstbeeld mjjner afgestorvene, een door haar nagelaten kanarievogelziedaar al mjjn gezelschap. Boeken bad ik ook mee genomen, want ik wilde niet treuren maar werken. Ook had ik een harmonium meege bracht hetzelfde waarop ik mijn vrouw placht te begeleiden als zjj met hare schoone altstem het Ave Maria zong. .Want Johanna was zeer vroom geweest ik nietdat was het eenige wat zjj mij ooit verweten had. .01 er zal nog wel een tyd komen", placht zjj te zeggen, dat de genade u inhaalt dat een teeken uit een andere wereld u leert, dat uw twjjfel zondig was." .Maar zulke teekenen zjjn er niet. Er is nog nooit een boodschap uit de andere wereld gekomen." .Zwjjg", zei zy dan en legde haar hand op mjjn mond. »Gjj doet my zeer. Als ik u zoo hoor praten, zou ik kunnen wenschen dat ik dood ware, om u als geest te kunnen verschjjnen en dat zal ik", voegde zjj er by. Toen zy na een gelukkige echtverbin tenis van éen jaar op haar sterfbed lag, zei schien goed kunnen ploegen en koeien melken, maar van staatkunde en politiek geen flauw begrip hebben. Men moet maar durven, om zoo te spreken als die motie's doen Een belangrijk en betrouwbaar consulair bericht. Enkele dagen geleden kwam mjj de jongst verschenen aflevering ter hand van de Verza meling van Consulaire en andere Verslagen en Berichten, en wel no 7, bevattende de verslagen betreffende St Petersburg en Guernsey. Het lezen van den naam Guernsey alleen was genoeg om mjj met belangstelling voor den inhoud van het rapport te vervullen. De herinnering werd weder levendig aan de aangename uren, in den afgeloopen zomer op dat bekoorlyk eiland doorgebracht bij gelegenheid van den heerljjken zeetocht Vlissingen—Havre—Guern sey—Wight met de Prins Willem van Oranje. Levendig en scherp kwam mjj weer voor den geest o. a. dat aardige tafereel, toen tegen den avond onze boot, schitterend verlicht door zjjn elec- trische booglampen, half de bevolking van St Pierre naar den pier lokte, toen de .schoon heden" der stad het schip met een bezoek vereerden, en velen der passagiers zich onder de dichte menigte op den goed verlichten pier bewogen. Ons schip was dien avond the great attraction, want, naar men ons mededeelde, de haven van St Pierre had nooit nog een zoo mooie passagiersboot geherbergd, en electrisch verlichte schepen waren een daar nog onbe kende nieuwigheid. Wij hadden dus, meende ik, niet onopgemerkt in de haven gelegen. Verbeeld u, M. de redacteur, nu mjjn smarte lijke ontgoocheling, toen ik het verslag ter band nam en reeds op den allereersten regel moest lezen Navigation Aucun navire Neer landais n'est entré ici ni sorti du port durant l'année qui vient de s'écouler." Of dan de vice-consul Le Masurier niets van de aanwezig heid van de stoomboot heeft gemerkt BeBt mogeljjk, want zoo ik mjj niet vergis, was de vice-consul Le Masurier een stok-oud man, die zyn huis niet meer verliet. Doch daarom wa9 hjj toch niet onwetend van het bezoek der boot, want het is mjj bekend dat door de Maatschappij Zeeland met den vice-consul gecorrespondeerd is en dat iemand van wege de Maatschappij hem te zjjnent heeft opgezocht tydens het schip in de haven van St Pierre lag. Nu acht ik het niet van zoo bjjzonder groot belang dat geen melding is gemaakt van onze aanwezig heid te St Pierre, doch het boudweg vermelden dat geen enkel Nederlandsch schip in 1889 de haven heeft aangedaan, schokt toch min of meer het vertrouwen in de juistheid van het rapport. Dat rapport heeft overigens m. i. éen ver dienste en die is dat het kort is (22 regels, welgeteld, groot en klein). Beh ilve het bericht omtrent de .Navigation", vindt men een even interessante mededeeling omtrent de .Emigra tion", welke ik eveneenB in haar geheel zal afschrjjven, omdat ze even curieus als kort is .Environ une cinquantaine de personnes ont emigré durant l'année!" Waarheen? Vermoe delijk naar Nederland of onze Koloniën Onder de aanduiding .cultures" vindt men o. a. ver meld, dat er zoovele broeibakken (serres) zjjn, dat »la totalité de leur longueur couvre une distance de plus de 35 lieues Anglaises". Men ziet: het verslag geeft een helder beeld van den omvang van den ooft- en groententeelt op Guernsey De vierde rubriek luidt.Etrangers" en bevat de mededeeling (in 4 regels) dat er veel vreemdelingen komen zoo om de vacantie als om den winter door. te brengen. En daarmede is de inhoud van het rapport medegedeeld. De vraag komt mjj gewettigd voorWat heeft de regeering aan het ontvangen van zulk een verslag Toch doet de regeering goed met zoodanig verslag door den druk te verspreiden, waDt zjj geeft daardoor gelegenheid aan het publiek tot critiek, en levert het bewjjs dat onze consulaire vertegenwoordiging nog niet overal niets te wenschen overlaat. 13 Febr. '90. Mr. E. F. zy tot mjj.Weet gij waarom ik opgeroepen word? Ik moet uwe bode zjjn en dat wil ik ook." .Akelig", stamelde mevrouw Van Dalen. Dokter Elke haalde de schouders op en zei: „Als er nu een geestverschijning volgt, is die licht te verklaren. Door die voorspelling op het sterfbed waart gij geschokt daarbjj de eenzaamheid en dat stille buitenleven in den winter in. dit geval zou een hallucinatie volstrekt niet onnatuurlijk zyn." »Nu ja", zei de heer Van Klettendorp. .Hallucinatie, zinsverbijstering dat is eeu goedkoope verklaring van alle bovennatuurlijke verschijnselen. Daarmede zjjn de heeren twij felaars altijd gereed. Eer een geschiedenis nog verteld is hebben zjj haar al pathologisch ontkleed." .Omdat het onze roeping is by aange voerde bewijsgronden eerst de voor de hand liggende tegenstellingen in aanmerking te nemeneerst als deze onderzocht zyn komt de positieve stelling in aanmerking." »0, die pedante lieden 1" bromde de gastvrouw. «Ga voort, professor, uw verhaal is zoo interessant." »Ja, ja verhalen" bromde van zjjn kant de dokter .anecdotes, honderd maal herhaalde, opgesmukte, verminkte gevallen, die laat men zich gaarne opdisschenmaar denken, alge- meene regelen vaststellen, naar een vast stel sel onderzoenen 't geen toch het eenige Tot dusver zyn volgens De Standaard van ongeveer 90 antir. kiesvereenigingen betui gingen van instemming met de motie voor Keuchenius uitgegaan. Naar men meldt heeft mr S. H. Lette van Oostvoorne, wegens gezondheidsredenen, zyn ontslag gevraagd als raadsheer in het gerechts hof te 's Gravenhage. De minister van marine brengt, krachtens machtiging des konings, ter kennis van belang hebbenden, dat in dit jaar bij het koninkljjk instituut voor de marine te Willemsoord, na afgelegd vergelijkend examen, kunnen geplaatst wordena. 30 jongelieden als adelborst voor den zeedienst, en h. 3 jongelieden als adelborst voor de mariniers. Bijzonderheden vinden belanghebbenden in de Ned. Staats-Ct. van 15 Februari (no. 39.) Tevens vindt men in dat blad de voorwaarden, waarop in dit jaar zes jongelieden kunnen ge plaatst worden als adspirant-administrateur by de koninkljjke Nederlandsche zeemacht. De zaak van den Dordrechtschen zoutzieder, waarop wy reeds herhaaldelijk de aandacht vestigden schjjnt nu voor goed van de baan. Immers ingevolge het tweede, in ons vorig nommer medegedeeld arrest, door den hoogen raad dsarin den 6en Januari jl. gewezen, is nu 's mans veroordeeling tot eene boete van 401,863 de centen passeeren wy on herroepelijk geworden. Wel waarschijnlijk is het, dat hjj om in den fraaien stijl der fiscale wetten te bljjven zich nu maar zal laten .corrigeeren" door de subsidiaire hech tenis van zes maanden, daar zeer weinige be lastingschuldigen de kleinigheid van ruim vier ton gouds zoo maar te hunner beschik king hebben. Het openbaar ministerie by den hoogen raad bracht by de laatste behandeling dezer zaak in herinnering het woord der regee ring, gesproken ter .rechtvaardiging" van het .stelsel van behoud", waarop art. 7 der invoe ringswet gegrond is, nameljjk, dat zjj, .hoewel geenszins de volmaaktheid van ons fiscaal repreB8ierecht bewerende, evenwel na ryp be raad begrepen heeft, dat de invoering van het strafwetboek niet het geschiktste oogenblik was om in het fiscaal recht verandering te maken." Wel mogeljjk, maar wjj zouden toch met alle bescheidenheid meenen, dat elk oogenblik geschikt is om dedra- coniesche strafbepalingen, die de rechter in deze zaak moest toepas- Ben, met alle andere van dien aard aan eene herzieninig te onderwer pen. De eer van onze wetgeving is daarmede gemoeid. (Weekbl. v. h. Recht.) De voordracht voor onderwijzeres te Tholen bestaat uit de dames: W. Bal te Oosterland, J. van Boven te Middelburg en H. Kerpensteyn te Tholen. Als een teeken des tjjds in de onderwijzers wereld moge dienen dat te Sloten een jongmensch in het bezit der hulpakte, na twee jaren vergeefs gesolliciteerd te hebben, zich heeft ve;:huurd alsboerenknecht, terwjjl de waarneming der vacante onderwijzersbetrek king te Spaarnwoude kosteloos aan een onder wijzer gedurende een maand is opgedragen. Een aantal onderwijzers hebben zich aangemeld voor het examen als commies by 's rjjks be lastingen. Arrondissements-Rechtbank te Middelburg. Poging tot moord. Het late uur, waarop de verdediger in de Vrydag voor deze rechtbank behandelde zaak tegen C. S. aan het woord kwam, maakte het ons onmogeljjk een overzicht van diens pleidooi nog in ons vorig nommer op te nemen. Wjj laten dit dus hier volgen. De treurige zaak, waarmede de rechtbank zich bezighield, meende de heer mr M. J. de Witt Hamer, de verdediger van hekl., een drame <Tamour te mogen noemen, maar niet een drama zooals in Frankryk of zuidelyke landen worden middel is om een juist inzicht te krjjgen daar wil men niet van weten. Vertel maar verder, professor Wolff." .Gaarne ik moet u echter éen ding verzoeken, vriend Elkehoor mjj geduldig aan en laat my uitspreken. Indien gjj eiken opkomenden twjjfel, (en die zal in den loop van mjjn verhaal niet uit bljjven) wilt uit spreken en verdedigen, dan komen wjj nooit aan het einde. En ik beloof u dat gjj mjj aan het einde dankbaar znlt zyn." .Denkt gjj dat gjj mjj een nieuwe wereld beschouwing zult geven Dat betwyfel ik maar dit zy mjjn laatste protestvan dit oogenblik af verbind ik mjj u niet meer in de rede te vallen." .Ik vervolg dus. Ik dacht niet meer aan die akelige belofte mjjner arme Johanna. In mjjne vaste overtuiging dat er geen ver keer bestond tusschen dit leven en het bo- venaardsche had ik er niet aan gehecht; zjj kwam mjj eerst weder in de gedachten, toen er dingen geschiedden, die geen andere verkla ring gedoogden dan dat de overledene woord hield .Zoo", riep mevrouw Van Dalen, »de kaarsen zyn opgebrand, zouden wy nu toch niet liever naar binnen gaan." .Neen, neen," smeekte de luitenant >wjj hebben geen licht noodig, de maan schynt, en spookgeschiedenissen maken in het half duister altjjd veel meer indruk". afgespeeld. Hier geen lage hartstochten, hier geen onzedelijkheid, hier geen buitengewone voorvallen maar een eenvoudig drama zonder al dat theatrale. Spreker schetste in het breede hoe bekl. sedert geruimen tjjd verkeerde met de eerste getuige, met wie hjj trouwbelofte gewisseld had; aan het huweljjk met haar ontbrak alleen de burgerljjke sanctie. Hjj toonde aan hoe bekl., toen zjjn meisje hem op eenmaal plotse ling onverbiddelijk afwees, zjjn leed niet dragen kon, hoe hjj op den eersten Nieuwjaarsdag dat leed over het verlies zjjner zoo innige geliefde door drank trachtte te verzetten en hoe hjj, door den hem ongewonen drank verhit, den dyk opging en een laatste poging waagde om het meisje te bewegen op haar besluit terug te komen. Wat gebeurd is, toen bekl. weder een onver schillig antwoord kreeg, weet hjj niet zeide de verdediger maar ook wjj weten het niet. Spreker toonde verder aan, hoe verschillende schrjjvers en deskundigen hebben geleerd dat plotseling overvloedig gebruik van sterken drank bjj iemand, die niet gewoon is alcohol te ge bruiken, tjjdeljjken waanzin kan veroorzaken en verlies van herinneringsvermogen. Er wordt nu uit het gezegde van bekl. bij zjjne arrestatie: .leeft zjj nog?" afgeleid dat hjj weet wat er gebeurd is, maar dat staat niet vast. Bekl. heeft eenige uren na de daad zjjn herinneringsvermogen terug gekregen en heeft toen onder den indruk dat er gevaar bestond voor het leven van zjjn geliefde, als altjjd het eerst aan haar denkend, gevraagd.leeft zjj nog?" Ook de uitroep: »ik zal je vermoorden" wordt bekl. als eene schulderkenning aangere kend, en in zjjne woede heeft hy de poging tot moord zeker ook willen doen maar bjj de uitvoering ervan is hij willoos, buiten zjjne bezinning, geweest. Op grond van een en ander was de verde diger van meening dat bekl. niet toerekenbaar is en, zoo er al eene toerekenbaarheid bestaat, die dan zeer gering is. De heer De Witt Hamer drong daarom erop aan door deskundigen een onderzoek te doen instellen naar den toestand van beklaagde tjjdens hjj de daad gepleegd moest hebben. Na re- en dupliek, waarbjj zoowel de amb tenaar van het O M. als de verdediger hun eenmaal ingenomen standpunt handhaafden, sloot de voorzitter het onderzoek en bepaalde de rechtbank de uitspraak in deze zaak op heden over 8 dagen. Een paar puntqg uit het verslag van gisteren dienen nog verduideljjkt te worden. Dat, waar in het requisitoir van den ambte naar van het O. M. van een afwezigen minnaar gesproken wordt, de afgewezen minnaar bedoeld was, zal de aandachtige lezer wel be grepen hebben. Dat voorbedachten raad in plaats van rade gedrukt is, moet aan een schrijffout gewe ten worden, evenals dat in het requisitoir van het O. M. eenmaal van poging tot moord ge sproken wordt, terwjjl alleen poging tot dood slag was ten laste gelegd. De ambtenaar van het O. M. heeft verder bjj zyn vordering medegedeeld dat bekl. oor spronkelijk de voorbedachte rade was ten laste gelegd doch dat die door hem terugge nomen is en de bekl. ter zake van poging tot doodslag naar de terechtzitting is verwezen. De behandeling der zaak, die eerst te halt zes was afgeloopen, was oorzaak dat bjj de correctie van de drukproeven wel eens een enkel minder juist woord over het hoofd werd gezien. Vrijdagavond passeerde te Vlissingen het Duitsche stoomschip Viola,gez. Dittmer, komen de van Hamburg bestemd naar Antwerpen, aan boord hebbende de equipage, bestaande uit 37 man, afkomstig van het Engelsche stoomschip Penguin, dat op 14 mjjlen afstand van Ame land is verbrand. De equipage werd op zee door Dittmer gered en aan boord opgenomen. De alhier gedetineerde, te Terneuzen wonende dienstbode C. Z., verdacht van kinder doodslag, is heden op vrye voeten gesteld. Voor de vacante betrekkingen van post- De professor begon weer. .Op zekeren avond toen ik een paar uur over mjjne boeken gezeten had werd ik door een zonderling, zacht geluid uit myne studies opgeschrikt. Beschryven kan ik het niet, het was geen kloppen, en geen steunen, geen dierenstem en ook geen gehuil van den wind maar het angstverwekkende was dat het op geen gelnid, dat ik ooit vernomen had, geleek. Daarom had ik ook geen rust; ik moeBt weten waardoor die raadselachtige toonen voortgebracht werden. Het was mjj niet mogeljjk te bepalen uit welke richting zjj kwamen, het was alsof zjj door het gansche vertrek geljjk verdeeld waren wel zacht maar onafgebroken en overal. Ik stond op en onderzocht de kamer in alle hoeken. Branco, de poedel, sliep rustig achter de kachelPieps, de vogel, zat met het kopje onder de vleugels op zyn stokje. Op geen enkel plekje was het geluid dichterbjj of verder af. Blijkbaar droeg ik het met mjj zeiven rond en om mjj daarvan te overtuigen, ging ik op de gang alles stil; in de kamer terug daar was het weer. Ik schelde de dienstmaagd, die schielijk kwam aanloopen. .Luister, Brigitte", begon ik doch eensklaps hield het op. .Wacht even" doch te vergeefs, er was niets meer te hooren. .Het is niets, ga maar weer heen." Nauwelyks was zy de kamer uit of het begon opnieuw. Ik riep haar terugvolslagen stilte. Dit

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1890 | | pagina 5