Woensdag 12 JbeL-uari. N°. 36. 133" Jaargang. 1890. Der jubilaris heil! Middelburg 11 Februari. Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco 2. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 cent. Advertentiën20 cent per regel. Bij abonnement lager. Geboorte-, Trouw-, Dood-, en andere familieberichten benevens alle danKbetuigingenvan 17 regels 1.50 iedere regel meer ƒ0.20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Bij deze courant behoort een Bijvoegsel. ONDERWIJS. KERKNIEUWS. RECHTSZAKEN. UIT STAD EN PROVINCIE. tl 11)lllll!I lil, Ill IHIM. Vhermometer. Middelburg 11 Febr. vm. 8 u 30 gr. gr. av. 4 u. 39 gr. F O. vind. tn. 12 n 40 Verwacht Z. Agenten te VHseingen: P. G. de Vet Mestdagh Zoo», te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen: F. v. d. Peijl, te Zierikzee: A. O. de Mooi/ te Tholen: W. A. va» Nieuwenauijzen en te TerneuzenM. de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aan, evenals de advertentie-bureau's van Nijgh Van Ditmab te Rotterdam, de Gebb. Bel ine ante, te 's Gravenhage, en A. de la Mm. Azn, te Amsterdam. Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parjjs en Londen, de Compaimie cónérale de Public.itó étrangère G. L. Daubb Cie., John F. Jones, opvolger A dvertentlëa moeten des namiddags te eea nuf aan het bureau bezorgd zjjn, wilier zjj des avonds nog worden opgenomen „De Middelbare scholen zullen alzoo in eene dringende behoefte voor ons vaderland voorzien. „Is dit nu in het algemeen waar, niet minder voorzeker ten opzichte van onze gemeente. Ook hier worden er nog altijd gevonden, die van meening zijn dat zelf standig denken en handelen geen aanmoe diging behoeven, en die zelfs rusteloos voortgaan in hunne pogingen om het denkbeeld voort te planten dat elk streven naar ontwikkeling en beschaving tot een soort van ongodsdienstigheid moet worden gestempeld. Gelukkig is het echter met de meerderheid onzer bevolking niet alzoo en zullen ook zij, die ter goeder trouw thans nog niet van het hoog belang der inrichtingen van middelbaar onderwijs over tuigd zijn, daarvan weldra het nut leeren inzien." Zoo schreef de redactie van ons blad in haar nommer van 4 Februari 1865, in de dagen, toen de rijks-hoogere burgerschool in onze gemeente op het punt stond van ge opend te worden. En tegelijkertijd toonde die redactie uit voerig en op duidelijke wijze aan het practisch nut, dat die hoogere burgerscholen zouden opleveren, en wat de leerlingen zouden kunnen worden, indien zij korteren of lan geren tijd die school bezochten. Zij eindigde hare beschouwing met de wenschen „Moge dan het hoog belang der nieuwe onderwijs-inrichting, thans in onze gemeente verrezen, meer en meer aan elk blijken. Moge de hoogere burgerschool goede vruchten opleveren voor onze bevolking ter algemeene beschaving en ontwikkeling. Moge zij in de toekomst medewerken om hetNederland- sche volk in zelfstandigheid, kracht en wel vaart te doen toenemen." Een tijdvak van vijf en twintig jaar ligt tusschen dat verleden, toen den 11 Februari van hetzelfde jaar 1865 de school met een toespraak van den inspecteur van het mid delbaar onderwijs werd geopend zij telde destijds 80 leerlingen en het heden. En thans staat het gebouw daar tegen over ons in feestgewaaduit verschillende deelen van ons land komen oud-leerlingen dier school samen; heden en morgen zullen leeraren, reünisten benevens tegenwoordige leerlingen met opgewektheid en vreugde het zilveren feest dier inrichting vieren. Aan hunne zijden zullen zich vele erken telijke ouders, tal van belangstellenden scharen, om ook hunnerzijds het bewijs te leveren, hoe zij versterkt zijn in hun meening omtrent of overtuigd zijn geworden van het nut, door die school gedurende haar vijf en twintig jaar bestaan gesticht. Men verwacht van ons zeker geene uit voerige bewijzen voor die bewering. Waar feiten spreken kunnen woorden achterwege blijven. En wat zouden wij ook nog kunnen voegen bij het welsprekende, duidelijke pleidooi, voor die school heden geleverd door haren directeur in zijne feestrede Wij hebben slechts te verwijzen naar dat woord van een man, die het vijf en twintig jarig levenstijdvak van de jubilaris mee maakte, en dus spreekt uit ervaring, zooals slechts enkelen kunnen spreken. Hij was vroeger de man van het M. U. L. on derwijs en is nu de vertegenwoordiger van het middelbaar. Zijne lofrede verkrijgt daardoor des te meer waardezijne betuigingen omtrent het nut dier hoogere burgerscholen, zijne mededeelingen omtrent den levensloop van hen, die de wereld ingingen, na aan I hare bronnen zich gelaafd te hebben, ver dienen daarom vooral de aandacht.. Wie daarvan kennis neemt zal met ons beamen dat er reden is om feest te vieren; en instemmen met ons: „Heil der jubi laris." Maar waarop wij ten slotte bij deze gele genheid even willen wijzen is dit. Thans geen wanklank meer over dit middelbaar onderwijsthans is het niet uitsluitend eene partijkwestie meer. De stemmen, die zich eertijds verhieven om tegen geest en strekkiug daarvan te apostelen, zijn grootendeels verstomdmen heeft meer oog en oor gekregen voor het practisch nut van dat onderwijs. En zijn er soms nog enkelen die dit oude lied zouden willen doen hooren, dan worden zij tot zwijgen gebracht en is het noemen van namen van hen, die van dit onderwijs gebruik maken, voldoende om hen te doen inzien dat zij zich vergissen. Door personen van veler- 1 e i richting, op politiek en godsdienstig gebied, wordt van dat onderwijs gebruik gemaakt voor hunne kinderen. Dit is om meer dan éen reden een ge lukkig teeken, waarop in deze feestdagen wel eens gewezen mag worden En niet het minst omdat het vergemakkelijken zal aan dat middelbaar onderwijs die verbeteringen te brengen, welke in den loop der jaren noodig bleken te zijn. Moge daaraan spoedig de hand eens worden geslagen Volmaakt is er niets op dit ondermaan- sche, en zoo ook niet dit onderwijs. Maar goed is het zekeren schoone vruchten wierp het reeds af. Daarop vooral, en in de allereerste plaats, wenschten wij bij onzen heil- en gelukwensch aan het adres der jubilaris het licht te laten vallen. Dr Schaepman schrijft in het Centrum het volgende ter verklaring »In zijn nummer van Maandag 10 Februari vermeldt de Standaard, dat ik te Haarlem met warmte het opnam voor den minister Keuchenius. De mededeeling ia juist. Op 6 Febr. heb ik te Utrecht hetzelfde gedaan. Maar zoowel te Haarlem als te Utrecht heb ik de vrijheid genomen nog iets meer te doen. Reeds te Haarlem heb ik te kennen gegeven, dat de politieke beteekenis van het votum tegen den minister Keuchenius niet moest wor den overdreven en te Utrecht heb ik gemeend er nog dit te mogen bjjvoegen«Het beginsel «Nederland ook in Indië een christelijke natie" behoort te worden gehandhaafd. Maar ik houd den minister Keuchenius voor een te edel Christen en te goed staatsman om te kunnen verwachten, dat hij de handhaving van dit beginsel zou gebonden achten aan zijn per soonlijke al- of niet-tegenwoordigheid in dit Kabinet." Verder meende ik niet te mogen gaan. Ook op dit oogenblik onthoud ik mij van verdere uitspraken. De geestdrift voorden minister Keuchenius, de verontwaardiging over het, ook voor mij onverklaarbare en onklare, votum, der Eerste kamer eerbiedig ik gaarne en deel die naar mijne matemaar ik vraag mij toch af of geestdrift en verontwaardiging de beste politieke adviezen geven. Aan het slot van het vermelde Standaard- artikel komt nog een soort historische voor stelling, die een enkel woord noodig maakt. Naar mjjne meening ligt in de opdracht der kabinetsformatie aan den heer Mackay een voudig deze historische waarheid opgesloten, dat na de verkiezingen van 1888 een kabi net derrechterzijde als op den toestand passend en dus noodig werd geacht. Zeker is de heer Mackay beslist anti-revolutionnair, maar de kabinetsformeerder was de man der rechterzijde, aan wien deze rechterzijde Óen- parig hare stemmen had gegeven voor het voorzitterschap der kamer en die bij de pogin gen tot herziening der wet van 1878 en tot herziening van art. 194 der grondwet van 1848 haar aanvoerder was geweest terzijde in het gemeenschappeljjk streven, dat aan beide fractiën, met behoud van ieders eigenaardige zelfstandigheid gemeen is en dat een begin van uitvoering vond in de wet van 8 December 1889. Deze zeer eenvoudige historie moet niet uit het oog worden verloren. Het zou anders kunnen geschiedendat het perfide doel van het Handelsblad door de al te ijverige bestrijding van den Standaard op ongewenschte wjjze werd bereikt." Heel duideljjk is ons deze verklaring niet. "Wat bedoelt dr Schaepman daarmee? Op ons maakt zjj den indruk of zjj eigenljjk gericht is tegen de vrienden van Keuchenius om hen te kalmeeren, vooral omdat op de ver zekering dat het ministerie-Mackay een kabinet van de Recht erzijde is, de nadruk wordt gelegd. Het is of hij zeggen wilwacht eens, wij katholieken zijn er ook nog denk daar om minister Mackay. Als premier hebt gij niet alleen met de anti-revolutionnairen maar ook met ons, katholieken, te maken. Zou dr Schaepman met zjjne verdediging van Keuchenius te Haarlem en te Utrecht te hard van stal zijn geloopen Hij toch stond niet naast de Tijd, die zich niet zoo warm voor den mi nister van koloniën interesseert. Hetgeen nu dr Schaepman schrijft, doet ons denken aan een terugtreden, waarbjj hij aan de eene zijde den Standaard-mannen zachtjes wil te kennen geven dat het aftreden van Keu chenius den katholieken niet zoo veel leed doet als zij soms uit de door hem gesproken woor den zouden willen opmaken, ma ir waarbij hij tevens aan den anderen kant, om hen weer niet teveel af te stooten, eenige dubbel zinnigs lofredenen h*dj; op Keuchenius, 'Te gelijkertijd wil hjj ieder, die tusschen de regels leest, het duideljjk maken dat een katholiek minister van koloniën zjjn eerste wensch is. Het Vaderland meent met zekerheid te weten, dat de Zaterlag gehouden ministerraad nog niet tot het besluit is gekomen den koning te adviseeren het ontslag van den minister v an koloniën aan te nemen. Ofschoon door verschillende omstandigheden, o. a. de ongesteldheid van eenige hoofdamb tenaren, de ontworpen omvangrijke legerwetten niet, zooals de minister van oorlog had gehoopt, in de maand Januari het departement van oorlog konden verlaten, zullen zij thans terstond, nadat zij voor de leden van den Raad van state zullen zijn gedrukt, aan dat college worden verzonden. Bij kon. besluit is benoemd tot burgemeester van Ouwerkerk B. G. v. d. Have. Yerder is benoemd tot notaris binnen het arrond. Heerenveen, ter standplaats Munnike- buren, gem. Weststellingwerf, jhr C L. vaa Beyma thoeKiugma, cand.-notaris te Heeren veen. Nog is benoemd bjj de landmacht tot mil. apotheker le kl. de mil. apotheuer 2e kl. J. van Riel. De gewone audiënties van de ministers van financiën en van oorlog op Donderdag den 13en en die van den minister van marine op Vrjjdag den 14endezer, zullen niet plaatshebben. De minister van koloniën heeft geljjk, door voorzichtig te zijn met het telegrapheeren van de namen van de gesneuvelde mindere mili tairen. Dat daarmee ook bjj officieren letljjke vergissingen kunnen voorkomen leert ons het volgende voorval. In het b !gin van d n Atjeh-oorlog dienden bjj het Ind. leger twee zonen van Nederlandsche generaals, de leluitenantsBeckman en Beekman. Beekman sneuvelde te Atjeh; zijn naam werd overgeseind naar het ministerie van koloniën, maar de eene of andere achtelooze telegrafist maakte van Beekman, Beekman. Door deze vergissing heeft de generaal Beek man zes of meer weken getreurd over het verlies van zjjn zoon, om later te hooren, dat zjjne droefheid geen reden van bestaan had. Onder de mindere militairen komen er eene massa voor, die geheel of bjjna geheel geljjk- luidende namen hebbenmen zou daardoor telegrapheerende, tal van flaters begaan. (J. B.) De Standaard beweerde dat het doel van het i Handelsblad, hetwelk het kabinet aanraadde Kenchcniiiü De heer Mackay a]|een te laten gaan, was om de Roomsch-kathoüekeu vertegenwoordigde niet éene der ractiën van de tegen de anti-revolutionnairen op te hitsen en tevens rechterzjjde, maar bjj vertegenwoordigt de rech- I de conservatieven te verleiden. Door burg. en weth. van Goes zjjn, in overleg met den inspecteur van het middelbaar onderwijs, aan den raad dier gemeente voorge dragen ter benoeming van een leeraar in de Fransche taal en letterkunde aan de hoogere burgerschool met vjjfjarigen cursus aldaar de heeren A. L. Hondius, onderwjjzer aan de rijks normaallessen te DelftL. P. J. Vermeulen, onderwjjzer aan de departementaal-school te Breda, en A. Fabries, tjjdelijk leeraar aan de hoogere burgerschool te Amsterdam. NR. Ct.) Te Schiedam is plotseling overleden de heer J. Steynis Gz., directeur der hoogere burgerschool en burgeravondschool. Schiedam verliest in hem een voortreffeljjk ambtenaar, die jarenlang zjjne beste krachten aan het onderwjjs heeft gewijd. Beroepen te Brouwershaven ds S. H. A. Begemann P. Hz. te Hemelum. Bedankt voor Wierde door ds C. Plug, te Oostkapelleen voor Oost- en West-Souburg door ds H. J. de Zwart, te LeerBum. Arrondissements-Rechtbank te Middelburg Heden, Dinsdag, zijn veroordeeld wegins: het rapen van mosselen: A. R., 22 j. en E. R., 20 j., beiden visschers, Philippine, ieder tot 7 d. hechtenis verstoring der godsdienstoefe ning: L. de K., 52 j., hvr. van J. v. G., Retran- chement, ïot 7 d. gev. huisvredebreuk: J. d. B., 21 j., arbeider en J. v. G., 16 j werkman, beiden Retranche- ment, ieder tot 7 d. gev. mishandeling: A. v. K., 20 j., arbeider en J. v. G., 16 j., werkman, beiden Retranche- ment, ieder tot 7 d. gev., en diefstal: Ch. C., 57 j., arbeider, H. M. C., 14 j., zonder beroep, A. E. v. E., 15 j., arbeidster, Ch. L. v. E. en A. B15 j., arbeiders, allen Terneuzen, de le tot 7 d. en de overigen ieder tot 3 d. gev. Allen in de kosten. Vrjjgesproken zijnA. R., 22 j. en E. R., 20 j., beiden visschers, Philippine, be klaagd van wederspannigheid en J. v. G. 16 j., werkman. Retranchement en A. G., 19 j.. land. bouwersknecht, Cadzand, beiden beklaagd van eene mishandeling. Ontslagen van rechtsvervolging: J. M., 15 j., zonder beroep, Middelburg, be klaagd van diefstal. Kantongerecht te Middelburg. Heden (Dinsdag) zijn veroordeeld C. A. G., Middelburg, wegens het bouwen van een huis aan de straat, waarvan de gevel niet geheel is geplaatst in de aangegeven rooiljjn tot 1 b. s. ld.; M. V., Vlissingen, wegens het in eene waterleiding van den polder plaatsen van 2 vischtuigen, zoodat daardoor de gere gelde afloop van het water werd belemmerd tot 2 b. van 3 s. 1 d. elke b., met bevel tot teruggave van de 2 vischfuiken aan M. V., en van de f 2 aan het bestuur van den polder Walcheren; P. de J., Sint Laurens, wegens strooperjj tot 3 b. s. 2 d.; A. v. B. Cz., A. L. Az., Westkapelle, wegens burenge rucht, ieder tot 2 b. s. 2 d D. J. Pz., J. L, Iz., H. W. Pd., D. H. Pd., Westkapelle, D. K. Aagtekerke, wegens idem, ieder tot 1 b. s. 1 d.J. L., Middelburg, wegens dronken schap en wateren op straat buiten de bakken tot 3 b. s2 d. en 0.50 b. s. 1 d.; A. J. de V., Middelburg wegens het buiten noodzaak rijden met een voertuig over een klinker of zijpad tot 1 b. s. 1 d.P. K. D., Middelburg, wegens straatschenderij tot f 1 b. s. 1 d.A. K. Jz., Zoutelande, wegens het als geleider van een aangespannen hond dit dier niet muilkorven, tot f 0.50 b. s. 1 d. Verder wegens dronkenschapC. v. P., J. Z., Middelburg, W. J. de B., Vlisbingen, J. O., Heinkenszand, J. J. de K., zonder bekende woonplaats, J. S., Domburg, J. C. v. W., Vlis singen, ieder tot f 1 b. s. 1 d.F. M., O. en W. Sruburg, tot 2 b. van ƒ18 ld. elke b. P. P. Wz., Koudekerke, J. N., F. M. C., H. M., Vlissingen, ieder tot f 2 s. 2 d. En allen in de kosten van het geding. Goede oude bekenden als de jaarlijks terugkeerende Loterij van vrouwelijke handwerken behoeven eigenljjk geen introductie meer. Wan neer deze heden niettemin in ons blad ver- scbjjnt, zoo geschiedt dit meer om onze ge woonte getrouw te bljjven en vooral ook met het oog op het ieilbare geheugen der menschen. Er zjjn er misschien onder onze lezers, die Diet weten of vergaten, dat heden, en de beide vol gende dagen in het gewone lokaal in de Abdij de voorwerpen te zien zjjn, welke ter verloting werden aangekocht of ingezonden. Bij het betreden van het vertrek, waar deze voorwerpen ten toon gesteld worden, ontvangt men reeds dadelijk den indruk, dat de dames directrices zich ten zeerste bejjveren ook de tweede helft van de eerste eeuw dezer nuttige instelling geheel waardig te maken aan de eerste helft. Bjjkans elk jaar munten de voor- werden, ter verloting bestemd, meer door sier- ljjkheid uit. Een tal van fraaie zaken, hetzjj door njjvere en kunstvaardige vrouwenhand gewerkt, hetzjj met smaak gekozen, boeit het oog van den bezoeker. Uit het legaat van wjjlen mvr. Caland is door het bestuur als prjjs aangekocht «en mooi eetservieseen tweede legaat, dat van mevr. Leenhouts, in den verstreken zomer de Loterij van vrouwelijke handwerken vermaakt, werd bestemd voor een stoeltjeterwjjl de dames-directrices inzonden een sierljj- ke jardinière op vergulden voet. Verder vindt men onder de handwerken vele mooie kleeden, groote en kleine, kinderjurkjes, deken tjes, spreiën en spreitjes enz. enz., afgewisseld mettafeltjes, vazen, photographieën, boekwerken en meer dergelijke luxe-artikelen, en dit alles is op elegante wjjze geëtaleerd. Zal iemand nog aarzelen een bezoek aan de loterij te breDgen Wjj gelooven het niet en wie nog geen loten namen, zullen dit, hopen wij, evenmin verzuimenhet doel is nuttig, zoodat men zich dezen keer niet door vaste beginselen behoeft te laten weerhouden. Men troostte zich bjj het trekken van een niet voor wie de loterij op touw werd gezet, ont vangt er toch het voordeel van. Naar men ons uit goede bron meldt zou de heer A. J vaD Ockenburg te Vlissingen zjjn ontslag aangevraagd hebben als president van de schoolcommissie aldaar. Wij willen hopen dat dit bericht niet juist is. Genoemde heer heeft in die betrekking zooveel verdiensten, dat zjjn heengaan slechts ten nadeele van de belangen dier commissie en van het onderwjjs zou zjjn. Op de reclame van de bezoldigde jacht opzieners op Zuid-Beveland in dienst van par ticulieren ter bekoming van vrijstelling wegens patentrecht, vermeld in ons nommer van 19 September, is door Ged. staten a'wjjzend be schikt, zoodat is uitgemaakt dat bedoelde per sonen terecht zjjn aangeslagen en niet vallen in de termen van vrijdom van patentbelasting. In de gisteren (Maandag) middag gehou den zitting van den Zierikzeeschen gemeente raad werd, behalve de gisteren medegedeelde zaken, nog behandeld het voorstel van burg. en weth. betreffende het verleenen van concessie aan de heeren Mulock Houwer en Hammelinck tot den aanleg en de exploitatie eener drinkwa terleiding. Een voorstel van mr. Fokker om het voorstel van burg. en weth. in handen eener commissie te stellen werd na discussie met 8 tegen 5 stemmen verworpen. Tegen stemden de heeren Zuurdeeg, dr. Goemans, mr. Schneiders, Six, mr. Boejje, W. A. Ochtman, mr. Van Manen en mr; Moolenburgh. Vóór stemden de heeren De Looze, S. J. Ochtman, mr. Fokker, De Crane en Houwer. Daarop werden de disenssiën voortgezet eh namen burg. en weth. het voorstel van den heer mr. Van Manen over om den heer Mulock Houwer een schadevergoeding van f 150 toe te bennen wegens geleden schade en nog te ljjden schade tot 1 April e. k. wegens de afsluiting van het S s en, bjjaldien het Sas op 1 April e. k. nog niet geopend zal zjjn, hem voor eiken Ma grond, dien hij over het Sas vervoert, 20 cents toe te kennen. Een amendement van den heer M. C. Mulock Houwer om hem de materialen, die noodig zijn voor de steigers, daarenboven te verschaffen werd aangenomen met S tegen 5 stemmen. (Vóór stemden de heeren Houwer, De Looze, S. J. Ochtman, mr. Fokker, De Crane, dr. Goemans, mr. Van Manen en mr. Moolenburgh). Ver volgens werd het aldus geamendeerde voorstel van burg. en weth. aangenomen met 8 tegeq

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1890 | | pagina 1