35.
133° Jaargang.
1890.
Dinsdag
II Februari.
Deze courant verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco f 2.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 cent.
Advertentiën20 cent per regel. Bij abonnement lager.
Geboorte-, Trouw-, Dood-, en andere familieberichten benevens alle
dankbetuigingenvan 17 regels f 1.50
iedere regel meer ƒ0.20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Middelburg 10 Februari.
Het voorstel-Bahlmann.
MIDDELBllGSCHE I! IMM.
Therm ometer.
Middelburg 10 Febr. vm. 8 u 30 gr.
ai. 12 n 39 gr. av. 4 u. 40 gr. F
Verwacht O. wind.
Agenten te VlisBingen: P. G. de Vet Mbstdagh Zoox, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen: F. v. d. Peijl, te Zierikzee: A. 0. de Mooij te Tholen: W. A. van
Nieu w knhuijzen en te TerneuzenM. de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aan, evenals de
advertentie-bureau's van Nijgh Van Ditmab te Rotterdam, de Gebh. Belinïante, te 's Gravenhage, en A. de la Mae Azn, te Amsterdam.
Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daubb Cie., John F. Jones, opvolger.
Ad. vefteutlëa
moeten des namiddags te ee» uur
aan het bureau bezorgd zjjn, wille»
zjj deB avonds nog worden opgenomen
De Nieuwe IJselbode een katholiek orgaan
weet een uitstekend middel om de ministe
rieels crisis op te lossen. Het is zoo eenvoudig
dat het verwonderlijk is hoe nog niemand op
het idee van dat blad is gekomen.
De IJselbode zelf is overgelukkig met zjjn
advies. Hoor eens, hoe opgewonden, hoe schil
derachtig tevens hij zjjn plan beschrjjft. Na
allerlei lieflijkheden aan de twintig leden der
Eerste kamer, die den val van Keuchenius
veroorzaakten, roept het blad uit
»Nu, gelukkig, alles is nog weder terecht
te brengen en betrekkelijk gemakkelijk ook.
Natuurlijk mag een gerechte straf niet uitblijven,
uw rjjen, o twintigtal helden, zullen gedeci
meerd moeten worden. En dat kan, want de
offers zjjn aangewezen, de halzen der veroor
deelde slachtoffers reeds voor het valmes ont
bloot
»Het kabinet ontbindt, na machtiging des
konings, de Eerste kamer. Alle provinciën
kiezen hun oude leden weer, behalve Gelderland.
Gelderland laat de heeren Coenen en Van
Nagell zakken, die beter gedaan hadden met
(op dien bewusten) Vrjjdag eens onder de wol
uit te zweeten dan onbehouwen de rails voor
den wagen van staat te helpen op te breken.
Heeft deze kleine wraakoefening plaats gehad,
dan is de wagen van staat weer op 't spoor.
Zoover wij zien, is dit de eenige uitweg
of de liberalen mochten soms de Tw eede kamer
willen ontbinden Maar op zooveel voorko
mendheid mag men niet hopen".
Er ontbreekt maar éen schakel aan dit plan
en wjj geven daarom de IJselbode nog in over
weging het aan te vullen met deze bepaling
den elf leden der kamer, die bp de vorige
behandeling der begrooting voor koloniën niet
aanwezig waren, is het verboden bp de nieuwe
behandeling tegenwoordig te zijn, tenzjj zjj
vooraf op hun eed beloven hun stem ervoor
uit te brengen.
Het weekblad De Vaderlanderhet gematigde
revolutionnair en anti-Kuyperriaansche blad,
bestrjjdt de bewering, dat de minister Keuche
nius als slachtoffer van godsdiensthaat geval
len is.
•Hjj bleek", zegt het blad o. a., »een goed
criticus maar geen man van de daad te zjjn.
Het goede dat men van hem verwachtte deed
hp niet. Wel deed hij het kwade dat men van
hem vreesde. En dat was tweeërlei. Aller
eerst vreesde men het heftige, het opbruisende
in het karakter van den heer Keuchenius. Hp
bezit meer kennis dan wjjsheid, meer kracht
dan doorzicht. En in de tweede plaats
duchtte men, dat zjjne godsdienstige denkbeel
den hem zouden brengen tot stappen die voor
de rust en het welzjjn van Indië gevaarljjk
kunnen zjjn en krenkend voor zpne tegenpartij.
En die beduchtheid blijkt niet ongegrond te
zjjn geweest. Niemand had er zich over ver
wonderd, indien de heer Keuchenius onbewim
peld zpne christeljjke overtuiging had doen
uitkomen, ook als minister, voor zoover dat
met den eigenaardigen toestand van Indië be
staanbaar is. Maar het staat te vreezen, dat
hp de hartstochten der dweepzieke Mohamme
danen zal prikkelen zonder de kracht van het
Evangelie op de rechte wjjze te verhoogen.
En voorts heeft hp zijn haat tegen de In
dische kerk op een wjjze geopenbaard die al
gemeen verbaasd en geërgerd heeft. Yoeg
daarbjj, dat hjj dikwerf zeer ontjjdig zpne
godsdienstige meeningen verkondigt in de kamer,
die niet dan met ongeduld zulke vertoogen
aanhoort. Wanneer nu een aantal liberale leden
der Eerste kamer zulk een minister niet ge
schikt achten om Indië te besturen; wanneer
zelfs zpne beste vrienden zwjjgen als hp wordt
aangevallen, is het dan geoorloofd om te
zeggen godsdiensthaat deed Keuchenius vallen?
Wjj meenen duideljjk te hebben aangetoond,
dat die bewering ongegrond is. Wjj betreuren
het diep, dat de heer Keuchenius, van wien
ook wjj betere dingen verwachtten, zoo is
tegengevallen. De Standaard heeft ook dezen
uitnemenden man geen goedmaar kwaad
gedaan, en in zjjn ongeveinsd Christendom
dien alsem laten droppelenwelke zooveler
geestelijk leven thans bederft en ook in andere
opzichten hun geen goed doet. Wjj, die ons
het Evangelie niet schamen, wjj zouden, in
dien wjj in den heer Keuchenins dat Evangelie
getroffen zagen, ons woord van broederschap
niet terughouden en ons scharen aan zpne
jsjjde. Thans kunnen wp dat niet doen en
zeggen tot het gejammer der Roomsehen en
der anti-revolutionnairen»Breng niet langer
het Evangelie van Christus in opspraak door
uwe politiek 1
Het Dagblad van Zuid-Holland en 's Graven
hage meent met zekerheid te weten dat de
portefeuille-quaestie niet tot een kabinetsquaes-
tie zal worden uitgebreid.
Volgens bericht uit Den Haag hadden de
leiders der antirevolutionaire partij in en buit n
de Tweede kamer, de heeren De Savornin
Lohman en dr A. Kuyper Vrjjdag met eenige
ministers een onderhoud.
In eene beschouwing over den heer Keuche
nius als leidsman van het koloniaal bestuur,
beweerde het Handelsblad dal deze minister
•eene voortdurende belemmering, eene ver
warring stichtend element in het beheer van
's lands zaken, in één woord een geheel onge
schikt man was." Nu roept het Dagblad van
Nederland den secretaris-generaal, de chefs de
bureau, de referendarissen en commiezen bij
het departement van koloniën op om de natie
voor te lichten.
Het D. v. N. is bljjkbaar van oordeel, dat
hetgeen aan een departement plaats heeft, uit
sluitend bekend is bij de rechtstreeks daarbjj
betrokken personen en er nooit iets uitlekt van
hetgeen tusschen den minister en de hoofd
ambtenaren wordt gesproken; dat laatstgenoem
den foor een eed zouden gebonden zjjn om niets
er van mede te deelen aan ambtenaren of aan
hen, die met eenigen maatregel in verband
zouden staan.
Wanneer men jaren lang eene zaak v ia alle
zjjden heeft bezien en bestudeerd en de minister
spreekt eene meening uit in ljjnrechten strjjd
met de ervaring, zou het dan aan een ambte
naar zoo euvel zjjn te duiden dat hp, in ver-
trouweljjken kring, zeide, dat de minister er
niets van wist of zou hp moeten zwjjgen en
zpne op ondervinding gevestigde overtuiging,
tegen beter weten in, moeten prjjsgeven, omdat
een tjjdeljjk chef, die aan de zaak vreemd is,
eene verandering begeerde, die ten nadeele van
het belang des lands zou zjjn
Het D. v. N. is nochtans van oordeel, dat
wanneer ambtenaren niet altjjd met een minis
ter meegaan, het denkbeeld in aanmerking zou
kunnen komen om, geljjk in Amerika, bp
wjjziging van het ministerie, ook de hoofd
ambtenaren te vervangen. Dan ware men nog
verder van huis. Ook voor zaken van lands
bestuur geldt de regel, dat men om iets te
kennen het moet geleerd hebben, en wjj zouden
wel eens willen zien hoe een stel nieuwe
hoofdambtenaren eene taak zou kunnen ver
vullen, die hun geheel vreemd was en zaken
zouden in orde brengen, waarvan hun de ge
schiedenis onbekend is. (Arnh. Crt.)
In zjjne te Haarlem gehouden rede besprak
de heer Schaepman ook het belastingstelsel.
Hjj deelde hierin onder anderen mede, dat hp
het slapende kapitaal gaarne eens uit zjjne rust
zou wakker schudden.
Beteekent dit, dat de heer Schaepman wel
genegen zou zjjn, een wetsvoorstel in te dienen
op de goederen in de doode hand
Zeker durven wp het niet zeggen, maar van
die zjjde komende, zou zulk een voorstel onge
twijfeld de meeste kans hebben van aanneming.
(Arnh. Ct).
Volgens een particulier schrijven uit Suri
name, waarvan de redactie van het N. v. d D.
kennis nam, loopt aldaar het gerucht, dat jhr
mr M. A. de Savornin Lohman met de laatste
mail zpn ontslag zou hebben aangevraagd als
gouverneur van de kolonie.
Bp kon. besluit is benoemd tot notaris binnen
het arr. Amsterdam, ter standplaats Amsterdam,
H. M. van der Drift, candidaat-notaris aldaar.
Verder is de kapitein J. H. P. van Goens,
van het regiment gren. en jagers op non
activiteit gesteld.
Nog zjjn de heeren E. D. E. van den Bossche
en E. S. L. Madaro benoemd tot leden van
den kolonialen raad in de kolonie Curayao.
Donderdag geen audiëntie bjj den minister
van oorlog.
Bjj beschikking van den minister van marine
zjjn geplaatst met ingang van 1 Maart 1890
op de rol van het wachtschip te Willemsoord,
de luit. ter zee le kl. J. H. Mjjer; id 2e kl.
R. Posthumus Meyes en J. P. Guepin, de off.
van gez. 2e kl. F. H. Bohré op het wachtschip
te Willemsoord de luit. ter zee 2e kl. C. A.
Dominicusop de rol van dat wachtschip en
gedetacheerd aan boord van den stoomschoener
Dolfijn, de luit. t6r zee 2e kl. C. Kasteljjn
op het wachtschip te Hellevoetsluis de luit.
ter zee 2e kl. F. H. Sobels.
In den toestand van den heer mr Verniers
van der Loeff valt eene langzame vooruitgang
waar te nemen.
In tegenspraak met een vorig bericht meldt
men nu weer, dat de heer mr A. E. J. Nysingh
zjjne benoeming tot lid der Eerste kamer heeft
aangenomen.
De verkiezing van een lid der Eerste kamer
van de Staten-generaal, in de plaats van wjjlen
mr H. M. A. baron van der Goes van Dirxland,
zal door de Prov. staten van Zuid-Holland, op
25 Februari plaats hebben.
Door het gerechtshof te Amsterdam is, ter
vervulling van eene vacature van raadsheer in
dat college, opgemaakt de navolgende alpha-
betische lijst van aanbeveling
mr H. F. baron de Koek, substituut-officier
van justitie bjj de arr.-rechtbank te Amsterdam
mr E. Star Bussmann, officier van justitie
bjj de arr.-rechtbank te Leeuwardenen
mr A. H. van Tienhoven, rechter in de arr.-
rechtbank te Rotterdam.
De St. Ct. bevat de gewjjzigde statuten van
de vereenigingDe algemeene Neder/andsche
politiebond te Gouda.
Volgens de Amst. Cf. is prof C. M. Kan, hoog
leeraar aan de Amsterdamsche universiteit, ern
stig ongesteld.
Te Haarlem is overleden de heer dr. H. van
Cappelle, oud-inspecteur voor het staatstoezicht
op krankzinnigen. Hjj bereikte den leeftpd
van 64 jaren.
Naar aanleiding van diens dood schrpft het
Vaderland
Van Cappelle vestigde zich na zjjne promotie,
6 Januari 1848, als medicinae doctor te Amster
dam, maakte reeds in 1857 veel opgang door
de vanwege de Maatschappij tot nut van 'f algemeen
met goud bekroonde prjjsvernandeling »Leven
en gezond zjjn", en vertegenwoordigde al spoedig
de gezondheidsbelangen in den gemeenteraad
der hoofdstad.
In 1S65 door Thorbecke geroepen als referen
daris aan het departement van binnenl. zaken,
werkte hij krachtig mede tot uitvoering der
geneeskundige wetten, en tot het samenstellen
van de wetten tot regeling van het veeartsenjj-
kundig staatstoezicht en de veeartsenjjkundige
politie, die tot voorziening tegen de besmettelijke
ziekten, die tot regeling van het staatstoezicht
op krankzinnigen enz.
Dit tijdperk was het glanspunt van zijn
schoone loopbaan, waarin hjj zoowel door zpn
bekwaamheid, jjver en nauwgezetheid, als door
humaniteit uitblonk. Vooral dient vermeld te
worden zjjn werkzaam aandeel bjj het nemen
van maatregelen tegen de veepest. Voorzeker
zjjn de kracht van zpn overtuiging niet minder
dan zpn juist inzicht de hoofdfactoren geweest
bp het bestrjjden en overwinnen van deze plaag;
een strjjd en een overwinning, welke niet alleen
ons land ten zegen, maar ook tot roem was,
zooals thans bljjkt, nu men in Engeland op
ons voorbeeld wjjst.
Daarvoor viel hem het virtus nobilitat ten deel,
ook het buitenland erkende zjjne verdiensten
door meer dan een onderscheiding.
In dien 20jarigen werkkring vond Van Cappelle
nog tjjd om ook buiten dezen zpn krachten te
wjjden aan het algemeen belang. Herhaaldeljjk
tot voorzitter der Vereeniging tot bevordering
van den gezondheidstoestand te 's Hage geroepen,
bekleedde hjj tevens het voorzitterschap van
het Comité van het Roode kruis en het penning
meesterschap van de 's Gravenhaagsche vereeni
ging voor koepokinenting, van af de oprichting
dezer instellingen. Na gedurende jaren als
referendaris het inspectoraat der geneeskundige
gestichten voor krankzinnigen te hebben waar
genomen, werd hjj, bjj de invoering der wet tot
regeling van het staatstoezicht van krankzin
nigen in 1884, tot inspecteur benoemd en
vestigde zich metterwoon eerst te Baarn, later
te Haarlem.
In deze betrekking bleef hjj tot het einde
van het vorig jaar werkzaam, toen zpn minder
gunstige gezondheidstoestand hem noopte ont
slag te vragen, 't geen hem op eervolle wjjze
werd verleend.
De naam van dr Van Cappelle zal nog lang,
bjj allen, die hem kenden, in dankbare herin
nering bljjven als die van een edel mensch, die
zjjn beste krachten aan het welzjjn van zjjn
landgenooten heeft besteed.
De jongste berichten uit Indië zpn gedateerd
Batavia 11 Januari.
Volgens het officieel bericht der gebeurtenis
sen in Atjeh bleven kleine benden steeds de
posten beschieten.
Den 9n December werd even buiten Lambaroe
een Europeesch korporaal-kleermaker, en op
den 18n Dec. binnen Boekit-Karang een Euro
peesch fuselier gewond. Den 14n gelukte het
een detachement, dat de werklieden aan den
weg tusschen Kota-Pohama en Pakan Kroeng-
Tjoet dekte, van eene bende van vijf a zes man,
drie personen neer te schietenterwjjt op den
15n weer een bende van circa 20 man op een
in hinderlaag liggend detachement stuitte, en
op korten afstand verscheidene salvo's had te
doorstaan. De Atjehers sloegen met gewonden
op de vlucht en lieten een doode, een Pedirees,
in onze handen achter. Den 18n werden Atjehers
van binnen de linie, die niet ver voorwaarts
van Lampermé aan een waterleiding werkten,
door eene bende van ongeveer twaalf man be
schoten. Toen naar aanleiding daarvan het werk
gestaakt werd, richtte de bende hare schoten
op de versterking Lampermé en werd daardoor
een inlandsch fuselier gewond.
Den 6en Januari hebben onze troepen in
Atjeh de vjjandeljjke bentings Kota Toeankoe
Baroe en Hagoe bjj verrassing genomen. Van
weerszjjden is geen schot gelost. De bentings
zullen gedurende veertien dagen bezet bljjven en
worden dan geslecht. De twee genomen bentings
liggen tegenover elkander aan beide zijden van
een lagune, niet ver van Pakan KroengTjoet;
Kota Toeankor Baroe werd op 26 Juli jl. genomen,
maar Kotta Hagoe nietde eerste werd toen
na de inneming weer door de onzen verlaten,
zonder tot de tweede door te dringen.
Tusschen beide in ligt in de lagune een
eilandje, van waar de onzen toen beschoten
werden. Kotta Hagoe is een eigenljjke ver
sterking, een vecht-benting, Kotta Toeankoe
Baroe een bentingdie voortdurend bewoond
werd.
In den nacht van 20 op 21 Dezember zjjn,
bljjkens een particulier correspondent van de
Jiva-bode, een 300tal Atjehers uit de VI en VII
Moekims naar het eiland Wajj overgestoken
en hebben de bezittingen der daar aanwezige
Chineezen voor goeden buit verklaard. Een
gelijk lot trof het hoofd van genoemd eiland,
Toekoe Daoed, wiens bezittingen vernield wer
den. Een gewapende sloep van Zr Ms Bromo,
ter verkenning uitgezonden, keerde onverrich
ter zake terug, nadat de kommandant der
sloep, de luit. ter zee Spengler, door een vjj
andeljjke kogel in de djj gewond werd. Den
23 Dec., dus eerst twee dagen later, werd de
orde uitgevaardigd, dat een compagnie van
het 14e bataljon naar Poeloe Wajj zou uitruk
ken, welke order den volgenden morgen weder
ingetrokken werd, daar de gouverneur weder
gunstiger berichten ontvangen had.
Door de Kamer van koophandel en fabrieken
te Middelburg is aan de Tweede kamer der
staten-generaal het volgende adres verzonden
De Kamer van koophandel en fabrieken te
Middelburg acht zich verplicht, evenals reeds
van zoo vele zjjden is geschied, bjj uwe ver
gadering aan te dringen op verwerping van
het door uw medelid Bahlmann ingediend
ontwerp van wet »om te voorzien in den
kwjjnenden toestand van sommige takken van
den nationalen landbouw."
Na de vele reeds in andere adressen daar
tegen aangevoerde bedenkingen, wier juistheid
en gewicht wjj grootendeels beamen, zou het
wellicht overbodig kunnen geacht worden dat
ook door ons nog op verwerping werd aange
drongen. Doch wjj hebben gemeend dat het
niet geheel zonder beteekenis kon worden
geacht, wanneer een stem zich tegen het ont
werp verhief, ook uit deze gemeente, welke
de hoofdplaats is van eene provincie die bij
uitnemendheid een landbouwende kan worden
genoemd en waar juist de graanbouw een zeer
gewichtige plaats inneemt.
Goedkoop brood bljjkt den voorstel er een
doorn in 't oog te zjjn Nederland mag niet
langer dulden, naar het oordeel van den voor
steller, dat de binnenlandsche markt worde
overstroomd met buitenlandsche granen."
Wjj protesteeren tegen dergeljjke opvatting
en bljjven dep wensch koesteren dat de Neder-
landsche wetgever er zich van zal onthouden
om kunstmatig de broodprjjzen te doen rjjzen
en den invoer van buitenlandsche granen zoo
niet te weren, dan toch te bemoeileken.
De voorsteller is, bljjkens de memorie van
toelichting, van oordeel dat de óroorfprjjzen niet
zullen stjjgen, tengevolge van de toepassing
der door hem voorgestelde maatregelen. Wjj
vragenwaarom stelt hjj dan een invoerrecht
voor van 2.40 op 100 kilo brood, dus nage
noeg 2) cent per brood? Het buitenland zal
zegt de voorsteller den last dragen en
men zal op de schouders van den buitenland-
schen producent een gedeelte van de belastin
gen leggen, waaronder de binnenlandsche ge
bukt gaat. Doch wanneer dit werkelijk zoo
ware, zou het dan niet plicht zjjn van den
Nederlandschen wetgever om veel verder te
gaan dan de voorsteller doet? Waarom dan
den buitenlander niet aanstonds met b. v. f 3
(zooals thans in Duitschland wordt geheven)
in plaats van 0.60 per 100 kilo rogge be
last Wanneer tóch de buitenlandsche pro
ducent den last draagt, is er geen reden om
dezen slechts 0.60 in plaats van 3 zooals
in het Duitsche rjjk te doen dragen. En
wanneer de ftrooc/prjjzen inderdaad niet zullen
stjjgen door het voorgestelde invoerrecht, dan
is er geen reden waarom de rogge slechts met
f 0.60, de tarwe met f 1.20 zou worden be
last. De door den voorsteller voor dat verschil
opgegeven reden luidt woordelijk aldus: »Dat
de ondergeteekende de tarwe hooger wil be
lasten dan de overige graansoorten, zal wel
niet veel toelichting behoeven. Het wittebrood
in het algemeen is het voedsel van de ver
mogende klasse, en het roggebrood, ofschoon
even voedzaam, meer geschikt voor minder
verwende magen en meer onder het bereik van
den minderen man.Wanneer het nu waar
is, dat de broodprjjzen niet zullen stjjgen, dan
vervalt dit geheele motief. Doch uit die zin
snede, evenals uit het voorstel om ook het
brood te belasten, bljjkt zonneklaar dat de
voorsteller zelf verhooging van den broodprijs
verwacht van het door hem voorgestelde in
voerrecht op rogge, tarwe, meel en brood.
De ervaring heelt overigens uitspraak gedaan
over de onjuistheid der bewering dat de buiten
landsche producent den last draagt.
De prjjzen van rogge te Berlijn en te Amster
dam waren gelijk toen noch Duitschland noch
Nederland er recht op hievenzjj waren te
Berlijn f 35 a 37 hooger per 2100 kilo, zoolang
Duitschland f 37,80 per 2100 kilo hief; en zjj
waren te Berlijn f 58 si ƒ64 hooger, nadat
Duitschland het recht tot f 63 per 2100 kilo
had verhoogd. Merkwaardig is het, dat juist
in het eerste haltjaar na de verhooging van
het recht de invloed op den prjjs niet zoo
merkbaar was als daarnade prjjsverhooging
was slechts 25 dadelijk na de belastingver-
hooging tot f 37,80 en slechts 50 dadelijk nadat
de heffing tot ƒ63 was opgedreven. Dit vindt
natuurljjk zjjn verklaring in de groote voor
raden die ingevoerd worden en opgezameld
zpn onmiddeljjk vóór de verhooging van het
inkomend recht; doch de buitenlander droeg
den last evenmin later, als in dat eerst halljaar,
al was die last grooter geworden toen de voor
raden uitgeput waren welke vóór de verhooging
waren opgedaan.
Bescherming van den noodljjdenden graau-
bouwer is bljjkens da 1ste kolom van pagina
3 der Memorie van Toelichting het doel van
het voorstel. Doch op de 2de kolom dierzelide
pagina wordt gezeg 1 »ware afdoende bescher
ming bedoeld, dan had het bedrag der rechten
veel hooger moeten zpn". En inderdaad, dit
zou e°n niet geringe fout van den wetgever
zjjn. Acht hjj het iu het algemeen belang dat
de graanbouw beschermd worde, hjj doe het
dan op afdoende wijze. Doch het nemen van
een halven maatregel is in elk geval verkeerd.
Worden inderdaad de broodprjjzen niet verhoogd;
draagt werkeljjk de buitenlander den last en
is bescherming van den graanbouw onmiskenbaar
door het algemeen belang gevorderd, dan worde
die bescherming ook op afdoende wijze den
graanbouw gebracht, dan worde de Nederlander
in het dragen van belastingen op ruime schaal
geholpen door den buitenlandschen producent.
Doch zoo uwe vergadering met ons van oor
deel is dat de broodpjjzen zullen stjjgen, dat
het Nederlandsche volk den nieuwen last zal
te dragen hebben en dat tegenover dra tniet
afdoendebescherming van enkelen benadeeling
van zeer velen staat, zoo zal zjj het voorBtel
verwerpen als onrechtvaardig, onaannemelpk
en in strjjd met het algemeen belang. Wjj
herinneren ten overvloede aan de bekende
omstandigheid dat in ons land tegenover
1.300.000 heet. grasland worden aangetroffen
870.000 heet. bouwland, en dat van die 870.000
heet. slechtt 400.000 bebouwd worde»