N°. 6.
133" Jaargang.
1890.
W oensdag
8 Januari.
landbouw bfl schoofdeeling.
Deze courant verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco 2.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 cent.
Ad verten tiënl 20 cent per regel.^Bij abonnement lager.
Geboorte-, Trouw-, tyood-, en andere familieberichten met de daarop
betrekking hebbende dankbetuigingen: van 1—7 regels f 1.50;
iedere regel meer ƒ0.20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Middelburg 7 Januari.
ONDERWIJS.
KERKNIEUWS.
RECHTSZAKEN.
LETTEREN EN KUNST.
UIT STAD EN PROVINCIE.
iiiDDiiiKiK.siiii: mum.
WW
Thermometer. Agenten te YliBsingen: p. G. de Yet Mestdagh Zoo», te Goes: A. A. w. Bolland, te Exuiningen: f. y. d. Peijl, te Zierikzee: A. 0. de Mooij te Tholen: W. A. va» Atlvertentlëm
Middelburg 7 Jan. ra. 8 n 44 gr. I Nreuwenhuijzen en te TerneuzenM. de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aan, evenals de i moeten des namiddags te eea otf
m-„12 u 49 gr. av. 4 u. 48 gr. F i advertentie-bureau'e van Nijgh Van Ditmar te Rotterdam, de Gebb. Belineante, te 's Gravenhage, en A. de la Mab Azn, te Amsterdam. j aan het bureau bezorgd zjjn, willen
Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Dadbe Cie., John F. Jones, opvolger. zjj des avonds nog worden opgenomen
Verwacht W. wind.
i.
Onder dezen titel levert de heer C. J. H.
van den Broek te Middelharnis een opstel
in de Vragen des tijds, waarin hij verklaart
dat naar zijne overtuiging dit middel haast
het eenige aangewezene is in deze gedrukte
tijden om verbetering in den toestand te
brengen.
Wij meenen onzen lezerskring, vooral hen,
die betrokken zijn bij of belangstellen in
den landbouw, een dienst te bewijzen door
op deze beschouwing de aandacht te vestigen
en enkele opmerkingen daaraan te ontleenen.
Het is ons natuurlijk niet mogelijk den
schrijver te volgen bij al zijne berekeningen
dit zou te veel plaatsruimte in ons blad
vorderen en ook te veel vergen van de aan
dacht van een couranten-lezend publiek. Wij
hopen echter dat hetgeen wij meedeelen de
belangstelling zoodanig zal opwekken, dat
menigeen kennis neme van het geheele
opstel.
Sedert jaren dringt het landbouw-vraagstuk
zich meer en meer op den voorgrondallerlei
middelen, kunst-middelen niet het minst,
worden aangeprezen om verbetering te bren
gen in den moeilijken toestand waarin die
landbouw verkeert. Ons verwondert het
niet dat velen, trots de waarschuwende
stemmen die zich daartegen verheffen, met
beide handen grijpen naar een beschermend
recht; en een getal van driehonderd land
bouwers, die in Westelijk Zuid-Beveland hun
verlangen te kennen geven op aanneming
van het voorstel-Bahlmann, wekt allerminst
onze verbazing. Zij plaatsen zich louter op
het standpunt van hun eigen belang; zij
hopen op verbetering en leenen gewillig het
oor aan hen, die hun van het beschermend
stelsel alle heil voorspellen. En bovendien:
„baat het niet, het schaadt hun evenmin"
„men kan het licht probeeren"; aldus rede
neeren anderen; zoodat tegenover dergelijke
argumenten de waarschuwende stemmen van
zeiven hun kracht verliezen.
Yele grondbezitters bovendien zullen eene
beweging in die richting niet tegengaan,
want zij is zeer in hun belang.
Al die overwegingen maken het ons licht
verklaarbaar waarom zoovelen de adres
beweging steunen inzake Bahlmann's voorstel.
Nu er echter een ander middel wordt
aangewezen dat als het eenig afdoende ons
wordt voorgespiegeld verdient ook dit eenige
nadere beschouwing, al ware het alleen als
compensatie middel tegen het alleen heil
brengende, dat men elders aanprijst.
De heer Van den Broek schrijft als
inleiding tot zijn betoog het volgende
»De tegenwoordige toestand van den land
bouw is ernstig.
Er wordt daarmede eene baast onmetelijke
waarde aan grondbezit bedreigd, want voor
Nederland alleen bedraagt eene daling van 25
pet der pachtwaarde, gepaard gaande met ver
zwaring der op het land drukkende lasten, eene
rentederving van vele tientallen millioenen.
De schuld ligt niet aan verminderde vrucht
baarheid) maar aan algemeene daling van den
prjjs der producten, welke daling niet even snel
door afslag van pachten is gevolgd kunnen
worden en dus den pachter heeft verarmd, nog
vóór de grondeigenaar den druk kon voelen.
Het samenstel van oorzaken, dat op de bepa
ling dier prezen invloed heeft, is te groot en
te ingewikkeld om door ons te worden overzien.
Daaronder mogen als de voornaamste gegist
worden gewijzigde verhouding der als betaal
middel geldende koopwaren goud en zilver;
de groote oorlogen en de steeds gevaarlijker
wordende vrede op voet van oorlogde ont
ginning in razende haast van steeds nieuwe
landbouwstreken; de concurrentie der Nieuwe
"Werelden.
Aannemeljjk ia de bewering dat eerlang
Amerika, indien het op den ingeslagen weg voort
gaat, zjjn huidigen overvloed in 't eigen huis
houden zal kunnen gebruiken wegens den groo-
ten aanwas der bevolking en dus ophouden zal
te exporteeren; maar Australië, Vóor-Indië,
Noord-Afrika pakken nog forscher aan en voor
heden is de vruchtbare grond, die ontgonnen
kan worden, nog haast oneindig groot.
Men doet echter verkeerd al te veel gewicht
te hechten aan deze mededinging, want deze
landen leveren nog in hoofdzaak granen en de
graanbouw is wèl een belangrijk onderdeel van
den landbouw, maar geen essentieel gedeelte.
De graanprjjs mag daarom nimmer worden
genomen als standaard voor den prijs van
algemeen landbouw-product.
Men is gewoon zich te vergissen in de schüt-
ting der toekomst. In de jaren 18451849,
bjj het uitbreken der aardappelziekte, achtte
men den landbouw algemeen onherstelbaar
geknakthet is daarentegen de opening van
een dertigjarig tijdvak van bloei geweest.
Er is mogelijkheid voor den terugkeer van
vorige prijzen, alleen op grond van de overwe
ging dat er altijd geweest zijn perioden van
gedruktheid, gevolgd door tijden van herleving.
Eene op gronden rustende waarschijnlijkheid
bestaat er echter niet.
Onmiskenbaar wordt er strjjd gevoerd tusschen
de veelszins ontzenuwde oude wereld en de
grootere energie der nieuwe rassen en opko
mende kolonisten.
In dien strjjd beslissen de natuurlijke voordeelen.
Onze voordeelen zjjn
ligging in en om de dichtbevolkte middel
punten van verbruikwjj zjjn nog altjjd in 't
hartje varn de wereld
goedkoope arbeidskrachten hunne dagloonen
zijn weekloonen ten onzent
betrekkelijke goedkoopte van mest als com
pensatie tot of aanvulling van de vruchtbaarheid
der landen;
overvloed van kapitaal, dat noodwendig plaat
sing zoekthunne hypotheek-rente heet woeker
rente bjj ons.
De nieuwe werelden hebben
goedkoop en vruchtbaar land in haast onbe
perkte mate
meestal gunstiger klimaat omdat de kolonist
nog naar willekeur zjjn grond kiezen kan;
groote energie der ondernemers.
En dat alles resulteert voor ons in dat éene
gebiedende voorschrift: dwing uwen grond door
macht van uw kapitaal en arbeid tot voort
brengen dat is drjjf intensieve cultuur."
De schrjjver wijst verder op zjjn geloof dat
de grond dankbaar is en met woekerrente
arbeid en kapitaal teruggeeft. Dit toont hij
door voorbeelden aan, om daarna tot de con
clusie te komen hoe het eene groote dwaling
is te meeneD, dat de waarde vaD den grond
in begunstigde streken uitsluitend zou gelegen
zijn in zjjne kwaliteit, alsof daarin iets keel
bjjzonders ware. In het algemeen is zekere
natuurljjke geschiktheid voor een speciaal doel
wèl aannemeljjk, doch tot zulke groote verschil
len als er bestaan in de geldswaarde der landen,
voert dit niet. Yeeleer staat het vast dat die
waarde bepaald wordt door de zeer eigenaardige
wisselwerking, die er tusschen grond en bevolking
bestaat, bjj benadering uit te drukken door
het woord cultuur. Soortgelijke grond b. v.
als te Yljjmen mét f6000 per hectare betaald
wordt, is in andere streken van ons vaderland
bjjna te geef. Het is de cultuur, die de waarde
bepaalt en van de twee determineerende fac
toren, die de schrijver noemde, acht hij de
bevolking de gewichtigste.
Daarom dwalen ook, naar zjjne meening, zjj,
die meenen bij de spreuk te moeten zweien van
de bekende vereeniging Land is zekere bezitting.
Hjj laat nog voor een oogenblik ter zjjde hoe
die >zekerheid" slechts afhangt van éene voor
waarde den voortduur van onze huidige sociale
toestanden met ongewijzigde wetgeving. Wat
in tjjden van politieke beroering groote rust
geven kan, zal bjj groote sociale beroeringen
hevig geschokt kunnen worden. Feiteljjk is er
haait niets zoo moeiljjk te bezitten als juist
land en ontleent men zjjne zekerheid Blechts
aan de wet, die niet altjjd even onwrikbaar is.
Maar de heer v. d. Broek komt vooral op
tegen eene uitbreiding der spreuk, alsof die
zekerheid van bezit ook synoniem zou zjjn met
zekerheid van opbrengst. Yeelal denkt men zich
de waarde van land te stabielhet land moet
tot waarde gebracht worden door de omwonen
den. Het belang van landheeren bjj de wel
vaart der bevolking bjj en om hunne landen
is niet vèrgezocht of hersenschimmigneen,
het is zeer nabjj en zeer reëel. Eene verhui
zing van arbeidskrachten, vermindering van
welvaart der bebouwers of gebruikers, het
opluiken eener industrie of het uitsterven van
een bedrijfdat toont zich onvermjjdeljjk in
de waarde der landerjjen.
De meeat rechte weg voor landeigenaren is
dus hunne belangstelling te schenken vooral
aan de njjverheid, die zich met hunne landen
bezig houdt: den landbouw.
Als er zich teekenen voordoen dat het, alléén
door meer energie aan te wenden, den land
bouwer mogelijk zal bljjven het hoofd boven
water te houden, dan is het des landheers
belang om in die richting mede te werken, des
noods den stoot te geven. De schrjjver gelooft
dat dit geval zich nu voordoet. Men kan op
zijne vingers narekenen, dat er bjj den pachter,
na een haast tienjarige ongebroken boozeperiode,
niet genoegzame middelen meer voorhanden
zijn om, meer nog dan vroeger, kapitaal in
den grond te steken. Het kapitaal is er een
voudig niet meer en komt dus ook niet in den
grond.
Vandaar het haast plotseling verlangen naar
een welingericht landbouw-crediet. Welnu, met
volle erkenning van de behoefte aan op-trouw-
te-verschaffen kapitaal, toch gelooft de schrjjver
dat het door eene bank-instelling te verleenen
crediet noch pachter noch landheer bevoor-
deelen zal. Want de betrekkelijk lage rente,
waarmede de landheer zich nu vergenoegt, ligt
in de zekerheid van zijne inkomst, voor zooveel
mogeljjk gewaarborgd door zjjne stelling als
preferent schuldeischer op de vruchten van het
land. Wordt er aan deze verhouding getarnd
schuift men nog een ander preferent schuld
eischer naast of vóór den landheer, dan zal
deze genoodzaakt zjjn een risico-premie op zjjne
rente te leggen en hoogere pacht te vragen.
Het crediet toch zal meestal niet anders dan
op reëele vruchten als onderpand verstrekt
worden de gevallen van blanco crediet wachten
op geene landbouwbank. Die opslag zal niet
willekeurig of sporadisch verschjjnenze zal
algemeen bljjken, als er iets aan de zekerheid
van de betrekking op de vruchten van het
land gaat ontbreken, en de verhooging zal
door de boeren moeten worden ingewilligd.
Wat de landbouwer met de eene hand ontving,
zou hjj misschien met de andere dubbel moeten
wedergeven.
Doch waarom zou de landheer de bemidde
ling eener bankinstelling gebruiken voor het,
langs omwegen, verstrekken van kapitaal aan
den landbouw in 't algemeen? Waarom zou
hjj het niet rechtstreeks doen door verschaffing
van kapitaal aan zjjn eigen boer in 't bjjzon-
der, kapitaal, dat ten slotte in zjjn eigen
land terechtkomt om vrucht at te werpen en
een flinke ruggesteun wordt voor den man,
die hem aan zjjne renten helpt Wat ver
hindert hem als vennoot op te treden in het
landbouwbedrijf van den pachter zjjner landen?
Bjj de moeiljjkheid van geldbelegging op
soliede wjjze meent de schrjjver met vertrouwen
deze wjjze van kapitaal-plaatsing in den grond
te mogen aanbevelen. In den strjjd tusschen
de voorrechten der oude wereld met de energie
van de nieuwe, heeft het der Njjverheid niet
aan toevloed van kapitaal ontbroken. Ook de
Handel heeft niet te klagen en de Staats-
regeeringen nog minder. Maar van al het
steeds ophoopende en in verschillende beddingen
afgeleide kapitaal heeft geen stroompje den
Landbouw gedrenkt. Het is een onweerspre
kelijk feit, dat de Landbouw weinig meer
kapitaal gebruikt dan b. v. 70 jaren te voren.
De heer Van den Broek zou dit kunnen be-
wjjzen met gegevens van het jaar 1817, maar
hjj zal het nalaten opdat men hem niet toe
roepen zou tvous prechez des convertis."
Ja, als dat eens waar mocht zjjn 1 Als men
het eens toegaf, dat de landbouw niets zoozeer
noodig heeft als kapitaal,.... dan zou
hjj twee wegen aanraden.
Ten eerste den grond verrijken door beplan
ting of ontginning of door beide.
Dat beduidtaanleg van bopmgaarden,
fruittuinen, kweek van vruchten. Of het be-
teekentverbetering van minwaardigen grond
door ontginning, afwatering of iets anders.
Of het kan bestaan in vereeniging dezer beide
stelsels. Dan legt men kapitaal vast in den
grond, dat bjjna goede rente dragen zal.
Maar niet ieder is in de gelegenheid, dit
op geschikte wjjze te doen uitvoeren.
Er moet dan zoowel afzet worden gecreëerd
als verstandig personeel tot een nieuwe cultuur
worden opgeleid of van buitenaf ingevoerd.
Bovendien werkt het middel op langen tjjd
en kan het zich maar tot een beperkte opper
vlakte bepalen. Men kan toch niet alles tot
boomgaard maken 1 En onderwjjl schreeuwen
duizenden hectaren om een stroompje vrucht
baarmakend goud 1
Daarvoor diene de tweede weguitoefe
ning van het 1 a n d b o u w b e d r jj f bp
wjjze van schoofdeeling.
Wat dit zeggen wil zullen wjj aan de hand
van den schrjjver in een volgend opstel nagaan.
Bjj kon. besluit is benoemd tot president der
arrondissements-rechtbank te Alkmaar mr J.
W. Mouton, thans rechter in de arrondisse
ments-rechtbank te Dordrecht.
Nog is de heer F. W. R. Petri, arts, be
noemd tot officier van gezondheid der 2e kl.
bjj de zeemacht.
Eindeljjk is benoemd bjj den plaatseljjken
staf tot plaatseljjk-adjudant te Amersfoort, de
kapitein C. W. Q. de Flines, van het 6de reg.
infanterie, die in verband daarmede bjj genoem
den si af wordt overgeplaatst en is de kapitein
G. L. Meischke, van het 4de regiment infan
terie, krachtens punt 4* van art. 38 der wet
van 28 Augustus 1851 Staatsblad no 128), op
non-activiteit gesteld.
De minister van koloniën heeft bekend ge
maakt, dat bjj den dienst van den waterstaat
en de burgerljjke openbare werken in Neder-
landsch-Indië kunnen worden geplaatst eenige
adspirant-ingenieurs. Zij, die voor plaatsing in
aanmerking wenschen te komen, behooren zich
binnen eene maand na 3 Jan. (dagteekening
van deze bekendmaking) bjj gezegeld adres te
wenden tot het departement van koloniën,
onder overlegging vana. het diploma van
civiel-ingenieur, bedoeld bjj art. 61 der wet van
2 Mei 1863b. een bewjjs van goed maat-
chappeljjk gedrag, afgegeven na dagteekening
dezer bekendmaking door burgemeester en
wethouders hunner woonplaatsc. hunne ge
boorte-akte d. een door den commissaris des
konings in de betrokken provincie afgegeven
certificaat van voldoening aan de wet op de
nationale militie. In het adres moet worden
vermeld of de eandidaat gehuwd is en c. q.
het aantal zjjner kinderen.
Aan de uitzending is verbonden a. over
tocht voor gouvernementsrekening als passa
gier der 1ste klasse, c. q. ook voor het wet
tig gezinb. eene gratificatie voor uitrusting,
ten bedrage van 1500 c. eene voorloopige
bezoldiging van 150 's maands, ingaande met
den dag van inscheping naar Nederl.-lndië.
De bezoldiging van een adspirant-ingenieur
bedraagt f 250 's maands.
Te rekenen van Maandag is mr C. T. Pahud
de Mortanges, uit Haarlem, buiten bezwaar
van 's rjjks schatkist werkzaam gesteld aan
het departement van koloniën, naar men zegt,
voor de opium-aangelegenheden.
Tot tweeden klerk aan genoemd ministerie
is aangesteld de heer Van de Watering Jr.
In een hoofdartikel bespreekt de Penang
Gazette den toestand op Atjeh. Daarin geeft
de redactie als hare meening te kennen dat
de lange duur van den oorlog geweten moet
worden aan de moeiljjkheid om de Atjehers
in het binnenland te vervolgen, aan het slechts
bjj tusschenpoozen optreden van ons leger en
de onvolledige blokkade door de vloot. Het
blad gelooft, dat eene werkeljjke blokkade der
geheele kust, een hoofdvereischte is om de
Atjehers tot onderwerping te dwingende ge-
deelteljjke blokkades leiden tot niets, daar
door het open gebleven kustgebied al het
noodige, ook voor het geblokkeerde gedeelte,
wordt ingevoerd en binnen gesmokkeld.
Hoe allernadeeligst zulk eene totale blokkade
voor den handel te Penang ook moge zjjn, ja
zelfs den ondergang van verscheidene hande
laars, die zaken doen met Atjeh, ten gevolge
zou hebben, is het blad toch van meening, dat
zulk een doortastende maatregel te verkiezen
is boven de tegenwoordige wjjze van handelen,
daar Penang er ten slotte wel bp zou varen en
de handel zich daarna levendiger en onder
betere omstandigheden zou kunnen ontwikkelen
dan ooit te voren.
Een Antwerpenaar kocht onlangs voor
40 frs. een schilderjj, die thans, na te zjjn
schoongemaaktgebleken is een echte Van
Djjck te zijn.
Tot onderwjjzeres te Molenaarsgraaf is
benoemd mejuffr. C. W. Baggerman te Mid
delburg.
Voor de betrekking van hoofd der school
te Zandvoort is opgemaakt een voordracht,
bestaande uit de heeren M. M. Blankert te
Bolsward, Jb Brink te 's Gravenhage en C. v.
Overeem te Haarlem.
Door studenten van verschillende facul
teiten te Utrecht werd aan dr. A. W. Bronsveld,
die bedankte voor het professoraat te Amsterdam,
een massief eikenhouten tafel aangeboden,
passende bjj de boekenkast, hem geschonken
bjj gelegenheid van zijn 25 jarige Evangelie
bediening.
De heer C. Snel, predikant te St. Laurens
c. a., is beroepen te Groote Lindt.
Arrondissements-Kechtbank te Middelburg.
Heden, Dinsdag, zjjn veroordeeld wegens:
diefstal: S. d. W., 48 j., huisvr. van P.
N., arbeidster, IJzendjjke, tot 2 in, L. D., 43
j., arbeider, Kleverskerke, tot 14 d., C. v. H.,
huisvr. van P. A., St. Jansteen, tot 3 w., en
C. B., 26 j., huisvr. van A. C., en M. E. C.,
16 j., arbeidsters, Zuiddorpe, ieder tot 3 d.
g«T.
bedelarjj: J. v. d. W., 25 j., koopman,
Terneuzen, tot 3 d. hechtenis;
feiteljjke aanranding der eer
baarheid: V. W., 17 j., werkman, Sluis,
tot 1 m. gev.
mishandeling: A. A. d. B., 26 j., land
bouwer, St. Jansteen, tot 7 d., en J. d. M.,
22 j., werkman, Clinge, tot 2 maal 7 d. gev., en
mishandeling van een ambte
naar: J. F. v. G., 20 j., landbouwer, Graauw,
tot 7 d. gev.
Allen in de kosten.
Vrijgesproken: P. v. P., 17 j., arbeider,
en F. v. O., 20j., klompenmaker, beiden,
Clinge, beklaagd, van mishandeling.
Van den derden jaargang der Haagsche
Stemmen is de eerste aflevering verschenen
Daarin brengt de heer J. Margadant, onder den
titel In memoriam, hulde aan de nagedachtenis
van mr Frederik baron van Hogendorp, den
schrijver der Haagsche Omtrekken en in zekeren
zin de geesteljjke vader der Haagsche Stemmen.
Sarah Bernhardt heeft nieuwe triumfen
behaald in de Porte Saint-Martin als Jeanne
diArc in Barbiers drama, dat in 1873 het eerst
opgevoerd werd.
De St. Ct. bevat de wet van 30 Dec. 1889
houdende bekrachtiging van de provinciale
belastingen in Zeeland. Deze zjjn acht en
twintig opcenten op de hoofdsom van de
grondbelastingen over 1890, en achttien op
centen op de hoofdsom van de belasting op
het personeel over den dienst 1890/91.
Gedurende het jaar 1889 werden te Mid
delburg 114 huweljjken voltrokken, waarvan
100 tusschen jongmans en jongedochters, 2
tusschen jongmans en weduwen, 8 tusschen
weduwnaars en jongedochters, en 4 tusschen
weduwnaars en weduwen.
Ingeschreven werden 3 echtscheidingen.
Bjj opgemelde huweljjken hadden 4 erken
ningen .van kinderen plaats.
Het getal geborenen was 454, nl. 232 m. en
222 v. Het getal tweeling-geboorten was 3,
waarvan levend werden aangegeven 4 mann
en 2 vrouw.
In onecht werden geboren 9 m. en 15 vr.
338 personen overleden in 1889, nl. 167 m.
en 171 v. Hiervan waren ongehuwde mannen
80, ongehuwde vrouwen 60, gehuwde mannen
93, gehuwde vrouwen 31, weduwnaars 27 en
weduwen 47.
In de gemeente overleden 9 m. en 2 vr.
niet en elders overleden 5 m. en 4 vr.
wel tot de werkeljjke bevolking dezer ge
meente behoorende, zoodat het totaal der over
leden personen, tot de werkeljjke bevolking
der gemeente behoorende, bedraagt 163 m. en
173 vr.
Het getal levenloos aangegevenen bedraagt
11 m. en 8 vr.
De officier van gezondheid le kl. bij de
zeemacht dr. A. W. M. van Deventer, gedeta
cheerd te Vlissingen, wordt met 1 Februari
a. s. op non-activiteit gesteld en vervangen»
door den officier van gezondheid le kl(
H. M. J, Wertenbroek,