N°. 296. 132" Jaargang. Zaterdag 14 December. Deze courant verschijnt dagelijks; met uitzondering van Zon- en Feestdagen! Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco f 2.—J Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 cent; Advertentïën20 cent per regel. Ei] abonnement lager: Geboorte-, Trouw-, Dood-, en andere familieberichten met de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen: van 17 regels 1.50; iedere regel meer 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte; Middelburg 13 December. Verstrekking van warm voedsel aan arme schoolkinderen. niDDELBMS Thermometer. Middelburg 13 Dec. vxu. 8 u 31 gr. m. 12 u 34 gr. av. 4 u. 33 gr. F Verwacht Z. W. wind. Agenten te Vlissingen: P. Gr. de Vet Mestdagh Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te Krainingen: F. v. d. Peijl, te Zierikzee: A. G. de Mooij te TholenW. A. van Nieuwenhhijzen en te TerneuzenM. de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aan, evenals de advertentie-bureau's van Nijgh Van Ditmar te Rotterdam, de Gebr. Belinfante, te 's Gravenhage, en A. de la Mar Azn, te Amsterdam. Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publicitó étrangère G. L. Daube Cie., John F. Jones, opvolger. Advertentiën moeten des namiddags te een uur aan het bureau bezorgd zjjn, willen zjj des avonds nog worden opgenomen Onderwijs geven aan hinderen die honger lijden, is erger dan dierenplagerij. Von Knebel. Toen ik nu en dan las, dat, op het voor beeld van het buitenland, dan in deze dan in gene plaats van Hederland vereenigingen ont stonden, om aan arme schoolkinderen gedurende de wintermaanden warm voedsel uittereiken, dacht ik dat Middelburg aan eene dergelijke vereeniging geen behoefte had, omdat ik wist, dat de Middelburgers zeer liefdadig zijn, en ook nu nog twijfel ik niet aan die liefdadigheid maar wel aan eene in alle opzichten goede regeling en samenwerking harer uitoefening Een nauwgezet onderzoek bij de hoofden der scholen, die met de meeste welwillendheid in lichtingen verschaften, heeft geleerd, dat op alle scholen, waar kinders van arme ouders gaan (met uitzondering van de school van den heer Van Kluijve) wel degelijk een tal van kinderen komen, die niet geregeld dageljjks middageten ontvangen, en die op school blijk geven dat zij honger hebben. Daargelaten dat bet onderwjjs aan kinderen met hongerende magen onmogelijk goede vruch ten kan dragen, komt het mij voor, dat in onze kleine maatschappij met een betrekkelijk geringe opoffering van de zijde der meerge- goeden, het treurig schouwspel van kinderen tusachen de 6 en 12 jaar, die nu en dan honger ljjden, kan worden vermeden. Met groote instemming vernam ik dan ook dat, nu de behoefte daaraan blijkt te bestaan, eenige Middelburgsche dames de handen hebben ineengeslagen, om eene dergelijke vereeniging op te richtenen ik twijfel dan ook niet of de gegoede Middelburgers, die zich nooit onbetuigd lieten, waar het gold armoede te lenigen, zullen aan die roepstem gehoor geven. Zoo er bij het uitoefenen van liefdadigheid gevaar kan bestaan, dat de weldaden aan onwaardigen of luiaards worden verstrekt of gebezigd worden voor verkeerde doeleinden, hier zal men daarvoor geen vrees behoeven te koesteren, waar de te beweldadigen personen kinderen van 6 tot 12 jaar zijn, aan wie de weldaad onmiddelijk wordt verstrekt. Wie ook schuld moge hebben aan het ge brek, dat zjj ljjden, (en men zij in zjjn oor deel daaromtrent niet te lichtvaardig) zeer zeker zal men die niet aan de kleinen zeiven kunnen wjjten. Dat er betrekkelijk veel geld noodig zal zjjn om de Vereeniging in staat te stellen haar doel te bereiken, kan bljjken uit eene opgaaf, door de hoofden der scholen gedaan (der beide kostelooze openbare scholen, der school met den bjjbel en der roomsch katholieke school) volgens welke ruim een honderdtal kinderen in de termen zal vallen om van de Vereeniging een warm middagmaal te ontvangen. Wil men dus gedurende drie wintermaanden aan minstens 100 kinderen dat voedsel ver strekken, en rekent men dat de portie eten, met inbegrip van alle uitgaven van lokaalhuur, verwarming, kosten van gereedschappen enz., twintig cents kost, dan zal reeds een som van ongeveer 2000 noodig zjjn. Twee duizend gulden, ik noemde de som hetrekkeljjk groot, is toch ook betrekkeljjk gering, als men nagaat, dat het resultaat, dat men voor die twee duizend gulden koopt, waarlijk niet gering is. In het verslag der Vereeniging voor het ver strekken van warm voedsel aan arme school kinderen te 's Gravenhage over het dienstjaar 1888,89 (die Vereeniging bestaat reeds 6 jaren) wordt gewaagd van »de van vreugde stralende gezichtjes der kinderen, als zjj het dampende eten voor zich zien den vrooljjken handdruk der kleinen na het versterkend maal." Ook blijkt uit dat verslag, dat het school verzuim door het verschaffen van warm mid dageten gedurende de wintermaanden, aanzien lijk verminderd wordt. Mjj dunkt, men behoeft geen bjjzonder week hart te bezitten, om te hegrijpen, dat nu een maal de behoefte gebleken is, onze plicht ons gebiedt de helpende hand uit te steken. Zon het geen schande zjjn voor onze beschaafde maatschappij, dat wij, wetende hoe op onze scholen kinderen op de schoolbanken zitten die honger lijden, niet zouden beproeven daarin te voorzien Ik verwjjs verder naar de hieronder ge plaatste circulaire, welke, door een tal van Middelburgsche dames onderteekend, aan allen is of wordt aangeboden, die geacht kunnen worden tot bereiking van het doel mede te kunnen werken. Dat deze Middelburgsche vrouwen niet aan doovemansdeuren zullen kloppen is mijne vaste overtuiging. Een belangstellende. De circulaire »Aan de ingezetenen van Mid delburg", waarvan in bovenstaande sprake is, luidt als volgt >Een door eenigen der ondergeteekenden ingesteld onderzoekwaarbjj zjj zich in de welwillende medewerking der hoofden van de betrokken scholen mochten ver heugen, heeft ons de noodzakelijkheid doen inzien van de oprichting eener Vereeni ging lot het verschaffen van warm voedsel aan arme schoolgaande kinderen. Het is voorzeker onnoodig onze stadgenooten van het nut en het doeltreffende van zulk eene vereeniging, zooals er reeds in vele andere plaatsen in binnen- en buitenland bestaan, te overtuigen. Wie niet met gesloten oogen door de straten onzer stad wandelt kent ze alle die bleeke gezichtjes, die ons genoeg zeggen hoe groot de ontbering thuis is. Wie uwer zou dan weigeren te luisteren naar de stem der mensch- lievendheid, die nog nooit te vergeefs bij Mid delburgs weldoende ingezetenen gevraagd heeft wair het thans geldt de kleine, behoeftige schoolkinderen, wier zwakke krachten door onvoldoend voedsel dikwerf gesloopt worden Wie onder u zou rustig willen toezien dat er in de stad zjjner inwoning, in zjjn naaste om geving honger geleden wordt Honger door kinderen, bestemd gedurende hun verdere levensjaren met handenarbeid hun brood te verdienen Op de lagere scholen worden zjj onderwezen, opgevoed. Wat echter is opvoeding zonder voeding? Immers iets ondenk baars 1 En vraagt het onzen onderwijzers aan de scholen voor de min- en on vermogenden uit de volksklassen, hoe het mat de voeding hunner scholieren staat. Zij zullen u, evenals ons, vertellen, hoe zjj dageljjks op de ichool- banken kinderen zien zitten, wier ouders som tijds geen enkel stuk brood in buis hebben. Nog onlangs gebeurde het dat een knaapje te laat op school kwam. Waarom Omdat Hij gewacht had tot moeder »met centen" thuis kwam om brood te koopen. Moeder kwam niet en het kind ging zonder eten naar school. Hoe het leeren met een hongerige maag gaat Verscheidene kinderen, voornameljjk halve wezen, wier moeders verplicht zjjn uit werken te gaan, ontberen dikwerf een warmen maal- tjjd. Sommigen gaan na schooltjjd »op den bedel" uit voor een stuk brood Begrjjpt gjj den onderwijzer, die onder het verhalen van het ljjden zijner leerlingen den hartgrondigen wensch uitte »Ach, ware ik rijk, dat ik dezen armen kinderen dagelijks een warm, voedzaam maal kon laten bereiden Welnu dit beoogt onze Vereeniging en wij twijfelen niet of gij allen zult hetzelfde met ons willen. Op de Roomsch Katholieke zuster school alhier heeft men aireede den prijzens- waardigen maatregel genomen om in de behoefte van kinderen, die thuis geen vol doende voedsel ontvangen, te voorzien. Met de op te richten Vereeniging stellen wij ons voor voortaan aan zulke arme schoolgaande kinderen gedurende de wintermaanden zoo mogelijk dagelijks een portie warm eten te geren, opdat zij, goed gevoed, met opge wektheid en dus met meer vrucht het onder wijs in de scholen kunnen genieten. Naar gelang uwe bijdragen of giften milder vloeien zal de uitdeeling gedurende de wintermaanden langer duren. Wat de uitvoering onzer plannen betreft, zoo wenschen wij aan de hoofden der scholen over te laten om de kaarten uit te deelen aan die kinderen, die naar hun beste weten het meest behoefte aan een warmen maaltijd hebben. Deze zal bestaan uit gestoofde pot of erwten soep of grauwe erwten of bruine boonen of iets dergelijks. Wij koesteren de hoop een goed lokaal te vinden, waar het maal door de kinderen kan gebruikt worden. Aan de Katholieke en Israëlitische kinderen zullen de spijzen uitgereikt worden overeen komstig de voorschriften van hun godsdienst. Voorzeker zullen vele vrouwen onder u be reid zijn later ons bij te staan in de uitoefening van bet toezicht op de maaltjjden der kinderen. Finanoieelen steun echter verwachten wjj van u allen zonder onderscheid. Helpt ons, gij allen, die door het geluk meer begunstigd zijt, onze taak te volvoeren. In Weenen werden in weinige dagen duizenden guldens bijeengebracht toen bekend werd hoe- vele kinderen daar gebrek leden. In Amsterdam, Den Haag, Rotterdam, Arnhem, Groningen en Maastricht mogen de vereenigingen voor bet verstrekken van warm voedsel aan arme school kinderen zich in den algemeenen steun en in groote deelneming verblijden. Zou Middelburg anders handelen? Wij gelooven het niet. De onderwijzers in de opgenoemde steden prijzen het Btreven der ver eenigingen, ja erkennen dankbaar het nut ervan, want het schoolverzuim vermindert, de leerlingen volbrengen met meer ijver en opge wektheid hun taak in de school. Ruime ontvangsten worden dringend vereiscbt daar bet aantal kaarten, die zullen verstrekt worden aan de hoofden der kostelooze scholen A en B, de heeren Nierse en Hogerland, aan het hoofd van de school met den Bijbel, den heer Rademaker, en aan het hoofd der Roomsch katholieke dagschool voor meisjes, mej. Klep, voorloopig op minstens honderd geraamd wordt. Zij, die zich bereid verklaren leden der Veree niging te worden, zullen te gelegener tjjd tot eene vergadering opgeroepen worden, waar de Vereeniging zal worden opgericht, statuten zullen vastgesteld en een bestuur zal verkozen worden. Zal onze Vereeniging dus werkeljjk in de kindervoeding van arme schoolkinderen voor zien, dan is het noodzakelijk dat ieder, die deze circulaire ontvangt, het daarin liggend inschrij vingsbiljet invult en verder alle zijne vrien den en bekenden met aandrang aanspoort dit eveneens te doen. Dan zal het ons mogeljjk zijn nog in de eerstvolgende barre wintermaanden onzen armen schoolkinderen een warm en krachtig middag maal te bereiden." Hierop volgen de onderteekeuingen. Nog ontvingen wjj het volgend schrijven Mijnheer de Redacteur Waarschijnlijk is het n niet onbekend, dat eenige dames hier ter stede voornemens zijn, eene vereeniging tot stand te brengen, om gedurende de wintermaanden een warm mid dagmaal te verschaffen aan de hehoeftigste schoolkinderen. Dit denkbeeld vindt bet is treurig maar waar, levendige bestrijdingen, ofschoon ik mij er niet aan zal wagen, al die argumenten, daartegen aangevoerd, te bestrijden, wil ik, daartoe aangezocht, wèl opkomen tegen de bewering »er zijn bier geene gezinnen, waar somtijds geen eten is"; „er komen hier geene kinderen met honger op de school". Heb de goedheid, M. de R., mij daartoe eene kleine ruimte in de M. C. af te staan. Neen, hier heerscht niet die armoede, welke men in groote steden vindt, (dank ook den weldadigheidszin van Middelburgs ingezetenen), maar er zijn hier gezinnen, waar 's winters hon ger geleden wordt, er komen'hier werkelijk 's winters kinderen ter school, zonder gegeten te hebben. Niet in mijn tegenwoordigen, in mijn vori- gen werkking, gedurende do twintig jaren, dat ik aan school A (achter de Bree) werkzaam was, heb ik hiervan de treurige ervaring opgedaan. En men heeft mij niets wijs gemaaktik onderzocht en deed, wat ieder ander in mjjne plaats ook zou gedaan hebben, ik nam er de proef van en werd ten volle overtuigd, dat de kinderen honger, grooten honger hadden. Het is mij overkomen, dat eene moeder 's mid dags hare kinderen met geweld ter school bracht, want ze wilden niet vrijwillig gaan, omdat ja, M de R., 'twas hard, het van de kinderen zelve te vernemen, »omdat ze 's middags niet gegeten hadden." Wat dunkt u, M. de R., waar ik bovenver melde toestanden van nabjj heb leeren kennen, waar ik mij overtuigd houd, dat de hoofden der scholen B. en A. alhier, ('t is mij niet be kend, hoe de toestand op de bjjz. scholen is) uit hunner meerdere of mindere ervaring met mij zullen getuigen: »ja, de gevallen doen zich voor, dat kinderen met honger op de school komen", zou ik dan niet eene poging wagen, om, al ware het slechts éen tegenstander van deze goede zaak tot een voorstander te bekeeren Ontvang mijn beleefden dank voor de gele genheid, mij daartoe geopend. Met hoogachting, Uwe dw. dr. P. G. de Jager, Hooid van school C. Bjj al deze stukken hebben wjj niets te voegen dan de betuiging van onze volle sym pathie met deze hoogst nuttige zaak, eene sympathie die ons deed. besluiten bovenstaande opstellen, aan bet hoofd van ons blad te plaatsen. Het Centrum bet bekende, katholieke orgaan dat in zoo nauwe betrekking staat tot dr Schaepman geeft heden een staaltje van bestrijding van een tegenstander, dat niet pleit voor de beschaving en het fijn gevoel zjjner redactie. Reeds het opschriftVooruitgang des heeren Heldt als papegaai geeft ons dadelijk den indruk, hoe het vervolg wezen zal. En als wij dan later van den Amsterdamschen afgevaardigde hooren gewagen als van »den Nieuw-Malthusiaan die zich in staat gevoelde Nieuwenhuis na te praten" dan beginnen wjj te begrjjpen dat die redactie, wellicht meenend geestig te zijn, op weg is de slechte manieren in de pers te volgen, waarmee enkele niet zeer gunstig bekende bla den opgang trachten te maken. Zonderling klinken dan ook de volgende regelen, waarmee het opstelletje in het Centrum besluit»Wij hebben nu goeden moed met den heer Heldt. Misschien wordt hij in staat, ook nog eens een lid der rechterzijde, die ware volksvrienden telt, na te praten. Dan krijgt hij van ons bepaald eene loffelijke vermelding." Wjj houden ons overtuigd dat de heer Heldt er alles behalve op gesteld zal zjjn, uit dezelfde hand, die zulke regelen schreef, eene »loffë- lijke vermelding" te ontvangen. Begrjjpt het (Jentrum niet hoe het langs den weg, dien het nu inslaat, zijn recht om lof te veikondigen verbeurt? Wat zou het zeggen als andere bladen, zjjn voorbeeld volgend, eens op dezelfde wijze schreven over dr Schaepman, die toch ook op vele punten slechts volgt de instructies, en verkondigt de stellingen, die hem van hoogerhand worden gegeven en voor gelegd De schrijver der kamer-overzichten in het Handelsblad, resumeerende den indruk dien het niet onbelangrijk tweedaagscbe debat in de Tweede kamer, bjj de algemeene beschouwingen over de staatsbegrooting, op hem heeft gemaakt, komt tot deze conclusie Der regeering staat na de aanneming der schoolwet niet duidelijk voor den geest in welke richting zjj zal hebben te sturen. Vooral is groote onzekerheid te bespeuren in hare bewegingen op financieel en economisch ge bied, een en ander voor een belangrijk deel het gevolg van de onbekwaamheid en het ge brek aan overtuiging bij den minister van financiën. De »antirevolutionnaire" partij heeft alleen bij monde van den heer Fabius een wanhopige poging gedaan om zoowel zichzelven als de regeering met het program van actie in het reine te brengen. Het heelt hierbij de aan dacht getrokken dat de heer Lohman zich in de geheele dissussie niet heeft gemengd. Was deze afgevaardigde thans niet meer genegen zooals verleden jaar het voor 't financieel be leid der regeering op te nemen Zooveel is zeker dat het program van actie, wat het financiëele gedeelte betreft, door de regeering is begraven. De katholieke partij heeft zich in den be ginselstrijd niet begeven. De rede van den heer Schaepman toont echter voldoende aan, dat de protectionistische strooming in deze fractie niet zoo algemeen wordt goedgekeurd als sommige meenen. De liberale party beeft tegenover het Kabinet in zjjn geheel eene afwachtende, welwillende houding aangenomendit belet echter niet dat sommige ministers, afgescheiden van hunne politieke richting zullen ondervinden dat vele leden der kamer de mede-verant woordelijkheid voor de voortzetting van het tegenwoordig bestuur niet willen op zich nemen. Dat op financieel gebied de woord voerders der liberalen uitsluitend het critische gedeelte van bet debat beoefend hebben, moet uit de omstandigheid verklaard worden dat er belastingvoorstellen, afkomstig van leden dezer partij, bij de kamer aanhangig zjjn. Over het hoofdstuk Binnenlandsche Zaken zijn ditmaal geene algemeene beraadslagingen gevoerd. Het Utr. Dbld. teekent bjj het gisteren mee gedeelde bericht van de Avondpost omtrent de oprichting van eene door geheel Nederland vertakte vereeniging, welke zich ten doel stelt, voor onvermogende kinderen het schoolgeld te betalen, door de nieuwe onderwjjswet verplich tend gesteld, het volgende aan »Deze mededeeling zal wel niet geheel juist zjjn, of het plan bernsfc op een misverstand. Voor onvermogenden [is het schoolgeld niet verplichtend." Ook het Vaderland betwijfelt de juistheid van het bericht en schrjjft verder »Is het de bedoeling daar waar een school geld wordt geheven, dat bljjkbaar te zwaar drukt, hulp te bieden, dan is dit doel zeker toe te juichen. Intusscben, waren reeds onder de bestaande wet dergeljjke misbruiken mo geljjk." De opbrengst der middelen was in de maand November ongeveer gelijk aan die over dezelfde maand in 't vorige jaar. In de cijfers der ver schillende posten is intusscben nog al eenig verschil. Zoo is de opbrengst der accjjnzen weder 570.000 lager, wat evenwel uitsluitend te wjjten is aan minder ruim vloeien van den suikeraccijns om vroeger ontvouwde redenen. Met dat al bracht de suiker over de elf maan den nog ƒ420.000 meer op dan verleden jaar en heeft de opbrengst reeds bjjna de gansche raming van het gansche jaar bereikt. De andere accijnzen brachten in November bjjna alle meer op dan verleden jaar, zoodat alle, uitgenomen het zout, thans de op bi engst van dat jaar hebben overschredenook zyn alle belangrjjk boven de raming, behalve de wijnaccijns, dia nog te hoog is geraamd. Bieren en azynen schijnen den invloed te ondervinden van de wijzigingen, in de accijnswet aangebracht, daar ze reeds 81,000 boven het vorige jaar staan. De indirecte belastingen brachten /'344.000 meer op dan verleden jaar, wat hoofdzakelijk te danken is aan de successie-rechten, die de schade beginnen iD te halen, zoodat de opbrengst nog slechts 5 ton bjj verleden jaar ten achteren is. Ook de zegelrechten blijven steeds een belangrjjk avans toonen, terwjjl registratie en hypotheekrechten iets terugbleven, doch beide flink boven de raming kwamen. Onder de middelen, die belangrjjk meer gaven, staan verder bovenaan de invoerrechten 464.000 tegen 439.000) en de posterjjen (ƒ536.000 tegen 377.000.) Dit laatste is echter alleen toe te schrjjven aan de door bijzondere omstandigheden zeer lage opbrengst van November 1888; de posteryen blijven steeds onder de, naar 't schjjnt wat lichtvaar dige, raming. De directe belastingen blijven goed vloeien ze hebben thans alle de opbrengst van het vorig jaar overschreden, echter met betrek- kelyk geringe hoeveelheden (grondbelasting ƒ209.000, personeel -j- ƒ184.000, patent ƒ53.000.) De opbrengst der 11 maanden is ƒ3.100.000 boven de raming en 1.800.000 boven de op brengst van het vorig jaar. Vaderland). De St. Crt. bevat een kon. besluit van den 9den December 1889, tot vaststelling van eenen algemeenen maatregel van bestuur als bedoeld bij de artikelen 5, 7 en 11 der wet van 5 Mei 1889 Staatsblad no. 48). Staatsblad no. 172 behelst bet kon. besluit van den 29en November 1889, betrekkelijk den herijk van de maten en gewichten in 1890. De herjjk heeft plaats binnen het tijdvak, dat aanvangt op 1 Januari en eindigt op 1 October van dat jaar. Aan Gedeputeerde staten der provinciën wordt opgedragen het tjjdstip te bepalen, waarop die herijk voor elke gemeente, gedurende het boven genoemde tjjdvak, zal plaats hebben. Aan het slot der namiddagzitting van de Tweede kamer, bij de voortzetting der algemeene beschouwingen over de staatsbegrooting, be tuigde gisteren de minister van koloniën zijne belangstelling in het opnieuw door den heer Levyssohn gesprokene. Geheel is hjj het met hem eens, dat de regeling van den financieeien en eoonomischen toestand het gevolg moet zjjn van een complei der maatregelen. De minister heeft in dat opzicht met belangstelling de jongste voortreffelijke brochure van den heer N. P. v. d. Berg gelezen. Tegenover het ge voelen van den heer Levyssohn stelde de minis ter de zienswijze van hen, die herstel van het sultanaat noodig achtten. De regeering gaat hier van een vast beginsel uitherstel van orde en rust, het einde van den oorlog en bevordering van de welvaart van Atjeh. Al wordt het sultanaat hersteld, dan blyven de overeenkomsten met de Onderhoorigheden be staan. In de godsdienst-kwestie had de minister met genoegen gehoord het beroep van den heer Levyssohn op mannen als Band en Elout. De regeering zal gaarne in hun voetspoor blyven treden. De minister van marine gaf eene toelich ting van de posten; die als restitutie van uit-

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1889 | | pagina 1