Moopp ei tüfpacmip ii Zeeland BUITENLAND. yertrntiM en aangeknineii scliepi. Algemeen Overzicht. Beknopte lüedleiSeeiïngen. INGEZONDEN STUKKEN. "handelsberichten. pa sas sïi a p kt e es, enz. Datnm. Float 8. Voorwerpen. Infoimatiën 12 Dec. Middelburg, H nis, Verheij. 12 Cadzand, Boomen, De Smidt. 14 K ruiningen, Boomen, Prins. 18 Duinvliet Hout, Loetf. 18 H Arnemuiden, Boomeu, Tak. 19 m Middelburg, Huis, Hu vers. 20 u St. LaureDS, Boomen, Tak. 20 Nieuw land, Klinkers, Outv. reg. 21 m W.-Souburg, Boomen, Tak. 21 Westkapelle, Weiland enz., Loeff. 7 Jan. Schooudijke, Boomen enz., De Smidt. 34 Zuidzande, Hofstede, Koksina. In het belang van een geregelden gang van zaken verzoeken wij het publiek beleefd de correspondentie voor ons blad te adressee- ren als hieronder is aangegeven en wel voor telegrammen Middelburgsche cou rant Middelburg; nieuwsberichten en ingezonden stukken E e- dactie Middelburgsche courant, en advertentiën, abonnementen of de verzen ding der courant Administratie Mid delburgsche courant De Middelburgsche courant wordt 's avonds te zeven UUP ;n Goes uitgegeven. Dagelijks worden, tegen twee gulden per kwartaal, abonnementen aangenomen door den agent A. A W. BOLLAND aldaar. Wat de nieuwe Fransche kamer tot heden der wereld van haar werkzaamheid te aan schouwen geeft, kan niemand een hoogen dunk van haar beginselvastheid doen koesteren. Na in de kwestie van het lucifers-monopolie twee tegenstrijdige stemmingen uitgebracht en ver der haar tijd besteed te hebben aan het nietig of geldig verklaren der verkiezingen van afge vaardigden, waarbij zij evenmin bewees een vast bepaalde gedragslijn te volgen, werd gis teren door haar in behandeling genomen de ver kiezing van Clignancourt en de kamer verklaarde Joffrin met 311 tegen 243 stemmen voor verkozen! Zooals men weet verkreeg Boulanger 8000 stemmen en werden op Joffrin 5500 uitgebracht. Zooals te verwachten was, werd deze beslis sing niet dan na langdurige discussies genomen. Bovendien bewees het talrijk opgekomen publiek dat deze zaak algemeen belangstelling wekte. Onder de afgevaardigden in de zaal zoowel als onder de toehoorders op de tribunes heerschte groote opgewondenheid. Eerste spreker was Boulanger's welbespraakte advocaat Laguerre. Hij verklaarde dat de kamer een aanslag tegen het algemeen stemrecht zou begaan, wanneer zij Joffrin tot afgevaardigde proclameerde. In werkelijkheid had Boulanger als verkozene moeten geproclameerd worden over de kwestie ot hjj verkiesbaar was, had dan de kamer te beslissen. Overigens meende Laguerre dat Boulanger in wettelijken vorm zijn candidatuur had gesteld. Zijn veroordeeling was een verkie zingsmanoeuvre geweest en de kamer had een tegenstander uitgeleverd aan de lage politieke rechtspraak. (De spreker gebruikte de woor den basse justice om door deze woordspeling zijn minachting voor de «hooge justitie" van den Benaat uit te drukken.) Op een vermaning van den president Flo- quet nam Laguerrre deze woorden terug, voegde er echter ter nadere kenschetsing aan toe »De akte van beschuldiging tegen Boulanger was door een haatdragend journalist (Eeinach van de République Jrartfaisg) saamgesteld een voor deze gelegenheid benoemd uitzonderingsambte naar van het O. M. onderteekende haar en ge neraal Boulanger werd door zijn politieke te genstanders veroordeeld. Laguerre viel daarop de regeering aan, die door lage kiesmanoeuvres den wil van het volk belemmerd had. Hij eindigdeWanneer de kamer het mandaat van Joffrin voor geldig verklaartzal men zéggen, dat van dien dag af het recht der rovolutie in 't leven treedt. Hij voor zich wenschte deze beslissingdaar zulke mis slagen vruchtbaar voor de slachtoffers zijn en het uur der gerechtigheid nader brongen. Ten gunste van Joffrin's verkiezing voerde de rapporteur Levêque het woord. De Bou- langist Laisant bestreed haar, waarbij de pre sident hem herhaaldelijk tot de orde riep. Déroulède vervulde, evenals bij de Boulangis- tische straatmanifestaties, gedurende de discus- siën het beroep van gebreveteerd schreeuwer. Nadat ten slotte nog Brisson ten gunste van Joffrin's verkiezing gesproken, Camille Pelletan haar bestreden had, werd een motie tot sluiting van het debat met 323 tegen 190 stemmen verworpen. Omtrent het verder ver loop der discussiën ontbreken de mededeelin- gen, alleen seint Keuter dat zij eindigden met het bovengenuemde resultaat. Hoewel dus Joffrin 3000 stemmen minder verkreeg dan Boulanger, verklaart toch de kamer hem voor den gekozene van de meerderheid der kiezers in het district Clignancourt! Voor de Boulangisten is deze beslissing der kamer een nieuw wapen tegen de parlementaire republiek. Er bestaat, wanneer de kamer zoo voortgaat, alle vrees, dat Laguerre waarheid sprak, toen hij dezer dagen op een punch in een verrassend beeld verklaarde»De kamer, die zich alleen van de vorige onderscheidt door een grootere mate van onbekwaamheid, stevent met volle zeilen de uitgestrekte zee der impopulariteit tegemoet." Hoog door de golven der populariteit om bij het beeld van den Boulangistischen redenaar te blijven verdienden de Westfaalsche mijnbezitters volgens sommige Duitsche pers' organen gedragen te worden, omdat zij de zoo gehate Sperre hebben opgeheven en daarmede de kans voor het uitbreken eener algemeene werkstaking aanmerkelijk verminderden. Dat zij dit slechts deden door de publieke opinie gedwongen en onder den druk der regeering wijl hun nieuwste dwangmaatregel tegen hun arbeiders algemeen afkeuring vond, schijnen velen te vergeten. Intusschen is het besluit der mijnbesturen betrekkelijk het opheffen der Sperre alom met voldoening vernomen, wijl men alle hoop koestert dat er thans geen algemeene werk staking te duchten is. Mits natuurlijk de di rection hun woord gestand doen en niet weder door allerlei kleingeestige handelingen nieuwe verbittering onder de mijnwerkers strooien. Terwijl in de kolendistricten aan Buhr en Saar de gemoederen in groote opgewondenheid verkeeren. ja;.gt keizer Wilhelm vroolijk de populariteit na door zich dan hier dan daar aan zijn trouw Duitsch volk te vertoonen. Na Anhalt en Darmstadt bezocht te hebben is de keizer gisteren te Frankfort a. M. aangekomen. De stad was prachtig versierd en onder klok gelui hield de keizer zijn intocht. Op de toespraak van den opper-burgemeester Miquel, die wees op den bloei en de ontwik keling, welke Frankfort, sedert het met Pruisen vereenigd is en sedert de herstelling van het keizerrijk, ondergaan heeft, antwoordde de keizèr, dat Frankfort dien grootschen vooruit gang voornamelijk te danken heeft gehad aan zijnen grootvader. Keizer Wilhelm I had Frankfort lief en sprak er dikwijls over, hoe gaarne hij daar vertoefde. Bij zijn rit door de stad werl de keizer overal met geestdrift begroet. Aan het feestmaal in den Palmen-Garten beantwoordde de keizer den dronk van den opper-burgemeester, met zijn hartelijken dank te betuigen voor de gehechtheid en de geestdrift, hem betoond, niet alleen als drager der kei zerskroon die allen vereenigt, maar ook als kleinzoon van Wilhelm I en als zoon van Friedrich, en welke gevoelens hij zelf eerst door een lang leven verdienen konde. «Mijn gansche leven en al mijn arbeid zeide de keizer is daarop gericht, mijn vaderland groot en machtig te zien. Yan dit voornemen doordrongen besteeg ik den troon en met deze gedachte leef ik. Ik heb mij heden overtuigd welke vruchten de jaren gedragen hebben, gedurende welke mijne voorgangers den vrede gehandhaafd hebben. Zoo God het wil, zullen ook mijne op dat doel gerichte pogingen dezelfde uitkomst hebben." Ten slotte dronk de keizer op het welzijn van de stad Frankfort en den opperburge meester Miquel. Toen des keizers grootvader, destijds nog koning Wilhelm, in 1866 Frankfort een bezoek bracht, was de ontvangst verre van hartelijk en velen beschouwden het als een slecht voorteeken, dat dienzelfden dag de kathedraal afbrandde. Ook thans nog mag in het hart van menig Frankfortenaar bewondering voor den jongen Reise-Kaiser en spijt over het feit dat de oude vrije stad zich moet buigen onder het keizerlijk juk met elkander gestreden hebben. De heftige discussiën in het Hongaarsche parlement hebben een duel tusschen graaf Ladislaus Karolyi en graaf Eugen Lazar ten gevolge gehad. De laatste is ernstig gewond in den arm. De loop van het proces tegen het Koerdische stamhoofd Moessa-bey is zoo schrijft men aan de Haarl. Ct. uit Konstautinopel zeer droevig geweest en moet alle journalisten in de Turksche hoofdstad zijn het daarover eens in Europa een pjjnlijken indruk maken. Niettegenstaande vier punten van beschul diging: brandstichting, diefstal met braak, diefstal met geweldpleging, doodslag met voor bedachten rade, door getuigen werden gestaafd, sprak het crimineele hof van Stamboel Moessa- bey vrij. - Het publiek der Turksche hoofdstad is hier over verontwaardigd, niet verbaasd, want men heeft van den beginne af niets anders ver wacht. Men wist zeer goed, dat de Turksche regeering met dit geheele proces tegen het ge vreesde Koerdenhoofd slechts een comedie tegenover Europa speelde. Of zij echter niet een te duren prijs betaald heeft, zal de tijd leeren. De onderdrukte Armeniërs althans kunnen dit proces aan de Europeesche gouver nementen voorhouden als een nieuw staaltje van Turksche rechtspraak jegens Christenen. De espeditie van Stanley. I. Wanneer over eenigen tijd Stanley de herin neringen van zijn laatsten tocht door het zwarte werelddeel zal te boek gesteld hebben en wij geregeld zullen hooren verhalen wat de kloeke reiziger gedurende twee jaren in het onbekende Afrika gezien en doorleefd heeft, zal het ons zijn of wij naar een van de phantastische ver telsels van een Alexander Dumas of een Jules Yerne luisteren. Voor hen, die niet trouw den Amerikaanschen reiziger op zijn tocht hebben gevolgd, is het waarschijnlijk niet onaangenaam te voren nog in vluchtige trekken een geschiedenis van de aanleiding en het doel zijner jongste expeditie te vernemen. Wjj ontleenen deze aan een schets van de hand van den heer Gerard Harry in de Indépendance beige. Eeeds de aanleiding tot Stanley's expeditie geeft misschien later den muzelmannen stof tot een legende van den nieuwen profeet, die op aarde neerdaalde. Deze nieuwe profeet of m a h d i Mohamed-Ahmed was de zoon van een timmerman te Dongola, en wellicht zal na twee duizend jaar een Turksche Strausz of een Ara bische Renan het Leven van den Mahdi be schrijven en de goddelijkheid ook van dezen timmermans zoon bestrijden. Maar zjj zullen dan tevens moeten verhalen, hoe hij in 1881, na een lang leven van boetedoening en gebe den, Soedan doortrok, allen oproepend met hem te gaan om de wereld te veroveren, met hem: de aangekondigde Messias der Islam. Vóór alles zocht hij zijn land te bevrijden van het juk van den trouwenloozen Egyptenaar, den khedive Ismaël, die in 1866 den stouten droom droomde, om het onmetelijke Soedan van zijn fanatieke hoofden en van zijn slavenhan delaars te zuiveren en er met hulp van wakkere Europeanen als Samuel Baker en Gordon een bloeiende Egyptische provincie van te maken. Men herinnert zich, door welke wonderen de mahdi zijn geloovigen wist aan te vuren, hoe hij zijn profetieën voor hen wist te verwezen lijken. In 1883 versloeg hij nabij El Obeid het geheele leger onder aanvoering van den Engel- schen generaal Hicks Beach. Van de 16000 man van Hicks bleven slechts 53 in leven. Daarop volgde de verovering van Khartoem, de dood van Gordon, de eene nederlaag na de andere van het Britsche leger, door de beste der Engekche generaals aangevoerd. Thans bleef den Mahdi nog slechts over de Egyptenaren te verjagen uit het Zuidelijkste deel van Soedan, het gebied der meren en der olifantentanden, uit de Equatoriaal provincie, welke sedert twaalf jaar trouw door Emin pacha geregeerd werd. Sedert 1885 bestond er geen twijfel, of Emin zou vroeg of laat het lot van Hicks en Gordon ondergaan en door de Madhisten vallen. Bar- baarsche volksstammen sneden hem den uitweg naar de kust van Zanzibar af. Hoe lang kon hij bovendien op zijn Egyptische troepen door vrees en uitputting gedemoraliseerd vertrouwen? «Indien gij Emin en zijn dapperen wilt redden is het meer dan tijd", riep op het einde van December 1886 de Russische reiziger Junker, die Emin bezocht had en zelf met moeite de kust weder bereikte. "Henrey Stanley stond gereed Emin te hulp te snellen en hem te bevrijden. Door eenige rijke particulieren in Engeland, o. a. sir Wil* liam Mackinnon, de schatrijke Schotsche hande laar, en kolonel sir Francis de Winton, oud gouverneur van den vrijen staat aan den Congo werd een expeditie uitgerust. Indien Stanley erin slaagde Emin te bevrijden en de massa ivoor, die jaren lang te Wadelai opgestapeld lag, mede terug te brengen, zouden de kosten ruimschoots vergoed zijn. Bovendien welke bijzondere vondsten, welke heerlijke ontdekkin gen kon men niet verwachten van den kloeken Amerikaan, die als journalist de oorlogen in Abyseinië en Aschanti had medegemaakt, dr Livingstone op den oever van de Tanganyka had teruggevonden, die de bronnen van den Congo had ontdekt Op een donkeren wintermorgen, den 16 Januari 1887 kwam Stanley naar Brussel om afscheid te nemen van den koning van België, zijn beschermheer. Vier dagen later verliet hij Londen, beraadslaagde van 28 Januari tot 6 Februari met het Egyptisch gouvernement, kwam den 22 Februari te Zanzibar aan, waar hij zich den volgenden dag inscheepte om er Vrijdag 11. den 6 December 1889 terug te kee- ren, na S.OÜ.3 dagen gereisd en verscheidene daarvan in levensgevaar verkeerd te hebben. Stanley gaf er de voorkeur aan in plaats direct van Zanzibar uit naar Wadelai te trekken, den Congo te volgen en Afrika mid dendoor te snijden. Van de Westkust tot de Aroewimi-rivier, van deze naar het Albert- meer, van .daar naar Bagamoyo is een af stand van 7000 K. M., wanneer men rekening houdt met den weg, die herhaaldelijk in zig zag liep en heen en terug genomen is. Door oerwouden, do or moerassen, waaruit verpes tende koortsdampen opstegen, over bergen, door valeien met vijandeljjke stammen be volkt, werd deze afstand afgelegd. Men kan zich eenig denkbeeld van de uitgestrekt heid van Stanley's tocht maken, wanneer men bedenkt dat Europa van af de Noordkaap tot de uiterste punt van Griekenland geen 4000 K. M. meet en dat tusschen de zuidpunt van Portugal en de Karazee niet meer dan 6000 K. M. liggen. (Slot volgt.) Scboolk westio te- en buiten Lamswaarde. Zeer geachte Eedacteur. In uw blad van 4 Dec. 11. komt onder de rubriek Onderwijs een en ander voor over de schoolkwestie te Lamswaarde. Dit artikel, lees ik, is van een uwer correspondenten. Ik weet niet, mijnheer de redacteur, hoe die correspondent zich durft wagen van dergelijke zaken publiek te reppen zonder beter op de hoogte te zijn. In geheel het bedoelde artikel komt bijna niets voor dan logen en verdacht making. Zoo zegt de correspondent (dien ik voor het gemak C. belief te noemen) dat vóór het verhoor door de schoolcommissie eenige landbouwers, waaronder een paar raadsleden, hunne kinderen van briefj s hadden voorzien, waarop alles te lezen stond wat die kinderen zeggen moesten. Dit is een leugen. Slechts éen kind van een niet-landbouwer en niet-raadslid toonde, nadat zij was gehoord, een papiertje waarop zij zelve geschreven had datgene waarover zij zich mondeling had beklaagd. C. zegt ver volgens dat Van Bekkum het eenige lid der schoolcommissie is geweest, die de bedoelde briefjes afkeurde. Dit is de tweede leugen. Geen van de leden der schoolcommissie hechtte gewicht aan bedoeld briefje. Er was toen geen tijd geweest om kinderen te bewerken. Nie mand wist iets van de komst der commissie. Een leugen is het ook, dat de schoolcommis sie toen bij meerderheid van stemmen het hoofd der school schuldig verklaarde. De schoolcommissie zond enkel een verslag van hare bevinding aan heeren burgemeester en wethouders en den heer schoolopziener, zonder eenig besluit te nemen. C. begint verder de schoolcommissie, den kapelaan van Lamswaarde, den gemeenteraad van Hontenisse en de gezamenlijke priesters (van waar?) te blameeren. Wie geeft u het recht, C., te beweren, dat de schoolcommissie van Hontenissie ook is beiverkt, en wel door den eerw. heer kapelaan van Lamswaarde, dien ge fanatiek durft noemen. Zou niet veeleer die naam op u toepasse lijk zijn Gij liegt verder brutaal, C., waar ge zegt, dat de gezamenlijke priesters in onzen gemeen teraad alles te zeggen hebben. Ieder bemoeit zich hier met zijne eigene zaken op eigen ter rein. Wij hebben hier geen bewerkten gemeen teraad. In de raadsvergadering, waarvan u spreekt, is schrijver dezes niet tegenwoordig geweest en toch zoude ik durven zeggen, dat het eene leugen is, dat de raadsleden aan burgemeester en wethouders geantwoord heb ben, dat zij niet goed gehandeld hadden. Dit zijn geene gewone termen in den mond van onze raadsleden. Zoo spreekt men hier de heeren van het dagelijksch bestuur niet toe. De ondergeteekende is van oordeel, C., dat ge nog wel eens hier ter school moogt ge an om beter op de hoogte van onze toestanden te geraken en, zijt ge niet voor eene achterdeur, zet dan de voordeur maar open. J. van Bekkum. Lid van den gemeenteraad en lid van de plaatselijke schoolcommissie van Hontenisse. Lamswaarde, 9 December 1889. Eene opheldering. Rotterdam, 9 December 1889. Aan de redactie der Middelburgsche Courant. Nu mij ten tweede male in uw blad, ditmaal door uwen correspondent ts 's Gravenhage, het verwijt van indiscretie gedaan wordt, zult gij mij wel willen veroorloven voor de verdere verspreiding dezer voor mij weinig vleiende legende een stokje te steken. Indien ik van mijne dubbele hoedanigheid, van afgevaardigde ter Lil>erale ZJnie en van lid der redactie der N. Rott. Ct, gebruik maakte om een stuk, van welks verschijnen de voorzitter der L,. U. in de openbare vergadering mededeeling deed, in de courant te doen opnemen, reeds dan zou ik ontkennen mij aan onbescheidenheid schuldig te maken'. Maar ik kan u verzekeren, dat nog denzelfden avond per post van omstreeks 9 uur, van den correspondent te Amsterdam, aan het bureau der redactie een exemplaar ontvangen is van het bewuste rapport in zake de belastingvoorstellen-Borgesiu3 c. s. Omdat de N. Rott. Ct ook des Zondags ochtends ver schijnt, en uw blad na Zaterdag avond eei st des Maandags 's avonds, dit mag toch geen reden zijn mij, zonder eenig onderzoek of bewijs, in 't openbaar van indiscretie te beschuldigen Uw Haa.gsche correspondent gaat nog verdel en heet het eene indiscretie, dat ook van de motie-Bloembergen en het aantal stemmen, het welk daartegen en daarvoor werd uitgebracht, in de bladen is melding gemaakt. Ook dit verwijt kon ik mij onmogelijk aantrekken, daar ook deze stemming aan het einde der samen komst omnium consensu, als een integreerend deel van het «resultaat der vergadering" is aangenomen. En zeer zeker nog minder de schending der geheimhouding, wat de sprekers voor en tegen de moties betreft, want in de N. Rott. Ct zijn zij niet genoemd en in andere bladen, waarin ik namen van sprekers aange troffen heb, is de opsomming ik verzeker het u fen stelligste, mijnheer de redacteur, daar ik de vergadering heb bijgewoond, wat van den bedoelden berichtgever niet gezegd zou kannen worden, eer de vrucht eener rijke phantasio dan de schending van een opgelegd geheim te noemen. De «afkeuring" van uwen Haa.gschen corres pondent en u is dus in dezen wel eenigszin9 misplaatst. Doch hoe u of anderen daarover ook oordeelen, gij zult het mij wel niet euvel duiden als ik beleefd verzoek in het vervolg van geheel onverdiende «afkeuring" verschoond te blijven. U dankzeggende voor de plaatsing, met achting, Uw dw. J. A. van Gilse. Wij danken den heer Van Gilse voor de ge geven ophelderingen, waardoor hij eenig licht heeft ontstoken in deze zaak, zeker niet onge- wenscht. In hoeverre echter onze Haagsche briefschrijver hem op het oog had bij zijn op merking, weten wij niet, maar wij zouden eenigszins betwijfelen of dit wel het geval was. Deze schreef over «een of meer afgevaardigden" en, waar hij wees op mededeelingen, die niet in de N. R. Crt. gestaan hebben, had hij zeker voornamelijk anderen op het oog dan de heer Van Gilse. En wat nu onszelven betreft, de geachte schrijver veroorlove ons de opmerking dat, wanneer hij nog eens goed leest hetgeen wij schreven in ons nommer van Dinsdag 3 De cember, hij daarin tevergeefs zal vinden een verwijt van indiscretie aan zijn adres. Wij opperden slechts een vermoeden en zouden, ware dit juist geweest, allerminst den afge vaardigde-redacteur van zijne handelwijze zulk een ernstige grief hebben gemaakt als de heer Van Gilse dit voorstelt. Ons bezwaar gold het bestuur der Liberale Uniedat niet voor een gelijktijdige ontvangst van' het rapport zorgdeen dit heeft thans te meer raison nu blijkt dat een correspondent van een Rotterdamsch blad het bewuste stuk reeds Zaterdag zoo vroeg kreeg dat hij het nog tijdig kon opzenden, terwijf het Handelsblad, dat toch ook een morgen-editie geeft, het niet had geplaatst en wij het eerst per post Maandag middag te éen uur ontvingen. (Red.) Vlissiugen, 10 Dec. De Fransche bark St. Lucien, gez. J. Le Berquet, van Antwerpen naar Brazilië heeft op de reede beide ankers verloren en is alhier in het dok gekomen. Vlissingen, 10 Dec. Boter 1.30 a f 1.20. Eieren 6.40 per 104 stuks. Goes, 10 Dec. Ter graanmarkt van heden was ruime aanvoerafwijkende tarwe 10 cents lager; rogge 20 cents hoogeranders onveranderd. Boter 1.a 1.06 per kilo. Eieren 5.20 a 5.40 per 100 stuks. Rotterdam, 9 Dec. Ter graanmarkt van heden (Maandag) was de handel in binnenlandsche granen als volgt Tarwe. Ofschoon de stemming aan buiten- landsche markten zeer vast is met oploopende prijzen, verkeerde tarwe hier nochthans in ge drukte stemming en moest, bij ruimen aanvoer, 10 cent lager afgegeven worden. Nieuwe Vlaamsche, Zeeuwsche, Flakkeesche en Over- maassche, de beste 7.20 a 7.50, goede en mindere kwal. 5.25 a 7.10. Per 100 kilo werd bedongen van 7.50 tot 9 naar kwal. Canada tarwe onveranderd 5 a 5.65. Rogge was weinig aangevoerd en 10 cents hooger te plaatsen. De beste partijtjes golden van 5.25 tot 5.60, mindere soort 4.25 a 5. Gerst, zoowel winter- als zomer- onveran derd. Winter- werd verkocht van 3.75 tot 5.25 per heet. en per 100 kilo van 7 tot 8. Zomer- 3.50 a 4.75 per heet. en 7.50 a 7.60 per 100 kilo. Chevaliergerst alsvoren genoteerd. De beste 5.25 a 5.75, puike nog daarboven, mindere soort 4- a 5. Haver tot vorige prijzen verkocht. De beste 3.25 a 3.90, mindere soorten 2.50 a 3.10. Per 100 kilo werd afgedaan van 6 a 7.60 naar deugd. Paardenboonen onveranderd, 5,25 a 6.20. Bruineboonen flauw onveranderd. De beste 8.75 a 9.25, goede en mindere soort met tragen kooplust 7.75 a 8.50. Witteboonen met weinig kooplust 25 cents lager. De beste f 8.75 a 9, goede en mindere kwal. 8 a 8.50, puike soort werd nog met 9.25 betaald. Blauwe Erwten tot onveranderde prijzen te plaatsen. Puike en mooie kwal. kan 8 a 8.25 opbrengen, mindere en goede 7 a 7.75. Geringe en niet kokende 5.50 a 6.25. Koolzaad verkeert in willige stemming en werd bij partij in puike kwal. tot 12.75 verhandeld. Kanariezaad alsvoren. De beste kwal. 7 a 7.25, mindere soort 5.75 a 6.75. Zeeuwsche Ajuin. Aanvoer van markt- goed en in het land gekochte vrij groot. Prijs nog niet gemaakt. In Vlas was gedurende deze week de handel op het land zeer stil, daar de vraag zich hoofd zakelijk tot de betere soorten bepaalde, doch tegen het einde der week openbaarde zich iets meer vraag voor de gemeene soorten van 28 tot 32 stuivers. Heden ter markt waren ca. 42.000 steen aangeboden, meestal van afwij kende kwal. Tengevolge van onvoldoende vraag bleef een groot gedeelte onverkocht en sloten prijzen ten gunste van koopers. L ij n z a a d met redelijke vraag, doch konden prijzen zich met moeite Btaande houden. Van buitenlandsche granen was de prijsnoteering hooger. Tarwe per 2400 kilo jar. Odessa Poolsche 225; N. Donau 197 a 208; R. Kur- rachee 210. Rogge per 2100 kilo N. Helena 168 Boelgaarsche f 160 Odessa f 155 jar. Donau 153 a 155. Gerst per 2000 kilo Zwarte Zee en Donau 128, 130. Haver per 100 kiloLibau naar kwal. 7.60, 8Petersburger 8.25. - Boekweit per 2100 kilo: Fransche ƒ160. Boekweitgrutten per 2100 kilo: Pe- tersb. Jadritza 240. Mais per 2000 kilo: Amerik. Mixed ƒ124 a 125dito dito, Januari leveriDg 120; dito dito Januari aflading ƒ117 a ƒ118; BS La Plata naar kwal. ƒ110 a ƒ120; Cinquan- tine 132 a 135. Voor Meel was de kooplust voor dadelijke behoefte iets grooter, waarvoor vast vorige prijzen en ook 1 /4 gulden meer moesten worden aangelegd. Op levering volgende maanden was meer vraag doch de verhoogde vorderingen der fabrikanten waren eene belemmering voor grootere afdoeningen. Heden onveranderd vast. Eerste kwaliteit Inlandsch f 11.75 a ƒ12.-, tweede kwal, Inlandsch 8.75 a/10.eerste kwal. Duitsch ƒ11.50 a ƒ12.50, tweede kwal. Duitsch i a extra puike kwal. Hon- gaarsch ƒ16.75 a ƒ18.eerstekwal.Hongaarsch 15.a 16.25, ordinaire kwal. Hongaarsch 10.—a ƒ14.—prima Amerikaansch 12.50 a ƒ16.50, tweede kwal. Amerik. 8.50 aƒ 9.50 derde kwal. Amerikaansch a Zeeuwsche tarwebloem ƒ13.75 aƒ 14.50,Zeeuwsch tarwemeel 10 a 10.50, Fransche roggebloem a Duitsche roggebloem ƒ10.75 a 11.50, Inlandsche roggebloem 12.50 a 13.50. Alles per 100 kilogr. netto. Rotterdam, 10 Dec. Ter veemarkt van heden (Dinsdag) waren aangevoerd: 1425 run-

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1889 | | pagina 3