N°. 293.
132' Jaargang.
1889.
Woensdag
11 December.
Niet meer achter- maar vooruit!
Deze courant verschijnt dagelijks;
met uitzondering van Zon- en Feestdagen:
Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco f 2.-3}
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 cent;
Advertentïën20 cent per regel. Bij abonnement lagerj
Geboorte-, Trouw-, Dood-, en andere familieberichten met de daarop
betrekking hebbende dankbetuigingenvan 17 regels 1.50
iedere regel meer 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte:
Middelburg 10 December.
LETTEREN EN KUNST.
ONDERWIJS.
KERKNIEUWS.
MDMBCTMffi
Thermomeier.
Middelburg 10 Dec. vm. 8 n 43 gr.
m. 12 tx 45 gr. av. 4 u. 46 gr. P
Vervracht Z. W. wind.
Agenten te Vlisaingen: P. G. de Vet Mestdagh Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen: P. v. d. Peijl, te Zierikzee: A. C. de Mooij te Tholen: W. A. van
NrEUWENHuiJZEN en te TerneuzenM. de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekbandelaren abonnementen en advertentiën aan, evenals de
advertentie-bureau's van Nijgh Van Ditmab, te Rotterdam, de Gebs. Belineante, te 's Gravenbage, en A. de la Mar Azn, te Amsterdam.
Hoofdagenten voor bet Buitenland: te Parys en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube Cie., John F. Jones, opvolger.
Advertentiën
moeten des namiddags te een uur
aan bet bureau bezorgd zjjn, willen
zjj des avonds nog worden opgenomen
Het hoofd van onzen constitutioneelen staat
heeft het ontwerp tot wijziging der schoolwet
onderteekend, wat trouwens niet anders dan
te wachten was.
En hiermee is dit ontwerp tot wet ver
heven, tegelijkertijd een belangrijk tijdvak
in de geschiedenis van ons onderwijs afge
sloten, en staan wij thans voor een toekomst,
waarin een gewichtig, nieuw beginsel op dat
gebied zal worden gehuldigd.
Voor recriminaties is de tijd nu voorbij.
Maar toch voor eene enkele opmerking be
staat nog voor ons aanleiding op grond van
een ontvangen schrijven, dat, zij het ook al
sterk gekleurd onder den eersten indruk van
de aanneming der wet door de Eerste kamer,
stellig het gevoelen weergeeft van meerderen
in onze omgeving.
Het was „een stem uit het Zuiden", die
zich aldus deed hooren
„Alzoo heeft Rome gezegevierd en is het
schoonste sieraad van ons land aan den rand
van den afgrond gebracht. Velen met mij
zullen dit den voorstemmers onder de liberalen
nooit vergeven, en van heden af is de scheu
ring onder de liberalen een feit. Ongelukkig
het land dat, als door het noodlot gedreven,
zijn ouden roem overleeft en cijnsbaar wordt
aan zijne oude vijanden, Rome en Dordt
Maar schande over hen, die, als moegevoch
ten soldaten, de veste overgaven.
„Ik voorspel, en de tijd zal leeren dat ik
gelijk heb, dat het vertrouwen van het libe
rale volk een schok heeft gekregen, welks
nawerking verlammend zal zijn, en op neder
laag bij nederlaag voor de liberale partij
zal uitloopen.
„Ik verzeker u dat, hadden niet de libe
ralen, bij de Grondwet op de meest naieve
en roekelooze wijze, het thans achter de
kiezers staande volk van het kiesrecht ver
stoken, reeds hij de verkiezingen in 1888
zou gebleken zijn, dat het volk liberaal is
en de volksschool lief heefthier ten minste
zou dit gebleken zijn; maar ook hier wist
Rome wel wat het deed, door de verknipping
der kiesdistricten en het geven van het
stemrecht aan een hoop boeren, die uit den
aard aan de kerk hangen, terwijl de werk
man, de kleine burger en die groote schare
intellectueel ontwikkelden, die geen belasting
genoeg betalen, uitgesloten werden.
„Zoo gaat de kerk stap voor stap vooiuit
en niet lang zal het meer duren of wij ge
lijken op België. De verkiezingen in 1891
zullen toonen, hoe ontmoedigend dit telkens
angstvallig terugtreden der kamer-geleerden-
liberalen in onze wetgevende vergadering
op hunne kiezers werkt.
„Hier in het zuiden zal men den slag
goed voelen; hier zullen de woorden van mr
VlielaDder Hein, dat wij naar de overzijde
der bergen gedrongen worden, helaasblij
ken eene profetie te zijn geweest."
Welk een hard oordeel 1
Welk een somber tafereel 1
Maar tevens welk een goed vertrouwen
spreekt uit deze ontboezeming.
Met een enkel woord wezen wij den
schrijver ervan reeds op de noodzakelijkheid
van aaneensluiting maar eene nadere, korte
uiteenzetting van dat gevoelen is gewenscht,
want de bewoner van het Zuiden onzer
provincie is een man van overtuiging, een
eerlijk, ijverig liberaal.
En daarom juist durven wij hem de vraag
doengelooft gij niet aan even oprechte,
even ernstige, even eerlijke, waarachtige
meening bij die liberalen, over wie gij zoo
hard oordeelt en wien gij nooit vergeven
wilt hetgeen zij na rijp beraad toch deden
Er is in deze zaak zooveel gesproken en
zooveel aangehaald, dat wij slechts met
schroom nog de aandacht vragen voor een
woord, hetwelk zich deed hooren in onze
Eerste kamer. Geen kamergeleerde is de
liberaal die het sprakintegendeel hij is
een man van de praktijk, die in Amstel's
koopstad een eereplaats inneemt, die de
wereld kent, en die behoort tot het volk,
dat waarlijk alles behalve reden heelt om
zacht gestemd te zijn tegenover Rome en
Dordt. Het was de heer A. C. Wertheim,
die in ons hooge staatscollege de volgende
woorden sprak
„Ik zal mij niet verliezen in een kansbe
rekening van de, gevolgen van de afstemming
van dit wetsontwerp. Kansrekening behoort
niet "hij de waardigheid van dit lichaam.
Ik weet niet, wie bij den verkiezingsstrijd
zal winnen, maar wel weet ik, dat er geen
overwinnaars, maar alleen overwonnenen
zullen zijn, want een ieder is overwonnen,
wanneer er in de gemeenschap verwarring
ontstaat en het vaderland er onder lijdt en
dat zal het gevolg zijn, wanneer wij den
strijd voortzetten. Wel is gezegd, dat wij
onder den schoolstrijd ook werken kunnen.
Ja, maar werken, telkens verontrustHet
is slapen naast de nachtbeimen wordt
ieder oogenblik wakker geschud. Men ver
warre toch niet den tegenwoordigen school
strijd met den schoolstrijd, die komen zal,
wanneer het wetsontwerp verworpen wordt
dat zal een geheel andere strijd zijn dan
degene, die geweest is.
„Het zal een strijd worden op leven of
doodde vader zal vervreemd worden van
den zoon, in éen woord, hij zal tweespalt
stichten tot in de huisgezinnen. Hoe zal
het zijn, wanneer wederzijds de dierbaarste
belangen op het spel staan en nieuwe op
lossingen moeten worden gezocht Laten
wij ons aan dergelijke experimenten niet
blootstellen laat niemand zeggen ik zou
het wel winnen, want, zooals ik reeds zeide,
niemand wint het.
„Laten wij daarom hier staan als de avant-
garde van de liberale partij, toelaten zoover
wij kunnen, een deel van het terrein open
laten voor de gemeenschappelijke belangen,
voor zoover dat een eerlijke concurrentie
mogelijk maaktmaar laten wij met de
grondwet achter ons, als een
bolwerk waarvan wij zeker zijn,
zorgen dat niet dieper wordt
ingegrepen.
„Dit willen wij geven, omdat wij begrijpen
dat het noodig is in het belang van het land
maar dan ook niets meer. Men heeft her
haaldelijk verklaard, dat men hiermede te
vreden is nu zou ik zeggen de spijslijst
is afgesloten, het diner begint!
„En nu ten slotte een enkel woord. Onder
een spreuk, ontleend aan den eeredienst van
de katholieke kerk, sursum corda, is een
wapenkreet aangeheven door een begaafd
redenaar en stout denker in het land, tegen
deze wet.
„Ik zou mijn geestverwanten van mijn
kant met alle bescheidenheid willen zeggen
verheft uw hart, opdat gij met terzijdestel
ling van zooveel dat u dierbaar is, met
zelfverloochening en toewijding, met wijziging
van lang gevierde denkbeelden, een deel
afstaat van het u dierbaarste, ter wille van
het algemeen belang, want wij zijn al
leen goed en waardig door de
offers die wij weten te brengen.
En als men dat wat kinderlijk naief of ge
moedelijk dichterlijk zou noemen, dan zou
ik er voor mijne geestverwanten willen bij
voegen het woord, dat Cromwell aan zijn
volgelingen zeideBidt (in dit geval ver
zoent) maar houdt uw kruit droog."
Zie dat luidt anders; dat klinkt ons
aangenamer, beter in de ooren dan de woorden
die uit het Zuiden tot ons kwamen.
Wij konden niet nalaten enkele regelen
uit deze toespraak, die zoojuist den toestand
schetst, te spatieeren, teneinde de bijzondere
aandacht erop te vestigen.
„Aan den rand van den afgrond zijn wij
gebracht" zoo klinkt het aan de eene
zijde.
„Laten wij met de grondwet achter ons,
als een bolwerk waarvan wij zeker zijn,
zorgen dat niet dieper wordt ingegrepen".
Aldus roept men ons van den anderen
kant toe.
Die beide waarschuwingen, even welge
meend, zij vullen elkaar aan. En zij wijzen
ons er vooral op dat de tijd is aangebroken
om ons weer aaneen te sluiten.
Tot heden is de strijd onder de liberalen
met kalmte en waardigheid gestreden. Viel
ook al een enkele uitzondering te consta-
teeren, waarover de liberalen, die vóór het
ontwerp zich verklaarden, reden tot beklag
konden hebben, omdat men daarbij hunne
bedoeling in een valsch licht plaatste, in
het vuur van den strijd was dit verklaarbaar
Welke gevoelens aan beide zijden ook
werden gekoesterd, nooit is gebleken dat
bij een van de twee partijen de sympathie
voor de openbare school was verflauwd.
En die liefde is nog krachtig genoeg om
ons saam te binden, ten einde in de moei
lijke dagen, welke aanstaande zijn, die school
te beveiligen zooveel wij kunnen.
Meer dan vroeger komt het thans aan op
strijd voor die school, omdat veel afhangt
van de uitvoering der nieuwe wet.
Waar Gedeputeerden staten een groote
invloed blijft toegekend, is het voor ons, libe
ralen, zaak bij de verkiezingen voor de
Provinciale-staten trouw op onzen post te zijn,
opdat de stemming in dat college zij in
onzen geest.
Waar eene regeering hare macht aan de
Tweede kamer ontleent, en uit den boezem
van dat deel onzer vertegenwoordiging menige
stem kan opgaan, wanneer zij de nieuwe
wet niet goed uitvoert, is het onze plicht
bij de verkiezingen voor leden van ons
lagerhuis onze kracht, onzen gemeenschap-
pelijken invloed te gebruiken.
En waar wij thans anderepartijschakeeringen
zullen krijgen is het zeer goed mogelijk dat,
nu de schoolstrijd van zijn scherpste zijden
is ontdaan, menigeen, door dien strijd van
ons vervreemd, zich bij ons zal aansluiten.
Wij gaan niet zoo ver als de schrijver uit
het Zuiden om hen, die aan de kerk hangen,
als tegenstanders van het liberale beginse te
beschouwen. Integendeel. De verwarring
op dit punt, ook al een gevolg van dien
schoolstrijd, kan nu opgeheven worden.
Menig kerkelijk man, hetzij hij katholiek of
protestant zij, staat bij tal van vraagstukken
meer aan onze zijde dan aan die der anti
liberalen. Alleen de schoolkwestie hield hem
verre van ons.
Men zal nu naar onze meening een
zuiverder toestand kunnen krijgen, waaruit
en dit moet de vaste overtuiging zijn van
allen die de kracht der liberale beginselen
erkennen en waardeeren veel goeds voor
de vrijzinnige richting kan voortkomen.
Wat baat het nu of wij al achterwaarts
zien Wat baat het of wij al spreken over
vroegere fouten, o. a. in zake het kiesstelsel'
waaromtrent wij de opmerking van den
schrijver uit het Zuiden ten volle beamen
want ook wij streden destijds voor eene zeer
groote uitbreiding van het kiesrecht.
Dat alles baat thans niet.
Er wacht ons eeue andere taak voor de
toekomst, die wij niet zoo somber inzien,
mits dat deel der liberale partij, hetwelk na
een flinken, manmoedigen, eerlijken strijd,
het onderspit heeft moeten delven, een groot
bewijs van zelfverloochening geeft ter wille
van de beginselen, die wij allen belijden, en
van de partij, voor wier belangen dat andere
deel toch ook naar zijne overtuiging zoo
moedig zich op de bres stelde.
Rome en Dordt moeten wij nog gezamenlijk
ons van het lijf houden. De ultra's in die
katholieke en protestantsche kerk dienen
nog even zeer als voorheen met alle kracht
moedig te worden bestreden.
Maar zonder eendracht is dat totaal
onmogelijk.
Moge daarom vooral het woord van een
man als prof. Fruin niet te vergeefs hebben
geklonken.
Dan zien wij in een niet te ver verschiet
den tijd weer daar, waarop de liberale partij,
krachtiger dan ooit, de teugels van het be-
wiud in handen neemt, en, geleerd door vroe
gere misslagenmet frisschen moed aan het
werk gaat.
Wij zijn het eens met den Zuidelijken
bewoner van ons gewest: bet volk is liberaal
en heeft de volksschool lief. Een vruchtbaar
veld ter bearbeiding ligt dus open als de
liberalen slechts weten gebruik te maken
van het gunstige getij, dat zich, naar onze
overtuiging, stellig binnen korten tijd zal
voordoen.
Thans is het hoofdzaak onze gelederen
door aaneensluiting te versterken.
Bij kon. besluit is als burgemeester van Koe
wacht herbenoemd de heer C. P. J. Dierick
Yerder zijn benoemd
tot voorzitter van het bestuur der water-
keering van het calamiteuze waterschap Elle-
woutsdijk en den calamiteuzen polder Borssele
A. Polderdijk;
tot voorzitter van het bestuur der waterkeering
van het calamiteuze waterschap Oud- en Jong-
Breskens, J. G. Gerritsen
tot voorzitter van het bestuur der waterkeering
van het calamiteuze waterschap Bruinisse, C,
Hage
tot voorzitter van het bestuur der waterkeering
van het calamiteuze waterschap Starenisse, L
J, Dorst
in het bestuur der waterkeering van den cala-,
miteuzen Stad-Philippine polder tot voorzitter
V. N. Voerman, en tot -lid J. B. Snoeck
in het bestuur der waterkeering van den
calamiteuzen Oost-Bevelandpolder tot voorzitter
G. J. van den Bosch, en tot lid J. van der
Werffen
in het bestuur der waterkeering van den
calamiteuzen Adornispolder tot voorzitter J.
Du Bois, en tot lid H. Brakman.
Z. M. heeft eervol ontslag met aanspraak op
pensioen verleend aan den ontvanger der be
lastingen J. Prins te Purmerend, onder dank
betuiging voor 55-jarigen trouwen dienst.
Verder zijn benoemd tot belasting-ontvanger:
te Peize P. A. van Andel, thans surnumerair
te Groningente Montfoort T. Vermeulen
thans te Berg Eijkte Vlissingen H. J. van
Mierop, thans te IJselsteinte Loppersum J
L. Neuteboom, thans te Slochterente Lem
mer W. J. H. van Hien, thans te Amstenrade.
Ook de ministers van financiën en marine
verleenen deze week geen audiëntie.
Aan het slot der gisteren, door dé Tweede
kamer, gehouden zitting heeft de minister van
justitie verschillende sprekers beantwoord.
Volgens de Fransche wet bestaan op de regi
stratiekantoren alphabetische verz imelstaten
van testamenten. Aan het departement van
financiën worden desgevorderd inlichtingen daar
over gegeven. De bepaling omtrent den bouw
van kerken blijft de min. noodig achteD. Een
wijziging der wet op verkoopingen is in overwe
ging. Het adres der Amsterdamsche kamer van
koophandel betreft echter het fiscale gedeelte
waarover de minister van financiën moet be
slissen. Het lot der gevangenbewaarders is
zooveel mogeljjk verbeterd, maar is volstrekt niet
te drukkend. Het vraagstuk der schadeloos
stelling van preventief gevangenen moet wach
ten op de herziening der strafvordering.Eene
wijziging der bepalingen omtrent de lijfstraffen
te Leeuwarden zou nu ontydig zijn.
Omtrent het toelaten van correspondentie
tusschen preventief gevangenen wacht de min.
de adviezen der rechterlijke colleges. Even-
tueele aanvragen om vergunning tot het schie
ten op voor den landbouw schadelijk wild zullen
zooveel mogelijk toegestaan worden.
In zake Geel achtte de minister de kamer de
plaats niet, om in revisie het vonnis, tegen dezen
persoon gewezen, te4behandelen. De weg, door
den heer Heldt ingeslagen, is het middel niet
om de belangen van veroordeelden aan te beve
len. De minister zal voor drang of aandrang
buiten of binnen de kamer niet wijken. De
omstandigheden zijn sedert verleden jaar slechts
in ongunstigen zin veranderd en de minister
herhaalde dus, dat van hem in de toekomst
geene verandering in het vonnis tegen Geel te
wachten is. Intusschen, vervolgde hy, de magi
stratuur heeft met de uitvoering van vonnissen
niets te maken en deze regeering is niet verant
woordelijk voor hetgeen vroeger geschied mocht
zjjn. De getuigenbehandeling ia by de rechts
colleges voor allen gelijk.
Eene wijziging van art. 1639 B. W. (dienstbo
den; bljjft 's ministers aandacht bezighouden.
Wat den arbeid van gevangenen aangaat, de
minister acht de kwestie der mededinging zeer
ingewikkeld en hij kan zich daaromtrent niet
beslist uitlatengeheel zal mededinging nooit
kunnen worden geweerd. De regeling van het
werk wordt grootendeels aan de gevangenisbe-
sturen overgelaten.
Bij de firma C. J. Brill te Leiden zal binnen
kort, met toestemming der regeering, het licht
zien het verslag der commissie, benoemd door
de ministers van justitie, van marine en van
oorlog, om de door prof. H. van der Hoeven
te Leiden samengestelde ontwerpen van een
wetboek van militair strafrecht en daarmede
samenhangende wetten uit een militair oog
punt te onderzoeken.
In ons nommer van Maandag Zaterdag
avond verschenen is reeds de derde voor
stelling aangekondigd, in den schouwburg te
Middelburg te geven door het Rotterdamsche
tooneel gezelschap onder directie der heeren
Alex. Faassen Co. Zij zal plaats hebben de
volgende week Woensdag den 18en December.
Over het dan op te voeren stuk Voor pleiziér
op reis kunnen wij onzen lezers nog niets
melden het werd eerst Maandag avond voor
het eerst te Rotterdam gegeven ter benefice
van den heer Alex. Faassen, die daarin dus
zeker wel de belangrijkste rol vervullen zal.
Wellicht bestaat er voor ons aanleiding om
binnenkort de aandacht onzer lezers eens te
vestigen op het oordeel van een of ander blad
over dit stuk.
Thans hobben wij iets anders mee te deelen,
en wel eerstens dat, ter voorkoming van
moeilijkheden die zich bij de vorige plaatsbe
spreking voordeden, in de uren daarvoor
eenige veranderingen zijn gebracht, zoodat
geabonneerden die vaste plaatsen hebben en
geabonneerden die daarvan niet in het bezit
zijn, elk afzonderlijk ter bespreking wor
den toegelaten. Door deze regeling, waarvoor
wij verwjjzen naar de annonces in een der
vorige en een tweetal volgende nommers van
ons blad op de programma's die reeds ge
drukt waren kon zij niet worden aangegeven
zullen verwarringen en teleurstellingen voor
komen kunnen worden.
In de tweede plaats deelen wij mee dat op
dien Woensdag 18 December tusschen tien en
twaalf uur de geabonneerden uit een zestal de
stukken kunnen kiezen, die zy bjj de volgende
drie voorstellingen wenschen opgevoerd te zien.
Die drie voorstellingen zijn bepaald op Woens
dag 29 Januari, Dinsdag 18 Februari en Woens
dag 19 Maart 1890.
De stukken, waaruit zij kunnen kiezen, zijn
Heeren Doktoren, blijspel in 3 bedrijven, door
Hypolyte Raimond, met een voor- of een
nastukDe Goochelaar, drama in 4 bedryven,
Mimi, kluchtspel in 3 bedrijven, naar het
Fransch van Maxime Boucheron S of Z, too-
neelspel in 5 bedrijven door Justus van Maurik
De strijd om het bestaan, drama in 6 bedryven;
van Alphonse Daudet (La lutte pour la vie) en
Mr Barnes van New-York, drama in 5 bedryven
naar het Engelsche handschrift van John
Coleman.
Weldra zal verschijnen een vlugschrift,
getiteld: Pacificatie, door jhr mr A. F. de Sa-
vornin Lohman, naar aanleiding der nu ook
door de Eerste kamer aangenomen schoolwet.
Hans Von Billow over Pia Von Sicherer t
Sie singt mit P i t a t und Sicherheit.
In het Savoy-lheatre te Londen is Za
terdag een nieuwe opera van Sullivan gege
ven: The Gondoliers or the King of Barataria,
die groot succes had.
Dr A. W. Bronsveld, predikant te Utrecht,
heeft voor het hem aangeboden hoogleeraars-
ambt aan de gemeente-universiteit te Amster
dam bedankt.
Volgens het jaarboekje voor de Chr. Ger.
kerk in Nederland, voor het jaar 1890, blijkt
dat het aantal predikanten dier kerk bedraagt
301, het aantal gemeenten 377; vacante ge
meenten 85, emeritus predikanten 19, waarvan
inmiddels 3 overleden.
Onder de -.gemeenten, die de [meeste leden
tellen, behooren Amsterdam met 5215, Rotter»