UtorplB Courant. Zuster Martha. BIJVOEGSEL Bevolkingsre gisters. fiEIEESTE-BEliSTIN&EK. MIddelb irg 16 November. Brieven uit de Hofstad. 9 FEUILLETON. BEKENDMAKINGEN. Geneosk melige raai voor Zeeianl VAN DE VAN MaacWa-j 18 November 1889, n°* 275. De burgemeester en wethouders van Mid delburg, gezien de circulaire van den commissaris des konings van den 17en Juli 1889 (Prov. blad no 75), betreffende de a. s. zevende algemeene tienjarige volkstelling herinneren de ingezetenen, voor zooveel noodig, aan de bepalingen van het koninkl j t besluit van 27 Juli 1887 Staatsblad no 141), regelende hunne verplichting tot het doen van aan gifte voor de bevolkingsregisters en aan de bepalingen der verordening van 24 December 1862 op de nominering der buizen en het doen van aangifte van de verhuizing rn binnen de gemeente. Tot het doen van die aangifto bestaat dage- Ijjks, behalve op Zon- en feestdagen, ter secre tarie gelegenheid van des voormiddags te 10 uren tot des middags te 12 uren. Middelburg, 9 Augustus 1889. De burg en weth. van Middelburg, W. J. STRENGER, L. B. De secretaris, A. DE YÜLDER VAN NOORDEN. Kohier voor d •- belasting op de honden over 1889. De burgemeester en wethouders van Middel burg bre.igen tor kennis van de ingezetenen, dat het le suppletoir kohier van de belasting op de honden over het jaar 1889 door den gemeenteraad bij zijn besluit van den 13en November 1889 is goedgekeurd, en ter invor dering aan den gemeente-ontvanger uitgereikt. Middelburg, den 15en November 1889. De burgemeester en wethouders voornoemd, SC-HORER, De secretaris, A. DE VULDER VAN NOORDEN. 15 November 1889. Wie meende, dat de nieuwsgigbeid naar de hou ling van de meerderheid der Eerste kamer tegenover de on lerwijswet zou worden bevredigd door het over dat ontwerp verschenen voor- loopig verslag zal zich hebben teleurgesteld gezien na de lezing van dat gisteren verschenen staatsstuk. Wel wordt aan de regeering menige netelige kwestie gesteld, menige moeiljk te beantwoorden vraag gedaan, en ontbreekt het niet aan afkeuring en aan principieele bezwa ren, doch men ontwaart niet of die aan de zijde der meerderheid bestaan dan wol of zij, die daarmede niet instemmen, grooter in aantal zijn. Het verslag spreekt van groepen, maar de sterkte van deze wordt in het midden ge laten, terwijl zelfs nog verscheidene leden schenen te weifelen. Intusschen blijft het ge rucht, dat verwerping waarschijnlijk is, aanhou den. In elk geval zal het lot der wet van enkele stemmen afhangen. Ten gunste van het voorstel mogen mannen als Buys en Eruin gewicht in de schaal leggen, de nog steeds toestroomende adressen zullen toch ook niet nalaten indruk te maken. De organen der regeeringspartj mogen smalend op dat »arm- zalig hoopje" neerzien, dat hoopje groeit dage lijks aan en kan wol de vergelijking doorstaan met het volks-petitionnemnnt van 1878. Al bewandelt men thans niet den weg van toen, al tellen de ingezonden adressen niet zooveel handteekeningen als het monster-verzoakschriff, vóór elf jaren door de tegenstanders der wet- Kuppeyne ingediend (kruisjes komen er zelfs in het geheel niet op voor, terwijl die in 1878 Uil het Fransch TAN CBAULES EPHEYRE. X. Wie onzer heeft zich niet eens vormaakt met het werpen van een grooten Bteen in een kal men vijver Het water spat op en er vormt zich een kring van golfjes omheen, daarna nog een en nog een Zj breiden zich snel uit, hereiken de- oevers, worden teruggestooten, keeren naar het midden terug, worden weer door nieuwe naar den oever gedreven. Die beweging duurt een gernimen tijd de kalmte van het water blijft lang gestoord. Is onze ziel niet als de oppervlakte van dien vijver? Een onvoorziene omstandigheid, een verliefdheid, bijvoorbeeld is voldoende om voor goed onze gemoedsrust te verstoren. Maar wij zjjn ongelukkiger dan die redelooze vijver, die vergeetw j moeten ons herinneren. Akelige nacht van het geheugen! Een onde smart nijpt even sterk als een nieuwe. Die droeve ervaring deed Lourens ook op. Hjj had gezegd>ik zal vergeten, ik zal vele waren), toch zou het zeer de vraag zijn of men thans niet tot een hooger cijft-r zou komen, indien een) werd opgeteld uit naam van hoevelen de adressen, misschien slechts door en kele bestuursleden eener vereeniging geteekeud, worden aangeboden Men vergete toch niet, dat achter éen bestuur soms honderden leden staan, en al werkten deze niet allen mede tot het besluit om op verwerping van de wet aan te dringen, al bleven velen van de daartoe belegde vergadering afwezig, veilig mag worden aangenomen, dat onder die tehuisblijvers niet veel voorstanders van de wet zijn, want deze zouden wel gezorgd hebben zoo eenigszins tnogeljk door woord en votum het verzenden van een adres te voorkomen. Wat trouwens de bedoelde organen van de regeeringspartij in zake den schoolstrijd opdis- schen, is van zóo slechï allooi, dat ook hun minachting voor de beweging legen de wet reeds van zelve verdacht is Zoo wees de Stan daard van gisteren op het volgens het ontwerp verplicht getal onderwijzers in verhouding tot het aantal kinderen. Op 41 kinderen zijn reeds twee onderwijzers noodig, op 91 drie en dan voor elke 55 leerlingen hoven de 90 nog éen onderwijzer, dus voor 145 leerlingen vier, aldus redeneerde dat blad, aan de hand van een inzender in het Haagsche Dagblad, en het knoopte er triomfantelijk de vraag aan vast »Waar blijven nu de overbevolkte klassen met GO a 70 leerlingen, voor welke slechts éen onderwijzer zou staan Het antwoord is een voudig, zegt de Standaard. Zeker, maar ik geef een ander antwoord dan de redactie. Volkomen waar is, dat op 145 leerlingen vier onderwjzers noodig zijn, maar even waar is het dat, al klimt dat getal kinderen tot bijv. 196, er nog maar vier onderwijzers vereischt worden dan krijgt men dus reeds volgens de gewone door de Standaard gevolgde deeling éen onderwijzer op 49 leerlingen. Doch bij die berekening gaat men uit van de valsche stelling, dat de vier klassen, voor ie Ier van welke éen onderwijzer aanwezig is, alle evenveel leerlingen tellen. Evenwel telt de hoogste klasse, dank zij het gemis van leerplicht, altijd de kleinste bevol king, de laagste verreweg de grootste. Kinderen van 5 a 6 jaar zenden vele ouders naar school om van de zorg ontslagen te zijn, maar jongens en meisjes van 9, 10 en 11 jaar kunnen reeds geld verdienen of althans vreemde hu'p uitsparen. Zoo zal een school, waar de 196 leerlingen aldus verdeeld zijn laagste klasse 66, 2e 58, 3e 42 en hoogste 30, lang geen zeld zaamheid zijn. Een getal Tan 140 kinderen zal dikwijls aan de drie onderwijzers respectievelijk een klasse bezorgen van 65, 45 en 30 leerlingen. Ziedaar nu de klassen van 60 a 70 leerlingen! Wij zullen zien wat de minister zal antwoorden op deze en andere bezwaren tegen het ontwerp. Wanneer dat antwoord komen zal Een der Haagsche bladen wist dezer dagen daaromtrent al een gewichtige mededeeling te doen. »De minister zal eerst na de ontvangst van het voorloopig verslag zijne memorie van antwoord inzenden", zoo luidde woordelijk de profetie. O, helderziende redactie 1 vanwaar haalt ge toch die wetenschap Wat zullen uwe lezers verwonderd zijn geweest over die onverwachte tijding 1 Dat had zeker niemand gedacht, dat een antwoord eerst verschijnt als het stuk, waar op het tot antwoord dient, reeds bekend is. Om dat te weten moet men zoo snugger zijn als de redactie van het bedoelde blad schijnt te wezen. Ik ben benieuwd wanneer eens een minister van zooveel bekwaamheid blijk zal geven dat hij zijne memorie van antwoord in zendt vóór de ontvangst van het voorloopig ver slag. Wie weet welke bewonderenswaardige toeren uit de omgekeerde wereld wij dan nog meer zien vertoonen 1 Zulk een staatsman ver dient de hoogst denkbare onderscheiding. Voor den heer redacteur, die zjjn lezers op die belang rijke mededeeling vergastte, zou ik wenschen dat er nog een orde van den Leeuw en de Zon be schikbaar ware. Misschien is dit wel het geval. Er zijn wel miudere verdiensten met die orde in den laatsten tijd beloond. En toch schijnt het lintje van die orde nog waarde te hebben voor sommige begiftigden. Zoo zag ik dezer dagen iemand, wiens vergun ning om het ding te dragen den vorigen avond in de Staatscourant had gestaan, reeds den vol genden morgen te 10 uren met het lintje in zijn knoopsgat over straat wandelen. De ijdele man zal gedacht hebben: wie ziet aan het lintje waar voor ik het kreeg Of men slechts uit de verte werken", m^ar het werken kan alleen verge telheid brengen als er reeds onverschilligheid bestaat. Hij beproefde dus om weer aan het werk te gaanhij hervatte zijne wetenschappelijke onderzoekingen, ging naar de komedie, zocht zijne vrienden op; maar alles kwam hem even onbeduidend voor. Indertijd had hij het hof gemaakt aan een zeker jong weêuwtje, dat zeer coquet was en hem afgewezen had. Om meer afleiding te hebben wilde hij zjjn geluk nog eens beproeven. Bij het eerste bezoek werd hij vriendelijk ontvangen, zelfs al te vriendelijk. Verre van een fat te zijn, was hij toch niet blind, en hij begreep zeer goed dat, als bij aanhield Maar hij hield niet aan. Hj hegeerde de comedie der liefde niet te spelen. Had hij in de kapel te Plancheville niet de ware liefde naast zich voelen kloppen Zijn ingenomen heid met het weêuwtje was eensklaps gevloden, zoodra hij merkte dat zij bereid was om zijne wenschen in te willigen. Zoo bracht hij twee treurige maanden door en die soort van treu righeid weegt des te zwaarder, naarmate wij de reden bespottelijker vinden. Hij kon slechts aan Angèle denken en verweet zich dat hij zoo voorzichtig, zoo braaf, zoo streng was geweest. Waartoe had al die braafheid ge leid? Hij wildg verm'jden van ongelukkig te worden en nu was hij ongel ukkigor dan ooit. Neen, waarlijk, daar moest een einde aan met den shah in aanraking kwam, bijv. hed eventjes met zijn manschappen een zoogenaamde eerewacht moest vormen, dan wol of men zich inderdaad hoogst verdienstelijk heeft gemaakt jegens den Perzischen vorst of diens r'jk de kleur van het lint en de vorm en het uiterlijk van het ordeteeken bij ven hetzelfde. Ous schilderkundig genootschap Pulchri Studio heeft onlangs op een zijner gezellige bijeen komsten, die zoo vaak van geest en humor ge tuigen, aardig den draak gestoken met den Perzischen ordenregen. De shah met gevolg kwamen er binnen, voorzien van een grooten kist vol ridderorden, die met gepaste toespraken werden uitgedeeld. Toen de voorraad op was werd rond gevraagd of soms nog iemanl was overgeslagenaan die enkelen werden toen •bons" uitgereikt, die zij voor een orde zouden kunuen verwissele Wie bet voorrecht heeft tot die gezellige bijeenkomsten te worden toegelaten behalve schilders zijn slechts enkelen zoo gelukkig vermaakt er zich in den regel kostelijk. Het spreekt van zelf, dat alles daar echt artistiek is en wat men er vertoont is goed. Een scherm, zooals thans in den koninklijken schouwburg de toeschouwers ergert, is daar natuurlijk een onmogelijkheid. Nu, dat scherm is dan ook meer dan afschuwelijk, en wij zullen het er dezen winter toch mede moeten doen. Het is anders tegenwoordig wel noodig, dat alles gedaan worde om de bezoekers van opera en Hollandsche comedie niet te ontstemmen, want hun aantal is toch al klein genoeg. Met de Pransche opera was dit reeds eenige winters het geval, maar dit jaar deelt ook het Neder- landsch tooneel in datzelfde lot van voor een leege of een half leege zaal te moeten spelen. De omstandigheid, dat het grootste deel der abonnés en zeer vele habitués door de weigering van den raad van beheer om op hun verzoek mevrouw Anna Rössing-Sablairolles weer in het gezelschap op te nemen, onaangenaam heeft getroffen, zal zeker op de opkomst van het publiek van invloed zijn. Er hangt nu iets lustc-loos over de zaal, zoowel als over het tooneel. De plaats, die mevrouw Róssing innam, is niet weer vervuld, althans niet meer dan in naam zij, de eenige misschien die de zelden samenvallende eigenschappen in zich vereenigde van èn geest èu gevoel in haar spel te leggen, is niet vervangen. De raad van beheer ont hield dus het publiek het goede, dat hj had kunnen gevennu voelt en niet geheel ten onrechte het publiek zich te kort gedaan. Tegeljkertjd hield eenzelfde zaak te Parjs de Comedie Franraise in spanning, waar men voor de vraag stond Coquelin, die vroeger zijn contract verbroken had, op zjn verzoek weer in Molières kunsttempel aan fe nemen. Daar was men echter zoo wijs van in te zien wat voor de kunst, den kunstenaar, de kunstlief hebbers en de kunst-exploitatie bet best was en Coquelin werd gereëngageerd. Rastignac scbrjft in den courier van de Illustration hier over het volgende >La plainte est dans la nature humaine, tnais I'art d'etre m 'conient s' enseigne au theatre. Quelle tempête dons le verre d'eau de la Com/d:e Fran- faisc Et pourquoi? Parreque Coquelin y rentre ses anciens associés devraienl illuminer la facade du monument. Point de tout, il font la grimace lis sont furieux. On viole leurs droits. Et le d uit du public Est ce que le droit du public riest point d'avoir, dans le theatre quil subven- tionne, les meilleurs comédiens possibles f El si M. Coquelin demands a jouer sur la scène de la Comedie Franraise, comment, sous quel prétexte le lui rejuser Ou il ne doit jamais reparative en public et alors il ny a plus d s'inquiéter de lui, ou il tienl a, jouer encore des pieces de theatre, et alors mieux vaul pour tout le monde que ce soit rue de Richelieu et non point a la Porte Sant-Martin. Le raisonnement est limpide\ Helaas, kon men dat ook hier niet inzien Moest men mevrouw Rö-sing noodzaken haar toevlucht te nemen tot een gezelschap van minderen rang Waren de Hollandsche brillen glazen alweer beslagen Ook eene andere omstandigheid werkt niet gunstig voor de recettes van het Nederlandsch Tooneel, de voortdurende afwezigheid van den in vele opzichten hoogst verdienstelijken acteur Bouwmeester. Sedert de derde voorstelling in dit seizoen en wj hele ven heden de acht tiende trad Bouwmeester niet op. Daarvoor moeten vele stukken van het repertoire bijven rusten en kunnen nieuwe, waarin zijne mede werking noodig is, niet worden ingestudeerd. komon. Men moet zich niet laten verteren door een leed, dat het besle deel van bet. leven wegneemt. Tot eiken prjs moest hij zich van dien druk bevrjden en daarom moest hj Angèle wederzien. Een van de eerste dagen van November vei trok hij naar Planchevi le. De generaal slaakte een kreet van blijd schap, toen hj hem zag komen. Hj was geheel alleen, want George was met zjn vrouw naar Ital »Gj hebt het zeker Op mijne faisanten voorzien. Nu, wj zullen hen nog eens gaan spreken. Maar waarljk, dat is een zeer uitmuntend denkbeeld, te meer daar gj hier gcmakkeljk kunt werken, studeeren en uwe papieren in orde brengen. Bj ons is het vrijheid bijheid. Hebt gj boeken meegebracht? Dat is goed. Gj kunt op uw gemak werken zooveel gj wilt. Waarom zoudt gj niet tot Januari bijven »lk zeg niet neen, generaal, als mjne patiënten mj niet roepen." »Uwe patiënten maar ik ben nw voor naamste patient. Ik heb jicht en rhumatiek; dat noemt gij doctoren immers rhumatiscbe jicht. En dan hoest ik als een ongelukkige ik wil alleen door u behandeld worden en als g j mj aan mjn lot overlaat, doet gj de plichten der vriendschap te korten denk maar niet dat gj te Plancheville ook geen patiënten kunt krygen. Gj hebt al een grooten naam in het Hieraan heeft echter de raad van beheer geen schuld, en hoewel Bouwmeester wel eens meer tjden heeft gehad, waarin hj niet of slechts zeer noode de planken wilde betreden, schjnt de oorzaak van zjne tegenwoordige rust niet aan eene gril of iets dergelijks te wjten te-zijn. Het schjnt, dat de man werkelijk niet spelen kan wegens eene ziekte, waaraan hj ljdende iseen ziekte, die meer den gee9t dan het lichiam aandoet en zou voortspruiten uit een levensopvatting, die het groote publiek niet bj een »tooneel speler" verwacht. Een spoedig ge heel herstel zij hem toegewenscht 1 Najaarsvergadering van Vrjdag avond te zeven uren. Voorzitter de heer dr B. Carsten, wa genees kundig inspecteur voor Zeeland. De voorzitter opent de bjeenkomst en heet de leden welkom. Daarna worden de notulen van het verhandelde ir. de vorige bijeenkomst gelezen en goedgekeurd. Die lezing, welke vroeger achterwege bleef, geschiedde nu, omdat van den minister van binnenlandsche zaken bericht is ontvangen, dat bet drukken der notulen van de vergaderingen der geneeskundige) raden eene onnoodige uitgave wordt geachtwaarmede de reden van het voortbestaan der verzameling van stukken be treffende het geneeskundig staatstoezicht ver valt. Intusschen is de minister bereid, de w jze waarop thans alles, wat het geneeskundig staatstoezicht aanbelangt, wordt gedrukt en openbaar gemaakt, aan eene herziening te onderwerpen. De voorzitter deelt mede dat, ingevolge besluit der vorige vergadering aan Ged. staten van Zeeland, een schrijven gericht is omtrent de kwestie van het leveren van geneesmiddelen door den geneeskundige te Kruiningen verder w jst h j met voldoening erop dat de uitspraak van den geneeskundigen raad met betrekking tot het gymnastiek onderw js op de lagere school bljkens het wetsontwerp op het lager onderw js bjval heeft gevonden. Nog geeft de voorzitter kennis dat het lid dr Boom verhinderd is tegenwoordig te zjn en in dien3 plaats de heer Martin uit Hulst aan wezig is. Daarna wordt mededeeling gedaan van onder scheidene ingekomen stukken. Hieronder behoort een rapport van de commissie uit het Nut rooi de bureau's voor het onderzoeken van levens middelen enz. Naar aanleiding daarvan doet de heer mr A. P. Snouck Hurgronje op uit- noodiging van den voorzitter mededeeling van de plannen die ten opzichte dezer zaak in Middelburg rjpen. Worden zj verwezenljkt, dan zal dit een scberpor toezicht tengevolge hebben. Naar aanleiding der handelingen,waarvan ren uittreksel hieronder volgt, vraagt de beer dr Couvée eenige inlichtingen omtrent eene me dedeeling van den minister van binnenlandsche zaken dat in eene zoutziederj hier te lande gebleken is, dat, alvor; ns de kristallisatie van chloornatrium in de door stoom verwarmde zoutzuil plaats heeft, de pekel gezuiverd wordt door toevoeging van chloor-barium, met ver zoek een onderzoek omtrent deze zaak in te stellen; en de mededeeling van denzelfden mi nister dat hier te lande kobalt-blauw gebruikt wordt tot bet witmaken van suiker en r jat, en dat, volgens den scheikundigen adviseur bj het departement van financiën, genoemde verfstof bestaat uit zeer fijn gemalen glas,dat zjne kleur dankt aan kobaltoxyle; en kobalt- verbindingen bebooren tot de vergiftige terwjl de verfstof, zooals die in den handel voorkomt, dikwjls arsenic bevat. Daarop wordt de aan dacht gevestigd. De voorzitter geeft lecture van deze brieven in hun geheel en noodigt de leden uit hunne aandacht op deze oud rwerpen gevestigd te houden. De voorzitter deelt verder mede dat, zoo als hem gebleken is, te Domburg diphtheritis vooral onder de schoolkinderen heerscht. Hj heeft een onderzoek ingesteld en sluiting en des infectie van de scholen aanbevolen. Ook voegt de voorzitter aan de h indelingen nog de mededeeling toe dat, zooals uit een onderzoek in loco is gebleken, de minder goede dorp, sedert gij zuster Martha genezen hebt." »0 ja, 'tis waar: hoe gaat het met zuster Martha?" zei Lourens op gemaakt lossen toon. »Springlevend Ik weet niet wat gj haar gegeven hebt, maar uw middel doet wonderen. Zj was erg ziek borstlijden d zei men maar nu is zj geheel genezen of het scheelt niet veel. Ik zal den pastoor ten eten laten vragen, die kan er n alles van vertellen wat gij weteD wilt. Hj is een braaf man, die met ware in genomenheid over n spreekt. Wj kunnen van avond een partjtje whisten. Gj zult moeten toegeven dat gij goed gedaan hebt met te komen." »Oin n de waarheid te zeggen, generaal, heb ik Parjs ziek verlaten ik bad allerlei muizenissen in bet hoofd maar sedert ik hier ben zjn zij als dooreen wonder w'ggevaagd." Het was waar, zoodra hij de torentjes van bet kasteel en den witten muur der kapel terug zag voelde hj zich eensklaps veel beter. Hj ontstelde bjna van die plotselinge ver andering, waaruit bleek dat zjn toestand zeer abnormaal was en dat zijn kwaal dieper zat dan hj gedacht had. Wat Die geschiedenis van Angè'e, dat romaneske avontuur, dat een voorbjgaand voorval had moeten zjn, nam dat zooveel plaats in? Waarom beefde en huiverde h j met een zweem van hoop bij het terugzien van die kamer 1 »Da.r was zj binnen gekomen, op dien stoel had zj gezeten 1 Bj dien schoor steen heeft zj hare armen om mijn hals ge- toestand te Zaamslag, waarvan in die hande lingen sprake was, wordt verbeterd. Vervolgens is aan de orde het verslag van gecommitteerden voor de winkelvisitatiën. De algemeene indruk, dien gecommitteerden verkre gen, wordt hieronder in het verslag medegedeeld. Verder kwam ter tafel een verslag van de keeren drs J. K. de Brnjne, J. E. Callenfels en J. P. Berdenis van Berlekora gecommitteerden omtrent het voorkomen van parasitaire huid ziekten op de lagere scholoD. Op dat rapport bomen wj eerstdaags nader terug. De conclusie, waartoe gecommitteerden kimen, is: De raad, gehoord den uitslag van eene door eene commissie uit zjn midden in gestelde enquête, omtrent het voorkomen van parasitaire huidziekte onder de schoolkinderen in Zeeland, besluit voor alsnog in dezen niet handelend op te treden. De vergadering vereenigt zich zonder beraad slaging of hoofdeljke stemming met deze con clusie. Aan de orde was de benoeming van verschil lende commissiënlo. eene commissie van idvies voor spoedeischende gevallendaartoe worden aangewezen de hoeren mr W. A. van Hook, dr J. C. de Man en P. M. de L'gny 2o. eene commissie voor het nazien der notu- ien; daarin worden benoemd de beeren dr J C. le Man en mr A. P. Snouck Hurgronje. De aftredende correspondeerende ltden van len raad, de heeren C. Maznre te Middelburg, E. P. J. Was te Oosterland, Van de Repe te Voordwelle, A. de Fouw te Axel, Van Oosten- wjk Stern te Aardenburg, Van Rjssel te Poort- sliet en mr Palman Kruseman te Middelburg worden allen herbenoemd. Daarna wordt besproken de genee=kundige armverzorging in de provincie, waaromtrent de voorzitter eenige inlichtingen geeft. Daaruit dijkt dat om te St. Pbilipsland in de bohoette aan geneeskundige hulp te voorzien het z. i. wenscheljk is dat het geneeskundig staats toezicht medewerke tot het toestaan van eene Hiibsidie voor een daar te vestigen geneeskundige* Hetzelfde schjnt den voorzitter het geval met le gemeenten Nisse en 's Heer Abtskerke, die lerhaaldeljk reeds om een subsidie hebben ge vraagd. Voor die gemeenten acht de voorzitter 'iet echter eerder noodig dat er eene vroedvrouw iich vestige. B j behandeling vrn het onderwerp der vacci natie wordt door den secretaris overgelegd een brochure van den voorzitter over het nut der koepokinenting, welke is opgenomen in den volksalmanak van het Nut van het algemeen voor 1890. Uit de gevoerde besprekingen bljkt dat de vaccinatie onder kinderen beneden het jaar op loraraige plaatsen toeneemt, doch in andere itreken weder niet. Over het algemeen is toch wel eenige vooruitgang te bespeuren. Over trichinosis op Zuid-Bevelanl wordt uit voerig gesproken ,in verband met de in den laatsten tijd, thans voor de vierde maal in die at reek, weder te Goes en nu te Biezelinge voor- geko nen gevallen van trichinenziekte bij len mnnscb. Het onderzoek in deze zaak is nog niet g ëindigd; in den laatsten tjd zjn nog nieuwe I jders waargenomen. Niettemin wordt door dr De Man gewezen op het feit dat een groot deel ran Zuid-Beveland mot trichinose besmet is en op de noodzake- lykheid dat het vervoer van varkens, varkens- vloesch enz. nit die streek wordt verboden. Met dit laatste donkbeeld vereenigt de verga- lering zich. De voorzitter zegt dat reeds in dien geest aan de bevoegde macht is geadviseerd. De heer dr J. K. de Brnjne toonde de won- sch dijkheid aan om, teneinde het clandestiene slachten van varkens te ontgaan, den eigenaar van trichineuse varkens, bj inbeslagneming van varkens, meestal voor den kleinen man een belangrijk verlies, in het bedrag van dit verlies tegemoet te komen. Eindel jk deelde de secretaris nog mede, dat hst voornemen bestaan heeft om een onderzoek in te stellen hoeveel krankzinnigen zich nog in de provincie bevinden, die niet in gestichten verpleegd worden, om daaruit te. kunnen afleiden in hoeverre de stichting van een krankzinnigen gesticht in de provincie noodig is. Wegens de eigenaardige bezwaren, aan zoodanig onderzoek verbonden, is er vooralsnog geen gevolg aan ge- geren. Intusschen zal het oog op do zaak ge vestigd blijven en kan misschien in de volgende vergadering een nader voorstel omtrent een gesticht in Zeeland gedaan worden. slagen. Daar is de kapel waar ik Wtar het eerst gehoord heb Dat is de laan waar ik des nachts hare witte gedaante zag aankomen*. Verderop ligt het dorp daar is zij en als ik wilde Maar hj wilde niet. Hj legde zich dat offer op. Hij hield den generaal den heel™ dag gezelschap en ging met hem wandelen... Tegen vjf uur kwamen zj thuis en terwjl zij een party biljart speelden hoorden zj eens klaps het orgel. Lourens verbleekte eerst en bloosde toen. »0 zei de generaal, »dat is uw leer linge die orgel speelt zij speelt iedcren avond en mj dunkt dat zij veel vooruit is gegaan sedert gj haar die paar lessen gegeven hebt. Morgen kunt gj weer beginnen, als gj just hebt." Ouder het eten werd er weer over zuster Martha gesprok™ Het was als een algemeene samenzwering, iedereen scheen afgesproken te hebben om den lof der jonge zusier voor Lourens te zingen, alsof hij noodig had d it zjn geheugen o; gefrischt werd op dit punt De pastoor praatte aldoor over haar en haar wonderbaarlijk.) genezing, en hij haalde tot in de kleinste bijzonderheden alles op, wat hj van die langdurige flauwte wist. »Als gj wilt, dokter, zullen wj haar mor gen na schooltjd eens gaan opzoeken. Dan kunt gj zelf zien dat zij geheel beter is »Gj hebt haar immers met arsenikum

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1889 | | pagina 13