UtorplB Courant.
Zuster Martha.
BIJVOEGSEL
Bevolkingsre gisters.
fiEIEESTE-BEliSTIN&EK.
MIddelb irg 16 November.
Brieven uit de Hofstad.
9 FEUILLETON.
BEKENDMAKINGEN.
Geneosk melige raai voor Zeeianl
VAN DE
VAN
MaacWa-j 18 November 1889, n°* 275.
De burgemeester en wethouders van Mid
delburg,
gezien de circulaire van den commissaris des
konings van den 17en Juli 1889 (Prov. blad no
75), betreffende de a. s. zevende algemeene
tienjarige volkstelling
herinneren de ingezetenen, voor zooveel noodig,
aan de bepalingen van het koninkl j t besluit
van 27 Juli 1887 Staatsblad no 141), regelende
hunne verplichting tot het doen van aan
gifte voor de bevolkingsregisters en
aan de bepalingen der verordening van 24
December 1862 op de nominering der
buizen en het doen van aangifte van de
verhuizing rn binnen de gemeente.
Tot het doen van die aangifto bestaat dage-
Ijjks, behalve op Zon- en feestdagen, ter secre
tarie gelegenheid van des voormiddags te 10
uren tot des middags te 12 uren.
Middelburg, 9 Augustus 1889.
De burg en weth. van Middelburg,
W. J. STRENGER, L. B.
De secretaris,
A. DE YÜLDER VAN NOORDEN.
Kohier voor d •- belasting op de honden
over 1889.
De burgemeester en wethouders van Middel
burg bre.igen tor kennis van de ingezetenen,
dat het le suppletoir kohier van de belasting
op de honden over het jaar 1889 door den
gemeenteraad bij zijn besluit van den 13en
November 1889 is goedgekeurd, en ter invor
dering aan den gemeente-ontvanger uitgereikt.
Middelburg, den 15en November 1889.
De burgemeester en wethouders voornoemd,
SC-HORER,
De secretaris,
A. DE VULDER VAN NOORDEN.
15 November 1889.
Wie meende, dat de nieuwsgigbeid naar de
hou ling van de meerderheid der Eerste kamer
tegenover de on lerwijswet zou worden bevredigd
door het over dat ontwerp verschenen voor-
loopig verslag zal zich hebben teleurgesteld
gezien na de lezing van dat gisteren verschenen
staatsstuk. Wel wordt aan de regeering menige
netelige kwestie gesteld, menige moeiljk te
beantwoorden vraag gedaan, en ontbreekt het
niet aan afkeuring en aan principieele bezwa
ren, doch men ontwaart niet of die aan de zijde
der meerderheid bestaan dan wol of zij, die
daarmede niet instemmen, grooter in aantal
zijn. Het verslag spreekt van groepen, maar
de sterkte van deze wordt in het midden ge
laten, terwijl zelfs nog verscheidene leden
schenen te weifelen. Intusschen blijft het ge
rucht, dat verwerping waarschijnlijk is, aanhou
den. In elk geval zal het lot der wet van
enkele stemmen afhangen. Ten gunste van
het voorstel mogen mannen als Buys en Eruin
gewicht in de schaal leggen, de nog steeds
toestroomende adressen zullen toch ook niet
nalaten indruk te maken. De organen der
regeeringspartj mogen smalend op dat »arm-
zalig hoopje" neerzien, dat hoopje groeit dage
lijks aan en kan wol de vergelijking doorstaan
met het volks-petitionnemnnt van 1878. Al
bewandelt men thans niet den weg van toen,
al tellen de ingezonden adressen niet zooveel
handteekeningen als het monster-verzoakschriff,
vóór elf jaren door de tegenstanders der wet-
Kuppeyne ingediend (kruisjes komen er zelfs
in het geheel niet op voor, terwijl die in 1878
Uil het Fransch
TAN
CBAULES EPHEYRE.
X.
Wie onzer heeft zich niet eens vormaakt
met het werpen van een grooten Bteen in een
kal men vijver Het water spat op en er vormt
zich een kring van golfjes omheen, daarna
nog een en nog een Zj breiden zich snel uit,
hereiken de- oevers, worden teruggestooten,
keeren naar het midden terug, worden weer
door nieuwe naar den oever gedreven. Die
beweging duurt een gernimen tijd de kalmte
van het water blijft lang gestoord.
Is onze ziel niet als de oppervlakte van dien
vijver? Een onvoorziene omstandigheid, een
verliefdheid, bijvoorbeeld is voldoende om voor
goed onze gemoedsrust te verstoren. Maar wij
zjjn ongelukkiger dan die redelooze vijver,
die vergeetw j moeten ons herinneren.
Akelige nacht van het geheugen! Een onde
smart nijpt even sterk als een nieuwe.
Die droeve ervaring deed Lourens ook op.
Hjj had gezegd>ik zal vergeten, ik zal
vele waren), toch zou het zeer de vraag zijn
of men thans niet tot een hooger cijft-r zou
komen, indien een) werd opgeteld uit naam van
hoevelen de adressen, misschien slechts door en
kele bestuursleden eener vereeniging geteekeud,
worden aangeboden Men vergete toch niet,
dat achter éen bestuur soms honderden leden
staan, en al werkten deze niet allen mede tot
het besluit om op verwerping van de wet aan
te dringen, al bleven velen van de daartoe
belegde vergadering afwezig, veilig mag worden
aangenomen, dat onder die tehuisblijvers niet
veel voorstanders van de wet zijn, want deze
zouden wel gezorgd hebben zoo eenigszins
tnogeljk door woord en votum het verzenden
van een adres te voorkomen.
Wat trouwens de bedoelde organen van de
regeeringspartij in zake den schoolstrijd opdis-
schen, is van zóo slechï allooi, dat ook hun
minachting voor de beweging legen de wet
reeds van zelve verdacht is Zoo wees de Stan
daard van gisteren op het volgens het ontwerp
verplicht getal onderwijzers in verhouding tot
het aantal kinderen. Op 41 kinderen zijn reeds
twee onderwijzers noodig, op 91 drie en dan
voor elke 55 leerlingen hoven de 90 nog éen
onderwijzer, dus voor 145 leerlingen vier, aldus
redeneerde dat blad, aan de hand van een
inzender in het Haagsche Dagblad, en het
knoopte er triomfantelijk de vraag aan vast
»Waar blijven nu de overbevolkte klassen met
GO a 70 leerlingen, voor welke slechts éen
onderwijzer zou staan Het antwoord is een
voudig, zegt de Standaard. Zeker, maar ik geef
een ander antwoord dan de redactie. Volkomen
waar is, dat op 145 leerlingen vier onderwjzers
noodig zijn, maar even waar is het dat, al
klimt dat getal kinderen tot bijv. 196, er nog
maar vier onderwijzers vereischt worden dan
krijgt men dus reeds volgens de gewone door
de Standaard gevolgde deeling éen onderwijzer
op 49 leerlingen. Doch bij die berekening gaat
men uit van de valsche stelling, dat de vier
klassen, voor ie Ier van welke éen onderwijzer
aanwezig is, alle evenveel leerlingen tellen.
Evenwel telt de hoogste klasse, dank zij het
gemis van leerplicht, altijd de kleinste bevol
king, de laagste verreweg de grootste. Kinderen
van 5 a 6 jaar zenden vele ouders naar school
om van de zorg ontslagen te zijn, maar jongens
en meisjes van 9, 10 en 11 jaar kunnen reeds
geld verdienen of althans vreemde hu'p
uitsparen. Zoo zal een school, waar de 196
leerlingen aldus verdeeld zijn laagste klasse
66, 2e 58, 3e 42 en hoogste 30, lang geen zeld
zaamheid zijn. Een getal Tan 140 kinderen zal
dikwijls aan de drie onderwijzers respectievelijk
een klasse bezorgen van 65, 45 en 30 leerlingen.
Ziedaar nu de klassen van 60 a 70 leerlingen!
Wij zullen zien wat de minister zal antwoorden
op deze en andere bezwaren tegen het ontwerp.
Wanneer dat antwoord komen zal Een der
Haagsche bladen wist dezer dagen daaromtrent
al een gewichtige mededeeling te doen. »De
minister zal eerst na de ontvangst van het
voorloopig verslag zijne memorie van antwoord
inzenden", zoo luidde woordelijk de profetie.
O, helderziende redactie 1 vanwaar haalt ge
toch die wetenschap Wat zullen uwe lezers
verwonderd zijn geweest over die onverwachte
tijding 1
Dat had zeker niemand gedacht, dat een
antwoord eerst verschijnt als het stuk, waar
op het tot antwoord dient, reeds bekend is.
Om dat te weten moet men zoo snugger zijn
als de redactie van het bedoelde blad schijnt te
wezen. Ik ben benieuwd wanneer eens een
minister van zooveel bekwaamheid blijk zal
geven dat hij zijne memorie van antwoord in
zendt vóór de ontvangst van het voorloopig ver
slag. Wie weet welke bewonderenswaardige
toeren uit de omgekeerde wereld wij dan nog
meer zien vertoonen 1 Zulk een staatsman ver
dient de hoogst denkbare onderscheiding. Voor
den heer redacteur, die zjjn lezers op die belang
rijke mededeeling vergastte, zou ik wenschen dat
er nog een orde van den Leeuw en de Zon be
schikbaar ware. Misschien is dit wel het geval.
Er zijn wel miudere verdiensten met die orde in
den laatsten tijd beloond.
En toch schijnt het lintje van die orde nog
waarde te hebben voor sommige begiftigden.
Zoo zag ik dezer dagen iemand, wiens vergun
ning om het ding te dragen den vorigen avond
in de Staatscourant had gestaan, reeds den vol
genden morgen te 10 uren met het lintje in zijn
knoopsgat over straat wandelen. De ijdele man
zal gedacht hebben: wie ziet aan het lintje waar
voor ik het kreeg Of men slechts uit de verte
werken", m^ar het werken kan alleen verge
telheid brengen als er reeds onverschilligheid
bestaat.
Hij beproefde dus om weer aan het werk te
gaanhij hervatte zijne wetenschappelijke
onderzoekingen, ging naar de komedie, zocht
zijne vrienden op; maar alles kwam hem even
onbeduidend voor.
Indertijd had hij het hof gemaakt aan een
zeker jong weêuwtje, dat zeer coquet was en
hem afgewezen had. Om meer afleiding te
hebben wilde hij zjjn geluk nog eens beproeven.
Bij het eerste bezoek werd hij vriendelijk
ontvangen, zelfs al te vriendelijk. Verre van
een fat te zijn, was hij toch niet blind, en hij
begreep zeer goed dat, als bij aanhield
Maar hij hield niet aan. Hj hegeerde de
comedie der liefde niet te spelen. Had hij in
de kapel te Plancheville niet de ware liefde
naast zich voelen kloppen Zijn ingenomen
heid met het weêuwtje was eensklaps gevloden,
zoodra hij merkte dat zij bereid was om zijne
wenschen in te willigen. Zoo bracht hij twee
treurige maanden door en die soort van treu
righeid weegt des te zwaarder, naarmate wij
de reden bespottelijker vinden. Hij kon slechts
aan Angèle denken en verweet zich dat hij
zoo voorzichtig, zoo braaf, zoo streng was
geweest. Waartoe had al die braafheid ge
leid? Hij wildg verm'jden van ongelukkig te
worden en nu was hij ongel ukkigor dan ooit.
Neen, waarlijk, daar moest een einde aan
met den shah in aanraking kwam, bijv. hed
eventjes met zijn manschappen een zoogenaamde
eerewacht moest vormen, dan wol of men zich
inderdaad hoogst verdienstelijk heeft gemaakt
jegens den Perzischen vorst of diens r'jk de
kleur van het lint en de vorm en het uiterlijk
van het ordeteeken bij ven hetzelfde.
Ous schilderkundig genootschap Pulchri Studio
heeft onlangs op een zijner gezellige bijeen
komsten, die zoo vaak van geest en humor ge
tuigen, aardig den draak gestoken met den
Perzischen ordenregen. De shah met gevolg
kwamen er binnen, voorzien van een grooten
kist vol ridderorden, die met gepaste toespraken
werden uitgedeeld. Toen de voorraad op was
werd rond gevraagd of soms nog iemanl was
overgeslagenaan die enkelen werden toen
•bons" uitgereikt, die zij voor een orde zouden
kunuen verwissele
Wie bet voorrecht heeft tot die gezellige
bijeenkomsten te worden toegelaten behalve
schilders zijn slechts enkelen zoo gelukkig
vermaakt er zich in den regel kostelijk. Het
spreekt van zelf, dat alles daar echt artistiek
is en wat men er vertoont is goed. Een scherm,
zooals thans in den koninklijken schouwburg
de toeschouwers ergert, is daar natuurlijk een
onmogelijkheid. Nu, dat scherm is dan ook
meer dan afschuwelijk, en wij zullen het er
dezen winter toch mede moeten doen. Het is
anders tegenwoordig wel noodig, dat alles
gedaan worde om de bezoekers van opera en
Hollandsche comedie niet te ontstemmen, want
hun aantal is toch al klein genoeg. Met de
Pransche opera was dit reeds eenige winters
het geval, maar dit jaar deelt ook het Neder-
landsch tooneel in datzelfde lot van voor een
leege of een half leege zaal te moeten spelen.
De omstandigheid, dat het grootste deel der
abonnés en zeer vele habitués door de weigering
van den raad van beheer om op hun verzoek
mevrouw Anna Rössing-Sablairolles weer in het
gezelschap op te nemen, onaangenaam heeft
getroffen, zal zeker op de opkomst van het
publiek van invloed zijn. Er hangt nu iets
lustc-loos over de zaal, zoowel als over het
tooneel. De plaats, die mevrouw Róssing innam,
is niet weer vervuld, althans niet meer dan in
naam zij, de eenige misschien die de zelden
samenvallende eigenschappen in zich vereenigde
van èn geest èu gevoel in haar spel te leggen,
is niet vervangen. De raad van beheer ont
hield dus het publiek het goede, dat hj had
kunnen gevennu voelt en niet geheel ten
onrechte het publiek zich te kort gedaan.
Tegeljkertjd hield eenzelfde zaak te Parjs
de Comedie Franraise in spanning, waar men
voor de vraag stond Coquelin, die vroeger zijn
contract verbroken had, op zjn verzoek weer
in Molières kunsttempel aan fe nemen. Daar
was men echter zoo wijs van in te zien wat
voor de kunst, den kunstenaar, de kunstlief
hebbers en de kunst-exploitatie bet best was
en Coquelin werd gereëngageerd. Rastignac
scbrjft in den courier van de Illustration hier
over het volgende
>La plainte est dans la nature humaine, tnais
I'art d'etre m 'conient s' enseigne au theatre. Quelle
tempête dons le verre d'eau de la Com/d:e Fran-
faisc Et pourquoi? Parreque Coquelin y rentre
ses anciens associés devraienl illuminer la facade
du monument. Point de tout, il font la grimace
lis sont furieux. On viole leurs droits. Et le
d uit du public Est ce que le droit du public
riest point d'avoir, dans le theatre quil subven-
tionne, les meilleurs comédiens possibles f El si
M. Coquelin demands a jouer sur la scène de la
Comedie Franraise, comment, sous quel prétexte
le lui rejuser Ou il ne doit jamais reparative
en public et alors il ny a plus d s'inquiéter de
lui, ou il tienl a, jouer encore des pieces de theatre,
et alors mieux vaul pour tout le monde que ce
soit rue de Richelieu et non point a la Porte
Sant-Martin. Le raisonnement est limpide\
Helaas, kon men dat ook hier niet inzien
Moest men mevrouw Rö-sing noodzaken haar
toevlucht te nemen tot een gezelschap van
minderen rang Waren de Hollandsche brillen
glazen alweer beslagen
Ook eene andere omstandigheid werkt niet
gunstig voor de recettes van het Nederlandsch
Tooneel, de voortdurende afwezigheid van den
in vele opzichten hoogst verdienstelijken acteur
Bouwmeester. Sedert de derde voorstelling in
dit seizoen en wj hele ven heden de acht
tiende trad Bouwmeester niet op. Daarvoor
moeten vele stukken van het repertoire bijven
rusten en kunnen nieuwe, waarin zijne mede
werking noodig is, niet worden ingestudeerd.
komon. Men moet zich niet laten verteren
door een leed, dat het besle deel van bet.
leven wegneemt. Tot eiken prjs moest hij
zich van dien druk bevrjden en daarom moest
hj Angèle wederzien.
Een van de eerste dagen van November
vei trok hij naar Planchevi le.
De generaal slaakte een kreet van blijd
schap, toen hj hem zag komen. Hj was geheel
alleen, want George was met zjn vrouw naar
Ital
»Gj hebt het zeker Op mijne faisanten
voorzien. Nu, wj zullen hen nog eens gaan
spreken. Maar waarljk, dat is een zeer
uitmuntend denkbeeld, te meer daar gj hier
gcmakkeljk kunt werken, studeeren en uwe
papieren in orde brengen. Bj ons is het vrijheid
bijheid. Hebt gj boeken meegebracht? Dat is
goed. Gj kunt op uw gemak werken zooveel
gj wilt. Waarom zoudt gj niet tot Januari
bijven
»lk zeg niet neen, generaal, als mjne
patiënten mj niet roepen."
»Uwe patiënten maar ik ben nw voor
naamste patient. Ik heb jicht en rhumatiek;
dat noemt gij doctoren immers rhumatiscbe
jicht. En dan hoest ik als een ongelukkige
ik wil alleen door u behandeld worden en als g j
mj aan mjn lot overlaat, doet gj de plichten
der vriendschap te korten denk maar niet
dat gj te Plancheville ook geen patiënten kunt
krygen. Gj hebt al een grooten naam in het
Hieraan heeft echter de raad van beheer geen
schuld, en hoewel Bouwmeester wel eens meer
tjden heeft gehad, waarin hj niet of slechts
zeer noode de planken wilde betreden, schjnt
de oorzaak van zjne tegenwoordige rust niet
aan eene gril of iets dergelijks te wjten te-zijn.
Het schjnt, dat de man werkelijk niet spelen
kan wegens eene ziekte, waaraan hj ljdende
iseen ziekte, die meer den gee9t dan het
lichiam aandoet en zou voortspruiten uit een
levensopvatting, die het groote publiek niet bj
een »tooneel speler" verwacht. Een spoedig ge
heel herstel zij hem toegewenscht 1
Najaarsvergadering van Vrjdag avond
te zeven uren.
Voorzitter de heer dr B. Carsten, wa genees
kundig inspecteur voor Zeeland.
De voorzitter opent de bjeenkomst en heet
de leden welkom.
Daarna worden de notulen van het verhandelde
ir. de vorige bijeenkomst gelezen en goedgekeurd.
Die lezing, welke vroeger achterwege bleef,
geschiedde nu, omdat van den minister van
binnenlandsche zaken bericht is ontvangen, dat
bet drukken der notulen van de vergaderingen
der geneeskundige) raden eene onnoodige uitgave
wordt geachtwaarmede de reden van het
voortbestaan der verzameling van stukken be
treffende het geneeskundig staatstoezicht ver
valt. Intusschen is de minister bereid, de w jze
waarop thans alles, wat het geneeskundig
staatstoezicht aanbelangt, wordt gedrukt en
openbaar gemaakt, aan eene herziening te
onderwerpen.
De voorzitter deelt mede dat, ingevolge besluit
der vorige vergadering aan Ged. staten van
Zeeland, een schrijven gericht is omtrent de
kwestie van het leveren van geneesmiddelen
door den geneeskundige te Kruiningen verder
w jst h j met voldoening erop dat de uitspraak
van den geneeskundigen raad met betrekking
tot het gymnastiek onderw js op de lagere school
bljkens het wetsontwerp op het lager onderw js
bjval heeft gevonden.
Nog geeft de voorzitter kennis dat het lid
dr Boom verhinderd is tegenwoordig te zjn en
in dien3 plaats de heer Martin uit Hulst aan
wezig is.
Daarna wordt mededeeling gedaan van onder
scheidene ingekomen stukken. Hieronder behoort
een rapport van de commissie uit het Nut rooi
de bureau's voor het onderzoeken van levens
middelen enz. Naar aanleiding daarvan doet
de heer mr A. P. Snouck Hurgronje op uit-
noodiging van den voorzitter mededeeling van
de plannen die ten opzichte dezer zaak in
Middelburg rjpen. Worden zj verwezenljkt,
dan zal dit een scberpor toezicht tengevolge
hebben.
Naar aanleiding der handelingen,waarvan ren
uittreksel hieronder volgt, vraagt de beer dr
Couvée eenige inlichtingen omtrent eene me
dedeeling van den minister van binnenlandsche
zaken dat in eene zoutziederj hier te lande
gebleken is, dat, alvor; ns de kristallisatie van
chloornatrium in de door stoom verwarmde
zoutzuil plaats heeft, de pekel gezuiverd wordt
door toevoeging van chloor-barium, met ver
zoek een onderzoek omtrent deze zaak in te
stellen; en de mededeeling van denzelfden mi
nister dat hier te lande kobalt-blauw gebruikt
wordt tot bet witmaken van suiker en r jat,
en dat, volgens den scheikundigen adviseur
bj het departement van financiën, genoemde
verfstof bestaat uit zeer fijn gemalen glas,dat
zjne kleur dankt aan kobaltoxyle; en kobalt-
verbindingen bebooren tot de vergiftige terwjl
de verfstof, zooals die in den handel voorkomt,
dikwjls arsenic bevat. Daarop wordt de aan
dacht gevestigd.
De voorzitter geeft lecture van deze brieven
in hun geheel en noodigt de leden uit hunne
aandacht op deze oud rwerpen gevestigd te
houden.
De voorzitter deelt verder mede dat, zoo als
hem gebleken is, te Domburg diphtheritis vooral
onder de schoolkinderen heerscht. Hj heeft
een onderzoek ingesteld en sluiting en des
infectie van de scholen aanbevolen.
Ook voegt de voorzitter aan de h indelingen
nog de mededeeling toe dat, zooals uit een
onderzoek in loco is gebleken, de minder goede
dorp, sedert gij zuster Martha genezen hebt."
»0 ja, 'tis waar: hoe gaat het met zuster
Martha?" zei Lourens op gemaakt lossen toon.
»Springlevend Ik weet niet wat gj haar
gegeven hebt, maar uw middel doet wonderen.
Zj was erg ziek borstlijden d zei men maar
nu is zj geheel genezen of het scheelt niet
veel. Ik zal den pastoor ten eten laten vragen,
die kan er n alles van vertellen wat gij weteD
wilt. Hj is een braaf man, die met ware in
genomenheid over n spreekt. Wj kunnen van
avond een partjtje whisten. Gj zult moeten
toegeven dat gij goed gedaan hebt met te
komen."
»Oin n de waarheid te zeggen, generaal,
heb ik Parjs ziek verlaten ik bad allerlei
muizenissen in bet hoofd maar sedert ik
hier ben zjn zij als dooreen wonder w'ggevaagd."
Het was waar, zoodra hij de torentjes van
bet kasteel en den witten muur der kapel terug
zag voelde hj zich eensklaps veel beter.
Hj ontstelde bjna van die plotselinge ver
andering, waaruit bleek dat zjn toestand zeer
abnormaal was en dat zijn kwaal dieper zat
dan hj gedacht had. Wat Die geschiedenis
van Angè'e, dat romaneske avontuur, dat een
voorbjgaand voorval had moeten zjn, nam dat
zooveel plaats in? Waarom beefde en huiverde
h j met een zweem van hoop bij het terugzien van
die kamer 1 »Da.r was zj binnen gekomen,
op dien stoel had zj gezeten 1 Bj dien schoor
steen heeft zj hare armen om mijn hals ge-
toestand te Zaamslag, waarvan in die hande
lingen sprake was, wordt verbeterd.
Vervolgens is aan de orde het verslag van
gecommitteerden voor de winkelvisitatiën. De
algemeene indruk, dien gecommitteerden verkre
gen, wordt hieronder in het verslag medegedeeld.
Verder kwam ter tafel een verslag van de
keeren drs J. K. de Brnjne, J. E. Callenfels en
J. P. Berdenis van Berlekora gecommitteerden
omtrent het voorkomen van parasitaire huid
ziekten op de lagere scholoD.
Op dat rapport bomen wj eerstdaags nader
terug. De conclusie, waartoe gecommitteerden
kimen, is: De raad, gehoord den uitslag van
eene door eene commissie uit zjn midden in
gestelde enquête, omtrent het voorkomen van
parasitaire huidziekte onder de schoolkinderen
in Zeeland, besluit voor alsnog in dezen niet
handelend op te treden.
De vergadering vereenigt zich zonder beraad
slaging of hoofdeljke stemming met deze con
clusie.
Aan de orde was de benoeming van verschil
lende commissiënlo. eene commissie van
idvies voor spoedeischende gevallendaartoe
worden aangewezen de hoeren mr W. A. van
Hook, dr J. C. de Man en P. M. de L'gny
2o. eene commissie voor het nazien der notu-
ien; daarin worden benoemd de beeren dr J C.
le Man en mr A. P. Snouck Hurgronje.
De aftredende correspondeerende ltden van
len raad, de heeren C. Maznre te Middelburg,
E. P. J. Was te Oosterland, Van de Repe te
Voordwelle, A. de Fouw te Axel, Van Oosten-
wjk Stern te Aardenburg, Van Rjssel te Poort-
sliet en mr Palman Kruseman te Middelburg
worden allen herbenoemd.
Daarna wordt besproken de genee=kundige
armverzorging in de provincie, waaromtrent de
voorzitter eenige inlichtingen geeft. Daaruit
dijkt dat om te St. Pbilipsland in de bohoette
aan geneeskundige hulp te voorzien het z. i.
wenscheljk is dat het geneeskundig staats
toezicht medewerke tot het toestaan van eene
Hiibsidie voor een daar te vestigen geneeskundige*
Hetzelfde schjnt den voorzitter het geval met
le gemeenten Nisse en 's Heer Abtskerke, die
lerhaaldeljk reeds om een subsidie hebben ge
vraagd. Voor die gemeenten acht de voorzitter
'iet echter eerder noodig dat er eene vroedvrouw
iich vestige.
B j behandeling vrn het onderwerp der vacci
natie wordt door den secretaris overgelegd een
brochure van den voorzitter over het nut der
koepokinenting, welke is opgenomen in den
volksalmanak van het Nut van het algemeen
voor 1890.
Uit de gevoerde besprekingen bljkt dat de
vaccinatie onder kinderen beneden het jaar op
loraraige plaatsen toeneemt, doch in andere
itreken weder niet. Over het algemeen is toch
wel eenige vooruitgang te bespeuren.
Over trichinosis op Zuid-Bevelanl wordt uit
voerig gesproken ,in verband met de in den
laatsten tijd, thans voor de vierde maal in die
at reek, weder te Goes en nu te Biezelinge voor-
geko nen gevallen van trichinenziekte bij len
mnnscb. Het onderzoek in deze zaak is nog niet
g ëindigd; in den laatsten tjd zjn nog nieuwe
I jders waargenomen.
Niettemin wordt door dr De Man gewezen
op het feit dat een groot deel ran Zuid-Beveland
mot trichinose besmet is en op de noodzake-
lykheid dat het vervoer van varkens, varkens-
vloesch enz. nit die streek wordt verboden.
Met dit laatste donkbeeld vereenigt de verga-
lering zich.
De voorzitter zegt dat reeds in dien geest
aan de bevoegde macht is geadviseerd.
De heer dr J. K. de Brnjne toonde de won-
sch dijkheid aan om, teneinde het clandestiene
slachten van varkens te ontgaan, den eigenaar
van trichineuse varkens, bj inbeslagneming
van varkens, meestal voor den kleinen man
een belangrijk verlies, in het bedrag van dit
verlies tegemoet te komen.
Eindel jk deelde de secretaris nog mede, dat
hst voornemen bestaan heeft om een onderzoek
in te stellen hoeveel krankzinnigen zich nog in
de provincie bevinden, die niet in gestichten
verpleegd worden, om daaruit te. kunnen afleiden
in hoeverre de stichting van een krankzinnigen
gesticht in de provincie noodig is. Wegens de
eigenaardige bezwaren, aan zoodanig onderzoek
verbonden, is er vooralsnog geen gevolg aan ge-
geren. Intusschen zal het oog op do zaak ge
vestigd blijven en kan misschien in de volgende
vergadering een nader voorstel omtrent een
gesticht in Zeeland gedaan worden.
slagen. Daar is de kapel waar ik Wtar het
eerst gehoord heb Dat is de laan waar ik
des nachts hare witte gedaante zag aankomen*.
Verderop ligt het dorp daar is zij en als
ik wilde
Maar hj wilde niet. Hj legde zich dat
offer op. Hij hield den generaal den heel™
dag gezelschap en ging met hem wandelen...
Tegen vjf uur kwamen zj thuis en terwjl zij
een party biljart speelden hoorden zj eens
klaps het orgel. Lourens verbleekte eerst en
bloosde toen.
»0 zei de generaal, »dat is uw leer
linge die orgel speelt zij speelt iedcren
avond en mj dunkt dat zij veel vooruit is
gegaan sedert gj haar die paar lessen gegeven
hebt. Morgen kunt gj weer beginnen, als gj
just hebt."
Ouder het eten werd er weer over zuster
Martha gesprok™ Het was als een algemeene
samenzwering, iedereen scheen afgesproken te
hebben om den lof der jonge zusier voor
Lourens te zingen, alsof hij noodig had d it
zjn geheugen o; gefrischt werd op dit punt
De pastoor praatte aldoor over haar en haar
wonderbaarlijk.) genezing, en hij haalde tot in
de kleinste bijzonderheden alles op, wat hj
van die langdurige flauwte wist.
»Als gj wilt, dokter, zullen wj haar mor
gen na schooltjd eens gaan opzoeken. Dan
kunt gj zelf zien dat zij geheel beter is
»Gj hebt haar immers met arsenikum