|Verspreide Berichten.
Na onderzoek gaven wij aan de adressanten
te kennen dat, hoewel het maken van een
steiger aan de Staartnol van Boresele bij djjk
paal no. 10 (de eenige plaats waar een geschikte
gelegenheid bestaat tot het bouwen van een
steiger), aanzienlijke offers van de provincie
zou vorderen, wij niettemin bereid waren daar
toe aan u een voorstel te doen, wanneer door
de naastbelanghebbenden zekerheid werd ge
geven dat de naar den steiger bjj die nol
leidende wegen van eene kunstbedekking voor
zien en als kunstweg onderhouden zouden
worden.
Bjj de mededeeling daarvan aan burg. en
weth. van Borssele gaven wjj tevens te kennen dat
tot een en ander door hen het initiatief genomen
en met de besturen der naastbelanghebbende
gemeenten in overleg getreden zou kunnen
worden, opdat de bedoelde wegsverbeteringen
geheel uit eigen krachten, zonder hulp van de
provincie, tot Btand zouden komen.
Van burg. en weth. van Borssele ontvingen
wij daarop het bericht dat, na eene samen
komst met hunne ambtgenooten van Drie
wegen en Ellewoutsdjjk en den secretaris van
's Heerenhoek, de gemeentebesturen van Oude-
lande, Nisse en 's Heer Arendskerke (voor
Nieuwdorp), Borssele, Driewegen, Ellewoutsdjjk
en 's Heerenhoek tot medewerken waren uit-
genoodigddat de raad van Driewegen bereid
was bevonden den weg tusschen het dorp en
de Staartnol te bestraten, mits anderen in de
kosten van aanleg bijdroegen; dat de raad van
's Heerenhoek bereid was gedurende 5 jaren
25 per jaar bij te dragen voor de kosten
van bestrating van de Staartnolen dat de
raden van Ovezand, Ellewoutsdijk, Oudelande,
Nisse en 's Heerenhoek niet geneigd waren
eene bjjdrage in de kosten van wegsverbeteriDg.
te verleenen. De raad van Borssele had be
sloten den Wolfaartsweg te begrinten, wanneer
een steiger bij het overzetveer te Borssele
werd aangelegd.
Burg. en weth. van Borssele verzochten ons,
des ondanks, het bouwen van een steiger te
bevorderen. Wjj antwoordden dat wij ons
bleven gedragen aan ons hierboven bedoeld
schrjjven.
Sinds vernamen wij niets meer omtrent deze
zaak, totdat door Verburg c. s. het bewuste
adres tot u werd gericht.
Zooals wjj u in de zomervergadering hebben
medegedeeld, ontvingen wjj te geljjker tijd van
E. A. van der Bent en 115 andere ingezetenen
van Ellewoutsdjjk, Oudelande en Driewegen een
adres, ondersteund door een verzoek van een
vjjftal te Ellewoutsdjjk en Driewegen wonende
veehandelaren, om het tot stand komen te be
vorderen van een steiger te Ellewoutsdijk.
Uit het, van .den hoofd-ingenieur van den
provincialen waterstaat dienaangaande ontvan
gen rapport is ous gebleken dat het maken van
een steiger in de nabijheid van de haven te
Ellewoutsdjjk met het oog op de veiligheid
der waterkeering aan groote bezwaren onder
hevig zou zjjn, wegens het buitengewoon steile
bovenbeloop van den boven-oever.
Naar het oordeel van den hoofdingenieur is
het onraadzaam ter bedoelde plaats een steiger,
als in deze provincie gebruikelijk is, te bouwen.
Onder deze omstandigheden zou de voorkeur
moeten gegeven worden aan eene drijvende aan
legplaats, bestaande in een vaartuig door uit
houders van den wal gehouden en daarmede
door eene brug verbonden.
De directeur van den provincialen stoom-
bootdienst op de Westerschelde, door ons ge
raadpleegd, berichtte ons dat het aandoen van
de bedoelde drjjvende aanlegplaats met de
stoombooten bij ongunstig weder niet altijd
mogeljjk zou zjjn, dat de duur der reis van
Ylissingen naar Terneuzen en omgekeerd, bij
goed weder met ongeveer een uur, en bij on
gunstig weder met ongeveer een en een half
uur zou worden verlengden dat eene uit
oefening van den dienst, als thans geschiedt,
met het tegenwoordig materieel alsdan on-
mogeljjk zou zjjn.
Het bouwen van een Bteiger te Ellewoutsdjjk
weinig aan; zelfs het rjjke museum zjjner ge
boorteplaats bezit niets van zjjne hand.
De galerjj te Stokholm bevat daarentegen
van hem vjjf groote markten, geteekend en
gedateerd van 15611570 en het museum te
Napels acht dergelijke tafereelen.
Wauters zegt van hem in zjjne Peinture Fla-
mande >J. Beuckelaer fut un des plus puissants
coloristes de son temps et un executant de premier
ordre."
Door het jaartal 1574 op onze schilderij
blijkt het dat de schilder langer leefde dan
Wauters veronderstelt, daar hjj hiervoor 1573
met een opgeeft,
Het derde stuk, een legaat van mr Nicolaas
Cornelis Lambrechtsen van 17 Juni 1823, is
een allegorie op den Munsterschen vrede door
Adriaan van Nieulandt,- een Antwerpschen
schilder uit de XVIIe eeuw Het is gevat in
een fraai gebeeldhouwde ljjst, waarop het
volgende rjjm
De Goddelycke Vree van Boven Neer-Gestegen,
Begaeft het Vrije Lant Met Allerhande zegen.
Het is geteekendAdriaen van Nieuland
fecit Anno 1650.
Yan E. Quellinus, een leerling van Rubens
en lid van het beroemde kunstenaarsgeslacht
van dien naam, treffen wjj een groote
schilderjj aan, een geschenk, dat de teeken
academie den 25 September 1788 ontving van
mr Isaak Winkelman, burgemeester van Vlis-
singen. Het stelt voor den Itomeinschen veld
heer Marcus Ourius Dentatus, de geschenken
van de hand wijzende, die hem door de afge
zanten der Samnieten werden aangeboden.
Men ziet den eenvoudigen krjjgsheld, voor een
open vuur gezeten in een rooden tabbaard, be
zig zjjn soberen maaltjjd te bereiden, terwjjl
de vreemde gezanten in rjjke kleeding hunne
schatten ten toon spreiden. De ondertee-
kening luidt: E. Quellinus fee. A°. 1671.
kan alzoo, naar wjj meenen, buiten verdere
bespreking worden gelaten.
Naar aanleiding van het verzoek van P.
Verburg c. s., hebben wjj aan burg. en weth.
van Borssele te kennen gegeven dat wij bereid
waren aan u een voorstel te doen tot het maken
van een Bteiger aan de Staartnol en tot het
bestraten met klinkers van de kruin van die
nol voor rekening der provincie, indien door
de naastbelanghebbende gemeenten zekerheid
werd gegeven dat de naar die nol leidende
wegen van eene kunstbedekking voorzien en
als kunstwegen onderhouden zullen worden.
Wjj hadden daarbij het oog op den Schuitweg,
den Coudorpschen weg, den overgang van den
Mooldjjk en de Nieuwstraat in Driewegen.
Eerstgenoemde weg zou tevens verhoogd be-
hooren te worden.
Wjj noodigden genoemd college uit om met
de overige belanghebbende gemeentebesturen
en zoo noodig met andere belanghebbenden
hieromtrent op nieuw in overleg te treden.
Voorts -deelden wjj mede dat het ons vol
doende voorkwam, zoo de bedoelde wegen be-
grint werden. De kosten daarvan zouden nog
niet de helft bedragen van die van bestrating,
welke door burg. en weth. globaal op 10.000
werden geraamd.
Voor de verschillende gemeenten kon dit niet
te bezwarend geacht worden, te minder omdat
daarin ook de gemeente Borssele een gedeelte
voor hare rekening zou kunnen nemen,nu door
ons eventueel zou worden voorgesteld om de
bestrating van de Staartnol voor rekening der
provincie te nemen en deze gemeente ook geen
uitgaaf zou hebben te doen voor debegrinting
van den Wolfaartsweg, waartoe de raad van
Borssele zich, ingeval van het maken van een
steiger bjj Borssele, had bereid verklaard.
In antwoord op dit schrijven ontvingen wjj
van burg. en weth. van Borssele den brief,
welke met het daarin vermeld schrjjven van
burg. en weth.'van Driewegen, bjj de stukken
is afgedrukt.
Waar, zooals uit deze brieven blijkt, de
naastbelanghebbende gemeenten niet bereid
zjjn zelfs een betrekkeljjk gering offer te brengen
voor het tot stand komen van den steiger,
kunnen wjj geen vrijheid vinden om u voor te
stellen aan de Staartnol bjj Borssele voor
rekening der provincie een steiger te bouwen
en geven wjj u mitsdien in overweging aan
P. Verburg c. s. te kennen te geven dat aan
hun verzoek geen gevolg kan worden gegeven.
Wat aangaat het voorstel tot vaststel
ling der grenzen van de werken
tot zeewering of oeververdedi
ging van de calamiteuse Hoofd
plaat- en Thomaespolders, dit luidt
om die door de Provinciale staten vast te
stellen als volgt
lo tusschen de voorschreven werken en die
van den Nieuwerhavenpolder
De grensljjn wordt getrokken uit het midden
van djjkpaal 0 van den Hoofdplaatpolder, die
staat in den hoek, gevormd door de aanslui
tende gedeelten zeedijk van den Hoofdplaat- en
den Nieuwerhavenpolder.
Zjj loopt loodrecht op de richting van den
zeedijk van den Hoofdplaatpolder tot den teen
der werken, en verder naar een punt, gelegen
268 meters uit de buitenkruinljjn van den
zeedjjk van den Nieuwerhavenpolder, in de
loodljjn die, op 108 meters noordwestwaarts
genoemden djjkpaal 0, getrokken wordt op de
laatstvermelde zeedjjksbuitenkruinljjn. Voorts
volgt zij de richting dezer loodljjn.
2o Tusschen de voorschreven werken en die
van den Paulinapolder
De grensljjn gaat door het snjjpunt van het
midden der kruin van den zeedjjk van den
Thomaes- en van dien van den Paulinapolder.
Zjj deelt den hoek, door beide middenkrnin-
ljjnen gevormd, groot 186° 55', midden door.
Omtrent het verzoek van C. de Vos
te IJ zend ij ke, om verlenging van
den termjjn v a n h e t s u b si d i e v o o r
de st oomtram van Schoondijke
naar de Belgische grens, deelen gede
puteerde staten het volgende mede
Naar aanleiding van uw besluit van 2 Juli
jl. is door ons alleerst aan den minister van'
buitenlandsche zaken verzocht inlichtingen te
willen inwinnen omtrent den stand der zaak
in België.
Uit de ontvangen inlichtingen bljjkt in hoofd
zaak dat de belanghebbende gemeente en de
Staat het voor den aanleg op Belgisch gebied
noodige kapitaal hebben toegezegd, terwijl de
permanente deputatie der provincie Oost-
Vlaanderen »a decidé de n'intervenir dans la
formation du capital de la ligne d'Eecloo a la
frontière hollandaise que sans la condition que
les travaux de cette ligne ne seront entamés
qu' après l'obtention de la concession du pro-
longement sur le territoir hollandais jusque
Schoondjjke."
Op verzoek van den minister van buitenland
sche zaken hebben wjj de verklaring afgelegd
dat die concessie verleend was, zoodat aange
nomen mag worden dat het kapitaal voor den
aanleg op Belgisch gebied is bijeengebracht.
De exploitatie van den weg op Belgisch gebied
is nog niet volledig verzekerd. Openbare aan
besteding daarvan is in België regel. Men
erkent daar echter het voordeel dat de geheele
expoitatie der lijn op Belgisch en Nederlansch
gebied in éen hand zjj en zou dan ook bereid
zjjn over de tegen onderhandsche gunning der
exploitatie gerezen bezwaren heen te stappen,
indien nader voldoende berichten verkregen
werden omtrent de bestaande of op te richten
Nederlandsche maatschappij en de waarborgen,
welke die maatschappjj kan aanbieden.
Naar aanleiding van deze mededeelingen
vroegen wjj den heer De Vos nauwkeurige in
lichtingen omtrent de op te richten Maatschappjj
tot exploitatie van den stoomtramweg.
De heer De Vos antwoordde ons dat door
het comité besloten is tot het oprichten eenei
Nederlandsche maatschappjj geheel in den geest
van die van BreskensMaldeghem en dat men
het voornemen heeft in de akte van vennoot
schap de bepaling op te nemen dat de maat
schappjj als geconstitueerd kan worden be
schouwd, zoodra door de Provinciale staten het
besluit was genomen tot verlenging van den
termijn van subsidieering.
Onder dagteekening van 10 September ont
vingen wjj de ontworpen statuten waarin o. a.
voorkomt
»Zij (de vennootschap) wordt aangegaan voor
den tjjd van 50 achtereenvolgende jaren, te
rekenen sedert den dag, waarop zjj de zekerheid
zal hebben verkregen
»lo. dat de bovengenoemde door haar aan
te leggen tramljjn (Schoondjjke—Belgische
grens) op Belgisch territoir zal worden verlengd
en aangesloten met een der stations van het
Belgisch staatsspoorwegennet
>2° dat hare onderneming gedurende de eerste
tien jaren met 5559.34 en gedurende de vol
gende tien jaren met f 3202.67 zal worden
gesubsidieerd".
Inmiddels hadden wjj onder dagteekening
van 9 Augustus ook aan de stoomtrammaat-
schappij BreskensMaldeghem, onder verwjj-
zing naar hetgeen door den minister van
waterstaat, handel en njjverheid in Maart 1889
aan de Tweede kamer der Staten-generaal was
medegedeeld, inlichting gevraagd
»of reeds zekerheid bestaat dat uwe maat
schappij, bijaldien haar daartoe concessie werd
vevleendbereid zou zijn de bedoelde lijn,
zonder ondersteuning vanwege het rjjk, aan te
leggen, cnet behulp van een provinciaal subsi
die van f 3000 gedurende 10 jaren".
In antwoord daarop ontvingen wjj van den
directeur der genoemde maatschappjj, onder
dagteekening van 24 September, de mededeeling:
»dat in de op 21 dezer gehouden vergade
ring van commissarissen met algemeene stem
men werd verklaard dat zjj bereid zijn, onder
nadere goedkeuring van aandeelhouders, de
concessieaanvrage van den heer Gerritsen over
te nemen en tot den aanleg van de ljjn Schoon
djjkeIJzendjjkeGrens over te gaan zonder
ondersteuning van het rjjk, doch mits de sub-
sidiën door de provincie, de gemeenten en
polders, aan het comité de Vos c. s. toegezegd,
aan de maatschappjj BreskensMaldeghem
overgaan".
Op grond van deze verklaring en van de
wenscheljjkheid dat de lijnen Breskens—Mal
deghem en SchoondjjkeBelgische grens in éen
hand zjjn, kunnen wij geen vrijheid vinden om
het verzoek van den heer De Vos qq. te onder
steunen.
Mogen wjj aan de eene zjjde aannemen dat de
medewerking van polders en gemeentebesturen
tot shet redden van het oostelijk deel van het
4e district van Zeeland uit zjjn staat van isole
ment", niet zal achterwege blijven, waar een
ander comité dan dat hetwelk door den heer
De Vos vertegenwoordigd wordt, die subsidiën
van de gemeenten en polders zal vragen, aan
de andere zijde mogen wjj verwachten dat de
aandeelhouders der maatschappij Breskens
Maldeghem het voorstel van hunne commissa
rissen zullen aannamen, terwijl de zekerheid
bestaat dat het haar niet aan middelen zal
ontbreken om het werk tot stand te brengen.
Nu er alzoo uitzicht bestaat dat de tramweg
zal kunnen worden aangelegd met eene opoffe
ring van 30000 van de zjjde der provincie,
is het o. i. niet verantwoord, het thans aan
vragende comité een subsidie tot het dubbel
bedrag toe te kennen.
Het voorstel tot het verleenen van een
renteloos voorschot voor wegsver-
betering van d e g e m e e n t e C 1 i n g e
strekt dat de Provinciale staten besluiten in te
willigen de aanvraag van den gemeenteraad
van Clinge om een renteloos voorschot tot een
bedrag van ten hoogste 30000 ten behoeve
van de bestrating met kei6n van de volgende
wegen
lo. de Clingeweg (no. 10 van de ligger der
wegen en voetpaden in de gemeente Clinge)
van het Zeegat tot de Gravenstraat
2o. de Gravenstraat (no. 8 van dien ligger)
van den Clingeweg tot de Nieuwstraat;
3o. het Polderstraatje (no. 9 van dien ligger);
4o. de Fort weg (no. 11 van dien ligger) van
het Polderstraatje tot de WoestjjneBtraat
5o. de Woestjjnestraat (no.33van dien ligger);
6o. de Kielweg (no. 12 van dien ligger) van
de Woest jjnestraat tot de keistraat in het dorp
Kauter
7o. de Heerenstraat (no. 15 van dien ligger)
van de Woest jjnestraat tot de Belgische grens;
te bepalen dat de verstrekking van dat voor
schot zal geschieden onder de voorwaarden, ver
vat in het Provinciaal blad no. 117 van 1882,
behoudens deze wjjziging van de daar vermelde
punten 1 en 2, dat de eerste jaarljjksche terug
gaaf plaats hebbe vóór 31 December van het
burgerljjk jaar volgende op dat waarin het
renteloos voorschot is versterkt.
Verder stellen ged. staten voor in te wil
ligen de onderstaande verzoeken en onder de
gebruikelijke voorwaarden in eigendom af
te staan.
aan Jannis le Grand te IJzendjjke, het per
ceel no. 455 van sectie B der gemeente IJzendjjke,
groot 0.2290 hectare, voor 200
aan Abraham du Mez te Groede, het perceel
no. 822 van sectie A der gemeente Groede,
groot 0,1155 hectare, voor ƒ161,70;
aan Abraham Lombaard te Groede, het perceel
no. 655 van sectie B der gemeente Groede,
groot 0.2270 hectare, voor 363,20
een en ander onverminderd de kosten van
koop en overdracht, welke voor rekening der
koopers komen.
Eindelijk wordt door ged. staten voorge
steld dat de staten van Zeeland
in aanmerking nemende dat het wenscheljjk
is het reglement, houdende bepalingen nopens
de borgtochten van de rekenplichtige provin
ciale ambtenaren in Zeeland, te wjjzigenb e-
sluiten:
de woorden in art. 5 »die rentende twee en
een half percent, tegen »eene waarde van zestig
ten honderd
»die rentende drie percent, tegen eene waarde
van vjjf en zeventig ten honderd, en die ren
tende vier percent, tot derzelver nominaal bedrag;
worden vervangen door:
die rentende twee en een half percent, tegen
eene waarde van zeventig ten honderd
die rentende drie percent, tegen eene waarde
van vier en tachtig ten honderd en die ren
tende drie en een half percent, tegen eene waarde
van acht en negentig ten honderd.
Dat de redactie van een dagblad niet
onder alle omstandigheden onwrikbaar bljjft
vasthouden aan een eenmaal geuite zienswjjze,
kan niet per s als beginselloos worden af
gekeurd het zal soms zelfs van moed en
eerljjkheid getuigen, om als bjj nader over
weging een opgevatte opinie minder juist
bljjkt, dat ridderljjk te erkennen.
Maar heden geeft het Dagblad van zjjn los
heid van overtuiging een staaltje, dat te ver
gaat. In het tweede blad wordt, in het »beurs-
resumé" het bekende stuk van dr. Feringa
over de kwestie der bankbiljetten, bjj aan
bieding van gereede betaling, overgenomen en
daaraan adhaesie betuigd, ja de hoop geuit
dat de Eerste kamer om 't amend. Veegens
de consignatiewet zal verwerpen.
En in »blad drie" van hetzelfde nummer
wordt in een entrefilet het misbaar, door een
deel der pers tegen 't zoogenaamd bankpri-
vilegie gemaakt, een .ongegrond bezwaar" ge
noemd en de overtuiging uitgesproken, dat ons
Hoogerhuis wel wjjzer zal zijn dan aan de
pressie tot verwerping der consignatiewet ge
hoor te geven.
Voor hen, die aan de adviezen van het
Dagblad waarde hechten, wordt het een moeielijk
geval. Wien moet men hier volgen Het
Dagblad 2e blad" of het Dagblad 3e blad1'?
Den financieelen of den politieken woordvoerder
der redactie
We vinden deze nieuwe toepassing van het
»Elck wat wils" niet bjjzonder aanbevelens
waardig in de pers. Vad
In het Dev. Dagbl komt een opgave
voor van 137 firma's, op verzoek van de
plaatseljjke commissie van toezicht op de la
gere scholen verklaren dat zjj alleen die
kinderen beneden den leeftjjd van veertien
jaar in dienst zullen nemen, welke voorzien
zjjn van een getuigschrift, afgegeven door het
hoofd eener school, waaruit blijkt dat zjj be
hoorlek gebruik hebben gemaakt van de
gelegenheid tot het ontvangen van lager
onder wjjs.
Omtrent de Perzische ridderorden, die in
de laatste dagen zjjn verleend, meldt men, dat de
Shah van Perzië tijdens zijn verblijf hier te lande
enkele Nederlanders had gedecoreerd, maar bjj
zjjn vertrek den minister van buitenlandsche
zaken, den heer Hartsen, verzocht om eene IjjBt
aan te bieden, waarop al de personen stonden
die voor eene onderscheiding in aanmerking
kwamen.
De minister Hartsen heeft daarop aan de
overige ministers gevraagd, 'wie volgens hun
gevoelen moesten gedecoreerd worden, en hier
van eene ljjst opgemaakt, die aan den Shah is
gezonden. Als gevolg van de goedkeuring dezer
voordracht zjjn de decoratiën toegekend, die in
de laatste dagen bekend werden.
Meerendeels zjjn ambtenaren in staats- en
gemeentedienst, benevens militaire officieren
voor eene ridderorde voorgedragen, terwjjl niet-
ambteljjke landgenooten, die tot de luisterrijke
en gastvrjje ontvangst van den Perzisehen vorst
het hunne hebben bijgedragen, op de ljjst
gemist werden.
Het nieuwe centraal-station te Amsterdam
werd Zondag zoo druk bezocht, dat velen moesten
worden afgewezen. Er werden dien dag 23.400
perron-kaartjes uitgegeven terwjjl in 't geheel
sedert den dag der opening er 70.000 werden
verkocht.
Zondag ochtend reed te in die stad een
koetsier met een rijtuig de Beerenstraat uit en
de Keizersgracht op, hjj had twee zoontjes bjj
zicheen op den bok, de ander in de vigelant.
Door eene onbekende oorzaak werd het paard
bjj het uitgaan van de straat schichtig en,
zonder dat de koetsier het vermocht in te
houden, reed het bjj de brug over de Keizers
gracht te water. Het jongetje op den bok
sprong intijds op straat, doch de vader geraakte
onder het paard in de gracht, terwjjl zjjn eene
kind nog in het rijtuig zat. Intijds schoten de
politie en de bewoners uit den omtrek toe om
de reddende hand te reiken, maar al gelukte
het ook het jongetje te redden, de vader werd
levenloos opgehaald. De ongelukkige laat eene
weduwe met zes kinderen na. Het kind heeft
nog een ernstige beet in den arm gekregen
van het paard, dat eveneens verdronk.
Omtrent den hoofdambtenaar der poste
rijen te Amsterdam, wiens ljjk eenige dagen
geleden uit de Haarlemmervaart is opgevischt,
wordt het volgende gemeld. Eenigen tijd
geleden werden er ten bureele der postwissels
te Amsterdam valsche postwissels aangeboden.
Door den zeer juisten namaak bedrogen, be
taalde genoemde deze postwissels^uit. Door
de hoofdadministratie moet hjj echter aan-
sprakelijk zjjn gesteld voor de aan het rjjk
berokkende schade, welke vrij belangrjjk was.
De ongelukkige ambtenaar schjjnt zich die
zaak zoozeer aangetrokken te] hebben, dat het
bekende noodlottige einde daarvan het gevolg
was,
Er dreigt te Rotterdam weêr een werk
staking, nu eene die het algemeen zeker zeer
zou gevoelen, nl. onder de bakkersgezellen. Z jj
stelden de vorige week hunne eischenVer
mindering van den arbeidstjjd van 100 op 79
uren in de week en voor overwerk 20 cents
per uurZondags 40 cents. Zjj verzochten
schriftelijk antwoord van patroons vóór jl.
Zondag. De patroons vroegen daarop opgave
van de namen der deelnemers, maar de verga
dering der gezellen besloot Zondag wel het
getal, doch niet de namen der deelnemers op
te geven. Als de patroons niet toegeven wordt
de volgende week Maandag het werk gestaakt.
Eenige jaren geleden vertrok zekere J. S. als
landbouwer naar Amerika, met achterlating
van zjjn huisvrouw. Daar kreeg hjj kennis
aan een meisje, dat hjj trouwde, zonder haar
mede te deelen, dat hjj reeds gehuwd was.
Toen hjj naar het vaderland was terugge
keerd, waar zjjn eerste vrouw nog in leven
was, kreeg de zaak ruchtbaarheid en werd hjj
tot 5 maanden gevangenisstraf veroordeeld, die
hij thans in de gevangenis te 's Bosch ondergaat.
Middelerwjjl nu is zjjne eerste vrouw gestor
ven, en Zaterdag trouwde hjj volgens de wet
met de vrouw, die hjj uit Amerika meebracht.
Hjj werd uit de gevangenis naar het stadhuis
geleid. De man is 70, en de vrouw 27 jaar oud.
De brievenbesteller K. Palmer te Warfum,
die voor ruim vier jaren ontslagen werd wegens
beschuldiging van diefstal op 't kantoor, is nu
eervol ontslagen, daar zijn onschuld moet ge
bleken zjjn. Gedurende die vier jaar heeft de
bejaarde man slechts met moeite in zjjn levens
onderhoud kunnen voorzien. Behoort hem
niet vergoeding te worden verschaft? vraagt
men terecht.
Bjj een landbouwer te Hardeg^Hjp waren
in eene weide, waarin zes koeien graasden,
twee varkens, die in een aangrenzend land
liepen, terechtgekomen. De koeien werden hier
door zoo razend, dat zjj het eene varken geza-
menljjk aanvielen en op de plaats afmaakten.
Het andere redde zich door de vlucht.
De 19e-eeuwsche architectuur wordt in
het humoristisch Zondagsblad der Haagsche
Ct. aldus beschreven »Als iemand een nieuw
plan bedenken wil, en hem niets invalt, en
hij dan toch een huis bouwt, dat wèl invalt."
Zaterdag en Zondag had te Parijs in het
Palais de Vlndustrie het feest ten behoeve der
Antwerpsche slachtoffers van 6 Sept. 11. plaats.
Het is in alle opzichten geslaagd te noemen.
Behalve een Vlaamsche kermis kregen de be
zoekers, wier aantal op den eersten avond op
30.000 wordt geraamd, te zien tableaux vivants,
naar schilderijen uit de Vlaamsche school.
Men schat de inkomsten op den eersten
avond op 80.000 fres.
Te Mans, Frankrijk, is een groote bazaar
afgebrandde eigenaar, Bouyor, twee winkel
meisjes van 19 en 23 en een leerjongen van
13 jaar zijn in de vlammen omgekomen. Een
half uur lang zag men hen aan de vensters
om hulp roepen zonder dat het mogelijk was
hen te bereiken.
De »groote" Barnum is met een groot aantal
wilde' beesten in Engeland aangekomen.
Eenige maanden geleden werd een winke
lier te Wolverhampton aangeklaagd door eene
zeer fatsoenljjke dame, die met hare zuster daar
woonde, omdat hjj haar v tlscheljjk had beschul
digd, doen gevangen nemen en belasterd als de
persoon, die van hem op bedriegeljjke wijze
door een valschen wissel 43 pd st. had weten te
verkrijgen. Zij ontkende die persoon te zijn en
aan haar en hare zuster, die als medeplichtige
ook was belasterd, werd 1000 p. st. schadever
goeding toegewezen. Bovendien kreeg de onge
lukkige winkelier nog eene duchtige schrob-
beering van den rechter wegens de roekelooze
en lichtzinnige wijze, waarop hjj zich had ge
dragen. Hjj bleef niettemin volhouden, dat hjj
in Alice Scoffham, zoo heette de dame, de
persoon in kwestie herkende. Maar wat wil
nu het geval? Verleden week meldt eene vrouw,
als eene ziekenoppasster gekleed, zich aan de
bank te Bridgeworth aan en verzoekt betaling
van een wissel van 210 pd st. De beambte van
de bank heeft het geld reeds gereed gelegd, toen
er eenige twijfel bjj hem rijst en hjj haar vraagt
een oogenblik te wachten. Terwjjl hjj zich
eenige schreden verwjjdert, grjjpt de vrouw
eensklaps het gereed liggende goud en rent de
deur uit. De beambte gaat haar echter met een
paar van zjjne collega's na. Ofschoon niet dan
met de grootste moeite haalden zjj de snelvoetige
in, die intusschen hare vermomming al had
weggeworpen en er nu weer als een fatsoenljjk
gekleede dame uitzag. Gevat zjjnde, bleek zjj
Eliza Scoflham, de zuster van Alice, te zjjn. De
winkelier zal nu ook wel bljjken gelijk te hebben.
Bjj een opvoering van La Juive in den
schouwburg te Stettin sprong Rachel (mej.
Calmbach) aan het slot over de plaats waar
de ketel behoort te staan en viel door een
opening in den vloer, negen voet diep, juist
op een arbeider, die daar stond met een
spiritusfakkel.
Haar kleeren vatten vlam en zeker zou zjj
verbrand zjjn, zoo niet de regisseur ware
toegesneld, die de vlam doofde. Over eenige
dagen hoopt mej. Calmbach weer op te treden
H. M. koningin Nathalie van Servië, die
verleden jaar eenige dagen in de residentie
vertoefde en toen o. a. ook een bezoek bracht
aan den Grooten Koninkljjken Bazaar in de
Zeestraat, heeft aan den eigenaar daarvan eene
belangrijke opdracht doen toekomen in verband
met de inrichting eener nieuwe woning, die
H. M. in de nabijheid van het koninkljjk paleis
te Belgrado heeft aangekocht. De vorstin schjjnt
dus plan te hebben daar te bljjven.
E$ne eigenaardige diplomatieke moeielijk-
heid is tusschen de regeeringen van Turkije
en van Frankrijk gerezen. De heer De Bornier,
een bekend Fransch tooneelschrjjver, heeft eene
tragedie in verzen geschreven, die Mahomet geti
teld is en waarin het leven en de lotgevallen
van den stichter van den Islam worden be
handeld. Het stuk is door het Theatre Lr annate