132e Jaargang.
N°. 231. 1326 Jaargang. 1889.
Maandag
30 September.
Deze courant verschijnt d a g e 11] k s
met uitzondering van Zon- en Feestdagen;
Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco f 2.—aJ
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 cent.
Advertentïën20 cent per regel. Bi] abonnement lager;
Geboorte-, Trouw-, Dood-, en andere familieberichten met de daarop
betrekking hebbende dankbetuigingenvan 17 regels 1.50;
iedere regel meer 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte;
Bij deze courant behoort een Bijvoegsel-
Middelburg 28 September.
UIT STAD EN PROVINCIE.
Polderbestuur van Walcheren.
miudiibirgsciie coiRivr.
Thermometer.
Middelburg 28Sept. vm. 8 n
m. 12 u 59 gr. av. 4 u. 53
Verwacht N. W. wind.
56;
gr.
Agenten te Vlisaingen: P. G. de Vet Mestdagh Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen: F. v. d. Peijl, te Zierikzee: A. o. de Mooij en te TholenW. A. van A «1 verten
Nieuwenhuuzen.Verder worden door alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aangenomen, en nemen ook het algemeen advertentie- moeten des namiddags te een uur
bureau van Nijgh Van Ditmar te Rotterdam de Gebr. Bélinpante, te 's Gravenhage, en het Algemeen advertentiebureau van A. de la Mar Azn, te Amsterdam, aan het bureau bezorgd zyn, willen
annonces aan. Hoofdagenten voor bet Buitenland: te Parys en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube Cie., John P. Jones, opvolger. zy des avonds nog worden opgenomen
Van een katholiek correspondent ontvangen
wy het volgend schrijven
Goddank was de zucht, dien ik heden slaakte,
toen ik in uw blad las dat het ontwerp-
onderwyswet was aangenomen, en nog wel met
eene beduidende meerderheid. Een pak is my
en velen van het hart. Dat eeuwig geharrewar
over het min of meer neutrale van het staat
onderwijs, die oneindige haarkloverij over de
deugdelijkheid der leermiddelen, dat gezeur
over de christelijkheid der onderwijzers en die
Jerimiaden over verongelijking, daarmede moet
het nu gedaan wezen. Er zal om het best
gestreden moeten worden. De bijzondere scholen,
wier heilzame werking niet te ontkennen valt,
zullen zich moeten meten met de staatsscholen;
er zal een naijver ontstaan die slechts de maat
schappij kan tengoede komen. Staatsdwang en
priesterheerschappij beiden zyn een ondragelijk
juk. De staatsschool is gered en daarmede een
bolwerk van verlichting. Welnu dat deze voor
de bijzondere school een prikkel zy haar
voetspoor te volgen en, zoo mogelyk, voorbij te
streven; het licht moet ons altjjd welkom zyn;
onverschillig van welke zyde het komt.
Jammer dat leerplicht niet in de wet is op
genomen. Van de duizenden, die nu nog in
de schaduw der duisternis rondwandelen, sou
by een nieuw geslacht geen spoor meer zijn te
vinden. Veel misleiding en bedrog zou voor
een groot deel verdwjjnen, de armen zouden
in dat opzicht gelijk zyn aan de rijken. Maar
zóo ver zyn we nog niet, al zullen we in deze
eeuw misschien nog wel zoo ver komen, doch
we staan thans toch op zuiver terrein. Het
groote struikelblok van het onderwijs, waardoor
de gewetens, zy het dan ook kunstmatig of
niet, in werking werden gebracht, is uit den
weg geruimd, dank zy den goeden raad, dien
»een oud gediende'' en meer anderen, leeken
in de politiek maar wars van alle hardnekkige
drijverij, in de dagbladen aan de leiders onge
vraagd gegeven hebben. Die wenken hebben
hun uitwerking niet gemist. Velen, op levens
behoud bedacht, hebben de wapenen wijselijk
neergelegd en gecapituleerd. Voortaan zullen
alle werkelijke combinatiën geen raison d'etre
meer hebben. Aan de opbeuring der maat
schappij, inzonderheid aan de verheffing van
den werkman, moet de hand worden geslagen
en zy, die zich meesters in de kunst toonen,
die alle eigenbelang vergeten, zullen de uit
verkorenen des volks wezen.
Misschien doet zich hier of daar nog wel
eens een spook voor, al was het maar in den
vorm van persoonlijken dienstplicht, doch dit
weegt hij verreweg het grootste deel der natie
niet zwaar genoeg om een eeuwigdurenden
stryd tegen den vooruitgang te voeren, al gaan
we niet allen zoo ver als de Standaard om onze
Nederlandsche vrouwen aan de verdediging
des vaderlands te wagen. Périsse le monde plutot
que nos femmes.
We gaan nu, indien de Eerste kamer en de
koning er over denken als de Tweede kamer,
een tijdperk van rust op godsdienstig gebied
te gemoet. Nemen wy, wien Nederlandseh bloed
door de aderen vloeit, die rust tebaat om onder
ons te herstellen wat door twistzaaiers mocht
zyn vernield, en "laat de scheiding der openbare
en bijzondere school nooit de kiem zijn van
haat tusschen dezonen en dochters van een
en hetzelfde huisgezin, want even nuttig als de
beëindiging van den schoolstryd thans is, even
noodlottig zou dan het resultaat wezen. Dat
verhoede God
De Précurseur verklaart in zijn nommer van
heden, dat hetgeen het blad schreef»men
moest de liefdadigheid van het publiek niet
uitputten en geen misbruik maken van de stem
ming", door de Nederlandsche bladen verkeerd
is begrepen in dien zin als behoefde men thans
geen giften meer voor de slachtoffers van Ant
werpen te schenken. De Précurseur had bij zijn
raadgeving alleen Antwerpen op het oog, waar
allicht misbruiken mogelyk waren het blad
betuigt zyn leedwezen over deze misvatting
waartoe zyn artikel aanleiding heeft gegeven.
geplaatst maatschappelijk kapitaal) niet bij
de daartoe aangewezen kassiers gedeponeerd,
zoodat op die vergadering geen besluit kan
worden genomen over het benoemen van een
directeur-generaal. Daarop zal alleen kun
nen medegedeeld worden, dat de vergadering
van rechtswege, gedurende ten minste 14 dagen,
is verdaagdop laatstbedoelde tweede verga
dering zal dan, onverschillig het getal aan
wezige aandeelhouders, het alsdan te nemen
besluit verbindend zijn.
Naar het Vad. meldt is voor de buitengewone
vergadering van aandeelhouders der Maat
schappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen,
welke tegen a. Maandag 30 Sept. is bijeenge
roepen, het door de statuten vereischte aantal
aandeelen (éen vierde van het in aandeelen
Op de bovenzaal der Sociëteit St. Joris
alhier had gisteren de jaarlyksche algemeene
vergadering plaats van de vennooten der
Nijverheids Vereeniging, onder leiding van den heer
B. A. Verhey. Tegenwoordig waren 21 leden.
De rekening en balans over 1888/89 werden
goedgekeurd, terwyl de uitkeering van dividend
op 2 is vastgesteld. Tot bestuurslid is ge
kozen de heer J. C. Milborn en tot commissa
rissen zijn benoemd de heeren D. G. Kröber Jr
en Joh' Luteijn.
Een voorstel van een der vennooten tot
wijziging van art. 8 der statuten werd ver
worpen.
De majoor prov. adj. D. J. H. van Aken
komt te Middelburg in garnizoen.
Men schrijft ons
Dezer 'dagen doorbladerde ik de bekende
Kroniek van Zeeland van M. Smallegange en
vond daar het volgende aangeteekend over de
wegen in Walcheren, einde 17e eeuw.
»De wegen" merkt S. op - »zijn daar
zeer smal, om de kostbaarheid van het land
en des winters onbruikbaar, behalve do hooge
weg van Middelburg over Grijpskerke naar
Oostkappel, volgens sommigen een voormaligen
dijk. De wegen langs deD duinkant zyn natuur
lijk zandig en hard. De landlieden moeten
de steden meerendeels met schuiten door de
watergang bezoeken." »Doch", verhaalt S. verder,
»tot het gemakkelyk gebruik van de drie voor
naamste steden zijn eerst tusscben Middelburg
en Veere omtrent over tachtig jaar (Je kroniek
verscheen in 1696) en daarna mede omtrent
zestig jaar geleden tusschen Middelburg en
Ylissingen de bekwaamste wegen en toe
gangen gemaakt van de eene stad tot de andere,
met breede voetpaden, gestraat met gekante
klinkers, ter lengte van omtrent twee mijlen
weegs te zamen uitmakendehetwelk daarna
met kleine voetpaden hier en daar in het land
eenigszins is nagedaan. Men heeft ook sedert
den jare 1646 tot meer gerief van de wagens
een straatweg begonnen tusschen Middelburg
en VlissiDgen, die binnen driejaar was voltooid."
Deze straatweg is onze oude Ylissingsche
weg, zeker een der schoonste straatwegen uit
ons vaderland, bovendien rijk aan hisioriscbe
herinneringen, doch helaas, in de laatste jaren
doodsch en stil.
In no. 13 van het Domburgsch Badnieuws
waarmede de zevende jaargang van dit
blaadje wordt gesloten zegt de heer H. J. B.
omtrent de badplaatsDe zomer van 1889
kan voor Domburg onder de goede jaren ge
rekend worden de badplaats werd door 767
logeergasten bezocht, en het aantal genomen
baden bedroeg 2730, zoodat dit jaar slechts
ongeveer 200 baden ten achteren bleef bij 1887,
in welk jaar hier de meeste zeebaden gebruikt
werden.
Op het eind van Augustus waren alle hotels
en optrekjes verhuurd, zij het dan ook slechts
voor korten tijd, want bij het begin van
September moesten velen wegens den aanvang
der scholen hunne stadswoningen weder gaan
opzoeken.
Het nieuwe padpaviljoen werd goed bezocht
en het damessalon en de leeszaal vielen zeer
in den smaak, waartoe zeker ook het aardige
cadeau van den heer Laming veel bijdroeg,
die voor heide lokalen twee nette inktkokers,
portefeuilles en verdere schrijfbenoodigdheden
ten geschenke gaf.
Publieke vermakelijkheden hadden er niet
veel meer plaats dan andere jaren. Eenige
malen werd gelegenheid gegeven te dansen,
de HH. Yon Brucken Eoek en De Jong gaven
een concert voor piano en viool, eenige bad
gasten een paar tooneelstukjes, en den prinses
jesdag werd, uit de door velen bijeengebrachte
gelden, een feestje, waarbjj concert en vuur
werk, georganiseerd.
Te Arnetnniden bracht de van wege het
gemeentebestuur gehouden collecte roer de
ongelukkigen der ramp te Antwerpen op/ 21.21$.
De schoolkinderen aldaar brachten voor dat
doel 2.77 J en die te Kleverskerke 2.60 te
zamen. Dit maakt een totaal van 26.59.
Tengevolge van den noordwesten storm
van Woensdag, stond het water op de Ooster-
Sche'lde, voor Wemeldinge, Donderdag d. a. v.
nog zoo onstuimig dat door de ontzettende
slingeringen van het vaartuig van schipper
G. J. K. te Bruinisse een zwaard gebroken
werd in vlot water, wat gelukkig eene zeld
zaamheid genoemd kan worden.
Overigens zijn van de 118 vaartuigen, die te
Bruinisse tehuis behooren, geen ongelukken ver
nomen.
Men schrijft ons uit Yzendijke
ln de gemeenteraadszitting van jl. Donderdag
bracht de voorzitter de beschikking van Gede
puteerde staten, waarvan in uw nommer van
24 dezer melding is gemaakt, ter tafel. Zooals
men weet wordt daarbij niet goedgekeurd het
besluit van den raad tot het instellen eener
rechtsvordering tegen burgemeester en wethou
ders, in zake de bekende kwestie van het be
ruchte putje op het Molentje.
Een der raadsleden hield, naar aanleiding
daarvan, toch vol dat het dagelijksch bestuur
zedelijk verplicht was de schade, die het, door
domheid of onhandigheid, aan de gemeente be
rokkend had, te vergoeden. De slotsom der
discussiën was dat de raad niet dadelijk besloot
van de beschikking van Gedeputeerde staten
bij den Raad van state in appèl te komen,
maar of het muisje daarmee is afgemaakt valt
niet te zeggen.
Het raadslid, wiens request tot vermindering
van hoofdelijken omslag onlangs woordelijk in
het Vaderland opgenomen was, vond hierin aan
leiding den voorzitter de les te lezen over de
wijze, waarop met officieele stukken wordt om
gesprongen, en de weinige vertrouwbaarheid, die
zoogenaamde geheime zittingen opleveren.
Verder werd nog door den voorzitter meege
deeld dat in een brief van de Hollandsche club
te Antwerpen, aan den burgemeester alhier op
diens schryven gericht, men bij voortduring
nog aandringt op giftenmen noemt daarin
de vermeldingen van bijdragen zeer overdr even
en den nood nog altijd hoog.
Vergadering van heden, Zaterdag, ochtend 10 nur.
Voorzitter de heer D. A. Dronkers.
Tegenwoordig 19 leden.
De voorzitter opent de vergadering en geeft
kennis dat de heer Minderhout bericht heeft
ingezonden verhinderd te zyn deze vergadering
by te wonen.
Nog deelt de voorzitter mede dat de heer
C. J. J. A. van Teijlingen, tengevolge zijner
benoeming tot lid van gedeputeerde staten van
Zeeland, zijn ontslag heeft genomen als com
missaris van den polder; dat ter vervulling
der vacature eene verkiezing heeft plaats ge
had en dat de heer dr A. van der Swalme tot
commissaris gekozen is. De heer Van der
Swalme heeft zijne geloofsbrieven ingezonden
en de voorzitter stelt voor die te onderzoeken.
Dit wordt goedgevonden, waarop de voorzitter
de heeren Sprenger, De Brnijne en Cysouw
uitnoodigt zich met dat onderzoek te willen
belasten. De heeren verwijderen zich en de
zitting wordt gedurende eenige oogenblikken
geschorst.
De vergadering heropend zynde, brengt de
commissie, by monde van den heer Sprenger,
rapport uit, strekkende tot toelating.
Conform dit rapport besloten zijnde, wordt
de heer Van der Swalme door den griffier
binnengeleid en legt hij in handen des voor
zitters de voorgeschreven eeden af.
De voorzitter wenscht vervolgens den beer
Van der Swalme geluk met het vertrouwen,
hem door de kiezers geschonken, en spreekt
de hoop uit dat by in bet polderbestuur een
aangenamen werkkring vinden zal en daarin
lang zitting moge hebben.
De notulen van het verhandelde in twee
vorige bijeenkomsten worden alsnu gelezen en
goedgekeurd.
Daarna legt de voorzitter over de polderre
kening over 1888, sluitende in ontvang met
269.996.181 en in uitgaaf op 248.467.65.
dus met een goed slot van 21.528.531.
De ontvangsten zijn verdeeld als volgtOnt
vangsten wegens vorige diensten 10.243.00J,
opbrengst van eigendommen en bezittingen
2.425.44, belastingen en heffingen ƒ233.301,62,
inkomsten van verschillenden aard en toeval
lige baten 3.911.901, inkomsten der straat-en
zandwegen 9.640.61J en buitengewone ont
vangsten 10.473.60.
De uitgaven zijn gesplitst inuitgaven van
vorige dienstjaren nihil, kosten der gewone
werken 131.810.98, kosten der buitengewone
werken nihil, kosten der straat- en zandwegen
9.440.13J, rente-betaling en aflossing van
gevestigde schulden 83.017.21, bezoldigingen
en schadeloosstellingenaan bet bestuur, de
ambtenaren en bedienden toegekend, 16.186.29,
kosten der inspectiën op de zeewerken647.36,
onderhoud van eigendommen en brandverieke-
ring/362.64, grond- en andere lasten ƒ1.071.861.
kosten van brand, licht en bureaubehoeften
f 386.10J, druk-, bind- en schrijfloonen 581.40,
kosten bijhouding kadastralen polderlegger
130.71, dito der verkiezing van commissa
rissen 193.85, alle andere uitgaven enz.
1.261.611, en onvoorziene uitgaven 3.377.49.
De commissie tot onderzoek der rekening
brengt, bij monde van den heer W. A. Graaf van
Lynden, rapport uitstrekkende tot goedkeuring.
Conform dit rapport wordt met algemeene
stemmen besloten.
Door den beer J. H. Snijders wordt alsnu,
in verband met art. 68 van het reglement,
verzocht de openbare vergadering te doen over
gaan in eene met gesloten deuren. Dit verzoek
wordt ondersteund door de heeren Van Lijnden,
Lantsheer, Van Westen en Cysouw.
De voorzitter brengt bet verzoek in omvraag
dat met algemeene stemmen wordt ingewilligd.
De openbare vergadering wordt alsnu gesloten.
De vergadering heropend zijnde stelt de voor
zitter aan de orde een voorstel van bet dag.
bestuur omtrent de beffing van bet gewoon
dijkgescbot voor 1890.
Voor de gezamenlijke werken aan de vier
wateringen is uitgetrokken 114,908 tegen
156,138 in 1889. Voor buitengewoon werk
wordt 64,148 geraamd en voor gewoon onder
houd J 50,760. Daarin komt de Noord watering
voor ƒ33,217 en de overige drie wateringen te
zamen voor J 17,543.
De gunstige toestand der zeeweringen zal
tengevolge hebben dat het dykgeschot voor
1890 met f 1 per hectare zal kunnen vermin
deren en dat zal kunnen ter hand genomen wor
den het maken van nog zes hoofden ten oosten
van Domburg. Het dag. bestuur stelt voor
daarvan in 1890 drie te doen maken, waar
voor 22,428 wordt noodig geacht.
De toestand van het strand en den afslag
der duinen aldaar in aanmerking genomen, blijft
het dag. bestuur het noodzakelijk achten tot
de uitvoering van die werken over te gaan.
Het vervangen van de rijspakking te Dom
burg door steenglooiing acht het bestuur nog
voor uitstel vatbaar.
De uitgaaf voor steenbestorting aan den West-
kapelschen zeedijk gelooft het bestuur te moe
ten bestendigen.
De vermoedelijke uitgaven voor 1890 kunnen
als volgt berekend worden:
Uitgaven van vorige dienstjaren Nihil, kosten
der werken 114.908, wegen 9000, rente en
aflossing 68000, aflossing tijdelijke geldopne
ming 5000, bezoldigingen 16200, inspectiën
700, gebouwen en assurantie f 360, lasten
1095, brandstoffen f 500, drukwerk 500,
kadaster 300, verkiezingen ƒ300, alle andere
uitgaven 3400, onvoorzien 10.997. Samen
f 231.260.
De ontvangsten, met uitzondering van het
dykgeschot, zijn 15.255, zoodat een tekort is
van 216.005. Tot dekking daarvan stelt het
dag. bestuur voor als gewoon dijkgeschot te
heffen 13.50 per hectare schotbaar en 5.30
per hectare vrijland.
De heer Van Lijnden heeft éen bezwaar
tegen bet voorstel, nl. de vermindering van
de belasting. Hij wijst erop dat het gemak
kelijker is belastingen te verminderen dan die
te verhoogen en toont aan dat de thans voor
gestelde lagere heffing alleen is bereikt door
uitstel van werken, tot het maken waarvan
vroeger werd besloten. Allicht zonden inge
landen meenen dat, werd een volgend jaar
hoogere belasting gevraagd, de toestand des
polders achteruit was gegaan, ofschoon dit niet
het geval zou zijn.
De heer Schorer vraagt eene inlichting omtrent
eene oeverafschuiving, die in Juni van dit jaar
aan de Oostwatering plaats had, die de
voorzitter geeftt.
De heer Lantsheer verklaart in te stemmen
met hetgeen door den heer Van Lijnden gezegd is.
De voorzitter doet dit ook, evenals de andere
leden van het bestuur. Dit jaar achtte het
dag. bestuur echter geen hoogere belasting
noodig, wat echter niet in zich sluit dat een
volgend jaar dezelfde heffing zal worden voor
gesteld mogelyk ïb dan verhooging noodig en
het bestuur zal evenmin als het nu aarzelde
verlaging voor te stellen dan aarzelen om ver
hooging te vragen.
Het voorstel, in stemming gebracht, wordt
aangenomen met 19 tegen 2 stemmen, die van
de heeren Snijders en Lantsheer.
Als gemeente, waar, behalve te Middelburg, in
1890 de verkiezing zal gehouden worden, wordt
aangewezen Westkapelle.
Thans is aan de orde de benoeming van een
voorzitter, leden en plaatsvervangende leden
van het stembureau in 1890.
Gekozen worden als president de voorzitter
van het polderbestuur, als plaatsvervangend
voorzitters de heeren A. de Nood Jz. en J. C.
Lantsheer; als leden de heeren mr N. C. Lam-
brechtsen van Ritthem, P. Pouwer Az. en W.
H. de Bruijn van Melis en Mariekerkeals
plaatsvervangende leden de heeren J. Minder-
houd Pz., L. Cysouw en J. Koene.
De voorzitter wenscht den heeren geluk met
hunne benoeming en vraagt of zij bereid zijn
de verschillende functiën op zich te nemen.
Die vraag wordt bevestigend beantwoord.
Daarna wordt aan de orde gesteld een voor
stel van het dag. bestuur om aan Neeltje Brasser,
huisvrouw van C. Janse, timmerman te Koude-
kerke, in koop af te staan een stuk grond
onder de gemeente Koudekerke groot 23 c. a.
en voor den prijs van f 12. Dit wordt zonder
beraadslaging of hoofdelijke stemming goed
gevonden.
Alsnu geschiedt mededeeling van het prae-
advies van het dag. bestuur op het voorstel
van den commissaris M. Bakker tot afschaffing
van de voorjaarsschouwing op de waterleidingen.
Dit praeadvies strekt niet tot aanneming.
Het bestuur toch meent eenparig dat de voor
jaarsschouwing, zooals die thans geschiedt, van
te veel belang is voor den afvoer van het
polderwater, terwijl de gebreken, die in het
voorjaar kunnen hersteld worden, in het najaar
volgens den hoogen waterstand dikwijls niet
weg te nemen zyn.
Waar het schoonmaken der waterleidingen
in het voorjaar zelden eenig bezwaar oplevert
iB dit met het najaar geenszins het geval, daar
het schoonmaken en delven der slooten enz.
niet doenlyk is, zoolang de vruchten te velde
staan.
Voor de ingelanden kan de schouwing geen
bezwaar opleveren, aangezien de strafbepalingen
van het reglement slechts zelden worden toe
gepast en dan nog alleen op hen, by wie de
onwil duidelijk gebleken is.
De heer Bakker, in de gelegenheid gesteld
zijn voorstel nader toe te lichten, meent dat
het bestuur de zaak wel wat donker inziet.
Hy acht zjjn voorstel aannemelyk en beveelt
de aanneming ervan aan.
De heer Sprenger deelt het een en ander
mede omtrent de geschiedenis der voorjaars
schouwing, die, zooals de oude keuren kunnen
uitwijzen, sedert onheugelijke jaren bestaat.
Eenige jaren geleden zyn zij voor een paar
jaren, in 1871 en 1872, afgeschaft doch later
weder ingevoerd zonder dat in het archief van
den polder van de redenen, die voor de afschaf
fing of dc wederinvoering bestonden, iets blijkt.
De voorzitter zet nog in het breede het nut
van de voorjaarsschouwing uiteen en ontraadt
de algemeene vergadering tot afschaffing te
besluiten.
De heer Van Lijnden verklaart zich tegen
het voorstel omdat, zooals uit de inlichtingen
van den voorzitter blijkt, bij de voorjaarsschou
wing overtreding geconstateerd wordt en bij
de najaarsschouwing blijkt of aan de gegeven
voorschriften gevolg is gegeven.
De heer Koene is het met den voorsteller
eenshij is van oordeel dat de voorjaarsschou
wing onnoodig ia, wijl het werk aan slooten
of sprinken dan niet veel beteekent.
Dezelfde meening is ook de heer Cysouw
toegedaan.
De heer J. H. Snijders vraagt of de schouwing
in April alleen betreft het delven van sprinken
of het snyden van gras en riet. De voorzitter
deelt mede dat by beide inspectiën gelet wordt
op het schoonhouden der slooten, maar dat in
April speciaal er op gelet wordt of het delven
noodig is.
Na de discussie voegt de heer Bakker aan
zijn voorstel nog toe dat dit alleen betreft het
schoonmaken der slooten en sprinken, dus niet
anders dan het rietsnijden.
Het voorstel-Bakker wordt alsnu in stemming
gebracht en verworpen met 11 tegen 10 stem
men. Voor stemden de heeren Yan der Swalmer
Suyders, Bakker, Cysouw, Van Westen, Cop-
poolse, Van den Broeke, Melis, Koene en Corrév
Van het gemeentebestuur van Grypskerke in
een schryven ingekomen, houdende verzoek tot
verlegging van een gedeelte van den Middel»
burg—Grypskerksohen straatweg.
Dit verzoek wordt gesteld in &aad«n van