132e Jaargang. N°. 231. 1326 Jaargang. 1889. Maandag 30 September. Deze courant verschijnt d a g e 11] k s met uitzondering van Zon- en Feestdagen; Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco f 2.—aJ Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 cent. Advertentïën20 cent per regel. Bi] abonnement lager; Geboorte-, Trouw-, Dood-, en andere familieberichten met de daarop betrekking hebbende dankbetuigingenvan 17 regels 1.50; iedere regel meer 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte; Bij deze courant behoort een Bijvoegsel- Middelburg 28 September. UIT STAD EN PROVINCIE. Polderbestuur van Walcheren. miudiibirgsciie coiRivr. Thermometer. Middelburg 28Sept. vm. 8 n m. 12 u 59 gr. av. 4 u. 53 Verwacht N. W. wind. 56; gr. Agenten te Vlisaingen: P. G. de Vet Mestdagh Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen: F. v. d. Peijl, te Zierikzee: A. o. de Mooij en te TholenW. A. van A «1 verten Nieuwenhuuzen.Verder worden door alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aangenomen, en nemen ook het algemeen advertentie- moeten des namiddags te een uur bureau van Nijgh Van Ditmar te Rotterdam de Gebr. Bélinpante, te 's Gravenhage, en het Algemeen advertentiebureau van A. de la Mar Azn, te Amsterdam, aan het bureau bezorgd zyn, willen annonces aan. Hoofdagenten voor bet Buitenland: te Parys en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube Cie., John P. Jones, opvolger. zy des avonds nog worden opgenomen Van een katholiek correspondent ontvangen wy het volgend schrijven Goddank was de zucht, dien ik heden slaakte, toen ik in uw blad las dat het ontwerp- onderwyswet was aangenomen, en nog wel met eene beduidende meerderheid. Een pak is my en velen van het hart. Dat eeuwig geharrewar over het min of meer neutrale van het staat onderwijs, die oneindige haarkloverij over de deugdelijkheid der leermiddelen, dat gezeur over de christelijkheid der onderwijzers en die Jerimiaden over verongelijking, daarmede moet het nu gedaan wezen. Er zal om het best gestreden moeten worden. De bijzondere scholen, wier heilzame werking niet te ontkennen valt, zullen zich moeten meten met de staatsscholen; er zal een naijver ontstaan die slechts de maat schappij kan tengoede komen. Staatsdwang en priesterheerschappij beiden zyn een ondragelijk juk. De staatsschool is gered en daarmede een bolwerk van verlichting. Welnu dat deze voor de bijzondere school een prikkel zy haar voetspoor te volgen en, zoo mogelyk, voorbij te streven; het licht moet ons altjjd welkom zyn; onverschillig van welke zyde het komt. Jammer dat leerplicht niet in de wet is op genomen. Van de duizenden, die nu nog in de schaduw der duisternis rondwandelen, sou by een nieuw geslacht geen spoor meer zijn te vinden. Veel misleiding en bedrog zou voor een groot deel verdwjjnen, de armen zouden in dat opzicht gelijk zyn aan de rijken. Maar zóo ver zyn we nog niet, al zullen we in deze eeuw misschien nog wel zoo ver komen, doch we staan thans toch op zuiver terrein. Het groote struikelblok van het onderwijs, waardoor de gewetens, zy het dan ook kunstmatig of niet, in werking werden gebracht, is uit den weg geruimd, dank zy den goeden raad, dien »een oud gediende'' en meer anderen, leeken in de politiek maar wars van alle hardnekkige drijverij, in de dagbladen aan de leiders onge vraagd gegeven hebben. Die wenken hebben hun uitwerking niet gemist. Velen, op levens behoud bedacht, hebben de wapenen wijselijk neergelegd en gecapituleerd. Voortaan zullen alle werkelijke combinatiën geen raison d'etre meer hebben. Aan de opbeuring der maat schappij, inzonderheid aan de verheffing van den werkman, moet de hand worden geslagen en zy, die zich meesters in de kunst toonen, die alle eigenbelang vergeten, zullen de uit verkorenen des volks wezen. Misschien doet zich hier of daar nog wel eens een spook voor, al was het maar in den vorm van persoonlijken dienstplicht, doch dit weegt hij verreweg het grootste deel der natie niet zwaar genoeg om een eeuwigdurenden stryd tegen den vooruitgang te voeren, al gaan we niet allen zoo ver als de Standaard om onze Nederlandsche vrouwen aan de verdediging des vaderlands te wagen. Périsse le monde plutot que nos femmes. We gaan nu, indien de Eerste kamer en de koning er over denken als de Tweede kamer, een tijdperk van rust op godsdienstig gebied te gemoet. Nemen wy, wien Nederlandseh bloed door de aderen vloeit, die rust tebaat om onder ons te herstellen wat door twistzaaiers mocht zyn vernield, en "laat de scheiding der openbare en bijzondere school nooit de kiem zijn van haat tusschen dezonen en dochters van een en hetzelfde huisgezin, want even nuttig als de beëindiging van den schoolstryd thans is, even noodlottig zou dan het resultaat wezen. Dat verhoede God De Précurseur verklaart in zijn nommer van heden, dat hetgeen het blad schreef»men moest de liefdadigheid van het publiek niet uitputten en geen misbruik maken van de stem ming", door de Nederlandsche bladen verkeerd is begrepen in dien zin als behoefde men thans geen giften meer voor de slachtoffers van Ant werpen te schenken. De Précurseur had bij zijn raadgeving alleen Antwerpen op het oog, waar allicht misbruiken mogelyk waren het blad betuigt zyn leedwezen over deze misvatting waartoe zyn artikel aanleiding heeft gegeven. geplaatst maatschappelijk kapitaal) niet bij de daartoe aangewezen kassiers gedeponeerd, zoodat op die vergadering geen besluit kan worden genomen over het benoemen van een directeur-generaal. Daarop zal alleen kun nen medegedeeld worden, dat de vergadering van rechtswege, gedurende ten minste 14 dagen, is verdaagdop laatstbedoelde tweede verga dering zal dan, onverschillig het getal aan wezige aandeelhouders, het alsdan te nemen besluit verbindend zijn. Naar het Vad. meldt is voor de buitengewone vergadering van aandeelhouders der Maat schappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen, welke tegen a. Maandag 30 Sept. is bijeenge roepen, het door de statuten vereischte aantal aandeelen (éen vierde van het in aandeelen Op de bovenzaal der Sociëteit St. Joris alhier had gisteren de jaarlyksche algemeene vergadering plaats van de vennooten der Nijverheids Vereeniging, onder leiding van den heer B. A. Verhey. Tegenwoordig waren 21 leden. De rekening en balans over 1888/89 werden goedgekeurd, terwyl de uitkeering van dividend op 2 is vastgesteld. Tot bestuurslid is ge kozen de heer J. C. Milborn en tot commissa rissen zijn benoemd de heeren D. G. Kröber Jr en Joh' Luteijn. Een voorstel van een der vennooten tot wijziging van art. 8 der statuten werd ver worpen. De majoor prov. adj. D. J. H. van Aken komt te Middelburg in garnizoen. Men schrijft ons Dezer 'dagen doorbladerde ik de bekende Kroniek van Zeeland van M. Smallegange en vond daar het volgende aangeteekend over de wegen in Walcheren, einde 17e eeuw. »De wegen" merkt S. op - »zijn daar zeer smal, om de kostbaarheid van het land en des winters onbruikbaar, behalve do hooge weg van Middelburg over Grijpskerke naar Oostkappel, volgens sommigen een voormaligen dijk. De wegen langs deD duinkant zyn natuur lijk zandig en hard. De landlieden moeten de steden meerendeels met schuiten door de watergang bezoeken." »Doch", verhaalt S. verder, »tot het gemakkelyk gebruik van de drie voor naamste steden zijn eerst tusscben Middelburg en Veere omtrent over tachtig jaar (Je kroniek verscheen in 1696) en daarna mede omtrent zestig jaar geleden tusschen Middelburg en Ylissingen de bekwaamste wegen en toe gangen gemaakt van de eene stad tot de andere, met breede voetpaden, gestraat met gekante klinkers, ter lengte van omtrent twee mijlen weegs te zamen uitmakendehetwelk daarna met kleine voetpaden hier en daar in het land eenigszins is nagedaan. Men heeft ook sedert den jare 1646 tot meer gerief van de wagens een straatweg begonnen tusschen Middelburg en VlissiDgen, die binnen driejaar was voltooid." Deze straatweg is onze oude Ylissingsche weg, zeker een der schoonste straatwegen uit ons vaderland, bovendien rijk aan hisioriscbe herinneringen, doch helaas, in de laatste jaren doodsch en stil. In no. 13 van het Domburgsch Badnieuws waarmede de zevende jaargang van dit blaadje wordt gesloten zegt de heer H. J. B. omtrent de badplaatsDe zomer van 1889 kan voor Domburg onder de goede jaren ge rekend worden de badplaats werd door 767 logeergasten bezocht, en het aantal genomen baden bedroeg 2730, zoodat dit jaar slechts ongeveer 200 baden ten achteren bleef bij 1887, in welk jaar hier de meeste zeebaden gebruikt werden. Op het eind van Augustus waren alle hotels en optrekjes verhuurd, zij het dan ook slechts voor korten tijd, want bij het begin van September moesten velen wegens den aanvang der scholen hunne stadswoningen weder gaan opzoeken. Het nieuwe padpaviljoen werd goed bezocht en het damessalon en de leeszaal vielen zeer in den smaak, waartoe zeker ook het aardige cadeau van den heer Laming veel bijdroeg, die voor heide lokalen twee nette inktkokers, portefeuilles en verdere schrijfbenoodigdheden ten geschenke gaf. Publieke vermakelijkheden hadden er niet veel meer plaats dan andere jaren. Eenige malen werd gelegenheid gegeven te dansen, de HH. Yon Brucken Eoek en De Jong gaven een concert voor piano en viool, eenige bad gasten een paar tooneelstukjes, en den prinses jesdag werd, uit de door velen bijeengebrachte gelden, een feestje, waarbjj concert en vuur werk, georganiseerd. Te Arnetnniden bracht de van wege het gemeentebestuur gehouden collecte roer de ongelukkigen der ramp te Antwerpen op/ 21.21$. De schoolkinderen aldaar brachten voor dat doel 2.77 J en die te Kleverskerke 2.60 te zamen. Dit maakt een totaal van 26.59. Tengevolge van den noordwesten storm van Woensdag, stond het water op de Ooster- Sche'lde, voor Wemeldinge, Donderdag d. a. v. nog zoo onstuimig dat door de ontzettende slingeringen van het vaartuig van schipper G. J. K. te Bruinisse een zwaard gebroken werd in vlot water, wat gelukkig eene zeld zaamheid genoemd kan worden. Overigens zijn van de 118 vaartuigen, die te Bruinisse tehuis behooren, geen ongelukken ver nomen. Men schrijft ons uit Yzendijke ln de gemeenteraadszitting van jl. Donderdag bracht de voorzitter de beschikking van Gede puteerde staten, waarvan in uw nommer van 24 dezer melding is gemaakt, ter tafel. Zooals men weet wordt daarbij niet goedgekeurd het besluit van den raad tot het instellen eener rechtsvordering tegen burgemeester en wethou ders, in zake de bekende kwestie van het be ruchte putje op het Molentje. Een der raadsleden hield, naar aanleiding daarvan, toch vol dat het dagelijksch bestuur zedelijk verplicht was de schade, die het, door domheid of onhandigheid, aan de gemeente be rokkend had, te vergoeden. De slotsom der discussiën was dat de raad niet dadelijk besloot van de beschikking van Gedeputeerde staten bij den Raad van state in appèl te komen, maar of het muisje daarmee is afgemaakt valt niet te zeggen. Het raadslid, wiens request tot vermindering van hoofdelijken omslag onlangs woordelijk in het Vaderland opgenomen was, vond hierin aan leiding den voorzitter de les te lezen over de wijze, waarop met officieele stukken wordt om gesprongen, en de weinige vertrouwbaarheid, die zoogenaamde geheime zittingen opleveren. Verder werd nog door den voorzitter meege deeld dat in een brief van de Hollandsche club te Antwerpen, aan den burgemeester alhier op diens schryven gericht, men bij voortduring nog aandringt op giftenmen noemt daarin de vermeldingen van bijdragen zeer overdr even en den nood nog altijd hoog. Vergadering van heden, Zaterdag, ochtend 10 nur. Voorzitter de heer D. A. Dronkers. Tegenwoordig 19 leden. De voorzitter opent de vergadering en geeft kennis dat de heer Minderhout bericht heeft ingezonden verhinderd te zyn deze vergadering by te wonen. Nog deelt de voorzitter mede dat de heer C. J. J. A. van Teijlingen, tengevolge zijner benoeming tot lid van gedeputeerde staten van Zeeland, zijn ontslag heeft genomen als com missaris van den polder; dat ter vervulling der vacature eene verkiezing heeft plaats ge had en dat de heer dr A. van der Swalme tot commissaris gekozen is. De heer Van der Swalme heeft zijne geloofsbrieven ingezonden en de voorzitter stelt voor die te onderzoeken. Dit wordt goedgevonden, waarop de voorzitter de heeren Sprenger, De Brnijne en Cysouw uitnoodigt zich met dat onderzoek te willen belasten. De heeren verwijderen zich en de zitting wordt gedurende eenige oogenblikken geschorst. De vergadering heropend zynde, brengt de commissie, by monde van den heer Sprenger, rapport uit, strekkende tot toelating. Conform dit rapport besloten zijnde, wordt de heer Van der Swalme door den griffier binnengeleid en legt hij in handen des voor zitters de voorgeschreven eeden af. De voorzitter wenscht vervolgens den beer Van der Swalme geluk met het vertrouwen, hem door de kiezers geschonken, en spreekt de hoop uit dat by in bet polderbestuur een aangenamen werkkring vinden zal en daarin lang zitting moge hebben. De notulen van het verhandelde in twee vorige bijeenkomsten worden alsnu gelezen en goedgekeurd. Daarna legt de voorzitter over de polderre kening over 1888, sluitende in ontvang met 269.996.181 en in uitgaaf op 248.467.65. dus met een goed slot van 21.528.531. De ontvangsten zijn verdeeld als volgtOnt vangsten wegens vorige diensten 10.243.00J, opbrengst van eigendommen en bezittingen 2.425.44, belastingen en heffingen ƒ233.301,62, inkomsten van verschillenden aard en toeval lige baten 3.911.901, inkomsten der straat-en zandwegen 9.640.61J en buitengewone ont vangsten 10.473.60. De uitgaven zijn gesplitst inuitgaven van vorige dienstjaren nihil, kosten der gewone werken 131.810.98, kosten der buitengewone werken nihil, kosten der straat- en zandwegen 9.440.13J, rente-betaling en aflossing van gevestigde schulden 83.017.21, bezoldigingen en schadeloosstellingenaan bet bestuur, de ambtenaren en bedienden toegekend, 16.186.29, kosten der inspectiën op de zeewerken647.36, onderhoud van eigendommen en brandverieke- ring/362.64, grond- en andere lasten ƒ1.071.861. kosten van brand, licht en bureaubehoeften f 386.10J, druk-, bind- en schrijfloonen 581.40, kosten bijhouding kadastralen polderlegger 130.71, dito der verkiezing van commissa rissen 193.85, alle andere uitgaven enz. 1.261.611, en onvoorziene uitgaven 3.377.49. De commissie tot onderzoek der rekening brengt, bij monde van den heer W. A. Graaf van Lynden, rapport uitstrekkende tot goedkeuring. Conform dit rapport wordt met algemeene stemmen besloten. Door den beer J. H. Snijders wordt alsnu, in verband met art. 68 van het reglement, verzocht de openbare vergadering te doen over gaan in eene met gesloten deuren. Dit verzoek wordt ondersteund door de heeren Van Lijnden, Lantsheer, Van Westen en Cysouw. De voorzitter brengt bet verzoek in omvraag dat met algemeene stemmen wordt ingewilligd. De openbare vergadering wordt alsnu gesloten. De vergadering heropend zijnde stelt de voor zitter aan de orde een voorstel van bet dag. bestuur omtrent de beffing van bet gewoon dijkgescbot voor 1890. Voor de gezamenlijke werken aan de vier wateringen is uitgetrokken 114,908 tegen 156,138 in 1889. Voor buitengewoon werk wordt 64,148 geraamd en voor gewoon onder houd J 50,760. Daarin komt de Noord watering voor ƒ33,217 en de overige drie wateringen te zamen voor J 17,543. De gunstige toestand der zeeweringen zal tengevolge hebben dat het dykgeschot voor 1890 met f 1 per hectare zal kunnen vermin deren en dat zal kunnen ter hand genomen wor den het maken van nog zes hoofden ten oosten van Domburg. Het dag. bestuur stelt voor daarvan in 1890 drie te doen maken, waar voor 22,428 wordt noodig geacht. De toestand van het strand en den afslag der duinen aldaar in aanmerking genomen, blijft het dag. bestuur het noodzakelijk achten tot de uitvoering van die werken over te gaan. Het vervangen van de rijspakking te Dom burg door steenglooiing acht het bestuur nog voor uitstel vatbaar. De uitgaaf voor steenbestorting aan den West- kapelschen zeedijk gelooft het bestuur te moe ten bestendigen. De vermoedelijke uitgaven voor 1890 kunnen als volgt berekend worden: Uitgaven van vorige dienstjaren Nihil, kosten der werken 114.908, wegen 9000, rente en aflossing 68000, aflossing tijdelijke geldopne ming 5000, bezoldigingen 16200, inspectiën 700, gebouwen en assurantie f 360, lasten 1095, brandstoffen f 500, drukwerk 500, kadaster 300, verkiezingen ƒ300, alle andere uitgaven 3400, onvoorzien 10.997. Samen f 231.260. De ontvangsten, met uitzondering van het dykgeschot, zijn 15.255, zoodat een tekort is van 216.005. Tot dekking daarvan stelt het dag. bestuur voor als gewoon dijkgeschot te heffen 13.50 per hectare schotbaar en 5.30 per hectare vrijland. De heer Van Lijnden heeft éen bezwaar tegen bet voorstel, nl. de vermindering van de belasting. Hij wijst erop dat het gemak kelijker is belastingen te verminderen dan die te verhoogen en toont aan dat de thans voor gestelde lagere heffing alleen is bereikt door uitstel van werken, tot het maken waarvan vroeger werd besloten. Allicht zonden inge landen meenen dat, werd een volgend jaar hoogere belasting gevraagd, de toestand des polders achteruit was gegaan, ofschoon dit niet het geval zou zijn. De heer Schorer vraagt eene inlichting omtrent eene oeverafschuiving, die in Juni van dit jaar aan de Oostwatering plaats had, die de voorzitter geeftt. De heer Lantsheer verklaart in te stemmen met hetgeen door den heer Van Lijnden gezegd is. De voorzitter doet dit ook, evenals de andere leden van het bestuur. Dit jaar achtte het dag. bestuur echter geen hoogere belasting noodig, wat echter niet in zich sluit dat een volgend jaar dezelfde heffing zal worden voor gesteld mogelyk ïb dan verhooging noodig en het bestuur zal evenmin als het nu aarzelde verlaging voor te stellen dan aarzelen om ver hooging te vragen. Het voorstel, in stemming gebracht, wordt aangenomen met 19 tegen 2 stemmen, die van de heeren Snijders en Lantsheer. Als gemeente, waar, behalve te Middelburg, in 1890 de verkiezing zal gehouden worden, wordt aangewezen Westkapelle. Thans is aan de orde de benoeming van een voorzitter, leden en plaatsvervangende leden van het stembureau in 1890. Gekozen worden als president de voorzitter van het polderbestuur, als plaatsvervangend voorzitters de heeren A. de Nood Jz. en J. C. Lantsheer; als leden de heeren mr N. C. Lam- brechtsen van Ritthem, P. Pouwer Az. en W. H. de Bruijn van Melis en Mariekerkeals plaatsvervangende leden de heeren J. Minder- houd Pz., L. Cysouw en J. Koene. De voorzitter wenscht den heeren geluk met hunne benoeming en vraagt of zij bereid zijn de verschillende functiën op zich te nemen. Die vraag wordt bevestigend beantwoord. Daarna wordt aan de orde gesteld een voor stel van het dag. bestuur om aan Neeltje Brasser, huisvrouw van C. Janse, timmerman te Koude- kerke, in koop af te staan een stuk grond onder de gemeente Koudekerke groot 23 c. a. en voor den prijs van f 12. Dit wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming goed gevonden. Alsnu geschiedt mededeeling van het prae- advies van het dag. bestuur op het voorstel van den commissaris M. Bakker tot afschaffing van de voorjaarsschouwing op de waterleidingen. Dit praeadvies strekt niet tot aanneming. Het bestuur toch meent eenparig dat de voor jaarsschouwing, zooals die thans geschiedt, van te veel belang is voor den afvoer van het polderwater, terwijl de gebreken, die in het voorjaar kunnen hersteld worden, in het najaar volgens den hoogen waterstand dikwijls niet weg te nemen zyn. Waar het schoonmaken der waterleidingen in het voorjaar zelden eenig bezwaar oplevert iB dit met het najaar geenszins het geval, daar het schoonmaken en delven der slooten enz. niet doenlyk is, zoolang de vruchten te velde staan. Voor de ingelanden kan de schouwing geen bezwaar opleveren, aangezien de strafbepalingen van het reglement slechts zelden worden toe gepast en dan nog alleen op hen, by wie de onwil duidelijk gebleken is. De heer Bakker, in de gelegenheid gesteld zijn voorstel nader toe te lichten, meent dat het bestuur de zaak wel wat donker inziet. Hy acht zjjn voorstel aannemelyk en beveelt de aanneming ervan aan. De heer Sprenger deelt het een en ander mede omtrent de geschiedenis der voorjaars schouwing, die, zooals de oude keuren kunnen uitwijzen, sedert onheugelijke jaren bestaat. Eenige jaren geleden zyn zij voor een paar jaren, in 1871 en 1872, afgeschaft doch later weder ingevoerd zonder dat in het archief van den polder van de redenen, die voor de afschaf fing of dc wederinvoering bestonden, iets blijkt. De voorzitter zet nog in het breede het nut van de voorjaarsschouwing uiteen en ontraadt de algemeene vergadering tot afschaffing te besluiten. De heer Van Lijnden verklaart zich tegen het voorstel omdat, zooals uit de inlichtingen van den voorzitter blijkt, bij de voorjaarsschou wing overtreding geconstateerd wordt en bij de najaarsschouwing blijkt of aan de gegeven voorschriften gevolg is gegeven. De heer Koene is het met den voorsteller eenshij is van oordeel dat de voorjaarsschou wing onnoodig ia, wijl het werk aan slooten of sprinken dan niet veel beteekent. Dezelfde meening is ook de heer Cysouw toegedaan. De heer J. H. Snijders vraagt of de schouwing in April alleen betreft het delven van sprinken of het snyden van gras en riet. De voorzitter deelt mede dat by beide inspectiën gelet wordt op het schoonhouden der slooten, maar dat in April speciaal er op gelet wordt of het delven noodig is. Na de discussie voegt de heer Bakker aan zijn voorstel nog toe dat dit alleen betreft het schoonmaken der slooten en sprinken, dus niet anders dan het rietsnijden. Het voorstel-Bakker wordt alsnu in stemming gebracht en verworpen met 11 tegen 10 stem men. Voor stemden de heeren Yan der Swalmer Suyders, Bakker, Cysouw, Van Westen, Cop- poolse, Van den Broeke, Melis, Koene en Corrév Van het gemeentebestuur van Grypskerke in een schryven ingekomen, houdende verzoek tot verlegging van een gedeelte van den Middel» burg—Grypskerksohen straatweg. Dit verzoek wordt gesteld in &aad«n van

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1889 | | pagina 1