N°. 200.
132° Jaargang.
1889.
Zaterdag
24 Augustus.
Misbruik van macht.
Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k s
met uitzondering van Zon- en Feestdagen!
Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco f 2.—=J
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 cent.
Advertentiën: 20 cent per regel. Bij abonnement lager.1
Geboorte-, Trouw-, Dood-, en andere familieberichten met de daarop
betrekking hebbende dankbetuigingenvan 17 regels 1.50
iedere regel meer 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte!
BEKENDMAKINGEN.
Bevolkingsregisters.
Middelburg 23 Augustus.
Zij kan in de Tweede kamer alles door
IIDDELBIMSUICOURANT.
Agenten te YlissingenP. G. de Vet Mestdash Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te KruiningenP. v. d. Peul, te ZierikzeeA. C. de Mooi* en te TholenW. A. van AA-vewtentiën
Nibuwenhuijzen.Verder worden door alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aangenomen, en nemen ook het algemeen advertentie- moeten des namiddags te een uur
bureau van Nijgh Van Ditmar te Rotterdamde Gebr. Belinfante, te 's Gravenhage, en het Algemeen advertentiebureau van A. de la Mar Azn, te Amsterdam, i aan het bureau bezorgd zjjn, willen
annonces aan.Hoofdagenten voor het Buitenlandte Parps en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G.L. Daube Cie., John P. Jones, opvolger, j zjj des avonds nog worden opgenomen
Thermometer.
Middelburg 23 Aug. vm. 8 u. 58 gr.
ai. 12 u 65 gr. av. 4 tl 63 gr. P
Verwacht W. wind.
De burgemeester en wethouders van Mid
delburg,
gezien de circulaire van den commissaris des
konings van den 17 Juli 1889 (prov. blad no. 75),
betreffende de a.s. zevende algemeene tienja
rige volkstelling
herinneren de ingezetenen,voor zooveel noodig,
aan de bepalingen van het koninklijk besluit
van 27 Juli 1887 (Staatsblad no. 141), regelende
hunne verplichting tot het doen van aangifte
voor., de bevolkingsregisters en aan de bepa
lingen der verordening van 24 December 1862
op de nommering der huizen en het doen van
aangifte van de verhuizingen binnen de ge
meente.
Tot het doen van die aangiften bestaat
dagelijks behalve op Zon- en feestdagen, ter
secretarie gelegenheid van des voormiddags te
10 uren tot des middags te 12 uren.
Middelburg, 9 Augustus 1889.
De burg. en weth. van Middelburg,
W. J. SPRENGER L. B.
De Secretaris,
J. W. DE RAAD L. S.
Wat zal het einde zijn van de belangrijke
discussiën, die op dit oogenblik in onze
Tweede kamer gevoerd worden
Dit is zeker wel een der gewichtigste
vragen van den dag.
En toch twijfelen wij of het Nederland-
sche volk wel ten volle beseft welke hooge
belangen op het spel staanen of de zitting
van ons lagerhuis wel die aandacht onder
vindt, welke zij zoo zeer verdient.
Er is op dit oogenblik sprakeniet van
eene wijziging der onderwijswet op enkele
ondergeschikte punten maar van een eersten
stap dien de inrichting van ons onderwijs
zal voeren op een nieuwen weg en afbrengen
van de lijn, waarop het zich sedert 1806
heelt bewogen.
Tegen het doen van die schrede heeft de
meerderheid der liberale partij zich niet
verzetintegendeel. Zij heeft, in het belang
des lands, haar instemming betuigd met de
poging om den schoolstrijd op te lossen
maar daartegenover de waarborgen verlangd
dat de openbare school niet worde bena
deeld en dat het onderwijs zooveel mogelijk
algemeen worde gemaakt.
Zij eischte daartoe o. a. leerplicht. Hiervan
wil de regeering evenwel op dit oogenblik
niets weten, al erkent zij het nut daarvan.
Zal de liberale partij in de Tweede kamer
op dit punt nu mogen toegeven
Naar ons idee in geen geval.
Tot eiken prijs verlangen wij allerminst
den vredeop dit punt te minder nu in de
laatste dagen meer dan eens gebleken is
van den sterken drang die er bestaat om
dien leerplicht in hét thans aanhangig ont
werp voor de toekomst te waarborgen.
De leider der katholieke partij moge in
zijn blad allerlei drogredenen ten beste geven
om te betoogen dat de invoering van den
leerplicht bij deze herziening niet gewenscht
is, dr Schaepman meet in deze met twee
maten.
Hij wijst in zijn betoog erop dat over den
leerplicht ook onder partijgenooten de mee
ningen uiteenloopen. „De zaak is" zoo
schiijft hij „van zooveel omvattenden aard,
dat men aarzelt haar in bijzonderheden te
bespreken. Het nut wordt door den een
zoo hoog geroemd, door den ander zoo laag
aangeslagen, dat men niet weet wat te ra
den. De noodzakelijkheid wordt betwijfeld
of onvoorwaardelijk erkend de mogelijkheid
is voor den een onbewijsbaar, is voor den
ander zonneklaar. In deze omstandigheden
is hoe men ook over het beginsel denke
- een practisch oordeel onmogelijk. Het
kan alleen dhn van eenige waarde zijn, wan
neer het geveld wordt over een ontwerp
dat door zijn artikelen de gelegenheid biedt
tot het uitspreken van een beredeneerd
„„ja of neen.""
Zoo schrijft dezelfde man die nog deze
week in de Tweede kamer, toen aan de
orde was de dag der behandeling van de
aanhangige schoolwet-herziening, betoogde
dat de onderwijskwestie van alle kanten was
bekeken en uitstel van behandeling volstrekt
onnoodig was. Of men daartegen al aan
voerde dat, na de door de regeering in haar
ontwerp gebrachte wijzigingen, men de ge
volgen daarvan nog niet voldoende had
kunnen overzien dit baatte niet; de
meerderheid dreef door en steunde zoodoende
den voorzitter in zijne verkrachting van het
reglement van orde, waarbij bepaald wordt
dat alleen spoedeisehende en een-
v o u d i g e wetsontwerpen binnen drie dagen
na het daartoe gedane voorstel aan de orde
gesteLd mogen worden. Zelfs een uitstel van
eenige dagen tot 27 Augustus werd
der minderheid, die zeer conciliant gestemd
is, niet verleend.
Zoo handelde de doordrijvende meerderheid
op het wachtwoord van dr Schaepman, die
den leerplicht onbesproken wil laten, omdat
die kwestie, volgens hem, nog niet voldoende
is onderzocht en het vraagstuk der invoering
nog niet met „ja of neen" is beantwoord.
Behoort dan die leerplicht niet tot de
onderwijs-kwestie welke van alle kanten is
bekeken Ons dunkt wel degelijk. Het is
daarvan wel een der hoofdpunten die jaren
lang reeds besproken zijn.
Dr Schaepman is onvoorzichtig geweest
in zijn te grooten ijver om door te drijven
wat hij en de zijnen willen. De zwakke
zijde van dit vraagstuk is de leider der
katholieken zegt het zelf dat onder
partijgenooten verschil van gevoelen
daaromtrent bestaat. En daarom alleen moet
dit vraagstuk van de baan.
De minderheid in de Tweede kamer heeft
op dit oogenblik een moeilijke taak te ver
vullen. Zij staat tegenover eene regeering
die aan een harer gewichtigste eischen geen
gehoor wil geventegenover eene meerder
heid die van haar macht als de sterkste
misbruik maakt, en de mindere onheusch
bejegent.
Dat de eischen, die deze meerderheid
doet hooren, niet zijn die van de geheele
anti-revolutionnaire partij, bewijst het adres
der vereeniging Marnix, dat wij belangrijk
genoeg achten om daarop in dit nommer
uitvoeriger terug te komen. Dit adres stoelt
zooals de heer Van Houten gisteren eigen
aardig in de kamer opmerkte, meer op
anti-revolutionnairen wortel dan het aan
hangige ontwerp. Dit zullen de Kuyperianen
niet erkennenen de gematigde auti-revo-
lutionnaire kamerleden zullen zich wel wach
ten om, al denken zij dit ook, het te zeg
gen, want dit zou het partijverband kunnen
benadeelen. Het is thans eenvoudig de
kwestie om van de macht, die men heelt
in die kamer, gebruik wij zeggen mis
bruik te maken teneinde door te drijven
wat men wenscht, ten nadeele van de finan
ciën van rijk en gemeentenen niet tot
voordeel van de ontwikkeling des volks.
Te meer eischt daarom de behandeling
van het thans aan de orde zijnde ontwerp
de aandacht van allen die belang stellen in
de publieke zaak van allen die jaren lang
geijverd hebben voor de algemeene ontwik
keling en voor de belangen van onze volks
school.
Om hare gevolgen is vooral de zitting,
welke de Tweede kamer thans houdt, zoo
gewichtig.
Er valt eene sterke conciliante strooming
waar te nemen onder onze liberale partij
maar alles heeft zijne grenzen. Wanneer nu
de meerderheid volhardt bij haar pogen om,
tegenover de toegevende houding van onze
liberale kamerleden, hetzelfde non-possumus
te doen hooren, waarop eenmaal een herziening
van dezelfde schoolwet afstuitte, dan is het
weer haar schuld als ook deze nieuwe poging
eens mislukte.
haar stemmentalzij kan nn een partijwet
in het leven roepen maar dan is nog altijd
de Eerste kamer daar die haar vragen zal:
waarom verschaftet gij ons geen nationale
wet
Veel zal nog afhangen van de bespreking
der kwestie van den leerplicht, dien de
liberalen zeker wel ter sprake zullen brengen.
Want daarin zal onze Eerste kamer stellig
het richtsnoer vinden voor hare gedragslijn
in deze belangrijke kwestie.
Op haar en op de minderheid in de Tweede
kamer dient vooral de aandacht gevestigd te
zijn van het vrijdenkend deel onzer natie.
Twijfelden wij reeds aan de juistheid van
het bericht omtrent te nemen maatregelen tot
toename van het verkeer op de Hollandsche
stoomvaartlijn tusschen het vasteland en Enge
land, dat wij gisteren uit de lndépendance
overnamen, thans wordt ons van vertrouwbaren
kant medegedeeld dat bedoeld bericht vol
onwaarheden is. Daar de Mlf Zeeland zich in
1889 mag verheugen in beduidende toename
van het vervoer zoowel van passagiers, goederen
als post, zijn dus vergaderingen met het doel
als in dat geschrijf genoemd, overbodig.
Het N. v. d. D. spreekt het bericht van het
Belgische blad ook tegen en wjjst erop dat
dezer dagen inderdaad te Brussel eene confe
rentie gehouden zal worden, maar met een
ander doel. 't Is de gewone samenkomst van
directeuren van dezen stoombootdienst en van
Engelsche, Belgische en Nederlandsche spoor
wegen, om den winterdienst te regelen.
Men schrijft ons
Als het adres uit Maastricht over wijziging
der drankwet, vermeld in het nommer van
Donderdag, door den minister Tan binnenland-
sche zaken in gunstige overweging wordt ge
nomen of liever Z.E. aanleiding mocht geven de
gevraagde wijziging ter hand te nemen, dan
ware het gewenscht ook de bepaling omtrent
de vermindering van het vergunningsrecht met
25 pet voor het niet verkoopen tusschen Zaterdag
avond zes uren en Maandag morgen zes uren
in te trekken of te herzien. De ondervinding
toch leert dat de verlaging slechts wordt in
geroepen door enkele slijters van sterken drank,
die tevens winkel houden, zoodat de bedoeling,
waarmede de bepaling in 't leven is geroepen
om de herbergiers en kroeghouders, of laat het
zijn de drankverkoopers, in 't belang der maat
schappij te bewegen gedurende de verleidelijkste
periode geen sterken drank te verkoopen, groo-
tendeels wordt gemist.
De conscientieuzen onder die winkeliers-
sterkedranksljjters betalen het volle bedrag van
het vergunningsrecht, wel wetende dat des
Zaterdagsavonds zoowel na als voor zes uren
sterke drank ts koop wordt gevraagd door de
klanten, die zich in het winkelbezoek niet
laten beperken door het vaststellen van uren,
terwijl de minder nauwgezetten om verschil
lende redenen meenen te mogen verkoopen
zoolang hun winkel des Zaterdags openstaat.
Ware het opmaken van een statistiek der ver
boden afgeleverde liters op Zaterdagavond na
zes uren mogelijk, het papier, daarvoor gebruikt,
zou verrassende cjjfers vertoonen, zoowel als
eene aanteekening van den sterkendrankverkoop
door bierhouders zonder vergunning.
Bij kon. besluit zijn benoemd tot lid van het
bestuur der waterkeering van den Burgh- en
Westlandpolder I. van Zuijen en tot lid van
het bestuur van de waterkeering van het cala-
miteuse waterschap Nieuw Bommenede C. J.
H. Hoogenboom.
Ter vervanging van den telegrafist J. W.
Fransen, die naar Rozendaal gaat, wordt met
ingang van 15 September e. k. ten kantore te
Middelburg geplaatst de telegrafist 3e kl. G-
A. Brouwer van Amsterdam.
Nog is verplaatst van het postkantoor te
Amsterdam naar het spoorweg-postkantoor no 1
standplaats Amsterdam J. C. de Vulder van
Noorden, commies der posterjjen.
Blijkens een telegram van den gouverneur-
generaal van Nederlandsch-Indië van 21 Augus
tus 1889 wordt de gouvernements-koffieoogst op
Java voor dit jaar thans geraamd op 540,000
pikols.
Uit Aalten scbrjjft men aan de Zutph. Crt
het volgende, dat nader bevestigt wat wjj in
een onzer vorige nommers mededeelden
De beschermende rechten in Duitschland
geven thans een aardige winst aan vele Aal
tensche neringdoenden. Reeds meer dan acht
dagen komen eiken avond eenige honderden
naburen van over de grenzen, om hier een
vooraad spek, brood en meel op te doen.
Daar het brood hier niet veel meer kost dan
de helft van hetgeen er in het naburige Bo
cholt voor wordt betaald en spek hier on
geveer 3 groschen, 18 cent per half kilo
gram goedkooper is, kunnen de lui op die
wjjze eene goede daghuur verdienen. Een
zeker gewicht van elk artikel mag onbelast
door éen persoon worden vervoerd, o. a. van
spek 4 pond. Daarbij zijn het meest kinderen
die onder geleide van volwassenen voor dit
werk worden gebruikt. Om het den menschen
wat gemakkelijker te maken, hebben bakkers
en kooplieden kramen geplaatst dicht aan de
grenzen, waar Zaterdagavond, volgens globale
rekening, minstens 1500 man hunne inkoopen
kwamen doen, behalve nog een honderd man
twee,, drie, die de moeite deden den noodigen
voorraad uit het dorp te halen. Zoo'n drukte
zijn we hier in lang niet meer gewoon, zelfs
op kermis niet. Voorstanders van het protec-
tiestelsel hebben wel eens durven beweren,
dat de broodprijzen niet hooger zullen worden
door het invoeren van graanrechtenzoo
het nog noodig mocht zijn die meening te
weerleggen, dan kunnen bovengenoemde feiten
3 bewjjzen voor het tegendeel worden aan
gevoerd. Zonder reden deden onze naburen
niet de moeite, hunne eerste levensbehoeften
op deze wijze van over de grenzen te gaan
halen, doch het groote verschil in prjjs als
gevolg van hooge invoerrechten is oorzaak dat
hunne moeite nog ruim wordt beloond.
Te Utrecht is Woensdag, onder voorzitterschap
van mr W. J. van Weldren baron Rengers,
lid der Eerste kamer te Leeuwarden, de algemeene
vergadering van de Nederl. Vereeniging voor
gemeentebelangen gehouden. De vergadering was
niet druk bezocht; slechts 24 personen waren
tegenwoordig. Na verschillende mededeelingen
van den voorzitter, die ook aan het den leden
toegezonden verslag der vereeniging herinnerde,
kwam aan de orde de verkiezing van twee
bestuursleden, wegens periodieke aftreding van
de heeren mr W. J. van Weideren baron
Rengers en R. A. Verploegh Chassé, burge
meester van Vreeswjjk. Beiden werden her
kozen met 23 van de 24 uitgebrachte stemmen.
De herbenoemden namen het mandaat aan.
Nadat alsnu de rekening over 1888 goedgekeurd
en de begrooting (ƒ1.733.80 in ontv. en nitg.)
voor 1890 vastgesteld was, bracht de heer
Ebbinge, burgemeester van Kampen, het examen-
verslag uit. Daaruit bleek, dat 25 van de 42
candidaten voldaan hebbenhet gehalte was
echter minder dan in het vorige jaar.
De bespreking van het ontwerp-wet tot wij
ziging der wet op 't lager onderwijs (laatste
punt der agenda) achtte de voorzitter minder
gemotiveerd, wjjl dat ontwerp reeds den volgen
den dag in behandeling kwam. Die behande
ling was later verwacht, en daarom dit punt
op de agenda gebracht. Evenwel verklaarde
bij, dat 't hem aangenaam zou zijn, indien ter
vergadering nog belangrjjke besprekingen
mochten gehoord worden. Alleen de heer Bijbau,
van Coljjnsplaat, had eenige bedenkingen, die
hjj duidelijk uiteenzette onderwijzers en aantal
leerlingen, regeling schoolgeld, schoolverzuim,
enz., het ten slotte aanprjjzende, dat de exa
mens zjjn zooals ze nu geregeld zijn geworden
hiervoor kwam naar sprekerB meening den
minister de dank van iedereen toe.
Woensdag werd te Amsterdam de algemeene
vergadering gehouden van de vereeniging tot
bestrijding van knoeierijen in den boterhandel,
onder voorzitting van den heer Zijp, van Abbe-
kerk. In het jaarverslag werd met ingeno
menheid gewaagd van de aanneming der boterwet
die, zoo meent het bestuur zonder ijdelheid te
mogen zeggen, aan het optreden der vereeni
ging te danken is.
Er zijn 768 leden en 121 begunstigers. Het
saldo in kas bedraagt thans 310. Bjj eene
gedachtenwisseling over de middelen, die de
vereeniging kan aanwenden, om eene alge
meene toepassing van de wet tot voorkoming
van bedrog in den boterhandel te bevorderen,
stelde de voorzitter voor, om, behalve het ver
slag, ook bedoelde wet met de toelichting en
de aanteekeningen te doen drukken en aan de
leden toe te zenden. Hiertoe werd besloten,
waarna het bestuur een crediet van 400
werd toegestaan, om in overleg met de hoofden
van politie voor eene richtige uitvoering dei-
wet zorg te dragen, door overtredingen betref
fende den verkoop van kunst- voor natuurboter
te constateeren.
Ook een crediet van 200 werd aan het
bestuur toegestaan om het onderzoek van
monsters boter en van surrogaten van boter
te bevorderen.
Verder werd het bestuur gemachtigd, om aan
den minister van koloniën te verzoeken, in Indië
soortgelijke bepalingen als die der boterwet
van kracht te doen zijn.
Aan het slot der vergadering werd door den
heer Duynstee gevraagd, of het niet op den weg
der vereeniging zou liggen, er bjj de regeering
op aan te dringen dat op margarine en andere
vetten, die eene rol vervullen in de kunstboter-
njjverheid, een inkomend recht geheven worde.
Namens het bestuur antwoordde de heer Rinkes
Borger, dat de vereeniging nimmer zich op.
dezen protectionistischen weg zou begeven,
waarna ook de voorzitter en een paar leden
van hun alkeer van bescherming deden bljjken.
In antwoord aan den heer Duynstee, die beweerd
had, dat de vereeniging een protectionistisch
karakter draagt, werd nog te kennen gegeven,
dat de vereeniging uitsluitend op politiebe
scherming heeft aangedrongen en zal bljjven
aandringen.
De Standaard vindt een gereede aanleiding
om den vaccine-dwang weer eens op het tapjjt
te brengen in het internationaal congres van
tegenstanders der vaccine dat den 1 Sept. te
Parijs geopend wordt en in de eerlang te Lon
den te openen zittingen van een koninkljjke
staatscommissie, die, onder presidium van mr
Herschell, namens het gouvernement den stand
der vaccine-kwestie onderzoeken zal.
Beide gebeurtenissen acht de Standaard ook
voor ons land van beteekenis. Zjj zullen, hoopt
het blad, bjj ons kabinet het oogenblik ver
vroegen, waarop de koning gehoor zal geven
aan de zoo herhaalde klacht betreffende het
niet toelaten van ongevaccineerde kinderen
en onderwjjzers op de openbare en bjjzondere
scholen.
De christeljjk historische kiezerabond Marnix
heeft, zooals wjj reeds in 't kort meldden, inzake
het aanhangige ontwerp tot schoolwet-wjjziging
adressen gezonden aan den koning en de
Tweede kamer.
Daarin spreekt de bond allereerst zjjne dank
bare waardeering uit voor de erkenning, in de
memorie van toelichting dat »de ontwikkeling
en uitbreiding van het bijzonder onderwjja
natuurlijk verbljjdend is dat >de bekostiging
van een deel van het openbaar onderwjjs uit
de openbare kassen" leidt tot .eene onbilljjk-
heid tegenover het vrjje onderwjjsdat er
moet gestreefd worden naar .wegruiming zoo
veel mogeljjk, binnen de perken der grondwet,
van de belemmeringen, die tot nog toe der
ontwikkeling van het vrjje onderwijs in den
weg staan." Na zoo langen en zwaren druk
van de vrjje Bcholen, is het eene verkwikking,
dergelijke taal te mogen vernemen.
Ook de poging tot »veider voortgaan in de
richting van bezuiniging op het openbaar on
derwjjs" stemt den bond dankbaar.
Maar verder heeft de bond gewichtige be
zwaren, en wel voornamelijk tegen de hoofd
strekking van het ontwerp.
Dat art. 33 onveranderd blijft heeft den bond
pijnlijk aangedaanwant daardoor blijft de
openbare school den volke aangediend als een
opleidingsplaats tot alle christelijke en maat-
schappeljjke deugden.
Dat vindt de bond onverantwoordelijk.
Marnix acht het eisch van waarheid en recht
dat de openbare school zich in hare ware ge
daante vertoone, en dies niet langer het woord
♦christelijk" misbruike tot een dekkleed harer
godsdienstlooze naaktheid.
Tegen de subsidiëering van bjjzondere scholen,
waarmede het ontwerp een begin maakt, heeft
Marnix ook onoverkomelijke bezwaren.
Met het oog op het rijk. Omdat het rijk,
dusdoende, zjjne zorg èn zijne verantwoordelijk
heid, geestelijke zoowel als geldelijke, voor het
schoolonderwjjs hoe langer hoe meer uitbreidt,
in plaats van zich allengs terug te trekken,
en alzoo een beteren toestand voor te bereiden.
Het rijk zal daardoor zich zelf noodzaken
om van jaar tot jaar grootere sommen uit de
oeurzen der burgers te halen ten belange van
allerlei scholennu niet alleen meer voor
neutrale, maar ook voorongekend-Godloochende,
zoowel als voor waar/yp-christeljjke.
Nu reeds is de raming in het ontwerp
met meer dan honderd duizend gulden ver
hoogd. En het is wel te verwachten, dat
bjjzondere scholen van allerhande» aard en geest
spoedig om meerdere hulp zullen vrageno. a.
met heenwjjzing naar de zooveel grootere gelu-
sommen, die èn rjjk èn gemeente aan het