N°. 168. 132" Jaargang. 1889. Donderdag 18 Juli. In liet zomerhuisje. Middelburg 17 Juli, FEUILLETON. Deze courant verschijnt d a g e 1 y k s met uitzondering van Zon- en Feestdagen? Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco f 2.—1 Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 cent? Advertentïën20 cent per regel." Bi] abonnement lager.' Geboorte-, Trouw-, Dood-, en andere familieberichten met de daarop betrekking hebbende dankbetuigingenvan 17 regels 1.50 iedere regel meer/0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Novelle aan het Noordzeestrand. LETTEREN EN KUNST. ONDERWIJS. UIT STAD EN PROVINCIE. Oesler-visscherij en. MDDELBUGSQi COURANT. Thermometer. Middelburg 17 Juli. vm. 8 u. 60 gr. m. 12 u 60 gr. av. 4 tl 63 gr. F Verwacht verand. wind. Advertentïën Agenten te VlissingenP. G. de Vet Mestdagh Zoon, te GoesA. A. W. Bolland, te KruiningenF. v. d. Peijl, te ZierikzeeA. C. de Mooij en te TholenW. A. van Niextwenhijijzen. Verder worden door alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aangenomen, en nemen ook het algemeen advertentie- moeten des namiddags te een uur bureau van Nijgh Van Ditmab te Botterdam de Gebr. Belinfante, te 's Gravenhage, en het Algemeen advertentiebureau van A. de la Mar Azn, te Amsterdam, aan het bureau bezorgd zjjn, willen annonces aan. Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G.L. Daube Cie., John F. Jones, opvolger, j zjj des avonds nogworden opgenomen In het tweede opstel, waarop wij gisteren doelden, antwoordt de Arnh. Ct. op de vraag: wie eigenljjk van de graanrechten genot zou den hebben, het volgende Wie het voorstel-Bahlmann heeft ingezien, zal de bovenstaande een onnoozele vraag achten. Het is expresselijk vervaardigd om »in den kwjjnenden toestand van sommige takken van landbouw" te voorzien, zooals daarin uitdruk kelijk gezegd wordt, en met dien pluralus majestatis «sommige takken" wordt blijkbaar die éene tak, die op den graanbouw betrek king heeft, bedoeld. Het voorstel kan dan ook gezegd worden gedaan te zijn, om de wenschen te vervullen van die grondeigenaars en graan- bouwers in Limburg, die reeds een jaar of drie geleden deze wenschen, doch zonder goed ge volg, bij de Tweede kamer te berde hebben gebracht. De noodlijdende graanbouwer wordt echter volstrekt niet beter door het graanrecht, en dit laatste heeft uitsluitend de verdienste van den Nederlandschen staat zesdhalf millioen te leveren. Wjj weten wie de betaler van graanrecht en het slachtoffer van de verhooging der graan prijzen zal zjjn, en het is alleen de vraag, of de heilzame resultaten, die door den maat regel voor enkelen te behalen zjjn, evenredig zjjn aan de bezwaren, verbonden aan het kunst matig duurder maken van het brood. De groote graanbouw bestaat hier te lande slechts bjj uitzondering, vooral in het landsdeel, waar men het meest op graanrechten aandringtde sta tistiek leert dat die tak van landbouw bjjna uitsluitend gedreven wordt op eigen onderne mingen van hoogstens tien hektaren geheele uitgestrektheid. Alleen de eigen ondernemin gen kunnen hier in aanmerking komen, want waar gepacht wordt, regelt zich de pachtsom rechtstreeks naar den graanprjjs, zoodat voor. spoed of tegenspoed van den eigenlijken graan bouwer, wiens industrie men beschermen en uit haar verval verheffen wil, niet afhangen van dien prjjs, tenzij de landheer eene daaraan niet evenredige pachtsom wil afdwingen. Wie echter zoo handelt, bedriegt zich zelf, daar hij bij den afloop van zulk een bezwarend pacht- contract geen nieuwen pachter op dezelfde voorwaarden zal vinden. En in het belang van zulke kortzichtige landheeren zal men toch geen graanrechten willen invoerenindien de voorsteller dat had gewild, had hjj niet van «sommige takken van landbouw", maar van «sommige wjjzen van geldbelegging" gesproken, daar zjjn voorstel dan gegolden had niet de industrie van den landbouwer, maar de indus trie van den grondeigenaar, niet den graan- verbonwer, maar den kapitalist. Dus is de graanbouw de industrie van een groot getal kleine eigen-geërfden, wier onder neming zoo weinig uitgebreid is, dat de prjjs- verhooging van zijn product tengevolge van graanrechten nagenoeg geheel wordt ingeslokt Uit het Duitsck. Van ROSENTHAL—BONIN. Hield de regen aan dan kon men in dit luchtige zomerhuisje schuilen en later langs een anderen weg, eerst tusschen de duinen en verder langs tuinen en weilanden aan de achterzijde van het dorp komen. Op die wandeling trof men bjj twijfelachtig weer dan ook altjjd een groot deel der bad gasten aan, daar men aan die zjjde zeker was, als het erg werd, een schuilplaats te vinden. Mjjn weg had mjj ook reeds eenmaal naar dit zomerhuisje gevoerd. Het lag tameljjkver van de zee af, tegen een duin aan en bestond uit een houten vloer, die zich op zes houten palen ongeveer twee voet boven het zand verhief, zoodat bjj hoogen vloed de golven onder het huisje konden doorspoelen, zonder het lichte gebouwtje mede te sleepen. Aatl de achterzjjde was het met planken afgesloten en aan de zeezjjde half open. Dat Wil zeggenhet had een borstwering tot op een halve manshoogte, zoodat de zeelucht vrjjen toegang bad en men, als men er inzat, Bftt! vrjj uitzicht genoot, door de schade, welke de graanbouwer als ge woon consument door die prjjsverhooging lijdt. Teelt kjj alleen voor eigen verbruik, dan laat de marktprijs hem geheel onverschillig. Een boer, die bjjvoorbeeld een hectare tarwe teelt (die dus eene landbouwonderneming bezit van 5 HA. en daaruit, volgens de gewone bereke ning, eene normale opbrengst van 22 HL. per HA. trekt, zal ongeveer deze geheele opbrengst behoeven voor de consumptie van eigen gezin hem kan dus het redmiddel van den heer Bahlmann niet veel baten. Doch zoo wij als normaal aannemen het door de statistiek aan gegeven grenscijfer van 10 hektaren als uitge strektheid der hoeve, dan bepaalt zich het voordeel, dat de graanbouw op '/s gedeelte van den grond, dus voor 2 HA., trekken zal uit de verhooging der graanprjjzen, na aftrek van het voor eigen gebruik benoodigde van zjjn product, dat hem onverschillig laat, tot eene som van even 30, of drie gulden per bunder voor de gansche onderneming Is dit mager resultaat, waaraan de landbouwer toch wel niet zjjne verheffing uit kwjjning en verval zal te danken hebben, dan inderdaad evenredig aan het bedenkelijk bedrjjf van kunst matige verhooging van den broodprijs, van opzetteljjk opdrijven van de kosten van bestaan voor een gansch volk Men noemt het voorgesteld graanrecht matig, en uit het oogpunt van bescherming is het dat zeker; wij geven toe dat het zelfs gerust ge heel onvoldoende te noemen is om in den kwijnenden toestand van de graanproductie eenige verbetering te brengen. Maar waar het om de gevolgen lang niet matig zal ge acht en ondervonden worden, dat is bij de lagere volksklasse. Want, zooals wjj vroeger gezien hebben, bestaan die gevolgen in een üootügeia van gemiaaeia een guiuen per nootd der bevolking, en naarmate men verder afdaalt in de maatschappelijke standen, zal het wer kelijk cjjfer van bezwaar, wegens het toene mend broodgebruik, meer en meer boven dat middencjjfer stjjgen. De minister van marine verleent Vrjjdag geen audiëntie. Jhr. A. E. M. van Rjjckevorsel van Kessel, burgemeester der gemeente Schaijk, is benoemd tot burgemeester der gemeente Herpen, met bepaling dat deze betrekkingen gelijktijdig door hem zullen worden waargenomen. De luitenant ter zee der le klasse W. J. de Bruyne wordt met den len September a. s. eervol ontheven van de waarneming der be trekking van officier-instructeur bij het Kon. Instituut voor de marine te Willemsoord en op dien datum vervangen door den luitenant ter zee der 2e klasse W. J. Cohen Stuart. De officier van gezondheid der le klasse bjj de zeemacht C. J. P. Verhoeff en de officier van administratie der 2e klasse M. C. de Jong, behoorende tot de rol van Zr Ms instructie vaartuig Urania, worden met den 30en dezer op non-activiteit gesteld. De zijwanden waren insgelijks van hout en het dak bestond uit latten, waarover zeildoek gespannen was. Aan een der zjjkanten liep een trap van eenige treden, naar een deur die toegang tot het gebouwtje gaf. Het zomerhuisje bevatte een lange tafel en langs de zjj- en achterwanden liep een bank. In gedachte slenterde ik voort naar het Zuiderstrand. Het was guur en de wind, dien ik tegen had, was zeer sterk. Op zee wor stelde een haringvisscher met volle zeilen tegen de blauwgroene baren. Zware wolken hingen laag op het water en zweefden over het eiland. De zon brak meermalen door en wierp een schel licht op de glazige, woelige golven en de kale duinen, doch telkens ging zjj weer achter de zwarte wolken schuil. Het weer was niet opwekkend, doch de badkuur schreef loopen bjj elke weêrsgesteld' heid voor, en zoo zwoegde ik, evenals zoo menige badgast, dapper en plichtmatig voort. Eindelijk begon het ook te regenen, eerst zacht, daarna harder en weldra kregen wjj een zware bui met den wind mee. Gelukkig wenkte ons boven het zomerhuisje tegen j ik maakte een wending, verliet het harde strand en liep door het dikke zand naar dit toevluchtsoord. Het was er reeds tameljjk vol. Onder de aanwezigen zag ik enkele bekende gezichten, o. a. den kapitein der Augusta, die dicht bjj de deur tegen de borstwering geleund stond. Hjj zag mjj binnenkomen, wierp mjj een In de commissie tot herziening van den leiddraad der schermoefeningen voor de infan terie zjjn benoemd luit.-kolonel A. F. Lanzing, van het regiment grenadiers en jagers, kapitein J. E. H. Hanckar, van de normaalschool en kapitein jhr A. L. F. T. van der Wjjck, van het 7e regiment infanterie. Bjj de te 's Gravenhage gehouden examens der Ned. Toonkunstenaars-vereeniging is Dinsdag geslaagd van de vier candidatenmejuffrouw C. M. Boeters van Lennep, te Deventer, voor piano (lager onderwjjs). Na gehouden overgangs-examen zjjn aan de H. B. S. te Goes bevorderd: van de voorbereidings tot de eerste klasse J. Th. van Borrendamme, D. Sandee, C. A. Schrij ver en J. D. Fujjkschot van de eerste tot de tweede klasse P. Wal raven, C. C. Kayser, A. Markusse, L. van Del len, H. J. Stigter, G. A. Leverland, I. Emanuel, F. E. S. Knitel, H. Schneider, A. J. Sturm en J. C. Bom, benevens de leerling voor enkele vakkenL. Oranje, voorwaardeljjk W. F. J. Stieger, M. J. Vis en L. W. van Puffelen van de tweede tot de derde klasse G. v. d. Berge, P. J. Sprujjt, F. N. Pikaar, S. H. Vleu gels Schutter, G. Ph. Ittman, J. Ossenwaarde enW. J. vanHamme; voorwaardeljjk, C. Risseeuw; van de derde tot de vierde klasse J. M. Goed- bloed, C. van Oosten, M. D. Dekker en A. Njjsten, voorwaardeljjk J. H. Ochtman en J. C. Pilaar van de vierde tot de vjjfde klasse, voor- 33. Oivyoucuuu, o. xx. \N. AG till HUIL en G. Th. C. Callenfels. De leerlingen voor enkele vakken L. P. Holthujjzen en A. Ridder. Te Arnhem is voor hoofdonderwjjzeres geslaagd mejuffrouw A. Krafft te Middelburg, en te Breda verwierf de heer P. J. van Aartsen van Waterlandkerkje de hoofdakte. Te Utrecht is geslaagdbjj het aanvul- lings-examen dier- en delfstof kunde, de heer J. W. L. te Nobel. De commissie tot het afnemen van exa mens ter verkrijging van een diploma als stuurman aan boord van koopvaardjjschepen te Rotterdam heeft 15 candidaten geëxami neerd. Zjjn geslaagd voor de groote stoomvaart: als eerste stuurman J. A. Cuypers, als tweede stuurman J. C. Metus voor de groote zeilvaart als eerste stuurman B. de Boer, als tweede stuurman J. Bel, F. Karst, E. Teusma als derde stuurman, H. Potjewjjd en D. Lohman, welke laatste ook met gunstig gevolg het aanvullings examen stoomvaart aflegde. Het diploma als stuurman voor de kleine zeilvaart werd uit gereikt aan Th. de Boer. Dinsdag avond vereenigde zich in de Hoogstraat alhier voor het gebouw, waar het Leger des Heils zjjne bjjeenkomsten houdt, weder vorschenden blik toe, doch lette verder niet op mij. Het weer werd hoe langer hoe slechter, de vloed kwam op; de wind groeide aan tot storm en schudde het wrakke houten ge bouwtje; de hemel werd duisterder, de regen nam toe. Er kwamen voortdurend meer vluch telingen aan, zoodat het huisje geheel vol werd. Een menigte jongelieden gingen op de lange tafel zitten, want een rij oudere dames had de banken in beslag genomen; de overigen stonden. Men wachtte geduldig en menigeen luisterde bezorgd naar de steeds heviger wordende windvlagen, die het houten huisje dreigden omver te werpen en het linnen dak deden kraken. Eensklaps werd de deur driftig geopend en mjjn vriend de consul trad met een paar vrienden en zjjn dochter binnen, allen druipnat en bljjkbaar in geen rozenkleurige stemming. Zjj zagen mjj, groetten vrjj stjjf en ontdekten toen den kapitein. De heer Walter fronste de wenkbrauwen en bracht op zeer in het oogloopende wjjze zjjn dochter naar het andere einde van het gebouwtje. Het was bjjna grappig om ïe zien hoe de goede man zjjn best deed om een ondoordringbaren muur te vormen tusschen de oogen zjjner dochter en die van den kapitein. Yele der aanwezigen merkten het en ik zag dat zjj elkaar aanstietten, knipoogjes garen es een vrjj groote menigte, die in den beginne zich bepaalde tot het aanheffen van een hoera, wanneer enkelen het gebouw verlieten, maar weldra baldadigheid pleegde door met steentjes tegen de ruiten van dat gebouw te werpen en dientengevolge eenige glazen te breken. Toen de Heilsoldaten te ongeveer tien uren het huis verlieten om per tram naar Vlissin gen te vertrekken, werden zjj door een joelende en tierende menigte achtervolgd. Door de zorg van de politie vonden zij in het stadhuis eene schuilplaats tot de tram vertrok toen werd de orde niet meer verstoord. Enkelen, die aan de kwajongensachtige mani festatie deelnamen, zjjn door de politie verba- liseerd. Met den sneltrein uit Duitschland kwam heden ochtend te twaalf uren te Vlissingen aan Sir Eduard Mallet, Engelsch gezant te Berljjn, met zjjne echtgenoote en zjjne zuster Lady Ella Rüssell. Met de aansluitende dag boot Nederland der maatschappjj Zeeland ver trokken zjj naar Londen. Uit Vlissingen schrijft men ons »'t Is me het kermisje welwas de uitroep van een man, die met vrouw en kinderen de kermis bezocht had. En waarljjk de man had geljjk, de kermis beteekent niet veel. Zoo er eene plaats is waar het bekende «de kermis sterft haar eigen dood" bewaarheid wordt, dan is het Vlissingen. Natuurljjk zjjn de onmisbare draaimolens en poffertjeskramen weêr present. In eene tot schieten ingerichte tent kan men zjjn lusten in dat edele vermaak bot vieren, terwjjl zjj, die van een «zoeten" of «zuren" mond houden, gelegenheid vinden tot bevrediging daarvan in de niet talrjjk aanwezig zijnde koek- en zuurkramen. In KOLLitJUUAZiCiA zaïigoiiuo eij mu£itjimi<ti£eiiae gezelschappen treft men nog weinig aan het gezelschap «Bakker" geeft in het lokaal van den heer Kujjpers een paar voorstellingen, die nog al in den smaak van het kermishoudend publiek schjjnen te vallen. Maandag namiddag is met hoogwater op de Molenplaat omhoog gevaren het Neder- landsch aakschip Francina, schipper J. Wfêber, beladen metjjzererts van Gent naar Ruhrort. Na een gedeelte der lading in een lichter te hebben overgeladen en overboord geworpen is het heden morgen vlot geraakt en op de West- havendam-slikken gesleept. De inventaris is grootendeels te Hansweert opgeborgen, terwjjl het schip veel schade heeft geleden. (Vervolg.) Met betrekking tot het zoutgehalte merkt de commissie het volgende op Uit gesprekken met verschillende kweekers is ons gebleken dat men het slechte gedjjen der oesters naast lage temperatuur toeschrijft aan vermeerderd zoutgehalte van het Schelde- water, tengevolge waarvan de oesters wateri ger zouden geworden zjjnmen besluit daartoe uit analogie met hetgeen men waarneemt bjj iets toefluisterden, hetgeen den consul zeker zeer onaangenaam was. Het werd hoe langer hoe voller, de wind nam toe in kracht en rukte plotseling met een knal als een geweerschot, een gedeelte van het dak weg. Iedereen week, om zich tegen den regen te beschutten, naar een kant, en nu kwam er nog een zwaarder slag. De houten vloer helde naar de deur over en zakte voor de helft in. Er ontstond een vreeseljjk gekerm en gegil. De jonge heeren die op de tafel zaten gleden op den schoot der oude dames, vele anderen struikelden en gleden naar de deur onder hen bevond zich ook juffrouw Marga- retha, en die viel juist tegen den kapitein aan deze had in den eersten schrik de armen uit gespreid, misschien wel om zjjn evenwicht te bewaren, en het meisje viel juist in die armen, met haar mond op zjjn mond. Hjj sloeg de armen om haar heen en kuste de lippen, die op de zjjnen terecht kwamen en Margaretha beantwoordde onder snikken die kussen, Toen de vloer, op het zand terechtkomende, niet verder zakken kon, en het wankelende huisje niet instortte, ontstond een pjjnljjke stilte, alleen afgebroken door het snikken der consulsdochter en de hartstochteljjke kussen van den kapitein. Ik keek naar den Gonsuldie had zjjn even wicht verloren en lag op de knieën, bleek en strak naar zjjne dochter, in de ar-wen van den diepzee oesters, wier geringere kwaliteit aan het hoogere zoutgehalte van het zeewater toe geschreven wordt. Ofschoon het veelvuldig voorkomen van wa terachtige oesters op de Schelde een feit is, dat niet ontkend kan worden, meenen wjj te mogen beweren, dat zulks niet het gevolg is van een verhoogd zoutgehalte van het Schelde- water, omdat sinds het jaar 1880, waarin wjj onze waarnemingen begonnen, de stand van den Areometer zich steeds bljjft bewegen tus schen 1022 en 1025, zonder dat eenige in het oog vallende afwjjking plaats heeft. Opmerkeljjk bljjft het dat te Bruinisse, waar het water tengevolge van het door de rivieren aangevoerde zoetwater minder zout en rjjker aan voedende bestanddeelen is, de oesters veel vetter werden. Regenval. Een andere geliefkoosde be wering is, dat veel regen een gunstigen invloed uitoefent op de ontwikkeling van de oesters en veelvuldig kan men hooren, dat de magere oesters voorkomen tengevolge van de droge jaren, die wjj achter den rug hebben. Aan de hand van geregelde waarnemingen valt het niet moeielijk ook die bewering te ontzenuwen. Regenval te Wemeldinge in milimeters. 1884 1885 1886 1887 1888 April 19.2 29.9 15.8 22.9 Mei 51.2 85.8 110.3 28.2 6.6 Juni 14.0 57.3 55.6 19.0 91.7 Juli 102.0 57.8 6.5 156.2 Augustus 49.2 47.0 29.9 53.6 65.1 September 38.0 69.8 14.8 49.4 28.3 October 84.2 157.0 51.4 77.8 95.9 November 49.1 60.3 47.5 45.9 40.5 406.9 507.1 383,1 303.3 484.3 totaal der maanuen öëpt./iNov. 171.3 287.1 113.7 173.1 164.7 Uit bovenstaande waarnemingen bljjkt dat de jaren 1884 en 1886, bekend als goede jarm, volstrekt niet uitblinken door hun regenval en dat zelfs de regenval van het ongeluks jaar 1888 dien van alle voorgaande jaren over treft. Ook wanneer men het totaal der maanden Sept./Nov. in aanmerking neemt, als zjjnde van het meeste gewicht voor de ontwikkeling het vet worden van de oester, en die totalen onderling vergeljjkt, is het onmogelijk eene conclusie te trekken, waardoor de bewering gerechtvaardigd wordt, dat schaarschte van regen en dientengevolge verminderde afvoer van polderwater naar de Schelde, als oorzaak van het slechte gedjjen der oesters moet be schouwd worden. De jaren 1885 en 1888 toch zjjn beide als ongunstig bekend en wjjzen juist aan een grooter regenval dan de jaren 1884 en 1887, die als gunstig bekend staan voor den groei der oesters van iederen leeftjjd Wil men evenwel tot eene gevolgtrekking komen, dan zouden bovenstaande cjjfers ons juist voeren tot een standpunt, dat ljjnrecht staat tegenover de boven aangehaalde bewe ringen en zoude men aanleiding vinden tot de opmerking, dat natte jaren en daarmede gepaard gaande gedekte luchten niet bevor derlik zjjn voor de ontwikkeling der oesters. kapitein, starende. Het publiek had bet zonderlinge tafereel natuurljjk ook opgemerkt. Eenige jongelieden waren, zoodra het verdachte gekraak begon, over de borstwering gesprongen, maar in het tentje bevonden zich nog genoeg menschen die, nadat zjj den eersten schrik te boven waren, zwegen en nieuwsgierig afwachtten wat er nu zou gebeuren. Het heele voorval had met alles wat ik hief beschreven heb, niet langer dan éen minuut geduurd, maar het was zóo verrassend en da toestand, die er zich uit ontwikkelde, zoo be- langrjjk dat alle aanwezigen er een goed ge speeld bedrjjf van een treurspel in zagen. De consul stond op, zag om zich heen, klom over de rechtopstaande verbrjjzelde planken naar zjjn dochter toe, nam haar bjj den arm en voerde haar als een slaapwandelaarster naar buiten in den thans minder wordenden regen. De kapitein volgde langzaam, evenals ik en de andere kennissen van den consul. «Mjjnheer de consul", begon de kapitein ernstig en bescheiden, «deze ontmoeting was geen afspraak, maar louter toeval." «Dat weet ik", antwoordde de heer Walter en zag den gezagvoerder strak aan, »gjj hebt u dit toeval zeer goed ten nutte gemaakt." «De hartstocht overmeesterde mjj. Wat zoudt ga gedaan hebben, mjjnheer Walter^ wanneer u het meisje, dat gjj innig en trouw bemint zoo onverhoeds in de armen en op den mond gevallen ware troeg de kapitein,

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1889 | | pagina 1