4
ZITTING VAN DINSDAG 2 JULI 1889.
d koninklijk besluit van 6 Januari 1889 tot ver
daging der beslissing op het besluit der staten tot
vaststelling van een reglement op de tramwegen
e koninklijk besluit van 19 Januari 1889 tot goed
keuring van bovengenoemd besluit
koninklijk besluit, houdende goedkeuring der
beslniten tot calamiteus-verklaring van den Thomaes-
polder en tot vaststelling van een bijzonder reglement
voor het bestuur en beheer der waterkeering van de
calamiteuse Hoofdplaat- en Thomaespolders.
Deze stukken worden voor kennisgeving aangenomen.
g brief van den minister van binnenlandsche zaken,
bevattende de mededeeling van de definitief vastge
stelde kosten van het provinciaal bestuur, voor zoo
veel het rijksbestuur is, voor 1889.
Deze brief wordt op de griffie nedergelegd ter
iDzage voor de leden.
h het verslag der Maatschappij tot exploitatie van
staatsspoorwegen over 1888.
Ook dit wordt op de griifie ter visie voor de leden
gelegd.
De voorzitter legt over het uitvoerig en berede
neerd verslag van den toestand der provincie over
1888 en deelt mede dat dit is gedrukt en aan de
leden wordt verzonden.
Deze mededeeling wordt voor kennisgeving aange
nomen.
Namens gedeputeerde staten doet de voorzitter
de volgende mededeelingen.
omtrent den post, van ƒ500, voorkomende onder
Hoofdstuk IX der uitgaven op de provinciale huis
houdelijke begrootingen voor 1888 en 1889, ter be
strijding van behoeften welke hare omschrijving niet
vinden in de artikelen dier begrootingenhieruit is
beschikt over een bedrag van 10.36tot betaling
van een derde der kosten van beteekening van raads
besluiten tot schrapping van personen van kiezerslijsten.
Over gelijke som, voorkomendein de begrooting voor
1889, is niet beschikt.
b dat sedert de vorige vergadering geene onder-
handsehe aanbestedingen hebben plaats gehad.
Daarna legt de voorzitter over de volgende
voorstellen van gedeputeerde staten
a betreffende het aangaan van eene overeenkomst
met hoofdcommissarissen der vennootschap „de Mid-
delburgsche Courant" lot het opmaken en uitgeven
van een verslag vaD hetgeen is voorgevallen en
behandeld in de gewone en buitengewone vergaderin
gen der provinciale staten van Zeeland;
b betreffende het geven van eene toelage aan de
inrichting voor minderjarige idioten te 's Gravenhage;
c. tot wijziging van het reglement op het beheer
der uitwatering van de polders Heer Jansz c. a.
d. tot bepaling van den afstand der afpaling van
een eendenkooi in de gemeente Vrouwepolder;
e. betreffende het adres van het Nederlandsch
landbouw-comité om deelneming in de waarborgstel
ling voor de inzending van vee naar eene teBuenos-
Ayres te houden tentoonstelling;
f. tot het verleenen van een renteloos voorschot
voor den bouw eener nieuwe sluis aan het einde der
haven van Goes.
Al deze voorstellen worden naar de afdeelingen
verzonden.
Nog legt de voorzitter over een voorstel van
Gedeputeerde staten nopens het adres van C. de Vos
als voorzitter van het comité ter bevordering van den
aanleg van een tramweg van Schoondijke naar de
Belgische grens, om de toegekende bijdrage gedu
rende 10 jaren uit de provinciale fondsen ad 3000
'sjaars, te vervangen door eene bijdrage ad f 3000,
gedurende 20 jaren.
De voorzitter deelt mede dat, in verband met
dit adres, nog ingekomen is een adres van verschil
lende gemeenten en polderbesturen en noodigt den
griffier uit daarvan voorlezing te doen.
Het eerstbedoeld adres luidt:
„Geeft eerbiedig te kennen Christiaan de Vos burge
meester van IJzendijke, voorzitter van het comité ter
bevordering van den aanleg van een tramweg van
Schoondijke naar de Belgische grens.
Dat tengevolge van het aanbod door den heer Ger
ritsen, gedelegeerd-commissaris van de stroomtram-
maatschappij Breskens-Maldeghem, aan de regeering
gedaan, om den tramweg Schoondijke-Belgische grens,
zonder rijkssubsidie, doch met behoud van alle door
het comité van de provincie, de gemeenten en de pol
ders verkregen subsidiën aan te leggen, alle hoop voor
het comité op het verkrijgen van een rijksondersteu
ning verijdeld is geworden.
Dat het comité te vergeefs getracht heeft, de
regeering, zelfs onder aanbieding van officieele beschei
den, te bewijzen, dat het haar gedaan aanbod berust
op misleiding en geen ander doel heeft, dan de tot
standkoming van den onderwerpelijken tramweg voor
altijd te belettenimmers, dat die aanbieding wel
namens, maar zonder machtiging van de maatschappij
Breskens-Maldeghem is gedaan en dat, alware het ook,
dat die maatschappij alsDog ter elfder nre de hande
lingen van haar gedelegeerd commissaris moest willen
onderschrijven, daardoor nog geenerlei waarborg voor
het totstandkomen der onderwerpelijke tramlijn zou
verkregen worden omdat aan de voorwaarde, waaronder
het aanbod is gedaan, naar het oordeel van ieder die
met den loop der stemmingen in polder en gemeen
teraadsvergaderingen bekend is, onmogelijk voldaan
kan worden, weshalve de aanbieder reeds vooruit weet,
dat hij zich eigenlijk tot niets verbindt, de openbare
macht misleidt en langs dien weg zijn doel „het doen
onderblijven van den tramweg" bereikt.
Dat het comité, niettegenstaande deze hoogst afkeu
renswaardige en deloyale tegenwerking, besloten heeft,
vooralsnog geen moed te verliezen en tot in het
uiterste te blijven volharden in het zoeken naar mid
delen om zijn doel „het redden van het Oostelijk deel
van het 4de district van Zeeland uit zijn staat van
isolement" te bereiken.
Redenen waarom het uwe vergadering eerbiediglijk
is verzoekende, hare in 1888 verleende tienjarige bij
drage in een twintigjarige bijdrage van drie duizend
gulden 'sjaars te veranderen."
Het laatstbedoeld adres is van den volgenden inhoud
„Geven eerbiedig te kennen
de gemeenteraden van IJzendijke, Biervliet, Water
landkerkje, Schoondijke en Hoofdplaat; de polderbe
sturen Prins Willem, Oranje (IJzendijke), Maurits,
Kleine Jonkvrouw (benoorden), Retranchement, Groots
Jonkvrouw (benoorden), Nieuwen Passageule, Clara,
Groot- en Klein Zuiddiepe; Groote Jonkvrouw (be
zuiden), Oranje (Biervliet), Amelia, Sint Pieters,
Helena, Hoofdplaat, Zacharias le deel; Wilhelmina,
Zacharias 2e deel, Gouden, Eiland en Brandkreek en
Nieuwer Haven.
Dat door hunne gemeenteraden en algemeene ver
gaderingen van ingelanden met belangstelling is kennis
genomen van de pogingen, die door het comité ter
bevordering van den aanleg van een stoomtramweg van
Schoondijke over IJzendijke naar de Belgische grens,
richting Eecloo, worden aangewend tot bereiking van
zijn doel
dat zjj het tot stand komen van dien tramweg, als
eene levenskwestie voor het nog steeds geïsoleerd ge-