„DE TENTEN VAN SEM.
5B FEUILLETON-
Verspreide Berichten.
GRANT ALLEN
LETTEREN EN KUNST.
ONDERWIJS.
KERKNIEUWS.
RECHTSZAKEN.
UIT STAD EN PROVINCIE.
VER&OOPINGEN ENZ.
Burgerlijke stand.
weg en de Boulevards. Eene onafzienbare rjj
burgerwachten en haie met muziekkorpsen, was
opgesteld. Yerder infanterie, cavalerie en ar
tillerie.
Hofrijtuigen met personeel in groot livrei
wachtten aan het station. Yerder was een
cavalcade van groot-officieren, schitterend door
goud en kleuren, en een eerewacht te paard
aanwezig om den shah op te wachten.
In de stad woei hier en daar de Perzische
vlag.
Bij aankomst van den shah werden salut-
scboten gelost. Z. M. was gekleed in militair
costuum met groote muts met het bekende
diamanten tooisel, en werd vrij hartelijk toe
gejuicht, terwijl de muziek het Perzisch volks
lied speelde.
De shah groette de hem toejuichende menigte
vriendelijk met de handen.
's Avonds leverde het fraaie paleis, dat schit
terend met gas geïllumineerd was, eenprachtigen
aanblik. Ook op sommige andere plaatsen in
de stad, o. a. door den Perzischen consul en
voor enkele cafés werd ter eere van den Oos-
terschen vorst eene gasverlichting ontstoken.
Op de groote markt werd de grootsche fon
tein, die in werking was, nu en dan electrisch
verlicht.
De raout ten raadhuize werd door tal van
genoodigden bezocht.
Zondag ochtend had, na afloop der H. Mis,
de groote jaarlijksche processie plaats, waarvoor
tal van vreemdelingen naar Antwerpen waren
gekomen en die de meeste inwoners ook op
de been bracht. De volksmenigte was ontel
baar, niet het minst vóór het paleis op de
Place de Meir, waar de shah logeerde en in
de nabijheid waarvan het altaar was opgericht,
waar de benedictie werd gegeven.
De stoet schitterde van goud, edelgesteenten
en kleuren en door verschillende muziekkorp
sen werden opgewekte marschen gespeeld.
De shah, staande op het balkon, omgeven
door Belgische grootwaardigheidsbekleeders
en zijn eigen ministers, nam met bljjkbare
belangstelling alles in oogenschouw. De
binocle was steeds in zijne hand en bijna aan
houdend in gebruik.
's Middags maakte de shah een rijtoer door
de stad en bezocht hij het zomerfeest van de
maatschappij van hetzuiden voor het roode kruis.
De vorst bljjft nog tot Dinsdag in Antwer
pen, van waar uit hij heden, Maandag, een
bezoek brengt aan koning Leopold te Laeken.
Dinsdag zal hij te Antwerpen de openbare
gebouwen bezichtigen en deelnemen aan een
cortege naval, te zijner eer ingericht.
Wie menschen in een zacht slaapje wakker
wil maken, moet zich op een vrjj norsch be
scheid voorbereid houden. Dat weet ieder. Ook
schijnt dat wel eens voor te komen met men
schen jegens wie 't eenvoudig oneerbiedig zou
wezen aan slapen te denken.
De Limnoria-commissie bestaat uit zulke
menschen.
Te vergeefs zal men de Limnoria-commissie
in het adresboek zoeken. Ook vindt men haar
niet op haar meer algemeen begrijpelijken naam
van »Paalworm"-commissie, waaronder men te
verstaan heeft eene commissie uit de Konink
lijke Academie van Wetenschappen, belast met
het onderzoek naar hetgeen te doen zou zjjn
tegen den paalworm, het kleine, maar wakkere
dier, dat zonder ophouden gaten boort in de
palen onzer zeeweringen.
De minister van waterstaat dan vroeg eenigen
tijd geleden op de beleefdste manier, met den
hoed in de hand, hoe 't toch stond met dat
onderzoek. Daarop kwam, »mit ein Bischen
anderen Worten," het antwoord, dat er nog
niets van te zeggen viel, dat men de commissie
toch niet moest haasten en dat 't nog wel
jaren duren kon.
Nog wel jaren! Toch is 't al wel reeds meer
dan vijf-en-twintig jaren geleden, dat de Spec
tator de geestige prent bevatte, waarin eene
Paalwormcommissie voorgesteld werd, bij haar
onderzoek omstrengeld door paalwormen en
met de aardige dubbelzinnigheid tot onderschrift:
»De paalworm kent geen palen."
De paalworm wel, maar ons geduld
(N. v. d, D.)
De Haagsche correspondent van de Zaanl.
Cour. meldt thans in zake de besproken voor
dracht van den heer Godin de Beaufort voor
het hoogheemraadschap van den Lekdjjk, dat
de minister, hoewel voorgedragen, gepasseerd
wilde zijn.
Uil het Engelsch
VAU
HOOFDSTUK XLIII.
(Jered.
Meriem, wat beteekent dit alles?", vroeg
Eustace weer. »Hoe hebt gij Yernon
zoo spoedig vergeten
Zij sloeg hare armen om zijn hals en zei
Vernon Wie spreekt er van Yernon
Ik weet niet, hoe ik altijd zooveel aan dien
man gedacht heb. Toen ik dien morgen stond
te kijken hoe gij over die brug zoudt komen
en dat akelige, wreede, dreunende ding den
heuvel afkwam om u te verpletteren, sohoot
het als een bliksemstraal door mijn ziel hoe
dwaas en hoe slecht ik geweest was, en
ik zei tot mijzelvenwat heb ik gedaan
Heb ik het leven van Eustace op het spel
gezet voor een man als Yernon? En hij is
tienduizendmaal beter en hp bemint mjj, zoo
als Yernon mjj nooit kan beminnen. En ik
bemin hem ook, ofschoon ik het nooit geweten
Het verslag van de afdeelingen der Tweede
kamer over het wetsontwerp tot wijziging der
wet op het lager onderwijs is jl. Donderdag
vastgesteld en aan de regeering gezonden.
Het bezoek van den shah aan Europa
geeft aan menig blad en tijdschrift stof. Zoo
brengt Eigen Haard van deze week zijn portret
met een korte levensbeschrijving.
Uilenspiegel neemt zijn komst te baat om een
loopje te nemen met de zucht naar ridder
orden van onzen minister van buitenlandsche
zaken.
De IFïribladen elders vergeten den Perzischen
heerscher evenmin.
Yolgens de Berlijnsche Ulk zorgde de stede-
ma,agd van Duitschland's hoofdstad dat hij geen
gebrek aan zakdoeken zou hebben. De Weener
Kikeriki laat harerzijds een drietal welbekende
insecten bij hem op audiëntie gaan. »Groote
beheerscher van het Perzische rijk zuchtten
zij verbiedt toch den uitvoer van de plan
ten uit Perzië, die voor ons doodelijk zijn, want
ons geslacht lijdt daardoor ondragelijke ellende."
Punch laat den Perzischen vorst een wande
ling maken, gearmd met den Britschen Leeuw
en den Russischen Beer. »Was ik maar liever
thuis gebleven," zucht de shah zachtjes.
De heer Hallam Tennyson schreef in de
Times een ingezonden stuk waarin hij, uit
naam van zijn vader, lord Tennyson, zijne ver
ontwaardiging te kennen geeft over het ver-
koopen van diens handschriften. Dit heeft
plaats gehad zonder voorkennis van den be
roemden dichterer bevinden zich gedichten
onder, die deze nooit voor openbaarmaking
bestemd heeft, en er komen correctiën op de
stukken voor van eene andere hand dan die
van lord Tennyson.
Benoemd tot onderwijzeres in de hand
werken voor meisjes te Nisse mej. P. A. Kou
semaker aldaar.
Aan het Erasmiaansch gymnasium te
Rotterdam verwierf getuigschrift A de leerling
J. de Witt Hamer.
Aan de universiteit te Groningen is geslaagd
bij het tweede natuurkundig examen de heer
C. E. Plugge.
Aan 's rijks veeartsenijschool zijn o. a. tot het
2e studiejaar toegelaten de hh. L. Bogaert van
Driewegen en C. T. G. H. de Wilde van Dreischor.
De heer P. S. Meerburg, pred. te Kethel,
heeft voor het beroep naar Oost- en West-Sou
burg bedankt.
Do heer W. B. H. van Linschoten ontving
toezegging van beroepen naar Giessen-Oudekerk
en Babyloniënbroek.
Ter aanvulling van het kort bericht in ons
vorig nommer omtrent de uitspraak van het
hof te 's Gravenhage in zake G., inwoner van
Middelburg, vermelden wij dat het vonnis van
den kantonrechter,waarbij G veroordeeld werd
ter zake van het, in strijd met het politie-
reglement, hebben van een privaat, staande
op een eigen afvoerkanaal, waardoor faecaliën,
hemel- en spoelwater in een open gemeente
water werden afgevoerd wegens een gebrek in
den vorm vernietigd werd en beklaagde wegens
het ten laste gelegde en bewezen geachte feit
tot 1 boete veroordeeld.
Gisteren werd de tentoonstelling alhier
weder zeer druk bezochtniet minder dan
2064 betalende personen brachten er een deel
van den dag door.
Het muziekgezelschap Eendracht maakt macht,
onder leiding van zijn bekenden directeur, den
heer H. C. Baarens, kweet zich, zooals ge
woonlijk, op verdienstelijke wijze van de zoo
bereidwillig op zich genomen taak. Een woord
van dank en hulde, dat fanfaren-corps gebracht
door den heer G. N. de Stoppelaar, vond alge
meen instemmingde hartelijke toejuichingen,
heb. In het binnenste van mjjn hart bemin
ik hem. Ik zou mijn leven willen geven om
mijn Eustace te redden en eer dat het leelijke
ding bjj mij was en mij omverwierp,"herin
nerde ik mij alles het schoot als een blik
semstraal, als vuur door mijn hoofd, hoe goed
gij voor mij geweest waart en hoe bezorgd, en
hoe gij uzelven vergeten hadt en ik zei tot
mijzelvenals ik zijn leven van daag kan red
den, zal ik hem van avond nog zeggen dat ik
zijn vrouw wil worden en nu heb ik het
u gezegd Eustace, want ik bemin u," en zij
viel weer met haar hoofd op zijn schouder."
»En toen vroeg hjj opgetogen van ge
luk, doch zich krachtig bedwingende.
»En toen kwam het groote ding, blazende
en snuivende aanrollen en ik weet niets meer,
dan dat ik nog altijd hoopte dat ik het in tjjds
gestuit had om u te redden."
Zijne oogen waren te beneveld om haar te
zien, maar hij bracht haar gelaat bij zijne
lippen en kuste haar herhaaldelijk met vuur
op hare fraaien mond. Voor dat oogenblik
zou hp duizenden bruggen gepasseerd hebben.
Zjjn hart was vol. Zjjn dierbaarste wensch
was vervuld. Zjj was de zijne en hij was de hare.
»En dat maar een Kabylisch meisje
zeiden de onthutste zusters, die zeer ontsticht
om een hoekje van de deur keken.
die daarop volgden, gaven voor het gezelschap,
aanleiding nog een marsch tot slot te spelen.
Den ganschen dag heerschte verder in de stad
vrij wat levendigheid doordien vele bezoekers
uit de nabuurschap en den vreemde zich langs
de straten en pleinen bewogen.
De gemeenteraad van Middelburg houdt op
Woensdag a., des namiddags te twee uren, eene
vergadering ter behandeling der onderstaande
zakeningekomen stukkenadres van mej.
R. J. Siebols om eervol ontslag uit hare be
trekking van onderwijzeres in de handwerken
aan school B, met voorstel van burg. en weth.
adres van A. Cense, gewezen onderwijzer op
wachtgeld, om eervol ontslag met voorstel van
burg. en wethidem van de kerkeraden der
Ned. Gcref. gemeente en der Geref. gemeente
betreffende afschaffing der kermis met voorstel
van B. en W.; af- en overschrjjving begrooting
Godshuizen 1888 en rekening burgerlijk arm
bestuur 1888.
Verder komen ter tafel voorstellen van B.
en W. tot verlenging van huur van gronden
aan den Schoorsteenvegerssingel ten behoeve
van J. A. van Rentergem»en J. van den Hoek
idem aan den Looierssingel ten behoeve van
J. A. Pieters,voorstel van burg. en weth.
om aan de Israël, schoolcommissie opnieuw
het gebouwtje in de Heerenstraat ten ge-
bruike af te staan.
Nog komen in behandeling een staat van
oninbare posten hondenbelasting 1886het
kohier der hondenbelasting 1889een aange
houden adres van dr J. C. Bolle c. s. om 1200
centiaren grond tusschen de nieuwe poort en
de Goesche korenmarkt te mogen koopen en
het eveneens aangehouden adres van A. B. de
Roos om hem 14 centiaren grond aldaar
gelegen, in koop aftestaaneen adres van de
vereeniging Excelsior om subsidie, met advies
van burg. en weth.
Eindelijk is nog aan de orde een voorstel
van burg. en weth. om aan J. Boudewijnse
vergunning te verleenen tot aanleg van een
waterloop van zijn fabriek wjjk Q no. 300
naar de grachteen dito^yan burg. en weth.
tot verhuring van het steenen machine-gebouw,
vroeger in gebruik bij de Commercie Compagnie,
aan A. Caljouween dito van burg. en weth.
tot aankoop van een strookje grond, vroeger
sprink, deel uitmakende van het z. g, handels
terrein langs het kanaal door Walcheren.
Ten slotte heeft de benoeming plaats van
een hoofd der gemeente-bewaarschool en van
een stembureau voor de verkiezing van leden
van den gemeenteraad.
In den nacht van Zaterdag op Zondag is
in de groote schutsluis te Veere een man van
een baggermachine, die op weg was van Slie-
drecht naar Vlissingen, verdronken. De machine
was des avonds door de slui3 geschut en daar
blijven liggen tot den volgenden morgen.
Vier der opvarenden waren des avonds nog
in Veere gaan passagieren, en des nachts(
omstreeks half twee uur terugkeerende, over
de groote schutsluis gegaan. De verdronkene
schjjnt zich toen te na op den steilen kant te
hebben gewaagd en daaraf te zijn gevallen.
Hij verdronk, zonder dat, naar men zegt, door
de overige kameraden een poging tot redding
is aangewend. Tien minuten later is het lijk
opgevischt. De verongelukte was 29 jaar oud,
woonde te Sliedrecht en laat een weduwe met
vier kinderen na. Het lijk is Zondag per
sleepboot naar Sliedrecht vervoerd.
Vrijdag zijn te Yerseke de eerste pannen
voor de oesterbroedvangst te water gebracht.
Het weder en het resultaat met de proefpannen,
die reeds verscheidene broedjes bevatten, beloven
een goeden aanslag.
Er zullen veel meer pannen dan de laatste
twee jaar gelegd worden, doch bjjna uitsluitend
door de maatschappijen en dus zeer weinig
voor den handelzooals, wegens de groote
verliezen door particulieren geleden, ook te
wachten was.
Uit Terneuzen wordt ons gemeld
Reeds vroeg voor een Zondagmorgen waren
gisteren velen op de been, om de plezierreizigers
te zien aankomen en met de Walcheren te zien
vertrekken, die van uit Brussel en zijne omgeving
een bezoek aan Walcheren brachten. Met prach
tig weer verliet de snelvarende stoomer de haven
en zeker zullen onze buren uit bet Zuiden zich
het tochtje niet hebben beklaagd. Zij maakten
met belangstelling kennis met ons land en zijne
bewoners en vertrokken 's avonds weer naar
Terneuzen om zich met den specialen trein
naar huis te begeven.
HOOFDSTUK XLIV.
Verloren.
Zjj bleven lang met de handen in elkaar
stilzwijgend zitten. Zij hadden geen woorden
noodig om elkaar hun liefde te bekennen.
Het hart van Meriem was een en al ver
bazing. Nu het licht der waarheid voor haar
was opgegaan kon zij zich maar niet begrij
pen, hoe zij zoo lang in het duister geleefd
had! Eustace was zooveel beter dan Vernon!
Die nacht in de sneeuw, dat oogenblik voor
de brug hadden hare oogen geopend. Zij
schaamde zich over hare vroegere verblindheid
en kuste hem deemoedig de hand. Haar hart
was verheugd doch het klopte te snel voor
iemand, die pas aan zulk een groot gevaar
ontsnapt was. Zjj legde haar hand op de borst
om het tot bedaren te brengen en miste mét schrik
iets, dat zij daar nacht en dag jaren lang gevoeld
had. »Mjjn amulet!" gilde zij en zocht overal
maar het kettinkje en alles was weg.
»0Eustaceriep zij bleek van angst.
»Ik heb het verloren, ik heb het verloren, waar
zou het zijn?"
Eustace zag dat zij een diepe roode striem
aan de linkerzijde van haar hals had, waar
schijnlijk op de plek waar het slot van de
ketting met geweld tegen het sleutelbeen ge
drukt was en zei
>Ik denk dat de ketting u door de locomotief
Schipper B. gaf denzelfden dag uitvoering
aan zijn plan om voor een kleinigheid de Ter-
neuzenaren met zijn hoogaarts in de gelegenheid
te stellen Middelburg en de tentoonstelling te
bezoeken. Om 10 uur 's morgens ving de tocht
aan, die door een 60tal menschen werd mee
gemaakt.
Het Zaterdag ons gemelde bericht dat een
herbergier te Terneuzen uit de buurt van het
terrein, waar het zendingsfeest werd gehouden,
eene belangrijke som 100) zou zijn uitgekeerd,
om dien dag geen sterken drank te verkoopen,
wordt van andere zijde geheel en al onwaar
genoemd.
Men schrijft ons uit Biervliet
Toen Vr jjdag voormiddag hier en in de om
geving evenals te Hoofdplaat per bui
tengewoon nommer der Middelburgsche courant
de vrijspraak van den heer Vleugels werd
medegedeeld, waarbij de telephoon en vooral
de telephonist de pers zoo vriendelijk ter hulp
kwam, viel een stroom van de meest harte
lijke felicitatiën onzen goeien dokter, onzen
verdienstelijken medeburger, ten deel. Alge
meen was de vreugde over de vrijspraak van
de rechtbank.
Over de vlasnegotie valt door de land
bouwers in de omgeving van Biervliet in het
algemeen niet te klagen aldus schrjjft men ons.
't Is bekend, dat de prijs der vlasartikelen
eer laag dan hoog mag heeten, en toch worden
flinke prjjzen besteed. Goede kwaliteit wordt
met 350 tot 400 frcs., met 150 tot 175 gulden,
per gemet verkocht. De hoogst bedongen som
op heden is 200 gulden. Het zaaisel op St. Jans
beraad zal door de handelaars wel geaccepteerd
worden; weinig partijtjes zullenbljjvenliggen.
Van koolzaad, de schoonste landbouwvrucht,
zag onze berichtgever slechts éene partij. Deze
partij staat veelbelovend.
De levering van het grof tarwebrood gedu
rende het derde kwartaal 1889, benoodigd in
de onder beheer van het bestuur der godshui
zen staande gestichten, is aangenomen door de
Middelburgsche broodfabriek voor 09"7loo ct.per
kilo.
Van 22 tot 24 Juni.
Middelburg. BevallenC. Jongepier, geb.
Flipse, z. A. M. van den Berge, geb. Zweede,
z. L. H. de Jong, geb. Eiff, d.
OverledenPh. J. de Vos, man van J. E.
van der Maden, 60 j. W. Fransella, ongeh. z.
31 j. W. C. de Kat, man van E. Meulmeester, 63 j.
Van 15 tot 22 Juni.
Goes. Bevallen P. van Eikeren, geb. Ver
meulen, d. D. M. Koens, geb. De Witte, z. J.
Barends, geb. Labeur, d. M. Bookelaar, geb.
Franse, z.
OverledenW. Vroone, man van J. den
Herder, 39 j. D. Romijn, man van K. Barbier,
56 j. S. M. v. d. Weert, d. 3 j. M. Dekker,
vrouw van B. M. den Boer, 53 j.
Zierikzee. Gehuwd: A. Smith, jm. 26 j.
met S. L. van Gastel, jd. 23 j.
Bevallen C. van de Voorde, geb. Bakker,
d. E. den Boer, geb. De Graaf, d. C. Opperman,
geb. Lochmans, z.
OverledenC. J. van de Krujjsse, wede van
H. C. Pilaar, 94 j.
Volgens het verslag der Louisa-stichting
over 1888 tot opvoeding van kinderen van
vrijmetselaars, te 's Gravenhage gevestigd, wer
den in die inrichting 15 jongens en 12 meisjes
verzorgd; 5 jongens en 2 meisjes verlieten het
vorige jaar de stichting1 jongen en 1 meisje,
die ernstig ziek waren, kwamen te overlijden;
3 jongens en 3 meisjes zjjn in dien tijd opge
nomen. Na afloop der vacantie, 20 Augustus,,
werd het nieuwe gebouw in gebruik genomen.
De ontvangsten beliepen 12.759, de uitgaven
12.942.
Melding makende van het onlangs me-
gedeelde antwoord op de vraag»wat is een
lijfrente zegt het Utr. Dbl.
Die opvatting (dat het een zekere som gelds
is, die men krijgt als men dood is) heeft inder
daad bjj het bestuur der registratie bestaan.
De Utrechtsche rechtbank heeft echter bjj
afgerukt is, toen de trein over u heen ging.
Gelukkig dat die zoo spoedig meegaf en er
niet een slip van uw kleed gepakt is, want dan
waart ge op de rails geslingerd en verpletterd.
Gij moet nu vlak voor de locomotief tusBchen
de rails gevallen zijn en de trein is over u
heengegaan zonder u te deren gij hebt alleen
een paar schrammen en builen gekregen."
Meriem barstte weer in tranen uit en riep
»Het was het laatste geschenk van Yussuf,
daarom was het mij dierbaarmaar daarom
niet alleen. Als ik het verloren heb, Eustace
zal iemand anders het vinden en als het in
verkeerde handen komt bijvoorbeeld van
dien slechten neef, van wien Iris mij verteld
heeft dan weet ik niet, welk onheil er uit
kan voortkomen."
Eustace moest hartelijk lachen over hetgeen
hij natuurlijk haar kinderljjke bijgeloovigheid
noemde en zei
»Mjjn goede Meriem, gij gelooft toch niet
dat uw amulet zooveel kracht heeft dat die
neef van Iris haar daarmede zou kunnen be-
tooveren Wat ter wereld heeft uw medaillon
te maken met den neef van Iris
»Het is geen tooverkracht, maar het
gebruik dat hij er van zal maken van hetgeen
hjj er in vindt. O Eustace, ik kan het u nu
nog niet vertellenmaar eenmaal misschien.
Wjj moeten het amulet terugvinden, tot eiken
prjja. Het mag niet in andere handen ge-
vonnis dd. Maart jl. beslist, dat de opbrengst
van eene levensverzekering niet is aan te
merken als een bate van de nalatenschap en
dus niet onderworpen is aan het recht van
successie. Het W. v. h. R., dat onlangs dit
vonnis volledig mededeelde, berichtte daarbjj,
dat het bestuur der registratie in het vonnis
heeft berust.
Te Amsterdam is in hechtenis genomen
een goudsmid aldaar, die van een onbekend
persoon voor f 800 had gekocht aan gouden en
zilveren penningen, van den diefstal bjj de
firma Krelage te Haarlem afkomstig, welke
voorwerpen door hem terstond in den smeltkroes
waren gedaan.
De firma lijdt een zeer groote schade.]
In de buurtschap Stompwijk werd een
kastelein door een arbeider, nadat dezen was
verzocht de gelagkamer te verlaten, onverhoeds
zulk een zware verwonding in den hals toege
bracht, dat men voor zjjn leven vreest. Nabjj
Zevenaar, onder Babbeirch is een kind, dat op
de spoorbaan speelde, door een trein overreden
en dientengevolge overleden. Aan het station
Welkenradt, nabjj Vaals, had een spoorwegwer
ker het ongeluk te struikelen en onder een
manoeuvreerenden trein te geraken. Beide
beenen en eene hand werden hem letterlijk
van het lichaam gescheiden. De man is eenige
uren later overleden.
Uit tal van brieven, door Twentsche gras -
maaiers uit Noord-Holland en Friesland naar
huis gezonden, blijkt dat de maaiers fiinancieel
een goed jaar zullen hebben. »Niet de boeren
zjjn dit jaar baas schreef een maaier
neen, wjj kunnen den baas spelen.Wat wjj vragen,
wordt ons gegeven, want er zjjn geen zeisen
genoeg, om het gras op tjjd te maaien, zooveel
is er op stam. Het is heet, en het werk
is zwaar, maar het loon verzoet den arbeid.
Ik breng een beste bom mee naar huis. Adieu
Te Lunteren viel een boerenknecht van
een voer hooi, en kreeg zoodanige zware, in
wendige kneuzingen, dat men voor zjjn leven
vreest.
Bjj de op 22 Juni te Tilburg gehouden
loting voor de d d. schutterjj gaf een der lo-
telingen als reden van vrijstelling op
eksteroogen. Goedig beloofde de burgemeester
voor een likdoornsnijder te zullen zorgen.
In een schrijven uit Argentinië van den
heer Van Waal wjjk over de kolonie Bella-
Vista wordt als een min gunstige omstandig
heid voor de landverhuizers in het licht gesteld,
dat de directeur er zelf niet woont, en men
dus geheel afhankeljjk is van den administra
teur. Nu staat er in het contract, dat men
zijn oogst verkoopen kan aan wien men wil
doch als de administrateur, die een gesalariëerd
beambte is, een speculant is, houdt hjj de
koopers weg en koopt natuurljjk zelf den oogst
op tegen den prjjs, dien hjj besteden wil.
Gedurende een paar maanden mocht
Gorkum een persoon binnen zijn veste zien, die
een ware duizendkunstenaar was. Deze persoon
had van een der aannemers aldaar eenig werk
aangenomen, maar bewoog zich ook op artistiek
gebied, door met Spaansche zeep op spiegels
te teekenen, op papier en satijn penteekenin-
gen uit te voeren, enz. Tevens belastte hjj zich
tjjdens het onlangs aldaar gehouden feest met
het aanbrengen van versieringen. Daar zjjn
werkkring op die manier tamelijk omvattend
was droeg hjj een gedeelte zijner taak aan
timmerlieden enz. op, inde vervolgens de gel
den, maar vergat in de drukte der feestviering,
waaraan hjj dapper meedeed, zjjn medehelpers
uit te betalen. Te dier gelegenheid ontpopte
hij met behulp van kleermaker en coiffeur in
een gentleman en schafte zich verder zooveel
mogelijk alles aan, wat tot veraangenaming op
dit ondermaansche kan strekken, alle zorgen
wegspoelend met een glaasje nightcap of port.
Het gevolg was, dat die persoon verscheiden
debetposten op zjjn rekening kreeg, naar men
zegt tot een gezamenlijk bedrag van ongeveer
f 300. Verschillende personen, waaronder een
paar notarissen, werden door hem bezocht, met
de bedoeling geld te leenen, hetwelk echter
mislukte.
Daarop achtte hjj het nuttig, zich in een
restaurant te gaan versterken. Dit geschied
zjjnde, gaf hjj aan den kellner te kennen, dat
hjj even thuis zjjn viool zou gaan halen, om
het gezelschap zjjn virtuositeit op dat instru
ment te toonen. Dit voorstel vond men zeer
aardig, maar wenschte toch eerst betaling der
gemaakte vertering. Hierover zeer gebelgd,
gaf hjj zjjn horloge tot pand en vertrok in
grammen woede, en passant den wandelstok
raken. Hjj zou het kunnen gebruiken om
Iris heel veel kwaad te doen."
Eustace meende half te begrjjpen, wat zjj
bedoelde, maar vroeg voor het oogenblik niet
verder.
Dien geheelen dag bleef Meriem ongerust
en vroeg telkens verlof om te gaan zoeken,
't geen haar natuurljjk geweigerd werd, daar
zjj nog veel te zwak was. Den volgenden
morgen vroeg kwam er tjjding van het ontzet
van St. Cloudmaar de zekerheid dat Iris en
Vernon gered waren, scheen de onrust van
Meriem over haar halssieraad slechts te ver-
höogen. »Zoodra gjj wel genoeg zijt, Eustace",
zei zjj herliaaldeljjk, »moeten wjj langs de
spoorwegljjn gaan zoeken."
En toch waren het gelukkige dagen voor
Meriem daar in het klooster, ondanks de
treurige berichten die er langzamerhand
kwamen van de vreeseljjke gevechten en de
nederlaag der opstandelingen. Vele harer
vrienden waren gesneuveld terwijl de Amine,
met Hussein, Achmed en de marabout naar
het Zuiden gevlucht waren, naar de vrjje
nomadenstammen op de grens der woestjjn,
waar zjj veilig waren voor de Franschen. Hoe
meer zjj echter van den opstand vernam des
te minder scheen zjj de Kabylen als haar eigen
volk te gaan beschouwen.
(Wordt vervolgd.)