iiieMrgsck Courant
„DE TEUTEN VAN SEM."
se F E U I L L E T O N.
Brieven uit de Hofstad.
BIJVOEGSEL
Maandag 13 Mei 1889, n° 112.
Middelburg 11 Mei.
MIDDELBURG
J. P. I. Buteux.
Nlr D. A. Berdenis v. Berlekom.
Mi* N. J. C. Snouck Hurgronje.
Th. van Uije Pieterse.
C. J. J. A. van Teijlingen.
C. L. van Woelderen.
Mr J. C. R van der Bilt.
J. H. Bybau.
ZIERÏK ZEE.
J. H C. Heyse,
J. Hoogenboom Bzn.
NI. Bolle Lzn.
THOLEN.
Nlr T. A. Wagtho.
Mr H. M. G. Kloppenburg.
J. Sturm.
H. C. E. van lisselsteijn.
M. J. van Vessem.
GRANT ALLEN
LETTEREN EN KUNST.
ONDERWIJS.
UIT STAD EN PROVINCIE.
YAK DE
TAK
Wij noodigen de kiezers in Zeeland ten
dringendste nit om voor leden der Provinciale
Staten op Dinsdag 14 Mei a. te stemmen
op de volgende aftredende leden en
wel in het district
op
GOES.
SLUIS.
Is. van Houte.
Mr F. J. Brevet.
H. G. Hammacher.
Voor het district HULST
meenen wij dat, tegenover den algemeenen
aanval, door een deel der tegenpartij gericht
tegen de verdienstelijke aftredende liberale
leden in andere distrieten, een krachtig
protest ook daar gewensckt is, en raden wij
allen, die met ons van die meening zijn, te
stemmen op:
Het zal zeker de zeer moeielijke
taak der bureaus van stemopneming
gemakkelijker maken, als de namen der
candidalen van de verschillende partijen
op de stembriefjes in dezelfde volg
orde voorkomen. Wij geven daarom
aan alle kiezers in overweging, de
namen der heeren, die zij wenschen
gekozen te zien, in dezelfde volgorde
op hunne biljetten te plaatsen, waarin
deze voorkomen in de adverlenliën der
kiesvereenigingen.
Uit het Enqelsch
VAN
HOOFDSTUK XVII.
Ken «onderlinge samenloop.
»Aan wie zult gij schrijven vroeg Blake.
>Zeker aan dien man, die vijfhonderd francs
uitlooft Als er wat mede te verdienen valt,
moogt gij er uw deel even goed van hebben
als een ander."
»Neen", zei Marchant, het hoofd schud
dende. »Aan de dame, in alle geval."
.Waarom?"
>0m allerlei redenen. Vooreerst omdat
zjj een vrouw is, en dus het vriendelijkst ge
stemd zal zijn jegens Meriem. In de tweede
plaats omdat zij geen belooning uitlooft en ik
dus waarschijnlijk niet van winstbejag zal
verdacht worden. En in de derde plaats, om
dat ik instinctmatig gevoel dat de eene adver
tentie welwillendheid voor Meriem ademt en
de andere haar vijandig is.
»»Wie op zijn voordeel bedacht is"",
Teneinde, wat ons betreft, zooveel mogelijk
een ieder in staat te stellen om deel te
nemen aan de feestelijkheden van Maandag
a., ter gelegenheid van 'skonings jubilé, zal
ons blad dien dag te twaalf uur 's middags
verschijnen.
Advertentiën voor dat nommer worden niet
later dan negen uur des morgens aan
genomen.
Onze correspondenten verzoeken wij Zondag
en Maandag slechts het dringend noodige en
zelfs Maandag na elf uur niets meer te
melden.
Van de feestelijkheden verwachten wij tegen
Dinsdag slechts zeer beknopte mede-
deelingen.
10 Mei 1889.
Bijna schreef ik Juli bovenaan, omdat het
waarlijk eenige moeite kost zich in te prenten,
dat wij niet reeds in die maand leven maar
nog slechts in de Meimaand zijn. Dit jaar
handhaaft deze hare oude reputatie van liefelijk,
die zij in werkelijkheid bijna verspeeld heeft
door ons jaren achtereen op ruw en koud weer
te onthalen. Alleen dichters en degenen, die
hen napraten, spreken nog van een liefelijke
Meimaand, doch de voor idealen minder maar
daarentegen voor koude en guren wind meer
gevoelige menschen dachten reeds lang geheel
anders over de zoogenaamde lentemaand en
konden bjj het lezen van die lentezangen maar
niet de herinnering van zich zetten aan de
vele dagen in Mei, waarop zij met dikke jassen
en mantels uitgingen en te huis een vuurtje
ver van onbehagelijk vonden. En nu De
gedachte aan vuur brengt reeds een gevoel
van stikken of smelten te weeg, tenzij misschien
reeds zonder die gedachte zich verschijnselen
voordoen, die op de mogelijkheid van zoodanige
bewerking wijzen. Dit laatste is dezer dagen
niet onwaarschijnlijk, want wij verkeeren en
plein été. Het jaargetjjde is ons vooruit en
ieder haast zich om het in te halen, behalve
de Tweede kamer, die tijd noch moeite ontziet
om ons weer eens heerljjke grasboter te bezor
gen; intusschen vergeet zij wel wat, dat het
er in het voorjaar vooral op aan komt vroeg
de .schaapjes" aan de klanten te brengen.
De wet tot het tegengaan van overmatigen
arbeid heeft de kamer, naar het schijnt, ver
leerd vlug te werken. Sommigen waar
schijnlijk teleurgestelde candidaten, die branden
van verlangen om op het Binnenhof eens een
voorbeeld van vlug werken te geven beweren,
dat zij nooit in die deugd heeft uitgemunthet
is mogelijk, maar dan zal zij er door de be
handeling van ovengenoemde wet zeker niet op
verbeterd zijnals men zoo vier weken lang
bezig is om te zorgen dat anderen zich toch vooral
niet overwerken, gaat men zelf het gevaar
daarvan meer en meer inzien. Nu, de heeren,
die ontzag voor en inachtneming van hun wet
verlangen, moeten ook zelf het voorbeeld geven
van onthouding van overmatigen arbeid. Dit
beseffen zij blijkbaar volkomen, evenals dat de
slechte hoedanigheid van boter dikwijls meer
te wijten is aan overhaaste bewerking dan aan
bijmenging van margarine of het gehalte van
een wet ook meer lijden zou bij een spoedige
afdoening dan door de invoeging van allerlei
amendementen soms erg .vreemde bestand-
deelen, die de waarde of de bruikbaarheid van
het product maar al te zeer verminderen" en
dus op vervalsching neerkomen zou ik niet
durven verzekeren. Zooeven is eindelijk het
wetsontwerp aangenomen. Dat er om de zeven
dagen een Zaterdag volgt, waarop de heeren
gaarne te huis zijn, is toch een heerlijke in
stelling Zonder deze zou er nog langer ge
praat worden.
Doet de drukkende hitte denken, dat wij een
paar maanden verder in het jaar zijn, iets
anders voert ons in gedachte terug naar eenige
jaren geleden, naar den tijd toen er nog Haag-
sche kermis werd gehouden. In het Voorhout,
op het Tournooiveld en op de Plaats zien wij
geheele rijen kramen en tentjes verrijzen, af
gewisseld door een draaimolen en dergelijke
kermisinrichtingèn. Ons tegenwoordig gemeente
bestuur is blijkbaar niet zoo bang als het vorige
om bij de ingezetenen de herinnering aan die
vroegere kermis op te wekken. Enkele jaren
.zegt de eene", merkte Blake aan, de adver
tentie voor zich zelf ontcijferende, .terwijl de
ander slechts vraagt naar onbetwistbare be
richten aangaande den dood van Clarence
Knyvett. Het is alsof het meisje iemand
hoopt te vinden, die dien Clarence vertegen
woordigt, terwijl dien mr Harold hem daaren
tegen met wortel en tak zou wenschen
uit te roeien om verder niets met hem te
maken te hebben."
Zoo vat ik het ook op. Wjj geven ons
dus zonder voorbehoud aan de genade van mej.
Knyvett over."
.Welke juffrouw Knyvett Meriem of de
andere?" vroeg Blake ondeugend.
.De andere natuurlijk. Wij moeten geen
oogenblik verliezen. Ik zal van daag naar
Londen schrijven."
.Dus denkt gij dat zij aanspraak zou
kunnen maken op het geld van sir Arthur?"
.Neen, dat geloof ik niet. Het is on
mogelijk. Zjj kan volstrekt geen wettige aan
spraken doen gelden. Daarom schrijf ik ook
liever aan de dame dan aan dien mijnheer
Haroldwat hij ook zijn moge, hij beschouwt
de zaak natuurljjk van het standpunt van een
man, en als hjj het fortuin krjjgt zal hij niets
voor Meriem doen. Wjj kunnen niet op zijn
gevoel werken. Maar als die die van Cam
bridge bedoel ik het geld krjjgt, zal zij dë
banden des bloeds 'wel erkennen en de zedeljjke
geleden, toen de kermis pas was afgeschaft,
mocht zelfs in den schouwburg geen voorstel
ling worden gegeven gedurende de week, waarin
anders de kermis invielzöo trachtte men de
ontnomen kermisgenietingen te doen vergeten
door een tweede stille week, alsof niet juist
saaiheid en verveling uit gebrek aan gelegen
heid tot uitspanning onwillekeurig vergelijkin
gen doet maken met de dagen, toen zooveel te
genieten werd gegeven in den vorm van de ker
mis. Thans wordt er in de comedie niet alleen ge
speeld als gewoonlijk deze week gaf men
zelfs een extra-voorsteïung ten einde spoediger
tot de laatste abonnements-voorstelling gevor
derd te zjjn (men ziet het, ook de comedie wil
het jaargetijde trachten in te halen) en
bovendien zal er dezer dagen formeel kermis
worden gehouden, nog vermeerderd met bijzon
dere feestelijkhedenals muziekuitvoeringen,
volksspelen, vuurwerk enz. Tot een bijzonder
vreugdebetoon is dan ook wel reden met het
oog op het zeldzame feest, dat onze grijze
koning hoopt te vieren het spreekt van zelf,
dat met hem zjjn gansche volk gaarne mede
feestviert, en vooral de bevolking van de resi
dentie, die zich toch altjjd nog een schrede
nader bij den troon acht dan de overige inge
zetenen van het rijk. Indien de tjjd van voor
bereiding niet zoo kort ware, zou er zeker veel
meer zijn gedaan, vooral van de zjjde van
particulierendie dan niet zouden hebben
nagelaten een bijna algemeeue illuminatie
gereed te makennu zal de verlichting zich,
behalve tot de openbare gebouwen, tot slechts
enkele huizen van particulieren bepalen.
Men had dan ook enkele weken geleden
allerminst kunnen vermoeden, dat op 12 Mei
de vlag zou kunnen worden geheschenvelen
bekroop zelfs de niet ongegronde vrees, dat
Zjjne Majesteit niet het einde van zjjn veer
tigste regeeringsjaar beleven zou. Gelukkig
is de koning thans werkelijk zeer gezond,
althans naar het uiterljjk te oordeelende
gewone kwalen zjjn natunrljjk niet geweken
en zullen ook wel niet wjjken, zoodat de mo
gelijkheid niet is uitgesloten, dat binnen kort
weer minder gunstige berichten dienaangaande
tot ons komen. Niet weinigen zjjn zelfs van
oordeel, dat de Regeering en de Raad van State
te zwak zjjn geweest door al dadeljjk toe te
geven aan den persoonlijken wensch des konings
om weder zelf de teugels van het bewind in
handen te nemen. Inderdaad stonden zjj hier
tegenover een persoonlj]k verlangen van Zjjne
Majesteit, een verlangen zelfs zóo dringend
uitgesproken, dat daarbjj de dag van 3 Mei
werd gemeld als die, waarop de koning de
regeering weer op zich wenschte te nemen. Het
was zeker moeiljjk voor de betrokken auto
riteiten om te weigeren 's konings wil op
te volgen, doch zjj waren sterk door het
feitdat een buiten staat verklaarde
vorst geen wil meer tegenover de regeering
kan doen gelden, en dat de grondwet niet hem
zelve,1,' macht geeft zich weer hersteld te
verklaren, maar den regent als die er is in
veresniging met de volksvertegenwoordiging,
en inders deze laatste alleen. Wel zjjn natuurljjk
dc öv,neesheeren des konings geboord, en ondanks
de geheimhouding, waarmede deze zaak behan
deld is, weet men ook wel dat hun advies,
hoewel niet van geheele beterschap gewagende,
toch strekte om 's konings wensch te eerbiedigen,
maar men begrjjpt, dat waar het voor ministers
en den raad van state moeiljjk is zich tegen
den koning te verzetten, dit voor zjjne lijfartsen
in veel sterkere mate het geval iszjj, die
dageljjks een of meer bezoeken afleggen en
natuurljjk zeer vreezen in ongenade te vallen,
zullen lichter er toe overhellen om den toestand
gunstiger in te zien, dan die misschien wer-
keljjk is. Sommigen hadden daarom gaarne
gezien, dat aan andere, niet in 's konings om
geving zóo bekende geneeskundigen ware
opgedragen een opzetteljjk onderzoek in te
stellen, doch daarbjj zou] men wellicht zijn
afgestuit op de weigering van den hoogen ljjder
om die heeren tot zich toe te laten.
Laten wjj intusschen hopen, dat de uitkomst
het genomen besluit zal rechtvaardigendan
behoeft men. zich niet te beklagen in dezen
zelfs over een grondwetteljjk bezwaar te zjjn
heengestapt door het voorstel „tot weder in
staat verklaring te doen uitgaan van eene
andere macht dan de grondwet daarvoor aan-
wjjst, nam. den regent of twintig leden der
kamers. Nu wordt de gevolgde gedragsljjn
wel verdedigd door de bewering, dat de raad
van state, die het koninklijk gezag waarnam,
toch eigenljjk regent was, doch deze is onjuist
aanspraken van Meriem op haar edelmoedig
heid doen gelden."
.Waarom alleen de zedelijke aanspraken;
waarom zou Meriem het fortuin niet kunnen
krijgen als het haar inderdaad toekomt Gjj
ziet, zjj zoeken de erfgenamen van Clarence
Knyvett, om iets in hun voordeel te hooren.
Iemands eigen dochter is toch zijn erfge
naam, en daar schjjnt die ander juist bang
voor te zijn want hij wil twintig pond betalen
voor het bewjjs dat Clarence Knyvett zonder
nakomelingen overleden is, zoodat hjj, Harold
Knyvett, de erfenis kan aanvaarden."
.Juist. Iemands dochter is zijn erfgename,
natuurljjk, mits zjj volgens de Engelsche wet
zjjn dochter zjj. Maar die Engelsche wet houdt
in haar middeleeuwsche achterljjkheid geen
rekening met zulke bagatellen als vaderschap
of bloedverwantschap volgens de theorie van
die wet is Meriem volstrekt niet met haar
eigen vader verwant. Het is bespotteljjk
maar niettemin een feit. Yan het standpunt
der Engelsche wet is ze een vondeling, een
zwerveling, niet meer dan ieder ander in
Engeland of Kabylië met haar eigen familie
verwant."
.Hoe dat?" vroeg de schilder zeer ver
wonderd.
.Omdat, zooals pater Baba ons vertelde
haar vader en moeder alleen volgens de Kaby-
lische wet getrouwd waren dat wil zeggen
want die waarneming heeft juist plaats zoolang
de regent ontbreektwas de raad van state
regent, dan zou deze niet ontbreken en dan
zou het gevolg moeten zijn, dat dit lichaam
ook niet het koninkljjk gezag mocht uitoefenen.
Deze cirkel-redeneering bewjjst voldoende dat
men in strijd met de grondwet handelde, doch
.Schwam d'rüber," men kon moeiljjk anders.
Bjj gelegenheid van het jubilé van Zjjne
Majesteit kan eene ware overstrooming van
decoratiën worden verwachtnaar ik vernam
zullen vele ambtenaren, vooral officieren en
kamerleden, met een lintje worden begiftigd.
Voor de betrokkenen zou de onderscheiding
meer ten aanzien van hunne verdiensten ge
tuigen, indien zjj niet uit zulk een wolkbreuk
neerviel, maar afzonderlijk werd gegeven. Men
herinnert zich nog hoe vroeger werd gesproken
over de groote uitdeeling op den verjaardag
van Willem IImen noemde toen den naam
van een leelijk, lang dier met heel kleinen kop,
een dier dat vatbaar is om maar 3teeds aan
te groeientot die benaming gaf het lint van
de ridderorden aanleiding.
De Staatscourant meldde gisteren de benoeming
van jhr Van der Wijck tot vice-president van
den Raad van Indië. Langen tjjd werd over
het ophanden zjjn van die benoeming reeds
gemompeld, doch velen meenden, dat daartoe
de minister Keuchenius wel niet zou durven
overgaan. Al is de benoemde de broeder van
den secretaris-generaal van het departement
van koloniën, dit is geen reden om hem als
jongste lid van den Raad al zijn andere ambt-
genooten en zoovele andere verdienstelijke en
hooggeplaatste ambtenaren, die in Indië ver
grijsd zjjn, te doen over het hoofd springen.
Er zal om die benoeming nog heel wat te doen
zijn, hier te lande en vooral in Indië.
De postkantoren ontvingen een aanschrijving
dat aan verzoeken om op 13 dezer, ter gele
genheid van de feesten ter viering van het
40jarig jubilé van Z. M. den koning, beperkten
dienst te hebben geen gevolg kan gegeven
worden, daar die dag voor den postdienst eene
meer dan gewone drukte zal opleveren, tenge
volge van de te wachten aanbevelingsbrieven
voor de op 14 dezer te houden algemeene ver
kiezing van leden der Provinciale staten.
.Zou de minister goed gezien hebben
aldus schrijft men ons. .Zou werkeljjk de poli
tieke drjjfjacht ook op 12 en 13 Mei gehouden
worden Ik hoop het niet en gelooven doe ik
het ook niet. Ik acht alle mogeljjke liberalen,
anti-revolutionnairen en wat dies meer zij te
goed om dien dag niet ééne feestvierende partjj
te vormen. Intusschen zjjn de ambtenaren op
de post- en post-en telegraafkantoren, benevens
de daartoe behoorende bestellers boden enz.
dien dag de dupe. Zou Z. E. wel weten hoe
veel duizend er dat zijn Zouden er nog meer
van die fortuinige takken van 's rjjks dienst
bestaan Ze konden op 13 Mei elkander den
troost aanbieden ter wille van het alg emeen
belang! werkzaam te zjjn."
De Tijd vraagt of de Arnh. Crt. zoo onnoozel
is om dwang niet te kunnen onderscheiden van
voorlichting. Die vraag geldt de bemoeiing
van landheeren met de verkiezingen, waarvan
de Standaard een verwjjt aan de landheeren
maakte. Wjj maken de Tijd opmerkzaam dat
de Standaard niet van dwang had gesproken
zeer terechtzjj had dan eenige bewjjzen voor
die bewering moeten bjjbrengen. Maar op
onze beurt vragen wjj, of de Tijd dan zoo
onnoozel is om niet te weten dat dergeljjke
dwang niets zou beteekenen. Wanneer op het
stembiljet van een pachter een naam wordt
ingevuld, dien hjj zelf of de pastoor of de
dominé niet wil, dan kan men er gerust op
wezen, dat hjj hem wel door een anderen zal
vervangen vóór het biljet in de bus gaat. Als
de Tijd onze bons villageois goed kende, zou zjj
ook wel weten hoe vaak de plattelandskiezer
leukweg ja en amen zegt op al de betoogen
der drijvers, en bjj slot van rekening toch niet
in hun zin stemt, tenzjj deze, geljjk ook wel
plaats heeft de wacht houden bjj de bus. En
dat doen de landheeren niet. {Arnh. Crt.)
Donderdag vertoefde Z. M. met de koningin
geruimen tjjd op het kleine bordes van het
park op Het Loo.
zooals de Mohammedanen, en die Mohamme-
daansche wet gedoogt polygamie, en ofschoon
de Kabylen zelf zich niet met polygamie in
laten, daar zjj hierin, geljjk in zooveel
andere opzichten, ondanks den Islam, hunne
oud Romeinsche gebruiken nog steeds be
houden hebben, heeft een Kabyl, in theorie
althans, het recht om vier vrouwen te nemen
als hjj daar lust in heeft. Dus is volgens de
Engelsche wet een huweljjk met een Kabyli-
sche vrouw een polygamisch huweljjk en zulk
een huwelijk wordt door het Hof niet erkend
ik heb eens zoo'n geval zien behandelen
en weet het zekerin de oogen van onze wet
is Meriem dus een onecht kind en bestaat er
volstrekt geen verwantschap tusschen haar en
haar vader."
.Maar dat is bespottelijk, onrechtvaardig."
»Wat kunt gjj anders verwachten van
de wet?" vroeg Le Marchant met groote bit
terheid.
.Dan is het een ellendige boelriep
Blake weer uit, met de machtelooze woede der
jeugd tegenover verkeerde maatsch*ppeljjke
instellingen. »Er is hier volstrekt geen sprake
van polygamie, en zegt Shakespeare niet
laat ik het huwelijk tusschen rechtschapen
lieden niet beletten."
.Maar Shakespeare zou niet licht door
een Engelsch hof aangenomen worden als een
autoriteit op het gebied van erfrecht", zei Le
Door den heer J. Odé te Schiedam is eene
belangrijke uitgave ter perse gelegd. Door
hem zal worden uitgegeven De geschiedenis van
Nederland in onzen tijd door den heer J. A.
de Bruyne, leeraar aan de hoogere burgerschool
te Zierikzee.
Meermalen is de wensch uitgesproken dat
zoodanige geschiedenis mocht geschreven wor
den in den geest van die, welke Mc. Carthy
van Engeland over de regeering van koningin
Victoria samenstelde.
De heer De Bruyne heeft gemeend in den
zelfden geest als Mc. Carthy te moeten handelen
en zich in de parlementaire geschiedenis tot
de hoofdzaken beperkende, tevens ook al
ware het alleen tot toelichting van deze
den stoffeljjken en geesteljjken toestand van
ons volk en de gebeurtenissen in de koloniën ter
sprake te moeten brengen.
Het werk zal bestaan uit vjjf deelen, die elk
op zich zelf een geheel vormen en een atzon-
derljjk tijdvak behandelen.
Het eerste deel omvat het tjjdvak tusschen
de jaren 1848 en 1853, dat wil zeggen van
de aankondiging der herziene grondwet tot
den val van het eerste ministerie Thorbecke,
tengevolge van de Aprilbeweging.
Het tweede deel loopt van 1853 tot 1862, of
van den val van het eerste tot het optreden
van het tweede ministerie Thorbecke.
Het derde deel, van 1862 tot 1874, eindigt
met het feest ter herdenking van 's konings
vjjfentwintigjarige regeering en het optreden
van het tweede ministerie Heemskerk.
Het vierde deel, van 1874 tot 1883, loopt tot
het optreden van het derde ministerie Heems
kerk, terwjjl het vijfde deel van 1883 tot 1888
de voorbereiding en de totstandkoming der
grondwetsherziening van 1887 zal omvatten.
De eerste aflevering van dit »in eene be
staande leemte voorziende" werk ligt voor ons
en op grond van den inhoud daarvan kunnen
wjj onzen lezerskring gerust aanbevelen ermede
kennis te maken, waaruit dan allicht de be
stelling zal volgen.
De heer Odé zorgde voor een nette uitvoering
en een fraai kleed.
Door eenige getrouwe bezoekers der co-
medie-voorstellingen te Delft is aan den heer P.
Tartaud bjj zjjn uittreden uit het gezelschap
Vereenigde Rotterdamsche Tooneelistendirectie
Le Gras Haspels, een keurig souvenir aan
geboden, bestaande in een gouden ring met
diamanten steen.
De algemeene vergadering voor onderwjj-
zers in het arrondissement Zierikzee zal dit
jaar op Vrjjdag 28 Juni te Zierikzee gehouden
worden.
De heer J. Th. Oosterman zal lezen over
De gevolgen der Fransche revolutie en De geschie
denis van den onderwijzersstand.
Voorts zal er gelegenheid bestaan tot deel
name aan een wedstrjjd in het spreken voor
de vuist over een gemakkeljjk onderwerp.
Een en ander zal met een vriendschappeljjken
maaltjjd besloten worden.
Aan het voornemen om op de aanstaande
Njjverheids-tentoonstelling, alhier te houden, de
oester-cultuur aanschouweljjk voor te stellen,
zal gevolg gegeven worden, waardoor de expo
sitie niet weinig in belangrijkheid wint en
wat veel zal bjjdragen tot een druk bezoek.
Heden arriveerden hier een veertiental kisten,
gedeelteljjk per rijksstoomboot van Tholen, ge-
deelteljjk via Bergen op Zoom per spoor, in
houdende al wat betrekking heeft op oester
cultuur en mosselvangst.
Het te Westdorpe bestaande zang- en muziek
gezelschap Eikels worden boomen heeft in beginsel
besloten op een nader te bepalen dag per
stoomboot aan de Zeeuwsche tentoonstelling
een bezoek te brengen.
Door burgemeester en wethouders van
Middelburg zjjn benoemd tot regentes van het
Oude-mannen vrouwen- en armweeshuis op de
Heerengracht, mevrouw Schorer-Plaat, mevrouw
Noske-Van den Broecke, en mejuffrouw P. S.
van der Thoorn, respectieveljjk ter vervanging
van mevrouw De Stoppelaar-Van Ejjs, mevrouw
Van den Broeeke-Rietveld Loeff en mevrouw
Marchant glimlachend.
»Nu, raadpleeg dan alleen het gezond
verstand", ging Blake voort. Die man Knyvett
nam die vrouw Halina tot zjjn echtgenoot,
volgens de wetten van het land dat zjj be
woonden en hjj bleef haar zjjn geheele leven
trouw. Als dat geen huweljjk is, dan weet ik
het niet. Voor zoover ik gehoord heb, heeft
hij nooit een ander getrouwd en volgens
de Kabylische gebruiken kon hjj dat ook niet,
al wilde hjj. En als hjj het beproefd had zou
mevrouw Halina het hem zeker wel belet
hebben. Het was een monogamistisch huwe
ljjk ik weet niet of dat een woord is
zoo goed als eenig huwelijk in Engeland. Als
dat de oude Engelsche wet is, geef ik niet
veel om de wjjsheid onzer voorvaderen."
»En toch ben ik zeker dat ik de
zaak juist voorgesteld heb", zei Le Marchant.
>Het eenige, wat wjj voor Meriem kunnen doen,
is de belangstelling van mejuffrouw Iris Knyvett
voor haar zooveel mogeljjk opwekken. Ik
voor mjj zal heel blij zjjn als dit voorval er
toe leidt om Meriem met hare Engelsche bloed
verwanten in betrekking te stellen en haar
misschien ten slotte er voor te bewaren om
aan Achmed of Hussein overgeleverd te worden;
ik zou alles willen doen om dat te voorkomen."
»Zelfs met haar trouwen vroeg Blake
luchthartig.
Zelfs met haar trouwenherhaalde Le