iiieMrgsck Courant „DE TEUTEN VAN SEM." se F E U I L L E T O N. Brieven uit de Hofstad. BIJVOEGSEL Maandag 13 Mei 1889, n° 112. Middelburg 11 Mei. MIDDELBURG J. P. I. Buteux. Nlr D. A. Berdenis v. Berlekom. Mi* N. J. C. Snouck Hurgronje. Th. van Uije Pieterse. C. J. J. A. van Teijlingen. C. L. van Woelderen. Mr J. C. R van der Bilt. J. H. Bybau. ZIERÏK ZEE. J. H C. Heyse, J. Hoogenboom Bzn. NI. Bolle Lzn. THOLEN. Nlr T. A. Wagtho. Mr H. M. G. Kloppenburg. J. Sturm. H. C. E. van lisselsteijn. M. J. van Vessem. GRANT ALLEN LETTEREN EN KUNST. ONDERWIJS. UIT STAD EN PROVINCIE. YAK DE TAK Wij noodigen de kiezers in Zeeland ten dringendste nit om voor leden der Provinciale Staten op Dinsdag 14 Mei a. te stemmen op de volgende aftredende leden en wel in het district op GOES. SLUIS. Is. van Houte. Mr F. J. Brevet. H. G. Hammacher. Voor het district HULST meenen wij dat, tegenover den algemeenen aanval, door een deel der tegenpartij gericht tegen de verdienstelijke aftredende liberale leden in andere distrieten, een krachtig protest ook daar gewensckt is, en raden wij allen, die met ons van die meening zijn, te stemmen op: Het zal zeker de zeer moeielijke taak der bureaus van stemopneming gemakkelijker maken, als de namen der candidalen van de verschillende partijen op de stembriefjes in dezelfde volg orde voorkomen. Wij geven daarom aan alle kiezers in overweging, de namen der heeren, die zij wenschen gekozen te zien, in dezelfde volgorde op hunne biljetten te plaatsen, waarin deze voorkomen in de adverlenliën der kiesvereenigingen. Uit het Enqelsch VAN HOOFDSTUK XVII. Ken «onderlinge samenloop. »Aan wie zult gij schrijven vroeg Blake. >Zeker aan dien man, die vijfhonderd francs uitlooft Als er wat mede te verdienen valt, moogt gij er uw deel even goed van hebben als een ander." »Neen", zei Marchant, het hoofd schud dende. »Aan de dame, in alle geval." .Waarom?" >0m allerlei redenen. Vooreerst omdat zjj een vrouw is, en dus het vriendelijkst ge stemd zal zijn jegens Meriem. In de tweede plaats omdat zij geen belooning uitlooft en ik dus waarschijnlijk niet van winstbejag zal verdacht worden. En in de derde plaats, om dat ik instinctmatig gevoel dat de eene adver tentie welwillendheid voor Meriem ademt en de andere haar vijandig is. »»Wie op zijn voordeel bedacht is"", Teneinde, wat ons betreft, zooveel mogelijk een ieder in staat te stellen om deel te nemen aan de feestelijkheden van Maandag a., ter gelegenheid van 'skonings jubilé, zal ons blad dien dag te twaalf uur 's middags verschijnen. Advertentiën voor dat nommer worden niet later dan negen uur des morgens aan genomen. Onze correspondenten verzoeken wij Zondag en Maandag slechts het dringend noodige en zelfs Maandag na elf uur niets meer te melden. Van de feestelijkheden verwachten wij tegen Dinsdag slechts zeer beknopte mede- deelingen. 10 Mei 1889. Bijna schreef ik Juli bovenaan, omdat het waarlijk eenige moeite kost zich in te prenten, dat wij niet reeds in die maand leven maar nog slechts in de Meimaand zijn. Dit jaar handhaaft deze hare oude reputatie van liefelijk, die zij in werkelijkheid bijna verspeeld heeft door ons jaren achtereen op ruw en koud weer te onthalen. Alleen dichters en degenen, die hen napraten, spreken nog van een liefelijke Meimaand, doch de voor idealen minder maar daarentegen voor koude en guren wind meer gevoelige menschen dachten reeds lang geheel anders over de zoogenaamde lentemaand en konden bjj het lezen van die lentezangen maar niet de herinnering van zich zetten aan de vele dagen in Mei, waarop zij met dikke jassen en mantels uitgingen en te huis een vuurtje ver van onbehagelijk vonden. En nu De gedachte aan vuur brengt reeds een gevoel van stikken of smelten te weeg, tenzij misschien reeds zonder die gedachte zich verschijnselen voordoen, die op de mogelijkheid van zoodanige bewerking wijzen. Dit laatste is dezer dagen niet onwaarschijnlijk, want wij verkeeren en plein été. Het jaargetjjde is ons vooruit en ieder haast zich om het in te halen, behalve de Tweede kamer, die tijd noch moeite ontziet om ons weer eens heerljjke grasboter te bezor gen; intusschen vergeet zij wel wat, dat het er in het voorjaar vooral op aan komt vroeg de .schaapjes" aan de klanten te brengen. De wet tot het tegengaan van overmatigen arbeid heeft de kamer, naar het schijnt, ver leerd vlug te werken. Sommigen waar schijnlijk teleurgestelde candidaten, die branden van verlangen om op het Binnenhof eens een voorbeeld van vlug werken te geven beweren, dat zij nooit in die deugd heeft uitgemunthet is mogelijk, maar dan zal zij er door de be handeling van ovengenoemde wet zeker niet op verbeterd zijnals men zoo vier weken lang bezig is om te zorgen dat anderen zich toch vooral niet overwerken, gaat men zelf het gevaar daarvan meer en meer inzien. Nu, de heeren, die ontzag voor en inachtneming van hun wet verlangen, moeten ook zelf het voorbeeld geven van onthouding van overmatigen arbeid. Dit beseffen zij blijkbaar volkomen, evenals dat de slechte hoedanigheid van boter dikwijls meer te wijten is aan overhaaste bewerking dan aan bijmenging van margarine of het gehalte van een wet ook meer lijden zou bij een spoedige afdoening dan door de invoeging van allerlei amendementen soms erg .vreemde bestand- deelen, die de waarde of de bruikbaarheid van het product maar al te zeer verminderen" en dus op vervalsching neerkomen zou ik niet durven verzekeren. Zooeven is eindelijk het wetsontwerp aangenomen. Dat er om de zeven dagen een Zaterdag volgt, waarop de heeren gaarne te huis zijn, is toch een heerlijke in stelling Zonder deze zou er nog langer ge praat worden. Doet de drukkende hitte denken, dat wij een paar maanden verder in het jaar zijn, iets anders voert ons in gedachte terug naar eenige jaren geleden, naar den tijd toen er nog Haag- sche kermis werd gehouden. In het Voorhout, op het Tournooiveld en op de Plaats zien wij geheele rijen kramen en tentjes verrijzen, af gewisseld door een draaimolen en dergelijke kermisinrichtingèn. Ons tegenwoordig gemeente bestuur is blijkbaar niet zoo bang als het vorige om bij de ingezetenen de herinnering aan die vroegere kermis op te wekken. Enkele jaren .zegt de eene", merkte Blake aan, de adver tentie voor zich zelf ontcijferende, .terwijl de ander slechts vraagt naar onbetwistbare be richten aangaande den dood van Clarence Knyvett. Het is alsof het meisje iemand hoopt te vinden, die dien Clarence vertegen woordigt, terwijl dien mr Harold hem daaren tegen met wortel en tak zou wenschen uit te roeien om verder niets met hem te maken te hebben." Zoo vat ik het ook op. Wjj geven ons dus zonder voorbehoud aan de genade van mej. Knyvett over." .Welke juffrouw Knyvett Meriem of de andere?" vroeg Blake ondeugend. .De andere natuurlijk. Wij moeten geen oogenblik verliezen. Ik zal van daag naar Londen schrijven." .Dus denkt gij dat zij aanspraak zou kunnen maken op het geld van sir Arthur?" .Neen, dat geloof ik niet. Het is on mogelijk. Zjj kan volstrekt geen wettige aan spraken doen gelden. Daarom schrijf ik ook liever aan de dame dan aan dien mijnheer Haroldwat hij ook zijn moge, hij beschouwt de zaak natuurljjk van het standpunt van een man, en als hjj het fortuin krjjgt zal hij niets voor Meriem doen. Wjj kunnen niet op zijn gevoel werken. Maar als die die van Cam bridge bedoel ik het geld krjjgt, zal zij dë banden des bloeds 'wel erkennen en de zedeljjke geleden, toen de kermis pas was afgeschaft, mocht zelfs in den schouwburg geen voorstel ling worden gegeven gedurende de week, waarin anders de kermis invielzöo trachtte men de ontnomen kermisgenietingen te doen vergeten door een tweede stille week, alsof niet juist saaiheid en verveling uit gebrek aan gelegen heid tot uitspanning onwillekeurig vergelijkin gen doet maken met de dagen, toen zooveel te genieten werd gegeven in den vorm van de ker mis. Thans wordt er in de comedie niet alleen ge speeld als gewoonlijk deze week gaf men zelfs een extra-voorsteïung ten einde spoediger tot de laatste abonnements-voorstelling gevor derd te zjjn (men ziet het, ook de comedie wil het jaargetijde trachten in te halen) en bovendien zal er dezer dagen formeel kermis worden gehouden, nog vermeerderd met bijzon dere feestelijkhedenals muziekuitvoeringen, volksspelen, vuurwerk enz. Tot een bijzonder vreugdebetoon is dan ook wel reden met het oog op het zeldzame feest, dat onze grijze koning hoopt te vieren het spreekt van zelf, dat met hem zjjn gansche volk gaarne mede feestviert, en vooral de bevolking van de resi dentie, die zich toch altjjd nog een schrede nader bij den troon acht dan de overige inge zetenen van het rijk. Indien de tjjd van voor bereiding niet zoo kort ware, zou er zeker veel meer zijn gedaan, vooral van de zjjde van particulierendie dan niet zouden hebben nagelaten een bijna algemeeue illuminatie gereed te makennu zal de verlichting zich, behalve tot de openbare gebouwen, tot slechts enkele huizen van particulieren bepalen. Men had dan ook enkele weken geleden allerminst kunnen vermoeden, dat op 12 Mei de vlag zou kunnen worden geheschenvelen bekroop zelfs de niet ongegronde vrees, dat Zjjne Majesteit niet het einde van zjjn veer tigste regeeringsjaar beleven zou. Gelukkig is de koning thans werkelijk zeer gezond, althans naar het uiterljjk te oordeelende gewone kwalen zjjn natunrljjk niet geweken en zullen ook wel niet wjjken, zoodat de mo gelijkheid niet is uitgesloten, dat binnen kort weer minder gunstige berichten dienaangaande tot ons komen. Niet weinigen zjjn zelfs van oordeel, dat de Regeering en de Raad van State te zwak zjjn geweest door al dadeljjk toe te geven aan den persoonlijken wensch des konings om weder zelf de teugels van het bewind in handen te nemen. Inderdaad stonden zjj hier tegenover een persoonlj]k verlangen van Zjjne Majesteit, een verlangen zelfs zóo dringend uitgesproken, dat daarbjj de dag van 3 Mei werd gemeld als die, waarop de koning de regeering weer op zich wenschte te nemen. Het was zeker moeiljjk voor de betrokken auto riteiten om te weigeren 's konings wil op te volgen, doch zjj waren sterk door het feitdat een buiten staat verklaarde vorst geen wil meer tegenover de regeering kan doen gelden, en dat de grondwet niet hem zelve,1,' macht geeft zich weer hersteld te verklaren, maar den regent als die er is in veresniging met de volksvertegenwoordiging, en inders deze laatste alleen. Wel zjjn natuurljjk dc öv,neesheeren des konings geboord, en ondanks de geheimhouding, waarmede deze zaak behan deld is, weet men ook wel dat hun advies, hoewel niet van geheele beterschap gewagende, toch strekte om 's konings wensch te eerbiedigen, maar men begrjjpt, dat waar het voor ministers en den raad van state moeiljjk is zich tegen den koning te verzetten, dit voor zjjne lijfartsen in veel sterkere mate het geval iszjj, die dageljjks een of meer bezoeken afleggen en natuurljjk zeer vreezen in ongenade te vallen, zullen lichter er toe overhellen om den toestand gunstiger in te zien, dan die misschien wer- keljjk is. Sommigen hadden daarom gaarne gezien, dat aan andere, niet in 's konings om geving zóo bekende geneeskundigen ware opgedragen een opzetteljjk onderzoek in te stellen, doch daarbjj zou] men wellicht zijn afgestuit op de weigering van den hoogen ljjder om die heeren tot zich toe te laten. Laten wjj intusschen hopen, dat de uitkomst het genomen besluit zal rechtvaardigendan behoeft men. zich niet te beklagen in dezen zelfs over een grondwetteljjk bezwaar te zjjn heengestapt door het voorstel „tot weder in staat verklaring te doen uitgaan van eene andere macht dan de grondwet daarvoor aan- wjjst, nam. den regent of twintig leden der kamers. Nu wordt de gevolgde gedragsljjn wel verdedigd door de bewering, dat de raad van state, die het koninklijk gezag waarnam, toch eigenljjk regent was, doch deze is onjuist aanspraken van Meriem op haar edelmoedig heid doen gelden." .Waarom alleen de zedelijke aanspraken; waarom zou Meriem het fortuin niet kunnen krijgen als het haar inderdaad toekomt Gjj ziet, zjj zoeken de erfgenamen van Clarence Knyvett, om iets in hun voordeel te hooren. Iemands eigen dochter is toch zijn erfge naam, en daar schjjnt die ander juist bang voor te zijn want hij wil twintig pond betalen voor het bewjjs dat Clarence Knyvett zonder nakomelingen overleden is, zoodat hjj, Harold Knyvett, de erfenis kan aanvaarden." .Juist. Iemands dochter is zijn erfgename, natuurljjk, mits zjj volgens de Engelsche wet zjjn dochter zjj. Maar die Engelsche wet houdt in haar middeleeuwsche achterljjkheid geen rekening met zulke bagatellen als vaderschap of bloedverwantschap volgens de theorie van die wet is Meriem volstrekt niet met haar eigen vader verwant. Het is bespotteljjk maar niettemin een feit. Yan het standpunt der Engelsche wet is ze een vondeling, een zwerveling, niet meer dan ieder ander in Engeland of Kabylië met haar eigen familie verwant." .Hoe dat?" vroeg de schilder zeer ver wonderd. .Omdat, zooals pater Baba ons vertelde haar vader en moeder alleen volgens de Kaby- lische wet getrouwd waren dat wil zeggen want die waarneming heeft juist plaats zoolang de regent ontbreektwas de raad van state regent, dan zou deze niet ontbreken en dan zou het gevolg moeten zijn, dat dit lichaam ook niet het koninkljjk gezag mocht uitoefenen. Deze cirkel-redeneering bewjjst voldoende dat men in strijd met de grondwet handelde, doch .Schwam d'rüber," men kon moeiljjk anders. Bjj gelegenheid van het jubilé van Zjjne Majesteit kan eene ware overstrooming van decoratiën worden verwachtnaar ik vernam zullen vele ambtenaren, vooral officieren en kamerleden, met een lintje worden begiftigd. Voor de betrokkenen zou de onderscheiding meer ten aanzien van hunne verdiensten ge tuigen, indien zjj niet uit zulk een wolkbreuk neerviel, maar afzonderlijk werd gegeven. Men herinnert zich nog hoe vroeger werd gesproken over de groote uitdeeling op den verjaardag van Willem IImen noemde toen den naam van een leelijk, lang dier met heel kleinen kop, een dier dat vatbaar is om maar 3teeds aan te groeientot die benaming gaf het lint van de ridderorden aanleiding. De Staatscourant meldde gisteren de benoeming van jhr Van der Wijck tot vice-president van den Raad van Indië. Langen tjjd werd over het ophanden zjjn van die benoeming reeds gemompeld, doch velen meenden, dat daartoe de minister Keuchenius wel niet zou durven overgaan. Al is de benoemde de broeder van den secretaris-generaal van het departement van koloniën, dit is geen reden om hem als jongste lid van den Raad al zijn andere ambt- genooten en zoovele andere verdienstelijke en hooggeplaatste ambtenaren, die in Indië ver grijsd zjjn, te doen over het hoofd springen. Er zal om die benoeming nog heel wat te doen zijn, hier te lande en vooral in Indië. De postkantoren ontvingen een aanschrijving dat aan verzoeken om op 13 dezer, ter gele genheid van de feesten ter viering van het 40jarig jubilé van Z. M. den koning, beperkten dienst te hebben geen gevolg kan gegeven worden, daar die dag voor den postdienst eene meer dan gewone drukte zal opleveren, tenge volge van de te wachten aanbevelingsbrieven voor de op 14 dezer te houden algemeene ver kiezing van leden der Provinciale staten. .Zou de minister goed gezien hebben aldus schrijft men ons. .Zou werkeljjk de poli tieke drjjfjacht ook op 12 en 13 Mei gehouden worden Ik hoop het niet en gelooven doe ik het ook niet. Ik acht alle mogeljjke liberalen, anti-revolutionnairen en wat dies meer zij te goed om dien dag niet ééne feestvierende partjj te vormen. Intusschen zjjn de ambtenaren op de post- en post-en telegraafkantoren, benevens de daartoe behoorende bestellers boden enz. dien dag de dupe. Zou Z. E. wel weten hoe veel duizend er dat zijn Zouden er nog meer van die fortuinige takken van 's rjjks dienst bestaan Ze konden op 13 Mei elkander den troost aanbieden ter wille van het alg emeen belang! werkzaam te zjjn." De Tijd vraagt of de Arnh. Crt. zoo onnoozel is om dwang niet te kunnen onderscheiden van voorlichting. Die vraag geldt de bemoeiing van landheeren met de verkiezingen, waarvan de Standaard een verwjjt aan de landheeren maakte. Wjj maken de Tijd opmerkzaam dat de Standaard niet van dwang had gesproken zeer terechtzjj had dan eenige bewjjzen voor die bewering moeten bjjbrengen. Maar op onze beurt vragen wjj, of de Tijd dan zoo onnoozel is om niet te weten dat dergeljjke dwang niets zou beteekenen. Wanneer op het stembiljet van een pachter een naam wordt ingevuld, dien hjj zelf of de pastoor of de dominé niet wil, dan kan men er gerust op wezen, dat hjj hem wel door een anderen zal vervangen vóór het biljet in de bus gaat. Als de Tijd onze bons villageois goed kende, zou zjj ook wel weten hoe vaak de plattelandskiezer leukweg ja en amen zegt op al de betoogen der drijvers, en bjj slot van rekening toch niet in hun zin stemt, tenzjj deze, geljjk ook wel plaats heeft de wacht houden bjj de bus. En dat doen de landheeren niet. {Arnh. Crt.) Donderdag vertoefde Z. M. met de koningin geruimen tjjd op het kleine bordes van het park op Het Loo. zooals de Mohammedanen, en die Mohamme- daansche wet gedoogt polygamie, en ofschoon de Kabylen zelf zich niet met polygamie in laten, daar zjj hierin, geljjk in zooveel andere opzichten, ondanks den Islam, hunne oud Romeinsche gebruiken nog steeds be houden hebben, heeft een Kabyl, in theorie althans, het recht om vier vrouwen te nemen als hjj daar lust in heeft. Dus is volgens de Engelsche wet een huweljjk met een Kabyli- sche vrouw een polygamisch huweljjk en zulk een huwelijk wordt door het Hof niet erkend ik heb eens zoo'n geval zien behandelen en weet het zekerin de oogen van onze wet is Meriem dus een onecht kind en bestaat er volstrekt geen verwantschap tusschen haar en haar vader." .Maar dat is bespottelijk, onrechtvaardig." »Wat kunt gjj anders verwachten van de wet?" vroeg Le Marchant met groote bit terheid. .Dan is het een ellendige boelriep Blake weer uit, met de machtelooze woede der jeugd tegenover verkeerde maatsch*ppeljjke instellingen. »Er is hier volstrekt geen sprake van polygamie, en zegt Shakespeare niet laat ik het huwelijk tusschen rechtschapen lieden niet beletten." .Maar Shakespeare zou niet licht door een Engelsch hof aangenomen worden als een autoriteit op het gebied van erfrecht", zei Le Door den heer J. Odé te Schiedam is eene belangrijke uitgave ter perse gelegd. Door hem zal worden uitgegeven De geschiedenis van Nederland in onzen tijd door den heer J. A. de Bruyne, leeraar aan de hoogere burgerschool te Zierikzee. Meermalen is de wensch uitgesproken dat zoodanige geschiedenis mocht geschreven wor den in den geest van die, welke Mc. Carthy van Engeland over de regeering van koningin Victoria samenstelde. De heer De Bruyne heeft gemeend in den zelfden geest als Mc. Carthy te moeten handelen en zich in de parlementaire geschiedenis tot de hoofdzaken beperkende, tevens ook al ware het alleen tot toelichting van deze den stoffeljjken en geesteljjken toestand van ons volk en de gebeurtenissen in de koloniën ter sprake te moeten brengen. Het werk zal bestaan uit vjjf deelen, die elk op zich zelf een geheel vormen en een atzon- derljjk tijdvak behandelen. Het eerste deel omvat het tjjdvak tusschen de jaren 1848 en 1853, dat wil zeggen van de aankondiging der herziene grondwet tot den val van het eerste ministerie Thorbecke, tengevolge van de Aprilbeweging. Het tweede deel loopt van 1853 tot 1862, of van den val van het eerste tot het optreden van het tweede ministerie Thorbecke. Het derde deel, van 1862 tot 1874, eindigt met het feest ter herdenking van 's konings vjjfentwintigjarige regeering en het optreden van het tweede ministerie Heemskerk. Het vierde deel, van 1874 tot 1883, loopt tot het optreden van het derde ministerie Heems kerk, terwjjl het vijfde deel van 1883 tot 1888 de voorbereiding en de totstandkoming der grondwetsherziening van 1887 zal omvatten. De eerste aflevering van dit »in eene be staande leemte voorziende" werk ligt voor ons en op grond van den inhoud daarvan kunnen wjj onzen lezerskring gerust aanbevelen ermede kennis te maken, waaruit dan allicht de be stelling zal volgen. De heer Odé zorgde voor een nette uitvoering en een fraai kleed. Door eenige getrouwe bezoekers der co- medie-voorstellingen te Delft is aan den heer P. Tartaud bjj zjjn uittreden uit het gezelschap Vereenigde Rotterdamsche Tooneelistendirectie Le Gras Haspels, een keurig souvenir aan geboden, bestaande in een gouden ring met diamanten steen. De algemeene vergadering voor onderwjj- zers in het arrondissement Zierikzee zal dit jaar op Vrjjdag 28 Juni te Zierikzee gehouden worden. De heer J. Th. Oosterman zal lezen over De gevolgen der Fransche revolutie en De geschie denis van den onderwijzersstand. Voorts zal er gelegenheid bestaan tot deel name aan een wedstrjjd in het spreken voor de vuist over een gemakkeljjk onderwerp. Een en ander zal met een vriendschappeljjken maaltjjd besloten worden. Aan het voornemen om op de aanstaande Njjverheids-tentoonstelling, alhier te houden, de oester-cultuur aanschouweljjk voor te stellen, zal gevolg gegeven worden, waardoor de expo sitie niet weinig in belangrijkheid wint en wat veel zal bjjdragen tot een druk bezoek. Heden arriveerden hier een veertiental kisten, gedeelteljjk per rijksstoomboot van Tholen, ge- deelteljjk via Bergen op Zoom per spoor, in houdende al wat betrekking heeft op oester cultuur en mosselvangst. Het te Westdorpe bestaande zang- en muziek gezelschap Eikels worden boomen heeft in beginsel besloten op een nader te bepalen dag per stoomboot aan de Zeeuwsche tentoonstelling een bezoek te brengen. Door burgemeester en wethouders van Middelburg zjjn benoemd tot regentes van het Oude-mannen vrouwen- en armweeshuis op de Heerengracht, mevrouw Schorer-Plaat, mevrouw Noske-Van den Broecke, en mejuffrouw P. S. van der Thoorn, respectieveljjk ter vervanging van mevrouw De Stoppelaar-Van Ejjs, mevrouw Van den Broeeke-Rietveld Loeff en mevrouw Marchant glimlachend. »Nu, raadpleeg dan alleen het gezond verstand", ging Blake voort. Die man Knyvett nam die vrouw Halina tot zjjn echtgenoot, volgens de wetten van het land dat zjj be woonden en hjj bleef haar zjjn geheele leven trouw. Als dat geen huweljjk is, dan weet ik het niet. Voor zoover ik gehoord heb, heeft hij nooit een ander getrouwd en volgens de Kabylische gebruiken kon hjj dat ook niet, al wilde hjj. En als hjj het beproefd had zou mevrouw Halina het hem zeker wel belet hebben. Het was een monogamistisch huwe ljjk ik weet niet of dat een woord is zoo goed als eenig huwelijk in Engeland. Als dat de oude Engelsche wet is, geef ik niet veel om de wjjsheid onzer voorvaderen." »En toch ben ik zeker dat ik de zaak juist voorgesteld heb", zei Le Marchant. >Het eenige, wat wjj voor Meriem kunnen doen, is de belangstelling van mejuffrouw Iris Knyvett voor haar zooveel mogeljjk opwekken. Ik voor mjj zal heel blij zjjn als dit voorval er toe leidt om Meriem met hare Engelsche bloed verwanten in betrekking te stellen en haar misschien ten slotte er voor te bewaren om aan Achmed of Hussein overgeleverd te worden; ik zou alles willen doen om dat te voorkomen." »Zelfs met haar trouwen vroeg Blake luchthartig. Zelfs met haar trouwenherhaalde Le

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1889 | | pagina 5