N°. 105. 132e Jaargang. 1889. Zaterdag 4 Mei. Middelburg 3 Mei. Deze courant verschijnt dagelijks;- met uitzondering van Zon- en Feestdagen; Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco f 2.l Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 cent. Advertentien: 20 cent per regel. Bij abonnement lager: Geboorte-, Trouw-, Dood-, en andere familieberichten met de j daarop betrekking hebbende dankbetuigingenvan 17 regels 1.50 iedere regel meer ƒ0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.' KERKNIEUWS. RECHTSZAKEN. MDDELBIMSCHE COURANT. Thermometer. Middelburg 3 Mei. vm. 8 u. 57 gr. m. 12 u 05 gr. av. 4 u. 64 gr. F Verwacht Z. wind. Agenten te VlissingenP. Gr. de Vet Mestdagh Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te KruiningenF. v. d. Peijl, te ZierikzeeA. C. de Mooij en te TholenW. A. van Advertentiën Neeuwenhtjijzen. Verder worden door alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentien aangenomen, en nemen ook het algemeen advertentie- moeten des namiddags te een uur bureau van Nijgh Van Ditmar te Rotterdam, en de firma B. van der Kamp te Groningen, voor de Noordelijke provinciën, annonces aan. Hoofdagenten voor het aan het bureau bezorgd zijn, willen Buitenland: te Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daubb Cie., John F. Jones, opvolger, voor België A. Grosjean Co. te Brussel, j zij des avonds nog worden opgenomen De „Uilierale Unie" en de herziening der onderwijswet. 1 Aan de verschillende afgevaardigden ter Liberale Unie is de volgende «bjjlage" bij den beschrijvingsbrief voor de al gemeene vergadering van 18 Mei a. verzonden »Het ontwerp tot gedeeltelijke herziening der wet op het lager onderwijs is ingediend. Intend en strekking zijn u bekend. Ofschoon de regeering verklaart dat «het aanbrengen van zeer ingrijpende wijzigingen in de bestaande wet op dit oogenblik, nu- bij de herziening der grondwet art. 192 (194) ongewjjzigd is gebleven, niet lag op den weg der regeering" kan kwaljjk ontkend worden dat hoogst belangrijke veranderingen worden voorgesteld. De bijzondere school wordt gesubsidieerd, het openbaar lager onderwijs verzwakt, het openbaar meer uitgebreid lager onderwijs in sterke mate bedreigd, het budget van vele gemeenten zeer ernstig benadeeld. Het ligt voorzeker op den weg van de Liberale Unie over dit ontwerp hare meening uit te spreken, eenheid van opvatting en gedragslijn, voor zooveel zij het vermag, bij hare geestver wanten te bevorderen. W|j achten ons dus verplicht, u ten deze van praeadvies te dienen. In de eerste plaats rijst de vraagof de grondwet zich verzet tegen subsidieering van de b|jzondere school W|j meenen dat deze vraag, met het oog op de geschiedenis der jongste herziening, ontkennend moet worden beantwoord. Het toen gesprokene en geschre vene, speciaal naar aanleiding van het voorstel Schaepman, in verband met de wordingsge schiedenis van artikel 194 bij de herziening van 1848, wettigt de meening, dat de grond wet zelve het subsidieeren van bijzonder onder wijs noch verbiedt noch onmogelijk maakt. Doch wèl gebiedt zij uitdrukkelijk dat het openbaar onderwijs een voorwerp zij van de aanhoudende zorg der regeering, wèl is zjj volkomen in overeenstemming met de algemeene begeerte b|j de geheele liberale partij dat het volkson derwijs goed en algemeen zij. De staat heeft wij zeggen het der regeering in hare memorie van toelichting na «zeer groot belang bij het volksonderwijs en is alleen in staat te zorgen dat er overal en te allen tijde een volksschool zij." Nu het niet mogelijk is de kosten van het openbaar onderwijs op de gebruikers daarvan te verhalen, is wij zeggen het wederom der regeering na «de staat wel verplicht een deel van het openbaar onderwijs te doen bekostigen uit de openbare kassen." Is dus openbaar onderwjjs onmisbaar en moet dit ten deele uit de openbare kassen betaald worden, dan zou reeds daarom al werd het niet uitdrukkelijk door de Grondwet bevolen de regeering daaraan hare zorg moeten wijden. Volksbelang bij uitnemendheid als het volks onderwijs is èn krachtens de grondwet èn naar luid van de memorie van toelichting, behoort het goed en algemeen te zjjn. Reeds hieruit volgt dat van liberale zijde elke poging om het openbaar onderwijs in ge halte te verminderen of te verzwakken bestre den, daarentegen voor uitbreiding van het volksonderwijs gestreden moet worden. Vorderen nu deze beginselen eveneens, dat in de gegeven omstandigheden onvoorwaardelijk afgewezen worde de eisch onzer tegenstanders «subsidie voor het bjjzonder onderwijs?" Of nioet onze levendige wensch dat het volkson derwijs inderdaad algemeen worde, er ons toe leiden dien eisch in te willigen? Het ontwerp legt aan de overheid de ver plichting op tot subsidieering, en dit wordt gemotiveerd door de leuze van «rechtsgelijk- heid." Dat dit een valsche leuze is, bew|jst het regeeringsvoorstel zelf zoo duidelijk moge lijk. De regeering zelve wil immers aan open baar en aan bijzonder onderwjjs noch dezelfde rechten toekennen noch dezelfde verplichtingen opleggen. Noch dezelfde rechtenwant de regee ring zelve stelt voor, alleen voor de onderwijs krachten, niet ook voor den schoolbouw subsidie aan bijzondere scholen te geven. Noch dezelfde verplichtingen: immers de regeering stelt voorop dat van de bijzondere school de «onmisbare vrjjheid" niet mag worden aangetast. De eisch van rechtsgelijkheid kan dan ook niet door de liberale partij worden aanvaard. Intusschen, ontkend worden kan het niet dat de bijzondere school de uitgaven ten be hoeve van het openbaar onderwijs voor staat en gemeente vermindert, en het bijzonder onderwjjs zoodanige uitbreiding heeft gekregen dat 1/4 van de schoolgaande kinderen een bij zondere school bezoeken. Bestaat nu er een regeering is, in hoofdzaak voortgekomen uit partijen welke den strijd voor de bijzondere school tot leuze en punt van vereeniging hebben aangenomen, er geen aanleiding voor de liberale partij om in 't belang zoo van het land als van het onderwijs aan de wenschen der tegenpartij tegemoet te komen Men versta ons wel: dat door het ontwerp aan een ge- gronden eisch van rechtsgelijkheid zou worden voldaan, betwisten w|j ten sterkste. Doch op grond van billijkheid ware in 't algemeen be lang en ter wille van het onderwjjs het beginsel van subsidiëering toe te geven. In 't algemeen belang: want inderdaad, het is meer dan tijd dat de onderwjjs-quaestie ophoude een strui kelblok te zijn voor behoorljjke behartiging van vele gewichtige belangen, een oorzaak van slechte partjjgroepeering en van onnatuur lijke partijverbindingen. Ter wille van het onderwjjs want het onder wjjs zelve ljjdt onder den hardnekkig gevoerden strijd; de oppositie tegen het zooveel gesmade openbaar onderwijs brengt (men denke aan de verwijdering van kinderen beneden 6 en boven 12 jaren) tot handelingen, door welke het belang van de kinderen maar al te zeer wordt geschaad. Getrouw aan ons grondbeginsel, dat bovenal het onderwijs goed en algemeen moet zjjn, kunnen wij, juist ter wille daarvan, mits waarborgen gegeven worden dat ook het gesubsidieerd bijzonder onderwijs goed zjj, in den eisch van subsidie berusten, dewijl langs dezen weg tot vervulling komen kan en moet onze levendige wensch dat het lager onderwijs algemeen worde door oplegging van de ver plichting om het kind onderwijs te doen ge nieten, hetzjj openbaar, hetzjj bjjzonder. On eindig liever subsidie met leerplicht dan ver bitterende strjjd over het onderwijsvraagstuk, ten nadeele van de volksontwikkeling en van de algemeene landsbelangen. Geen non possumus doe de liberale partij tegenover het wetsontwerp hooren. Zjj verklare ter wille van het onderwijs in 't algemeen, ten bate van het landsbelang, zich eerlijk en oprecht bereid een grooten stap tot toenadering te doen, doch zjj bandhave daarbij met de meeste energie haar hoofdbeginsel: goed en algemeen volks-onderwijs. Daarom dringe zij er met ernst en klem op aan, dat die bepalingen in het ontwerp ge- wjjzigd worden, welke het gehalte van het openbaar onderwijs verzwakken (geringer mini mum van onderwijzers, wjjze van benoeming en ontslag van hoofden van scholen, ver plichte heffing van b i 11 ij k schoolgeld), of het openbaar meer uitgebreid lager onderwjjs in sterke mate bedreigen (onthouding van subsidie voor onderwijzers boven het minimum en ook bjj een schoolgeld van gemiddeld meer dan ƒ25), en dat voldoende waarborgen worden gegeven voor het gehalte van het gesubsidieerd bjjzonder onderwijs (met verkorting van het overgangstijdperk van 8 jaren.) Het overwegend argument tegen leerplicht was tot dus ver het bezwaar tegen openbaar onderwjjs en onvoldoende middelen om het bijzonder onderwjjs naar wensch te ontwikkelen. Welnu, de liberale, hervormingsgezinde partjj toone den ernstigen wil, dat struikelblok op te heffen en belyde openljjk wij willen dat alle kinderen in Nederland goed lager onderwjjs genieten, en dat belang gaat bjj ons boven de vraag op welke school dit onderwijs gegeven wordt. Wij hopen en vertrouwen, dat het boven staande bjj u instemming moge vinden." Adres der Hamer van koophandel te fHiddelburg- inzake de Hoterwet. Het adres, door de kamer van koophandel te Middelburg aan de Tweede kamer inzake de margarinewet gezonden, luidt in zijn geheel als volgt »Het door de regeering ingediend ontwerp van wet, houdende bepalingen tot voorkoming van bedrog in den boterhandelkomt ons, ook na de wjjziging, welke het blijkens schrijven der regeering van 23 Maart heeft ondergaan, om meer dan eene reden zeer bedenkeljjk voor. In 't algemeen vereenigen wjj ons gaarne met de bedenkingen, tegen het ontwerp aangevoerd o. a. in de tot uwe vergadering gerichte adressen der kamers van koophandel en fa brieken van Arnhem, Haarlem, Leeuwarden en Rotterdam, alsmede de Vereeniging van mar- garineboter-fabrikanten in Nederland. Ook wjj achten dit ontwerp een stap in de verkeerde richting, waar het bescherming van de natuurboter tegenover de margarineboter zoo niet ten doel dan toch zeker tengevolge heeft. Ook wjj noemen het onrechtvaardig dat de margarineboter als 't ware vogelvrjj wordt verklaard, daar het een ieder geoorloofd zal zjjD slechte, onbruikbare, vervalschte natuur boter den naam van margarine te geven en onder dien naam te leveren en te verkoopen. Ook wjj wjjzen er met nadruk op, dat de in art. 2 gebrachte wjjziging welke als eene concessie aan rechtmatige bezwaren bedoeld is de zaak nog erger maaktop de verpakking of op de waar zelve moet »het woord surrogaat of wel margarine'''' voorkomen. Ieder knoeier wordt als 't ware door deze redactie uitgenoodigd zjjn slechte waar «margarine" te noemen «surrogaat" en «margarine" worden zoodoende identiek Terwijl een groot verschil bestaat tussehen «margarine" en «margarineboter" zou de wet gever den fabrikant dwingen «margarine" te noemen een product, dat hij uit die stof tot margarineboter vervormd heelt. Doch afgescheiden van de argumenten aan recht en billijkheid ontleend en welke reeds uitvoerig in vele adressen zjjn ontvouwd, mee nen wjj uwe vergadering ook nog met nadruk te moeten wjjzen op de groote beteekenis der industrie, tegen welke het ontwerp gericht is. Van de 1.273.000 centenaars (a 50 kilo), welke in 1887 in Engeland werden ingevoerd, kwam niet minder dan 1.172.000 centenaars uit ons land. Voegt men bjj deze cjjfers het bedrag dat naar België uitgevoerd en dat in ons land verbruikt wordt, zoo komt men tot een produc tie, welke veilig gesteld kan worden op SC millioen kilogram. Daarvoor is noodig (270 liter per 1000 kilo) niet minder dan 20,520,000 liter melk, welke gemiddeld met 0.065 per liter betaald wordt, zoodat de landbouwer van de margarine-industrie 1,333,800 voor de melk ontvangt. Nu vestigen wij al aanstonds uwe aandacht op het eenvoudige feit, dat de landbouw er i oordeel in ziet die groote hoeveelheid melk niet zelf tot natuurboter te verwerken, maar ze aan de margarineboter-fabrieken te verkoopen. Reeds hieruit volgt, dat die door den landbouw vervolgde margarineboter-fabricage voor de landbouwers zelf een voordeel oplevert; anders toch zouden zjj zelf de melk tot boter maken In de tweede plaats vestigen wjj er de aan dacht op dat de staat, op het zout belasting heffende (en niet in geringe mate), groot belang bjj de industrie heeft. Per 1000 kilo marga rineboter is noodig 60 kilo zout, alzoo in het geheel niet minder dan 4,560,000 kilo zout, welke 0.09 per kilo aan accijns oplevert, alzoo 410,400. De staat loopt gevaar die bate te verliezen, wanneer de industrie zich naar België verplaatst, waar zjj bovendien een dergeljjk exorbitant bedrag aan zoutbe- lasting niet heeft op te brengen. In de derde plaats wjjzen wjj erop dat, wan- neer slechts de Nederlandsche natuurboterbe- reiding op de hoogte van haren tjjd ware, de Nederlandsche natuurboter eene belangrijke afneemster zou vinden juist in de margarine boter-fabrieken, welke thans (bij eene produc tie van 76 millioen) niet minder dan 4,560,000 kilo fijne Deensche boter gebruiken. Laat men aan beide takken van bedrjjt volle vrijheid, dan zal de Nederlandsche landbouwer door concurrentie tot krachtsinspanning gedrongen er wellicht in slagen zjjn product zoo voor treffelijk te maken, dat het bruikbaar is voor den magarineboter-fabrikant en zal hij in zijn zoogenaamde concurrente een afneemster van aanzienljjke bedragen vinden. De gemiddelde prijs, dien de margarineboter-fabrikant voor beste Deensche boter betaalde, was over 1887 en 1888 1,43 per kilokon de Nederland sche landbouwer dien prjjs evenzeer voor zjjn product bedingen (hij maakt nu gemiddeld 1,10) dan zou alleen voor den afzet aan de boterfabrieken 1.504,800 meer van die 4,560,000 kilo natuurboter worden ontvangen. In de vierde plaats zjj herinnerd dat de ar- beidsloonen 7,50 per 1000 kilo), in de marga rineboter-fabricage verdiendop 577,000 kunnen gesteld worden. Waar veel over werke loosheid geklaagd wordt, noemen wjj het on verantwoordelijk, de kans te scheppen dat door verplaatsing der industrie naar België die arbeidsloonen aan onze werklieden ontnomen zouden worden. In de vjjfde plaats wijzen wjj op de vrachten, verdiend door de binnenlandsche scheepvaart en de spoorwegen. Het vervoer van de grond stoffen van Rotterdam (de stapelplaats der margarine en de aanvoermarkt uit Amerika) naar de fabrieken en de overbrenging van het afgewerkte artikel naar de plaatsen van con- sumtie, kunnen gemiddeld op 6 per 1000 kilo gesteld worden. Daarbij komt de vracht voor het transport van de margarine naar ons land (tot een bedrag van stellig 52,000 ton bruto), waarvan het meerendeel door de booten der Nederlandscli Amerikaansche stoomvaartmaatschappij uit Ame rika wordt aangevoerd, en de vracht voor het vervoer van de margarineboter naar Engeland, 't welk voor een deel eveneens onder Neder landsche vlag (per stoomvaart-maatschappjj Zeelandplaats heeft. Onze Nederlandsche stoomvaart heeft dus ook belang bjj den bloei dezer industrie. Eindelijk vestigen wjj de aandacht op de emballage. De verpakking der kunstboter geeft groot vertier aan de kuiperijen, kistenmakerjjen en mandenmakerijen in ons land die bedrjjven geven aan vele handen werk. De emballage kost per kilo margarineboter 3 a 3j cent, dus voor 76 millioen kilo niet minder dan ƒ2.470.000, waarvan een zeer groot gedeelte besteed wordt aan arbeidsloon en een ander gedeelte aan hoepels en teenen, welke beide artikelen nage noeg uitsluitend in Nederland er voor worden vervaardigd of gekweekt. Een mede niet onbe langrijk onderdeel is oliede te Delft opge richte olietabriek heeft aan de margarine industrie haar ontstaan te danken en is vermoedelijk geheel athankeljjk van het voort bestaan der margarine-industrie. Ook van die olie wordt inkomend recht (0.55 per 100 kilo) betaald, zoodat het rjjk ook uit dien hoofde (bjj een invoer van 13 millioen kilo) een bate heeft. Wij vleien ons door het bovenstaande eene juiste schets gegeven te hebben van het belang dat de Nederlandsche schatkist, de landbouwer en de werkman heeft bjj den bloei der marga rineboter-fabrieken. Yoorwaar, het geldt hier niet alleen een stap in een o. i. verkeerde richting, het voorstel is niet alleen onbillijk en onrechtvaardig, maar het ontwerp bedreigt bovendien in ern stige mate een hoogst belangrjjken tak van industrie, welke zeer groote voordeelen oplevert en veel vertier geeft in menigen tak van bedrjjf. Wjj verzoeken uwe vergadering daarom dringend de voordracht der wet te verwerpen". In Staatsblad no 4-3 is afgekondigd het vol gende besluit van de staten-generaal in ver- eenigde vergadering van 2 Mei 1889, krachten" art. 47 der grondwet De voorzitter van de Eerste kamer der staten- generaal «Overwegende, dat de staten-generaal heden in vereenigde vergadering hebben genomen het volgende besluit «De staten-generaal in vereenigde vergade- «riDg verklaren dat het in art. 38 der gron- »«wet omschreven geval heeft opgehouden te bestaan" «Gezien art. 47 der grondwet «Gelast, dat dit besluit, door plaatsing dezes in het Staatsblad, wordt afgekondigd. »'s Gravenhage, 2 Mei 1889 «De voorzitter van de Eerste kamer der staten-generaal, »W. A. A, J. schimmelpenninck. van der Ol je." In de gisteren gehouden vereenigde zitting der Staten-generaal deelde de minister Mackay, na de genomen beslissing omtrent de hervatting der regeering door onzen koning, mee dat, nu dit voor het vaderland verbljjdende besluit was genomen, de Raad van state, waarnemende het koninklijk gezag, machtiging verleend heeft geen verder gevolg te geven aan de den ministers van justitie en van binnenlandsche zaken ge dane opdracht tot indiening eener wet tot voorziening in het regentschap. Gelijk uit de mededeeling blijkt, gisteren door den minister van buitenlandsche zaken in de Eerste kamer gedaan, heeft de Engelsche regeering geen weerstand geboden aan den aandrang, door de Royal Agricultural Society op haar uitgeoefend, en den datum, waarop de in voer van levend Hollandseh vee in Engeland was opengesteld 1 Juni drie maanden dus tot 1 Sept. a. verschoven. belast met de tjjdeljjke waarneming der con trole Leeuwarden. Nog is voor den tjjd van drie jaren gedeta cheerd bij het wapen der genie van het leger hier te lande, de eerste-luitenant der genie A. C. Burgdorffer, van het leger in Nederlandsch- Indië thans met verlof hier te lande. Bij kon. besluit zjjn benoemdtot controleur der directe belastingen, invoerrechten en acc., te Utrecht M. A. Bringenberg, thans te Leeu warden te Coevorden H. W. J. Callenfels, thans adjunct-coritroleur derzelfde middelen te Maastrichttot adjunct-controleur derzelfde middelen te Amsterdam P. A. van de Velde, ontvanger der dir. bel., invoerr. en accijnzen te Gennepte Maastricht A. E. F. A. baron van Ittersum, ontvanger derzelfde middelen te Groesbeek c. a. Verder is C. F. L. Mirandolle, adjunct-con troleur derzelfde middelen te Amsterdam, tevens Dinsdag verleent de minister van justitie geen audiëntie. De verkiezing voor een lid der Tweede kamer in het district Nijmegen vacature-Reuther is bepaald op Dinsdag 21 Mei en eene eventueele herstemming op Donderdag 4 Juni d. a. v. De minister van buitenlandsche zaken brengt ter kennis van belanghebbenden, dat de heer L. van Riet, consul der Nederlanden te Buenos- Aires, op een nader aan te kondigen tijdstip, opnieuw aan zijn departement zal zjjn te spreken. Geïnteresseerden gelieven zich inmiddels schriftelijk tot genoemden ambtenaar (adres departement van buitenlandsche zaken) te wenden, onder aanwijzing waaromtrent zjj inlichtingen wenschen te ontvangen. Te Breda is op 79jarigen leeftijd plotse ling overleden de vice-admiraal G. C. C. Pels Rjjcken, oud-minister van marine. De bij het leger in Oost-Indië gedetacheerde kapitein der inf. F. W. J. Buys zal voor of op den llen Mei e. k. met een der stoomschepen naar Nederland terugkeeren. De Nederlandsche Rijn- en Centraal-spoorweg zullen, naar men Terzekert, binnen den tijd van éen jaar aan de Exploitatie-Maatschappij overgaan. Donderdag zjjn wjj deelden dit in het grootste gedeelte der oplaag van ons vorig nommer reeds mee door het provinciaal kerkbestuur van Zeeland tot predikant toege laten de heeren P. Bokma en H. J. Noteboom, beiden theol. cand. te Utrecht. De heer F. Hage, pred. te Wolfaartsdijk, herdacht Woensdag onder vele blijken van belangstelling den dag, waarop hij vóór 25 jaar de evangeliebediening aldaar aanvaardde. Arrondissements-rechtbank te Middelburg. Bedrog. Heden stond terecht E. J. L. N., oud 88 j.* expéditeut en scheepsmakelaar te Terneuzeu, ter zake dat hjj in het jaar 1888, in zijne hoedanigheid van expéditeur en cargadoor te Terneuzen, twee rekeningen, die bestemd waren om te dienen tot bewijs van hetgeen hjj in bovengenoemde kwaliteiten ten behoeve van Antoon Nielsen, kapitein der Noorsche bark Carel XV, had uitgegeven, valschelijk en in strijd met de waarheid heeft opgemaakt doof daarop te vermeldena. op de rekening geda teerd Augustus 1888 1". een post voor loods gelden ten bedrage van f 86.80, terwijl hij daarvoor in werkelijkheid aan den ontvanger der loodsgelden slechts had betaald 83.96 j 2°. een post voor het doen opmaken van het protest, benoeming en beëediging van deskun digen, benoeming en beëediging van een tolk en salaris van dien tolk tot een bedrag van 28.30, terwijl hjj daarvoor in werkelijkheid aan den griffier van het kantongerecht slechts had betaald 10.90 b. op de rekening geda teerd 2 November 1888 1°. een post voor loods gelden ten bedrage van 92.70, terwijl hjj daarvoor in werkelijkheid aan den ontvanger der loodsgelden slechts had betaald eene som van 88.752°. een post voor het doen op maken van het protest, benoeming en beëedi ging van deskundigen, benoeming en beëediging van een tolk en salaris van dien tolk tot een bedrag van 28.30, terwijl hij daarvoor in werkelijkheid aan den griffier van het kanton gerecht slechts had betaald eene som van 10.903». voor eene advertentie in de Ter- neuzensche courant van 17 October 1888 tot een bedrag van 5.88, terwijl hjj in werkelijkheid aan den uitgever der courant daarvoor slechts had betaald 1.30 en zulks met het oogmerk om die rekeningen als echt en onvervalscht te gebruiken, waaruit voor genoemden kapitein Nielsen nadeel is ontstaan, daar deze de op de rekeningen voorkomende bedragen aan hen} heeft uitbetaald.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1889 | | pagina 1