N°. 98.
1326 Jaargang.
1889.
Vrijdag
26 April.
Verspreide iserïchten*
Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k s
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco f 2.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 cent.
Advertentiën: 20 cent per regel. Bij abonnement lager.
Geboorte-, Trouw-, Dood-, en andere familieberichten met de daarop
betrekking hebbende dankbetuigingen: van 17 regels 1.50;
iedere regel meer 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Nieitwenhdijzen.Verder worden door alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aangenomen, en nemen ook het algemeen advertentie- moeten des namiddags te een uur
Bij deze courant behooren twee Bijvoegsels.
Middelburg 25 April.
Een terugblik.
1810—1814.
LETTEREN EN KUNST.
ONDERWIJS.
KERKNIEUWS.
RECHTSZAKEN.
UIT STAD EN PROVINCIE.
VERKOOPINGEN, ENZ.
MIDDEL
Thermometer.
Middelburg 25 April. vm. 8 u. 49 gr.
m. 12 u 55 gr. av. 4 u. 54 gr. F
Verwacht Verand. wind.
Agenten te Vlissingen: P. Gr. de Vet Mestdagh Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen: P. v. d. Peijl, te Zierikzee: A. C. de Mooij en te TholenW. A. van Advertentiën
bureau van Nijgh Van Ditmab te Rotterdam, en de firma B. van der Kamt te Groningen, voor de Noordelijke provinciën, annonces aan.Hoofdagenten voor het aan het bureau bezorgd zijn, willen
Buitenland: te Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G.L. Dattbe Cie., John F. Jones, opvolger, voor België A. Gbosjean Co. te Brussel. zij des avonds nogworden opgenomen
III.
Holland groeit weer, Holland bloeit weer
Hollands naam is weer hersteld
Holland uit zijn stof verrezen,
Zal opnieuw ons Holland wezen,
W. Bilderdijk.
Walcheren was vry en menige vreugdetraan
werd geschreid, menig dankgebed rees ten hoogen.
Geen Fransehe soldeniers meer, die met het
zwaard de klachten op de lippen smoorden
geen geheime verklikkers, die van de minst
beteekenende uiting eene aanklacht wisten te
smedengeen Fransehe ambtenaren meer, die
den handelaar en burger uitzogen en verdruk
ten j geen tweedracht meer, waar het Neder-
landsche volk vrij zich tooide met het Oranje
en de driekleur van tinnen en torens het ver
meldde dat de ketens, die den alouden Neder-
landschen Leeuw in banden sloegen, waren
verbroken.
De 5en Mei was de lang gewenschte dag,
waarop het eiland Walcheren weder met het
vaderland vereenigd werd.
De heeren W. F. van der Burcht van
Lichtenberg en de oud-burgemeester J. H.
Schorer, commissarissen van Z. K. H. den sou-
vereinen vorst, werden van Veere, waar zij den
vorigen dag waren aangekomen, ingehaald, aan
de poorten van Middelburg door de stedelijke
regeering ontvangen en in optocht naar het
raadhuis geleid. Het was een feestelijke tocht,
want alle straten waren door de burgerij met
groen getooid, afgewisseld door eerepoorten,
festonnen en kronen, terwijl overal het, in
overgrooten getale zich in de straten verdrin
gende, volk den stoet luidruchtig toejuichte.
Op het stadhuis werden de commissarissen
gerecepieerd en daarna werd van de puve voor
de hoofddeur door hen de volgende proclamatie
voorgelezen
>In naam van Z. K. H. Willem Frederik,
prins van Oranje Nassau, Souverein vorst der
vereenigde Nederlanden.
De commissarissen generaal van het depar
tement der Monden van de Schelde, aan allen
die dezen zullen zien of hooren lezen, salut!
Waarde landgenooten 1
Lof en dank aan de oneindige goedheid van
den Almachtige!
Of zou de eerste uitboezeming van een be
wogen hart in dit oogenblik wel eene andere
strekking kunnen hebben?
Eindelijk toch hebben de rampzalige too-
neelen des oorlogs plaats gemaakt voor een
lieflijken, algemeenen vredehet treurigst uit
zicht op uiterste ellende en verwoesting, 't
welk ons en dit eiland benauwde, voor een
gegronde hoop op welvaart en voorspoed. Alle
willekeurige overheersching van vreemden voor
een weldadig bestuur van eigen ingezetenen.
En eindelijk maakt het eiland Walcheren,
benevens de andere Zeeuwsche eilanden wederom
een gedeelte uit der vrije vereenigde Neder
landen, onder het opperbestuur van een vorst
uit het huis van Oranje, even als zijne door
luchtige voorvaderen, uit Neêrlandseh bloed
gesproten; een huis waarvan de naam alleen
welgestelde harten der Zeeuwen van erkentenis
en eerbied doet ontgloeien.
Lof en eere aan den Almaehtigen, brengt
hem de offers uwer dankbaarheid toe; betaalt
hem uwe geloften!
Het is de wettige opdracht der souvereiniteit
dezer landen door den volke aan Z. K. H.
Willem Frederik gedaan; het is de grondwet
die daarop is gebouwd en op den 29 Maart
11. is aangenomen; het is de inbezitneming
van dit geheele eiland in naam van bovenge
melden vorst, welke wij als zijne commissarissen-
generaal het genoegen hebben u mits deze
aan te kondigen.
Geluk dan, waarde landgenooten, met deze
wonderbaar gezegende uitkomst der omstan
digheden
En nu blijdschap! vreugde! Eerbewijzing
Maar ook algemeene hartelijke verzoening
eerbied voor rust en orde liefde voor gods
dienst en goede zedenondergeschiktheid voor
wet en overheid
Zoo dragen alle uwe daden het kenmerk van
de oprechtheid uwer bedoelingen.
Zoo achtervolge de goede God dezelve met
de beste zegeningen
En onze algemeene verkenningsleus zij altoos
en alomvoor Godvoor vaderland en
Oranje
Natuurlijk werd die proclamatie met een
donderend .Oranje boven" bezegeld en heerschte
gedurende dien dag en den volgenden in de
hoofdplaats van Walcheren eene sedert vele
jaren niet gekende feestvreugde.
Zaterdag den 7 Mei werd te Ylissingen de
proclamatie afgekondigd en was die stad in
feestelijken dos, terwijl men den volgenden
Zondag daar een plechtigen dankdag vierde.
Een algemeene dankdag over het geheele
district van Walcheren had Woensdag 18 Mei
plaats en werd door alle godsdienstige gezind
heden gevierd.
Ofschoon in onze omgeving de 75jarige ge
denkdag onzer verlossing van de Fransehe
overheersching niet feestelijk herdacht wordt,
hebben wij toch gemeend een korten terugblik
te moeten slaan op de jaren van verdrukking
onzer voorvaderen, en op de eerste dagen van
de herhoren Nederlandsche vrijheid.
Die vrijheid is tot den huidigen dag der
Nederlanders hoogste goed geweest en na 1814
heeft Nederland onder het bestuur van vorsten
uit het huis van Oranje met eere zijn stand
punt onder de Europeesehe rijken ingenomen
en gehandhaafd.
Zoo zy het en zoo blyve het
Het Vaderland komt ten opzichte van het
ingediende ontwerp tot wijziging der schoolwet
tot deze conclussie.
»De eisch van subsidie voor de byzondere
scholen schrikt ons niet at, al zouden wij in
geenen deele bereid zijn de stellingen met -al
haar consequentiën te aanvaarden, waarop de
regeering haar eisch meent te moeten gronden.
Tegen dien eisch op zichzelf zouden wij geen
non possumus willen doen hooren, maar wel
een non possumus, als de regeering er op uit
is de waarborgen voor goed volksonderwijs, in
stede van ze te verscherpen, te verzwakken.
De liberale partij is het aan haar verleden
verplicht te zorgen, dat voldoend onderwijs
nergens ontbreke en ook dat geen kind door
schuld der overheid of door schuld der ouders
van onderwijs verstoken zjj. Wil dan de tegen
partij volstrekt eenig geld voor haar scholen
- welnu, dat het haar ten zegen zij.
>Of de gansche liberale partij de richting uit
wil, door ons geschetst Wij weten het niet,
maar dit weten wij wel, dat er velen, zeer
velen zijn onder de gezaghebbenden in de party,
by wie deze denkbeelden op weerklank kunnen
rekenen en ook dit, dat naar onze overtuiging
het volgen van dezen weg èn der partij èn het
land ten zegen zou zyn".
De Nieuwe Rott. Crt. wijdt heden ook een
eerste artikel aan het ontwerp, waarvan het
slot aldus luidt
.Gelijk wij nader in bijzonderheden zullen
aantoonen, zou het openhaar onderwijs, werd
het ontwerp onveranderd aangenomen, ernstige
schade lijden; het is te betreuren, dat de
regeering hare liefde voor het bijzondere onder
wijs niet beter in overeenstemming heeft weten
te brengen met haren grondwettigen plicht
jegens het openbare. Maar, hoeveel kwaad ons
boven het hoofd hange, op de plaats, door de
grondwet haar aangewezen, wordt de openbare
school gehandhaafden op die plaats gehand
haafd, mogen haar de middelen niet onthouden
worden, om te zijn wat zij moet zijn, de school,
die geeft «vat allen noodig hebben, de banier
drager van goed volksonderwijs."
Bij kon. besluit zijn, bevorderd tot officier
van gezondheid lsta kl. bij de zeemacht, de
offi. van gezondh. 2de kl. dr. H. G. Ringeling,
J. A. Portengen en W. W. van der Yegt.
Aan F. Raedt, contr. der dir. belast., invoerr.
en acc te Coevorden, en aan J. H. Blankert,
ontv. der dir. belast, en acc. te Hasselt c. a.,
is, op hun verzoek, eervol ontslag verleend uit
's rijks dienst.
Yerder is de eerste-luit.-kwartierm. J. A.
Neuwieller, van het 8ste reg. inf., op pensioen
gesteld en het bedrag van het pensioen, be
paald op ƒ1170 'sjaars en de officier van
gezondh. 1ste kl. van het leger in N.-I. J. C.
de Oude, op zijn verzoek, eervol uit Z. M. mil.
dienst ontslagen met toekenning van pensioen.
Eindelijk zijn in hunnen rang overgeplaatst
lo. by het wapen der inf., en wel bij het 5de
reg. van dat wapen, de kapitein A. R. Krai-
jenhoff van de Leur, van den general en staf:
2o. bij den generalen staf, de kapitein A- J.
Prins, van het 4de reg. inf.
De militie te land van de lichtingen 1885,
1886, 1887 en 1888, (voor zoover zij van de
laatste lichting niet tot September onder de
wapenen blijven) zullen in de maanden October,
November en December a. s. gedurende 13
dagen onder de wapenen worden geroepen om
de behandeling van 't Yitali geweer te leeren.
Dit heeft alleen betrekking op de regimenten
behoorende tot de le en 2e divisie infanterie.
De korpsen der 3e divisie infanterie (2e,
3e en 6e regiment infanterie) worden opgeroepen
van 12 Augustus tot 14 September tot deel
neming aan groote manoeuvres in het oostelijk
deel van Noord-Brabant.
Volgens Het Vad. is de oud-minister van
oorlog, generaal Reuther, lid van de Tweede
kamer, zeer ernstig ongesteld.
Te 's Gravenhage overleed Dinsdag de heer
F. G. R. H. van Lilaar, oud-minister van justitie
in het ministerie-Fock in 1868. Hij stelde in
dertijd de afschaffing der doodstraf voor, en de
beide kamers steunden hem bij die loffelijke
poging.
De overledene, den 9en November 1823 te
Amsterdam geboren, volbracht zijne studiën aan
de hoogesohool te Leiden, waar hij den 29en
November 1847 promoveerde. Den 19en Aug.
1848 werd hij benoemd tot plaatsvervangend
kantonrechter in zijn geboorteplaats en den 22en
Februari 1851 tot rechter-plaatsvervanger bij de
rechtbank aldaar. By dat college werd hij den
29en April 1853 aangesteld tot substituut-grif
fier, waarna hij ruim twee jaren later den
lOen Mei 1855 werd benoemd tot substituut
griffier hij het provinciaal gerechtshof in Noord-
Holland en 3 September 1866 tot raadsheer
in dat hof.
Na zijn aftreden als minister, den 3eu Jan.
1871 tot 11 Dec. 1875, bleef hij ambteloos, om
toen zitting te erlangen in het gerechtshof te
Amsterdam 27 Mei 1878 werd hij tot raadsheer
in het gerechtshof te 's Gravenhage benoemd.
Naar getuigenis van het Dagblad toonde mr
Van Lilaar zich een werkzaam man, die kennis
paarde aan toewijding van zijn ambt. In de
rechterlijke colleges, waaraan hij verbonden was
of waarvan hij deel uitmaakte, was hij zeer
gezien en werd hij hoog gewaardeerd.
Daar hij afs mensch een open en rond karakter
bezat en zich voor de publieke zaak zeer inte
resseerde, verwierf hij zich veler toegenegenheid
en erkentelijkheid.
Zijne nagedachtenis zal in vele kringen met
sympathie blijven genoemd.
Naar men ons mededeelt zijn de onderhan
delingen tot overname van den Ned. Rijn- en
den Ned. Centraalspoorweg door den staat reeds
verre gevorderd en zou het doel der overname
zijn beide lijnen in exploitatie te geven aan de
Maatschappij tot exploitatie van Staatsspoorwegen,
die daardoor niet alleen eene nieuwe verbin
dingslijn verkrijgt tusschen hare noorder- en
zuiderlijnen, maar wat voor hare ontwikke
ling hoofdzaak mag worden geacht in recht-
streeksche aansluiting komt met de hoofdstad
des lands en de belangrijke werken, die daar
in de laatste jaren, ten bate van handel en
nijverheid en van onze zeevaart zijn tot stand
gekomen.
Een der hoofdambtenaren van de Exploitatie
maatschappij (wiens naam wjj kieschheidshalve
verzwijgen) schijnt reeds aangewezen, om even
tueel als directeur met het beheer der heide
nieuwe lijnen te worden belast, terwijl van de
hoofdambtenaren van den Rijn- en den Cen
traalspoorweg enkelen in dienst zouden blijven,
anderen daarentegen op wachtgeld zouden
worden gesteld.
Het zal intusschen wel geen betoog behoe
ven, dat deze onderhandelingen en voornemens
slechts voorloopig zijn, daar zij de goedkeuring
behoeven, zoowel van de beide takken onzer
wetgevende macht, als van de aandeelhouders
der drie bij de onderhandelingen betrokken
spoorwegmaatschappijen, alvorens te kunnen
in werking treden. (Utr. Dagbld.)
De heer H. D. Tjeenk Willink te Haarlem
gaf weêr een practisch boekje in 't licht nl.
het ontwerp-Mackay tot hernieuwing der wet op
het lager onderwijs ter vergelijking gedrukt naast
de thans geldende niet met de memorie van toe
lichting.
In deze dagen zal deze uitgave zeker wel
koopers vinden.
Schorers Familiènblatt geeft o. a. een repro
ductie van Van Trigts »Het uiteinde van
Erasmus". Onder de artikelen komt voor »Das
Spiel" door Ed. Hartmann,
De stad Antwerpen heeft voor al de Zon
dagen tusschen 7 Juli en 15 September a. een
festival uitgeschreven, waaraan alle maatschap
pijen voor zang, fanfaren, harmonie en symfonie
uit België en daarbuiten kunnen deelnemen.
Elke maatschappij mag, voor hare deelneming,
den dag kiezen die haar het best bevalt. Het
cijfer der premiën bedraagt meer dan 4000 frank.
De eerste premie is 1000 frank.
De maatschappijen, die het prospectus niet
ontvingen, kunnen dit aanvragen bij den burge
meester der stad.
Naar wij vernemen heeft de heer dr J. J.
Couvée alhier bedankt voor zijne benoeming
tot lid der commissie, belast met het afnemen
van het eindexamen aan de hoogere burger
scholen in onze provincie.
Bjj kon. besl. is hoven de gewone subsidie
van 30 pet. nog eene extra-subsidie verleend
aan de gemeenten Ellewoutsdijk van 800,
Heinkenszand van 250 en Nisse van 850.
(6?. Ct.)
Een onderwijzer, die aan het departement
van onderwijs in Transvaal inlichtingen had
gevraagd omtrent de toekomst voor onderwij
zers aldaar, heeft van den heer Borel, waar
nemend secretaris van dat departement, een
schrijven ontvangen, waarin hem gemeld woi'dt,
dat er thans geen vacaturen bij het onderwijs
zijn en bij voorkomende gelegenheden het aan
tal sollicitanten, w. o. velen met hoofdacte en
verder gegradueerden, legio is. Om deze reden
raadt genoemde secretaris het overkomen van
onderwijzers na,ar Transvaal af.
In plaats van wijlen den heer J. M. de
Smidt, te Schoondijke is, tot kerkelijk ont
vanger der hervormde gemeente te Retranehe-
ment benoemd de heer J. J. Yersluijs, te Sluis.
De pleidooien Woensdag, voor het gerechts
hof te 's Gravenhage gevoerd, betroffen een
eisch tot betaling van vracht voor en ligdagen
bij het inladen van eene partij timmerhout,
door den eischer, thans geïntimeerde, van Riga
naar Terneuzen vervoerd, welke eisch door de
Middelburgsche rechtbank was toegewezen.
Mr. Van Hoek, advocaat te Middelburg, be
streed namens den appellant het door de recht
bank gewezen vonnis, op grond dat de te
Terneuzen gevestigde agent der expeditie-
maatschappij, die door den geconsigneerde met
de ontvangst der lading belast werd, de feite
lijke houder van het cognossement was geweest
en appellant dus met de kwestie der ligdagen
niets te maken had. Bovendien betoogde pleiter
dat appellant niet verplicht was die ligdagen
te vergoeden, omdat daaromtrent niets in het
cognossement stond vermeld en omdat eene
verwijzing naar de eharterpartij in het cognos
sement s1 echts betrekking kan hebben op
de bepalingen der eharterpartij, welke hare
werking moeten hebben na de afgifte van het
cognossement en dus na het ingeladen z ij n
der goederen. Met het aan dat ingeladen zijn
voorafgaand tijdvak heeft de cognossements
verbintenis niets te maken, daar die slechts
aanvangt nadat de goederen zijn ingeladen.
Pleiter beriep zich nog op de costumes, welke
te dien opzichte te Riga bestonden en de bepa
lingen der aldaar vigeerende Russische wet.
Mr. Vlielander Hein wees er op dat het ge
ïntimeerde weinig zou hebben gebaat, wanneer
eischer begonnen was met bedoelden agent
voor de betaling der overligdagen aan te
spreken, daar deze dan toch de expeditie-
maatschappij in vrijwaring en die weder op
hare beurt den geconsigneerde in onder-vrijwa
ring zou hebben geroepen, welke wijze van
procedeeren noodeloos tot een zeer kostbaar
proces zou hebben geleid. Tegen de door ap
pellant gevoerde bewering, dat er in het cog
nossement van geen overligdagen bij het inladen
gesproken werd, voerde pleiter aan dat de
schipper zich bij dat cognossement verbonden
had de lading te vervoeren en af te leveren
tegen betaling van de vracht en al de verdere
onkosten, in de eharterpartij bedoeld, onder
anderen ook die vallende op de overligdagen
bij het inladen.
Er is geen reden om de onbeperkte verwij
zing naar de eharterpartij te beperken tot
een deel der daarin voorkomende bepalingen,
gelijk appellant zou willen.
Pleiter hoopte dat de overgelegde Riga-
costumes en het raadplegen van het Russische
wetboek, dat zoowel voor hem als voor zjjn
ambtgenoot abracadabra bevatte, het hof eene
aangename lectuur zou bezorgen. Voor deze
zaak waren het echter volgens pleiters
oordeel luxe-artikelen. Zijn ambtgenoot
had toch zelf toegegeven dat het oogenblik
van het aanbieden van het cognossement het
in dezen beslissende was en dit had te Terneuzen
plaats gehad, zoodat de Russische wet daarop
niet van toepassing kon zijn.
Pleiter vertrouwde dan ook ten volle dat
het hof het vonnis des eersten rechters zou
bevestigen.
Het hof zal op 27 Mei aanstaande in deze
zaak arrest wijzen.
Het lid der sociëteit Van ongenugten vrij
te Goes, dat door het kantongerecht te Goes
werd veroordeeld, zal thans naar de G. Ct. ver
neemt in hooger beroep gaan. Als zijn verde
diger zal optreden de heer mr. K. W. Brevet,
advocaat en procureur te Middelburg.
Ons aansluitende bij het slot van het
verslag der heden door den heer Beekman te
Cortgene gehouden lezing, herinneren wij
het Middelburgsche publiek aan de voordracht,
die door denzelfden spreker Vrijdag avond te
acht uren in het Schuttershof alhier zal worden
gehouden.
Dat er gelegenheid tot debat gegeven zal
worden kan wellicht voor deze of gene eene
aantrekkelijkheid te meer zijn.
Naar wij vernemen werd in de laatste
dagen van eenigehuizen op de Rouaansche kade
alhier eene vrij belangrijke hoeveelheid lood
ontvreemd, dat van de daken en dakvensters
aan de achterzijde der woningen was afgebroken.
De dader, een knaap, is door de politie op
gespoord en aangehouden.
In de Woensdag te Middelburg gehouden
vergadering der Zeeuwsche Spoorboot-Maatschappij
is gekozen tot commissaris, ter vervanging van
wijlen den heer R. Koole, de heer mr L. A.
Bybau te Colijnsplaat, en herkozen bij pe
riodieke aftreding de heer D. A. Dronkers te
Middelburg. {Z. N.)
Door schipper 0. Schot te Tholen is
Woensdag de eerste ansjovis gevangen.
Heden middag werd op de bovenzaal der
sociëteit de Vergenoeging alhier, ten overstaan
van den notaris A. M. Tak, in het openbaar
geveild een woonhuis en erf met tuin, staande
en liggende aan den Ylissingschen weg bij den
Kleine Abeele in de gemeente Koudekerke,
grootte 5 aren, 30 centiaren.
Dit werd verkocht voor 1725»
De gespecificeerde prijzen der Woensdag
te Bergen op Zoom verpachte perceelen visseherij
op de Yersche oesterbank, waarvan wij het
totaal opgaven, zijn als volgt: perc. 1, 2a, 2b,
3a, 36, 4a, 46, 65, 7a, 76 en 8, brachten gecom
bineerd ƒ1 op; perc. 9, 10a, 106, 11a, 116,
12a, 126, 13a, 136, 14a, 145, 15a en 156, samen
f 1perc. 16a, 17a, 176, 18a, 20a, 206, 21a,
215, 22a, 23a, 24a, 246, 27a, 276, 28a, 286, 29a,
296, 30a, 306, 31a, 315, 32a, 326, 33, 34 en 35,
gecombineerd 3 perc. 37, 38a, 385, 39a, 396,
41a, 43a, samen 1 perc. 44a, 45a en 456,
samen 11perc. 476 11perc. 486 26
perc. 49a 21perc. 50a en 506, samen 20
perc. 52a en 54a, gecombineerd f 1perc. 546
29perc. 55a 11 perc. 556 3peföi
55c 26perc. 566 6gërc. B6c 18 en
perc. 576 j 7 totaal 191.
Onze Eerste kamer is al vernieuwd; Het
zijn echter niet hare leden die veranderd zijn
maar in haar vergaderzaal is een nieuw, kost
baar Deventer tapijt gelegd in plaats van het
donkergrijze oude.
Sedert eenige dagen ziet men lieden door
de straten van Amsterdam loopen, welke een
gevaarte boven het hoofd dragen, waarop een
draak geschilderd is met het opschrift Café
VEnfer. Deze reclame is uitgegaan van een
ondernemer, die op het Damrak een zooge
naamde duivelenkroeg heeft geopend, waarvan
de wanden beschilderd zijn met in vlammen
spartelende figuren. De bedienden zijn meisjes
in roode duivelinnenpakjes en een duivel
d. w. z. een moderne, een Mephisto verricht
portiersdienst.
De Tijd is erg boos op zulk eene bespotting
van de Hel, een zaak die voor millioenen van
het hoogste gewicht isen het blad vindt het
treurig, diep treurig, dat in een land, 'twelk
zich nog christelijk noemt, zulke ploertig^
ergerljjkheden geduld worden;