„DE TENTEN VAN SEM."
N°. 94.
132" Jaargang.
1889.
Zaterdag
20 April.
Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k s
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco f 2.2
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 cent.
Advertentiën: 20 cent per regel. Bij abonnement lager.'
Geboorte-, Trouw-, Dood-, en andere familieberichten met de daarop
betrekking hebbende dankbetuigingenvan 17 regels f 1.50;
iedere regel meer ƒ0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
BEKENDMAKINGEN.
Middelburg 19 April.
"FEUILLETON.
GRANT ALLEN.
LETTEREN EN KUNST.
ONDERWIJS.
LANDBOUW.
1111)1)11111 H(.S(lli: 101 RIM.
Thermometer.
Middelburg 19 April. vm. 8 u. 53 gr.
m. 12 u 58 gr. av. 4 u. 57 gr. F
Verwacht W. wind.
Agenten te Vlissingen: P. G. de Vet Mestdagh Zoon, te Goes: A. A. W. Bollanb, te Kniiningen: F. y. d. Peiji, te Zierikzee: A. C. de Mooij en te TholenW. A. van Advertentiën
Nieuwenhuijzen.Verder worden door alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aangenomen, en nemen ook het algemeen advertentie- moeten des namiddags te een uur
bureau van Nijgh Van Ditmar te Botterdam, en de firma B. van dek Kamp te Groningen, voor de Noordelijke provinciën, annonces aan. Hoofdagenten voor het j aan het bureau bezorgd zijn, willen
Buitenlandte Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube Cie., John F. Jones, opvolger, voor België A. Grosjean Co. te Brussel, i zij des avonds nog worden opgenomen
Maandag a., tweeden Paaschdag, verschijnt
geen nommer der Middelburgsche courant
Kleinhandel in Sterken drank.
De burgemeester en wethouders van Middel
burg brengen, ingevolge art. 5 der drankwet
ter openbare kennis
dat bij hen zijn ingekomen van de navolgende
personen verzoekschriften, waarbij vergunning
wordt gevraagd om met den len Mei a. s. in
het bij iederen naam vermelde perceel den klein
handel in sterken drank te mogen voortzetten.
Volgn'. Naam van den Aanduiding
verzoeker van het perceel.
1 E. A. C. Verton
Wed. C. Bal Rouaansche
Kade G 115.
2 H. F. van Maaren Turfkade
H 179.
3 N. P. Gardenier huisvr.
van A. Geene Turfkade
H 183.
4 P. J. Janssens Gravenstraat
I 258.
5 P. Gans Lange Geere
K 242.
Middelburg, den 18 April 1889.
De burgemeester en wethouders voornoemd,
S C H O R E R.
De secretaris,
A. DE VULDER VAN NOORDEN.
De Economist van April geeft de volgende wel
sprekende cijfers omtrent den uitvoer van spoor
wegrails uit Duitschland (in tonnen van 1000
kilog.1886 2.090, 1878 207.000, 1881 250.000,
1882 186.054, 1883 176.178, 1884 144.464, 1885
164.799, 1886 163.222, 1887 174.226 en 1888
114.946.
Men ziet dat de toeneming samenvalt met
het tijdperk der vermindering en eindelijke
afschaffing der invoerrechten op ijzer, de sterke
afneming met de herleving dezer rechten.
Het verdient opmerking, dat in hetzelfde
jaar 1888, waarin de Duitsche uitvoer van rails
van 174.000 op 114.000 tons daalde, de Engel-
sche niet alleen stand heeft gehouden, maar
zelfs een weinig vermeerderd is (van 1.011.000
op 1.020.000 tons.)
De protectionisten willen nooit gelooven, dat
hooge invoerrechten den uitvoerhandel bena-
deelen. Zullen cijfers als deze hun de oogen
doen opengaan
In het Vad. pleitte gisteren mr. H. Ph. de
Kanter voor leerplicht, ook al naar aanleiding
van de beslissingen bjj de arbeidswet genomen.
De regeling is geheel vrij gebleven nu de wet
gever alles wat op den veldarbeid betrekking
had, achterwege heeft gelaten.
Hjj wees er daarbij op dat in de kringen van
de tegenstanders der liberalen geen oppositie
quand mime tegen leerplicht bestaat. Zijn eerst
de grieven tegen de bestaande onderwjjaregeling
Uit het Engelsch
VAN
HOOFDSTUK VI.
Mejuffrouw Hnyvetf zegt haar
meening.
Verder" aldus ging oom Tom voort
»zegt uw grootvader, nadat hij uw oom Arthur
heeft vrijgelaten om te doen wat hjj wil voor
zoover ik uit die ontaalkundige volzinnen kan
wjjs worden dat, ingeval Arthur zonder kin
deren sterft, het goed moet overgaan op zijn
vierden zoon wijlen dominé Reginard Knyvett,
gehuwd met mijn zuster Amalie Whitmarsh, of
ingeval van overlijden, op zjjne wettige nako
melingen, die, zooals gij op dat papier kunt zien,
bestaan uit Iris Knyvett, van het Girtoncollege
te Cambridge, ongehuwd, alhier tegenwoordig."
»Dat dacht ik al", zei Iris lachende.
»Ten laatste zult gij op dat papier zien",
vervolgde oom Tom, ernstig en een kleur
krijgende, zooals gewoonlijk, wanneer hij met
een weerbarstige getuige te doen had»den
naam van den vjjfden of jongsten zoon, dien
gemeenen advocaat, Karei Wilberforce Knyvett.
uit den weg geruimd, dan zouden zij, naar
meermalen werd beweerd, niet principieel tegen
leerplicht zijn gekant.
Ook het jongste onderwijsverslag geeft uit
zicht op verbetering. In de eerste plaats komt
in dit verslag niet meer voor wat voorleden
jaar zonder blikken of blozen aan de kamer
werd medegedeeld en waarover niemand
regeering noch kamer zich de moeite gaf
warm te worden. >In de provincie Limburg
werd op enkele plaatsen door het gemeente
bestuur (letweldoor het gemeentebestuur)
het schoolverzuim in de maand Januari aan
bevolen, met het doel om de verplichtingen
van art. 24 der wet te ontgaan". Het schijnt
dus dat de regeering daarop orde heeft gesteld.
Maar ten andere zijn de cijfers sprekender.
De heer Moens heeft de koe bij de horens gevat
en gaf cijfers, cijfers varieerende tusschen 13
en82| pet. En cijfers die eigenlijk nog te
mooi zijn, omdat zij over de geheele school loopen,
terwijl de meeste verzuimen plaats hebben in
de twee hoogste klassen. Dat deze regeering de
eerste was, die de cijfers publiceerde, acht mi-
De Kanter een hoopvol teeken.
Een ander gelukkig verschijnsel is voor hem
gelegen in de woorden van den inspecteur in de
3e inspectie over leerplicht, waaruit bleek
dat ook de heer Kreenen allengs meer tot
leerplicht neigt. De heer De Kanter zegt, na de
woorden te hebben aangehaald»2oo spreekt
nu de nestor onder de inspecteurs, een man in
het behartigen van onderwijsbelangen vergrijsd
en die het vorig jaar zich nog niet anders dan
zeer sceptisch over deze zaak durfde uitlaten."
Het artikel wordt als volgt besloten»Dank-
baar wenschte ik van deze verschijnselen akte
te nemen. En liefst in het publiek, in de hoop,
dat ook tal van andere vrienden er moed en
kracht uit zullen putten tot voortgezet ijveren
en strijden. Straks zal Volksonderwijs het
concept van een wet op den leerplicht behan
delen op de algemeene vergadering. Laat ons
daar elkaar ontmoeten, niet als zij die treu
ren, maar die hope hebben."
water en te land, eenige verandering is geko
men, welke hel minder dan in de beide laatst
voorgaande jaren noodzakelijk zouden doen zijn,
de lichting waarvan de gewone diensttijd anders
eerlang afloopt tot langeren dienst te verplich
ten, gelden voor de aanbieding van dit ont
werp dezelfde gronden als voor de indiening
van de beide vorenbedoelde wetsvoorstellen
van geljjke strekking werden aangevoerd.
Door de regeering is een wetsontwerp inge
diend, strekkende om den vijfjarigen dienst
van de ingelijfden bij de militie te land der
lichting van 1884 en den vierjarigen dienst
van de ingelijfden bij de zeemilitie der lichting
van 1885 met éen jaar te verlengen, ten ware
de omstandigheden inmiddels raadzaam moch
ten doen oordeelen hun het ontslag vroeger te
verleenen.
Het ontwerp is overigens geheel van gelijken
inhoud als het voorstel, dat, door de volksver
tegenwoordiging goedgekeurd, als de wet van
7 Augustus 1888 werd aangenomen.
De indiening voor laatstbedoeld wetsvoorstel
was gegrond, evenals het,.geval was ten opzichte
van eene dergelijke wets voordracht in het begin
van 1887, op den algemeenen politieken toestand
in Europa en in verband daarmede op de ge
steldheid der levende strijdkrachten van zee-
en landmacht.
Vermits sedert dien noch in den algemeenen
politieken toestand van Europa, noch in de
gesteldheid van de levende strijdkrachten te
Die was, om onbekende redenen, nooit een
lieveling van zijn vadereigenlijk kon de ad
miraal hem niet uitstaan. Men zei dat de oude
man hem een gluiper en een bedrieger noemde
('t geen ongelukkig waar was). Hoe het zij,
hij is in het oogloopend uitgesloten van eenig
voordeel van het testament, of liever er is be
schreven dat, nadat al die levens afgeloopen
zijn, het fortuin niet op Karei Wilberforce
Knyvett mag overgaan, noch op zijne erfgena
men, gemachtigden of executeuren, maar op
een heel anderen tak der familie, met volkomen
uitsluiting van uw oom Karei en zijn eenigen
zoon, uw neef Harold."
>Dus kan oom Arthur het niet aan Harold
vermaken, zelfs al wilde hij vroeg Iris met
een lofwaardige poging van dit ingewikkelde
probleem van het erfrecht te doorgronden.
»Hjj zegt dat hij het kan, maar ik zeg
dat hij het niet kan," antwoordde oom Tom,
met een zegevierenden blik. »Ik heb het tes
tament van alle kanten bestudeerd en al wat
ik zeg isik zou wel eens willen zien dat hij
het probeerde."
Onwillekeurig nam hij de uitdagende houding
aan, die aan de Britsche boksers eigen is.
»Dat is jammer," zei Iris, hem strak aan
ziende, »en het komt mij schromelijk onbillijk
voorwant oom Arthur houdt zooveel van
Harold en mij heeft hij nooit meer gezien, sedert
ik uit de lange kleêren ben.
Oom Tom wierp driftig zijn bril op den
lessenaar en riep met de grootste verbazing
Omtrent den toestand van Z. M. den koning
deelt men aan de N. li. Ct mede, dat Z. M.
bij volle bewustzijn is, en reeds op de hoogte
is gesteld van de behandeling der zaken door
den Raad van state.
Bij kon. besluit zijn benoemd
tot ambt. van het O. M. bij de kantonge
rechten in het arr. Maastricht, ter standplaats
Maastricht, mr L. G. A. Vos de Wael, adv. en
proc. te Amsterdam, tevens beëedigd klerk ter
griffie van de arr.-rechtb. aldaar
tot ambt. van het O. M. bij de kantonge
rechten in het arr. Amsterdam, voor de kantons
Amsterdam no. 3 en 4 en Hilversum, ter stand
plaats Amsterdam, mr J. H. Heerspink, adv.
en proc. te Assen, tevens beëedigd klerk ter
griffie van de arr.-rechtb. aldaar;
bij het personeel van den geneeskundigen
dienst der landmacht tot off. van gez. 2e kl.
de student in de geneeskunde (arts) dr K. F.
Wenckebach.
De heer H. C. E. van IJsselsteyn is erkend
en toegelaten als vice-consul van Zweden en
Noorwegen te Terneuzen.
De minister van justitie verleent a. Dinsdag
geene audiëntie.
De toestand van mr. L. G. Greeve, het
vrijzinnige lid van de Tweede kamer voor
's Gravenhage, wekt, volgens een bericht uit
's Gravenhage aan de Zwolsche Ct., ernstige
bezorgdheid.
Blijkens een telegram van den gouverneur-
generaal van Nederlandsch-Indië van 17 dezer
wordt de gouvernements-koffieoogst op Java
voor dit jaar thans geraamd op 530.480 pikols.
Sarah Bernhardt is weder te Parijs opge
treden in de Variétés, in een uit den Engel-
schen roman As in a looking glass getrokken
stuk Lena. Het drama is vrij vervelend, maar
alle geduld der toeschouwers wordt beloond
door het slothet sterven der heldin, waar
mede de groote tragédienne een ontzaglijk
diepen indruk maakt. Zij uit bijna geen woord,
haar gestes zijn sober, enkele bewegingen zijn
haar voldoende om gedurende dit kwartier een
onvergelijkelijk effect te verkrjjgen.
»Heb ik van mijn leven Is het meisje
niet wel bij het hoofd Zou al dat leeren
haar in de war gebracht hebben Uw vijand
in de hand gaan werken en een fortuin van
zeventig duizend gulden 'sjaars verspelen ter-
wille van een beetje sentimentaliteitNeen,
God dankik ken de weter zal geen cent
van het geld van den admiraal naar dien
schelm van een Harold gaan. Geen duit, geen
cent, geen oortje, geen stuiver. Hij zal niet,
hjj mag niet, en daarmede is het uit
HOOFDSTUK VII.
Knust en natuur.
In een paar dagen voelden Eustace Le Mar-
chant en Vernon Blake zich geheel thuis op
den frisschen bergtop van Beni-Merzong.
Zoodra de eenvoudige Kabylen overtuigd waren
dat zij geen Franschen waren, vooruit gezon
den om het terrein op te nemen, bewezen zij
hun alle mogelijke gastvrijheid. Hunne be
leefdheden dreigden inden beginne zelfs eenigs-
zins bezwarend te worden, want bijna ieder
gezin in het dorp stond er op om een cous cous
aan de vreemdelingen te zenden en ofschoon
de cous cous van Meriem, tot groote verbazing
der Engelschen, een heel smakelijk gerecht
bleek te zijn, viel geen der anderen in hun
smaak, en toch eischte de welvoegelijkheid
dat zjj het tot het laatste hapje, in tegenwoor
digheid der gevers, opaten. Handigheid zegt
veel zelfs bjj de onbeduidendste zaken en Meriem
Door den commissaris des konings in
Zeeland is bepaald dat het eind-examen der
hoogere burgerscholen met 5jarigen cursus dit
jaar zal worden gehouden te Goes en zijn
benoemdtot lid en voorzitter de heer J. H.
C. Hejjse te Zierikzee en tot leden de heeren
J. Vermeulen, dr J. J. Couvée, dr H. Japikse,
J. P. M. Reijers en mr W. Polman Kruseman,
allen te Middelburgdr A. W. van Campen,
M. C. J. de Visser, dr W. Stortenbeker, jhr
W. A. Teding van Berkhout, allen te Goes;
G. Kok Jr., B. W. Mondt, F. P. Visser en
W. C. Seyl, allen te Zierikzee.
Er heeft zich eene commissie gevormd,
om het 25jarig bestaan der H. B. school te
Leiden op 21 Juli feestelijk te herdenken. Lid
daarvan is o. a. de heer dr. J. J. Couvée, leeraar
aan de R. H. B. school te Middelburg.
De heer J. M. Smit, oud-leeraar aan de
H. B. S. te Apeldoorn, deelt mede dat een
bericht, als zou hij een betrekking bij het H.
O. hebben aangenomen in Argentina, allen
grond mist.
Het informeeren naar de waarheid van der
gelijke berichten, die personen betreffen welke
te bereiken zijn, schijnt voor sommige bladen
een hoogst moeilijk werk te zijn. En toch
het ligt, dunkt ons, voor de hand dat men dit
doet vóór men zulke mededeelingen de wereld
inzendt.
Na hel eerste levensjaar van een paard.
We hebben gezien, hoe belangrijk het eerste
levensjaar voor een paard is en hoe het voedsel
den grondslag vormt voor de geheele verdere
ontwikkeling van zijn lichaam. Maar niet
alleen het voedsel, ook andere zaken hebben
hierop invloed. Het gebeurt niet zelden, dat
een eenjarig paard in den stal aan den halster
staat, maar dit strijdt met de leer van vele
hippologen, die het jonge dier de meest moge
lijke vrijheid willen laten, opdat alle deelen
zijns lichaams zich normaal, evenredig kunnen
ontwikkelen en het niet gedwongen worde
een bepaalde houding aan te nemen, veeltijds
in strijd met de natuur. Een jong paard moet
franc en vrij kunnen gaan liggen en daarin
door touw noch ketting verhinderd worden;
een verkwikkende rust, een ongedwongen stand,
een uitrekken van de verschillende lichaams-
deelen naar verkiezing, het zijn alle omstan
digheden, die invloed hebben op den groei en
den vorm des lichaams. Dat het, met het oog
op een zacht liggen, niet aan stroo in den stal
mag ontbreken, behoeft geen betoog. Bij velen
is het begrip »paardenstal" vrijwel synoniem
met spaardenhok" -en 't is dan ook geen zeld
zaamheid, jonge paarden aan te treffen, bij
wier aanblik we zullen zeggenGe zpt onder
dak, m. a. w. ge zjjt onttrokken aan de buiten
lucht. Lage, donkere, muffe hokken, dat zijn
niet zelden de verblijfplaatsen van hen, zonder
wie het ten eenenmale onmogelijk is den land-
bewees hun zeer veel diensten, in aller op
zichten, vooral bij het doen van inkoopen, en
haar oom de schout en zjjne vrienden, de
priesters, maakten hun het jagen en schetsen
en zelfs het ronddolen mijlen in den omtrek
gemakkelijk.
Den eersten morgen na hun aankomst
begaf Blake zich met zijn schetsboek
op weg, om een wandeling door het
dorp te maken, terwijl Le Marchant zijn be-
noodigdheden om vogels op te zetten en torren
te bewaren, ontpakte.
Dit dorp was een bron van ongekend genot
voor Blake. De ruw gebouwde huizen, met
steenen muren en met pannen gedekte daken,
de breede luifels, die over de open plaatsen
uitstaken en gedragen werden door ruw houten
Jonische zuilende groote, slanke mannen,
met hun eenvoudige, doch schilderachtige
kleeding, hunne gebronsde ovale gezichten, de
vrouwen bij de bron, met waterkruiken op het
hoofd, statig en rechtop loopende, met hare
prachtige ronde vormen, even zichtbaar tus
schen de bevallige plooien van haar loshan
gende chiton dit alles verschafte hem tal-
looze onderwerpen voor schilderijen. Hjj had
de ware plek gevonden, die voor zijn genre
paste; zjjne modellen kwamen als uit den
grónd op.
Bjj het omslaan van een hoek stond hjj eens
klaps tegenover Meriem zelf, die op een kleine
verhevenheid of plat, te midden van een kring
jonge meisjes, bezig was met het maken van
bouw uit te oefenen. Lucht is leven Welnu,
laat die uitspraak ons dan ook bezielen, als
we geroepen zjjn paarden te houden, betzjj
voor genoegen, hetzjj in ons bedrijf. Zonder
zuivere lucht geen krachtige ademhaling, geen
energieke strooming des bloeds, geen levendige
oogopslag, geen vrooljjk voorkomen. Een in
een ellendig hok bewaard paard is het beeld
van een moedelooze, van een verdrukte, vooral
als daar nog bjj komt slechte voeding. Zijn
ruwe, stoppelige haren en zijn loomheid zeggen
genoeg, neenzeggen alles. Ruim en luchtig
zjj dus de stal en waar dat geschikt kan,
brenge men het eenjarige paard minstens eens
per dag een poosje naar buiten, al is het maar
een kwartier. Niet alleen dat dit een prettige,
gezonde afwisseling is voor het dier, met zijn
verblijf binnen vier muren, maar het leert ook
alle wêer en wind verdragen, het wordt er
gehard door en ongevoelig voor de schrille afwis
selingen, die eigen zjjn aan den weerstoestand
te onzent. Op de omheinde wandelplaats, als
we het buitenhok zoo eens noemen mogen,
moet het paard de meest mogelijke rust genie
ten; het mag noch gejaagd noch verschrikt
worden. In den Btal van een jong paard
behoort geen ruif te zjjn, wel een mand of een
bak, om er het voêr in te doen.
Waarom? Zooeven spraken we van een
ongedwongen houding, maar geeft een ruif
daartoe wel aanleiding? Noodzaakt zjj niet
veeleer tot een gedwongen stand des lichaams?
Door het rekken naar de ruif wordt de zwaarte
van het lichaam te veel naar den rug en het
kruis verplaatst, waardoor de eerste hol en
het laatste zeer verzwakt kan worden. Dat
zjjn voorwaar geen kleinigheden, al hebben ze,
oppervlakkig beschouwd, er den schjjn van.
Waarom keurt een remonte-commissie legio
paarden af? Die vraag geven we tusschen den
tekst ter overdenking. Vooral ook mag men
niet verzuimen een jong paard vljjtig te poetsen.
De werkzaamheid van de huid is een veel
omvattende en staat met de gezondheid van
mensch en dier in het nauwste verband. We
zouden te veel afdwalen, als we dit nader
uiteen wilden zetten. Den roskam gebruike
men nu liever nog niethij maakt de zachte
huid te gevoelig en het jeugdige dier schuw
voor een latere kennismaking met dit belang-
rjjke werktuig. Na den volbrachten eenjarigen
leeftijd komt gewoonlijk het paard in de wei,
hoewel het een waarheid is, dat het beste
paard verkregen wordt op den stal, bij het
gebruik van haver en hooi. Het voorjaarsgras
onthoude men den eenjarige, het is wel sappig,
maar bevat niet veel voedende bestanddeelen
wat later verandert dit en 't is in 't best van
den zomer, dat van den weidegang moet ge
profiteerd worden. Maar zelfs dan zjjn alle
weiden niet even recommandabel. In de eerste
plaats moet een paardenweide hoog en droog
zjjn, omdat daarin de grassen niet lijden aan
overmaat van vocht en de hoeven der paarden
er niet in verweekt worden. Slechte hoeven
kunnen in slechte, d. z. lage, weiden worden
verkregen, omdat deze doorgaans een vasten
bodem missen. Maar ook moeten de weiden
in een krachtigen staat verkeeren, d. i. goed
gemest zjjn. Gras en gras zjjn twee, zooals
aarden kruiken. Blake kwatn met zjjn linneil
schoenen zóo zaeht aan dat de meisjes hem
in het eerst niet gewaar werden en uit vreeS
van haar te storen ging hij weer een paar
stappen terug en staarde vol verrukking op
den groep.
De bevallige Kabyler meisjes in tiaar eéü-
voudige, losse kleeding stonden barrevoets;
gebogen over de kruiken, die zij kneedden,
onbewust van haar eigen lieftalligheid. Som
migen waren blootshoofds, anderen droegen
een soort von puntige fez, of Phrygische muts,
die haar gitzwart haar half bedekte en halt
los in den wind liet hangen. De kruiken, in
den vorm der oude Romeinsche amphora's,
stonden op kleine ronde hoopjes klei op den
grond, de aardige pottebakatertjes, ieder met
haar eigen werk vervuld, bouwden van liever
lede het groote stuk op, voegden er gedurig
een handvol vochtige klei bjj en wjjzigden
heel behendig den half voltooiden vorm.
Zjj kenden blijkbaar het gebruik van het
rad niet zóo achterlijk en primitief zjjn
die bergbewoners en toch waren de vormen,
die zjj met hare handen kneedden, bjjna vol
maakt in haar eenvoudige soort, en elk stuk
droeg het onmiskenbaar stempel eener persoon
lijke opvatting. Het was schoon, zooals zjj
daar stonden, met de eene hand in de vaas,
en de andere bezig om de nieuw opgelegde
laag te fatsoeneeren en door allerlei handige
knedingen de gewenschte ronding te geven.
Blake zou terstond zjjn potlood uitgehaald