N°. 45. 132" Jaargang. 1889. Vrijdag 22 Februari. KENNJSGEVING. Middelburg 21 Februari. Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k s met uitzondering van Zon- en Feestdagen.' Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco f 2. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 cent. Advertentiën20 cent per regel. Bij abonnement lager.' Geboorte-, Trouw-, Dood-, en andere familieberichten met de daarop betrekking hebbende dankbetuigingenvan 17 regels 1.50 iedere regel meer 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. POLITIEKE SPROKKELINGEN. Het Tooneel. BEKENDMAKINGEN. LETTEREN EN KUNST. ONDERWIJS. lllDlllllillK.SIIIi: («MUM. i Agenten te VlissingenP. Gr. de Vet Mestdagh Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te KruiningenP. v. d. Peijl, te ZierikzeeA. C. de Mooij en te TholenW. A. van Advertentiën 36 gr. i Nieuwenhuijzen.Verder worden door alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aangenomen, en nemen ook het algemeen advertentie- moeten des namiddags te een uur 12 u 44 gr. av. 4 u. 40 gr. P. bureau van Nijgh Van Ditmak te Botterdam, en de firma B. van dee Kamp te Groningen, voor de Noordelijke provinciën, annonces aan. Hoofdagenten voor het aan het bureau bezorgd zijn, willen Buitenland: te Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube Cie., John P, Jones, opvolger, voor België A. Giiosjean Co. te Brussel, i zij des avonds nog worden opgenomen Therinometer Middelburg 21 Febr. vm. 8 Verwacht N. wind. Een vogel in de liand beter dan tien in de luelit. De afgevaardigde Keuchenius in de Tweede kamer 22 Nov. 1887, Handelingen p. 212. »De bevolking van Indië toch is in de laatste jaren meer en meer achteruitgegaan. De be volking wordt tegenwoordig, wanneer wij de berichten, daaromtrent ontvangen, gelooven kunnen, in hooge mate uitgemergeld. »De minister De Waal sprak reeds bij de be handeling van de begrooting van bet jaar 1870 van afpersing van de bevolking, maar nu geloof ik, dat juister is het woord uitmergeling Punt 8 van bet Program der actie: .Bevordering van de vrije ontwikkeling van handel, landbouw en nijverheid (in de koloniën), mede ter wegneming uit de koffiecultuur en de landrente van den daarin voor de bevolking gelegen druk." Troonrede van 1 Mei 1888. »De nood, door geringe koffieoogsten en an dere oorzaken ontstaan, zal zooveel mogelijk worden gelenigd door matiging bij het invor deren van belastingen, door de bevolking te ontheffen van onbetaalde diensten en door het aanleggen van haar ten nutte komende open bare werken." De minister Keuchenius in de Tweede kamer 26 Nov. 1888, Handelingen p. 282. Ik heb reeds aangetoond, dat thans, met het oog op hetgeen bekostigd wordt uit het hoofd geld, de belasting niet meer zou kunnen wor den verminderd dan met 10 of 11 centen. Ik acht het niet der moeite waard, ja ongeoor loofd de bevolking met zoodanige vermindering te vleien, als ik er zeker van ben dat eerlang eene, beduidende verhooging der belasting zal behooren plaats te hebben, tenzij niet langer op den tegenwoordigen voet tot ontheffing dei- bevolking van drukkende heerendiensten moge worden voortgegaan. Ik mag hopen, dat het vertrouwen in de rechtvaardigheid van de Indische regeering nog sterk genoeg- bjj de Indische bevolking gevestigd is, dan dat zij aan de meerdere betaling op dit oogenblik van 10 of 11 centen boven betgeen volstrekt noodig ie, zal ontleenen het denkbeeld dat baar on recht wordt aangedaan, zij kan immers over tuigd zijn, dat langs andere wegen het te veel genotene weer aan baar zal worden terugbetaald." Dezelfde Handelingen p. 282. »Een bepaald voorstel tot afschaffing van de heerendiensten in het volgende jaar durf ik niet toezeggen. Ik zal trachten de Indische regeering te bewegen met de zaak den meest mogelijken spoed te maken, en mocht dan een voorstel tot afschaffing van de heerendiensten na ingesteld onderzoek reeds mogelijk zijn, dan zal het mij aangenaam zjjn daartoe mede te werken." Theorie en praktijk in zake opium. Punt 8 van het Program der actie: .Breking met het tot dusver ten opzichte van den opium gevolgde stelsel". De minister van koloniën Keuchenius in de Tweede kamer, 21 Nov. '88, Handel, p. 226. .De heer Schimmelpenninck van der Oye heeft een antwoord gevraagd op de vraag of het opium-pachtstelsel zal worden gehandhaafd. .Yoorloopig, ja. Op dit oogenblik kan ik daarop niet meer zeggen, dan dat de zaak nader in Indië zal worden onderzocht". Als boven 23 Nov. '88, Handel, p. 258. »De omstandigheid, dat tot hiertoe bet stel- sèl van verpachting gehandhaafd bleef, moet doen aannemen dat aan de invoering van eenig ander stelsel, zeer belangrijke bezwaren, samen hangende met de uitgestrektheid onzer bezit tingen en de beschikbare middelen van bestuur en politie, verbonden zijn". De Atjeh-oorlog en het geld slaan uit de zonden des volks door opium-verpachting werden als twee schanddaden aan de liberale partij toegerekend door mr A. M. de Savornin Lohman in zjjn beruchte toespraak in de Bogaardstraat in 1887. Hoe dikwijls men Sardou's Intimes ook ziet, telkens weêr wordt men getroffen door de natuur-getrouwheid der schilderjj, die de Fran- sche schrijver ons te aanschouwen geeft. Het stuk behoudt, en zal steeds behouden, zijne frischheid, zijn actualiteit, en daardoor voortdurend de aantrekkingskracht blijven bezitten, die het nu nog, na zoovele jaren sinds het voor het eerst werd gespeeld, op het publiek uitoefent. De schouwburg leverde daarvan ook gisteren avond het bewijs. In aangenaam contrast met 8 November 1885, toen het gezelschap Yan Lier Vrienden van ons opvoerde, met Moor als dokter Tholosan, en de komedie lang niet vol was het was destijds echter op een Zondag waren Woensdagavond alle rangen zoo druk bezet als maar wezen kon. Er ligt dan ook aan het geheel zooveel waarheid ten grondslag, het stuk geeft na afloop nog zooveel stof tot nadenken, dat het niet anders kan of het zal,reeds lang nadat de expresselijk door Sardou voor Sara Bernhardt vervaardigde stukken, met den dood van deze beroemde actrice op wier lang leven wij voor de kunst blijven hopen, zullen zijn weggebor gen) steeds op het repertoire een eerste plaats blijven innemen. Zoolang de wereld zal bestaan zullen er Caussades zijn, die in hunne goedhartigheid aan twee handen niet genoeg hebben om ze aan alle zjjden uit te steken en die bjjna ieder hun vriend noemen. Caussades, die meenen dat alle menschen even goedig, even behulpzaam, even belangeloos, even welwillend zijn alu zij en in goede en kwade dagen even bereid om van hunne bezittingen, groot of klein, aan hunne vrienden iets af te staan. Zulke personen ondervinden van zelf bittere teleurstelling en geraken ten slotte zoo zeer verward in hun vrienden dat zij tegen Abdallah c. s. niet dur ven zeggen dat zij hen niet kennen, uit vrees dat zij zich eens mochten vergissen. Zij wor den door zulke vrienden bedrogengekrenkt in hetgeen hun 't liefst is; hun wordt alle illusie ontnomen, en toch worden zij zelden, juist tengevolge van hun goedheid, zoo verstandig om te hegrijpen dat onzevri enden lang niet altijd vrienden van ons zjjn. Wie soms de opmerking maakt, dat een figuur als Abdallah, die zoo plotseling uit de lucht komt vallen en even spoedig weer ver dwijnt, in die omgeving wat al te zonderling is, vergete niet dat Sardou juist zoo'n sterk sprekend beeld koos om de belachelijkheid aan te toonen van vriendschapsbanden te sluiten met de halve wereld, zoodat men ten slotte eigenlijk niet meer weet, vrien men die eer gunde. Doctor Tholosan was verstandiger dan Caussade. Hij hield de vriendschap hoogaan het woord vriend schonk hij een heerlijke wij ding, en hechtte bij dieper zin, verhevener beteekenishij noemde niemand zijn vriend, omdat hij niet een die eer waardig keurde. Caussade was een gulzigaard op dit gebied; Tholosan een lekkerbek. Behalve deze hoofdstrekking van het stuk j {De commissaris des konings in Zeeland, ge zien het besluit der Gedeputeerde staten van 15 Februari 1889, no 100; gelet op art. 11 dei- wet van 13 Juni 1857, Staatsblad no 87 maakt bekend dat 1°. de jacht op boutsnippen en waterwild op 1 Maart en die op watersnippen op 13 April zal gesloten zijn 2°. bet weispel van kwartelen alleen van 2 Mei tot en met 16 Juli zal geoorloofd wezen 3°. de kooieenden door den kooiman moeten worden opgesloten of gehokt van 30 Maart tot en met 30 April en van 4 Juli tot de opening der jacht op waterwild 4°. de visscherij van 30 Maart tot en met 31 Mei zal gesloten zijn, voor zooveel betreft met de zegen of met het sleepnet 5°. de visscherij met de overige voor deze provincie geoorloofde vischtuigen zal gesloten zijn van 15 April tot en met 15 Mei; 6". gedurende den gesloten vischtijd, sub 5 vermeld, in de wateren, waarop de sluiting der visscherij toepasselijk is; het visschen van paling, doch alleen met aalkorven, van wisschen of teenen gevlochten, zal mogen plaats hebben Middelburg, 18 Februari 1889. De Commissaris des Konings voornoemd, DE BBAUW. Naar aanleiding van het betoog van Scrutator ten bewijze dat het ontwerp, door de regeering ter beóordeeling aan de prov. staten gezonden voor de wijziging van het aantal leden der staten in verband met de verandering dei- districten, een geheel verkeerde berekening bevat, schrijft het Hbld. Er valt nog meer op te merken. De regeering gaat van het juiste denkbeeld uit, dat geen provincie althans minder staten leden zal hebben dan thans het geval is. Past men dezen regel toe, dan blijkt uit de tabel het merkwaardige feit, dat het getal leden in zeven van de elf provinciën onveran derd kan blijven, zonder dat de verhouding wordt verbroken of het lédental wordt vermin derd Alleen in Utrecht moet dan 1 lid en in Noord-Holland 5 leden meer benoemd worden. Nog veel eenvoudiger wordt echter de zaak als men de staten van Drente (bevolking op 1 Jan. 1888 129.153) en Zuid-Holland (bev. 927.209) onveranderd laat op 35 en 80 leden. Dan blijft het verschil in ledental tusschen de minst en de meest bevolkte provincie 45 leden, zoodat 1 lid meer vereischt wordt voor elke 17.700 inwoners hoven het zielental van Drente. Deelt men dit cjjfer op het overschot der be volking in de andere provinciën boven Drente, dan heeft Utrecht met 86.805 meer dan Drente, aanspraak op 5 leden boven de 35, dus 40 leden. Thans telt die provincie reeds 41, zoodat ook daar het cijfer onveranderd kan blijven, als men den regel toepast, dat nergens het leden tal wordt ingekrompen. Blijft dus alleen Noord-Holland over. Daar was het overschot boven Drente op 1 Januari treft ons altijd het laatste bedrijf om de uit stekende schildering, door Sardou gegeven van den angst en de gejaagdheid, die het bewustzijn van niet goed gehandeld te hebben met zich brengt. Caussades vrouw, hoewel niet zoo schul dig als die lieve vrienden denken en zoo gaarne zouden wenschen, hoewel juist bijtijds tot het besef gekomen dat zij met vuur Bpeelde, en de lichtzinnige Maurice worden als 't ware gefol terd door de gedachte dat Caussade alles weet van hetgeen tusschen hen voorviel. Die goede man is daarentegen met geheel iets anders vervuld, hij weet niets en heeft een onbepaald vertrouwen in zijne vrouw. En nu geeft Sardou zulk een groot bewijs van zijn talent door in den mond van Caussade allerlei ongezochte zinspelingen, toevallige rede neeringen te leggen en ons zoo natuurlijk de pijniging te teekenen, die beiden, de onbezonnen vrouw en de lichtzinnige vriend, ondergaan, nu zij ieder oogenblik van Caussade eene uitbarsting over hun gedrag verwachten. Het zien van Nos intimeshoe oud het stuk ook zij, wekt telkens den lust op om de schoon heden, de waarheden nog eens aan te stippen die deze comedie bevat. Yanzelf wordt men daardoor uitvoeriger dan men van plan was. Dat de heer Chrispijn dit stuk heeft gekozen voor zijn benefice-voorstelling, pleit voor zijn smaak en zijn ernstigen wil om de kunst in goede richting te dienen. Jammer dat de materieele eischen van het leven zich verzetten om steeds het moeilijke pad der kunst in die 1888 het tijdstip door de regeering al grondslag genomen 674.307. Deelt men dit getal door 17.700, dan is het quotient Noord-Holland behoort dan 35-j-38=73 leden te hebben, en heeft thans 72. De geheele wijziging behoeft dus enkel daarop neer te komen, dat Noord-Holland éen lid ter staten meer afvaardigt dan thans! Yoorgeen der andere provinciën is dan een verandering in het ledental noodig. En is nu voor dat éene lid in éene provincie zulk een omhaal gerechtvaardigd "Het is gebleken dat jhr mr A. F. de Savor nin Lobman niet of niet meer tot de Protestant- sche Noord-Brabanter in betrekking staat, zoodat het door ons medegedeelde oordeel van dit blad over den veldarbeid niet dat van den Goeschen afgevaardigde weergeeft. Hij heeft verklaard dat hij op dit punt eene geheel tegenovergestelde meening is toegedaan. Het eerste gevoelen kwam ons voor den heer Lohman ook wel wat zonderling voor. Yolgens bericht uit Apeldoorn aan de Arnh. Ct, wordt in 's konings naaste omgeving zijn toestand, hoewel zorgwekkend, niet van dien aard beschouwd, dat er oogenblikkelijk gevaar bestaat. Het kan integendeel zelfs nog maan den zoo blijven. De minder gunstige berichten der laatste dagen grondden zich dan ook hoofdzakelijk op eene krachtige herhaling van den staat van opgewondenheid, waarin de hooge lijder ook onlangs verkeerde. Noch officieel, noch officieus werden wenken gegeven, om de Dinsdag voorgenomen feestelijkheden te staken, en dit zegt al veel. Ook de commissarissen des konings in de provinciën Noord-Holland, Noord-Brabant en Limburg zijn benoemd tot grootoflicier der orde van de Eikenkroon. De minister van waterstaat heeft aan de commissarissen des konings in de verschillende provinciën verzocht, door de hoofdingenieurs van den waterstaat een onderzoek te doen instellen omtrent een viertal vragen betreffende de over zetveren. Het doel is inlichtingen te verkrijgen, die bet mogelijk maken de vraag te overwegen of, en zoo ja welke, nieuwe wettelijke regelen op bet gebied van de overzetveren noodzakelijk zijn, dan wel of men kan volstaan met een in trekking der verouderde Franscbe wetten en verordeningen, om dan de verdere regeling over te laten of op te dragen aan de prov. staten, met uitzondering voor zoover betreft de rijks veren. Doorgedep. staten van een der provinciën was nl. intrekking der bedoelde Franscbe wet verzocht. Door het hoofdbestuur van het Genootschap van Njjver'neid te Groningen is de volgende motie aangenomen >Het hoofdbestuur,overwegende, dat het groote grondbezit in handen van kapitalisten het be staan van een onaf hankelijkeneigenerfden richting te bewandelen. Maar des te meer aan spraak op waardeering heeft zulk een kunstenaar, wanneer, hij, bij gelegenheden waar hem dit mogelijk is, van zulk een ernstig streven blijk geeft. En dan is het jammer dat sommigen uit zekere soort hoogheid van dat pogen geen notitie nemen en er over zwijgen. Ons tooneel beleeft een moeilijke periode de vereeniginghet Nederlandsch Tooneel, met al hare goede bedoelingen, lijdt financieel fiasco en haar toestand kon wel eens onhoud baar worden, zoodat weer meer op kleinere tooneelen onze hoop op behoud van ons natio naal tooneel zal moeten gevestigd zjjn. En nu moge men wij zeggen niet in onze omgeving, want daar ontbreekt het niet aan waardeering van het goede, al verkiest men ook het beste liever een ideaal gezelschap wenschen en daaraan alleen aandacht schenken, wjj gelooven dat voorstellingen als die van gisteren ook aanspraak hebben op waardeering. Zeker, een ander Nederlandsch gezelschap zon het misschien verbeteren, maar op het Theatre Francais zal eene opvoering van Sar dou's stuk nog uitstekender wezen. En dan zullen er toch nog vlekken aan te wijzen zijn. Een Caussade, zooals de heer Alex Faassen onB dien te aanschouwen gaf, zagen wij nog niet, zoo afgewerkt, zoo natuurlijk. Door aide verschillende rollen, dit jaar van hem gezien, leerden wij hem als een uitstekend acteur kennen. En de heer Chrispijn Hij koos natuurlijk de dankbaarste rol uit het stukdie van dokter boerenstand bedreigt en nadeelig voor een ge zonden maatschappelijken en eeonomischen toestand is, stelt aan bet Nederl. Landbouw- Comité voor, dit punt wel in overweging te willen nemen en naar middelen om te zien, deze nadeelen te voorkomen, en tevens een en ander aanbangig te maken bjj de andere landbouw-maatscliappijen, onder de mededee- ling, dat bij dit hoofdbestuur als zoodanige middelen zijn besproken en aanbevolen de invoering van een wet, waarbjj bet grondbezit boven een vast te stellen maximum van huur waarde wordt verboden, of de invoering van een progressieve grondbelasting." Volgens de' Pinang Gazette, is het met de blokkade van Atjeh's Noordkust thans ernst negen onzer oorlogsschepen zouden daar bijeen zijn. In ons bericht over de soiree van Dinsdag avond, in ons vorig nomrner, werd er gesproken ran den bankier en zijn dochter. De aandachtige lezer zal wel begrepen hebben dat dit barbier zijn moest, en zij, die de dochter van den barbier zagen opvoeren, weten wel dat die barbier alles behalve een bankier was. De heer M. J. Mees te Haarlem verklaart nu ook dat hij Iiippeveer niet heeft geschreven en zelfs niet weet wie de schrijver is. Dit laatste is vooral jammer. Anders kon de heer Mees dien schrijver vragen zich hekend te maken, en was het publiek verder verschoond van al die gissingen, die ten slotte als reclame voor het werk nuttig, maar voor anderen vrij vervelend zijn. OmtreDt het eerlang bij de staten-generaal in te dienen wetsontwerp op het lager onderwijs meldt men dat het volkomen gelijkstelling wil van openhaar en bijzonder onderwijs, wat be treft den geldelijken steun uit 's rijks kas. De uitkeering van 30 percent aan de gemeenten zou vervallen en daarvoor in de plaats komen eene bijdrage- van rijkswege aan alle scholen, zoo bijzondere als openbare, naar den maatstaf van bet getal der in dienst zijnde onderwijzers in verband met bet aantal schoolgaande kinderen. Als een gevolg van het door een van de leden der Staten-Generaal, bij de behandeling der staatsbegrooting, geopperde denkbeeld om onvermogenden kosteloos het onderwijs aan do •ijks hoogere burgerscholen te doen genieten, heeft de minister van binnenlandsche zaken aan het gemeentebestuur van Arnhem, waar ook leerlingen zonder betaling tot de hoogere burgerschool worden toegelaten, eenige vragen gericht omtrent de werking dier bepaling in de practijk, teneinde de voor- en nadeelen van- zulk een maatregel te kunnen overwegen. (Arnh. Crt.) Tholosan-, en speelde haar beschaafd, natuurlijk, in den gewonen spreektrant, waartegen Moor en anderen nog wel eens zondigen. Dat hij door te snel spreken, hier en daar onverstaanbaar was, willen wij gelooven; maar hij speelde uitstekend, en, zonder ziob op den voorgrond plaatsen, bleef bij de spil waarom alles draaide, juist zooals bet behoorde. De heer Smith als Maurice voldeed ons in zeer vele opzichten, terwijl de heer Van Nieuw- land aan Abdallah kleur en teekening schonk, zonder in overdrijving te vervallen. Hij wist den klip der ruwheid, waarop anderen in die rol strandden, te ontgaan. De rollen van Marécat en het echtpaar Vigneux vonden in de heeren Wagemans en Buygrok en mevrouw De Bruyn-Sablairolles goede vertolkers. Mevrouw Yan Korlaar als Cecile was vooral het derde bedrijf, bet glanspunt van den avond, zeer goeden gaf de zenuwachtigheid het laatste met juistheid en soberheid weer. Benjamine vond in mej. V. d. Lugt-Meltser een lieve vertolkster. Wjj gelooven dat het geheel een zeer goeden indruk achterliet en dat door deze opvoering de belangstelling in het gezelschap-Faassen nog, zoo mogelijk, is geklommen, nu men ont dekt heeft dat dit van comedies als Hos intimes een goede vertolking te zien kan geven.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1889 | | pagina 1