LAATSTE BERICHTEN.
Vertoppn eiYerpacMiDp in Zeeland
Verspreide Berichten.
LANDBOUW.
UIT STAD EN PROVINCIE.
bij elkaar zien staan, doch nieta van het steken
of slaan gezien. Bekl. heeft hem later gezegd
zijn mes gebezigd, en tengevolge van dat gebruik
geen mes meer te hebben, hem tevens verzoe
kende om, wanneer de zaak vervolgd werd,
in zijn voordeel te spreken.
A. Vermeulen, de achtste getuige, die ook
het voorval in de herberg bijwoonde, heeft niets
van eene uitdaging gehoord. Overigens kwam
zijn verklaring overeen met die van den vori-
gen getuige.
Deze beide getuigen werden opmerkzaam
gemaakt dat deze verklaring niet strookte met
die, voor den kantonrechter afgelegd, doch zij
bleven bij hunne thans afgelegde getuigenis.
De wachtmeester der marechaussée C. van
den Dungen was de laatste getuige. Hij gaf
inlichtingen omtrent hetgeen door hem ten deze
was verricht. Hij verklaarde verder dat Uit
dragers niet ongunstig bekend staat en, als hij
werk heeft, met zijn broeder voor zijn moeder
zorgt. De Vos is van een driftig temperament
en heeft spoedig ruziehij staat anders niet
ongunstig bekend en doet ook zijn best om
voor zijn gezin het brood te verdienen.
Hierop werd de bekl. gehoord. Hij erkende
op den bewusten avond zijn mes gebruikt en
De Vos gestoken en gesneden te hebben. Hij
gaf echter voor dit gedaan te hebben om zich
te verdedigen, toen De Vos hem aanviel.
De ambtenaar van het openbaar ministerie
wees erop dat in den laatsten tijd herhaalde
lijk bier personen terechtstonden wegens het
toebrengen van mishandelingen door middel
van een mes en dat het, de toegebrachte ver
wondingen nagaande, te verwonderen is dat zij
niet terechtstaan voor enstiger feiten, nl. het
toebrengen van zwaar lichamelijk letsel of
doodslag.
Bij al deze mishandelingen bedienden de
beklaagden zich van een mes, en moge in andere
provinciën het z. g. n. bekkensnijden in onbruik
geraakt zijn, in de provincie Zeeland is dit
niet het geval.
De ambtenaar wees verder op de gevaarlijke
gewoonte, die vooral bij den boerenstand bestaat
om in den zak groote messen te dragen, die
zoo licht zonder veel nadenken getrokken worden,
wat voor den aangevallene zoowel als voor
den aanvaller zoo hoogst ernstige gevolgen heeft.
Uiteenzettende dat bekl., die steeds gunstig
bekend stond, alleen ook tengevolge dezer ge
woonte op de bank der beklaagden zit, sprak
de ambtenaar de hoop uit dat velen het treurig
voorbeeld van dezen bekl. tot nut zal zijn en
tot voorzichtigheid zal aansporen.
Het ten laste gelegde feit achtte de ambte
naar, op grond van de afgelegde getuigenver
klaringen, wettig en overtuigend bewezen, terwijl
hij van oordeel was dat de door bekl. gevoerde
verdediging, als zou hij door nooddwang tot
de daad gedreven zijn, niet aannemelijk was.
Op grond van een en ander vordei'de de
ambtenaar veroordeeling van den bekl. wegens
mishandeling tot een jaar gevangenisstraf, met
bepaling dat de tijd, dien bekl. in voorloopige
hechtenis doorbracht, in mindering der opge
legde straf zal worden gebracht.
De verdediger, de heer mr. F. N. van dei-
Bilt, begon met er op te wijzen dat bij eene,
voor deze zelfde rechtbank behandelde zaak,
waarbij eveneens een steek met een mes in
den buik was toegebracht, door den ambte
naar van het openbaar ministerie en de recht
bank is aangenomen dat het steken met een
mes in den buik behoort te worden beschouwd
als het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel,
terwijl thans het openbaar ministerie bekeerd
schijnt tot de stelling, toen door spreker ver
dedigd, dat eene dergelijke verwonding slechts
als mishandeling kan worden gequalificeerd.
Daarna trachtte de heer Yan der Bilt in het
breede aan te toonen dat de bekl. bij dagvaar
ding ten laste gelegde feiten niet wettig en
overtuigend bewezen zijn, omdat door geen dei-
getuigen, uitgenomen De Vos, wiens verklaring
niet al te veel vertrouwen verdient, is ge
zien dat de verwondingen zijn toegebracht. Hij
wees er daarbij ook op dat in de dagvaarding
gesproken wordt van »zware verwondingen"
in borst en nek, eene uitdrukking waarvan het
wetboek van strafrecht niet spreekt, terwijl
bovendien de deskundigen in hun rapport ver
klaard hebben dat de verwondingen in borst
en nek niet zwaar geweest zijn.
Hij concludeerde op grond van een en ander
tot vrijspraak van zijn cliënt.
Bij repliek bleef de ambtenaar van het open
baar ministerie bjj zijne gedane vordering, maar
voegde daaraan toe het verzoek om den bekl.
niet langer in hechtenis te houden en thans
in vrijheid te stellen.
De verdediger wees er in zijne dupliek, waarbij
hij eveneens zijne conclusie handhaafde, op dat
hij niet de dadelijke invrijheidstelling van zijn
cliënt heeft willen vragen, omdat hij meende
dat die vraag lag op den weg van het open
baar ministerie. Spreker, in principe tegen
preventieve hechtenis, was van oordeel dat in
deze zaak volstrekt geen aanleiding was om
bekl. in voorarrest te houden, omdat daarvoor
z. i. geen enkele reden bestond.
De uitspraak der rechtbank werd bepaald op
heden over acht dagen.
Terzelfde zitting zijn veroordeeld wegens:
mishandeling: J. H., 24 j., arbeider,
Retranchement, tot 8 b. s. 8 d. h.; J. d. S.j
46 j., koopman, Axel, tot 8 b. s. 6 d. h.;A.
M., 19 j., Sas van Gent, en G. de N., 23 j.,
Assenede, arbeiders, de le tot 7 en de 2e tot
14 d. gev.; G. v. d. B., 18 j., arbeider, Colijns-
plaat, tot 5 b. s. 5 d. h., en P. B., 23 j.,
dijkwerker, Westkapelle, tot 8 b. s. 6 d. h.;
beleediging: M. A. W., 37 j., hvr. van
J. B. M. V., zonder beroep, Ylissingen, tot 6
b. s. 6 d. h.;
diefstal: J. B. B., 12 j., en J. H., 11 j„
beiden zonder beroep, Terneuzen, de le tot 3
d. en de 2e tot 1 m., en E. S. R., 16 j., schip
persknecht, Philippine, tot 1 md., gev., en
het afscheuren van een biljet
van besmettelijke ziekte: M. L. J.,
33 j., hvr. van J. F.d. B., winkelierster, Hulst,
tot 5 b. s. 5 d. h.
Allen in de kosten.
Vrijgesproken is: J. V., 18 j., arbeider,
Driewegen, beklaagd van mishandeling.
Kantongerecht te Middelburg.
Heden, Dinsdag, zijn veroordeeld: P. de W.,
te Nieuw en St. Joosland, wegens dronkenschap
en het wateren op straat buiten de bakken
tot 2 b. van 2 s. 2 d. en 0.50 b. s. 1 d.
H. B., J. C. M., W. H., Middelburg en C. F.,
Koudekerke, wegens het verwekken van rumoer
des nachts, ieder tot 1 b. s. 1 d.J. L.,
Middelburg, wegens het wateren op straat
buiten de bakken, tot 0.50 b. s. ld.;
verder wegens dronkenschapI. de K., Mid
delburg tot 15 b. b. 3d.: P. L., W. H., B.
W., J. F. M., Middelburg, C. F., Koudekerke,
ieder tot 3 b. s. 2 d.G. Y., G. de K., J.
C. T., H. B., C. V., Middelburg, A. K., Nieuw
en St. Joosland, J. L. wed. J. v. D., P. SG.
J. V., F. v. d. V., Vlissingen, P. P., L. G. P.,
zonder bekende woonplaats, ieder tot 1 b.
s. ld.; J. W. Middelburg, tot 2 b. van 1
8. 1 d. elke b.M. J. H., Middelburg, en N.
J., Vlissingen ieder tot 5 b. s. 2 d.
En allen in de kosten van het geding.
"Wij willen wel voldoen aan het verlangen
van den schrijver om het onderstaande nog op
te nemen, maar sluiten dan tevens de debatten
over dit onderwerp.
WelEd. Heer O. te Westkapelle
Het verheugt me, dat mijn opstel over aard
appelteelt bij u, volgens uw geëerd schrijven
in no. 33 der Middelb. Cour., algemeen de aan
dacht heeft getrokkendat getuigt van be
langstelling en daaraan dank ik dan ook zeker
wel uwe mededeeling omtrent den door u ge-
wenschten pootaardappel. Voorop stel ik, dat
wij in deze zaak nooit in één schuitje zullen
komen, tenzij u van zienswijze mocht veranderen.
Ik heb gezegd>de groote pootaardappel
verdient de voorkeur, maar is het wêer goed,
dan voldoet de middelmatige poter evenzeer
voorts, >dat van klein zetgoed nooit sprake
mag zijn." (No. 26 der Middelb.) U zegt»doch
allerminst gelooft men dat groote pootaard-
appelen de beste opbrengst geven." Ik neem
dus aan, dat bij u de practijk spreekt en voor
deze heb ik hooge achting. Maar ik heb even
zeer hooge achting voor anderer ondervinding,
en die leert precies het tegendeel. Ik kan u
eerlijk zeggen, dat ik, na de lezing van uw
stuk, voor het eerst heb vernomen, dat er
plaatsen zijn, waar men aan den kleinen poot
aardappel de voorkeur geeft boven den grooten.
Lees ik echter goed, dan kom ik tot de con
clusie, dat men te uwent in deze toch lang
niet eenstemmig denkt. Immers gij zegt, toen
een uwer kennissen zijn poters van gewone
grootte (dat zijn dus de middelmatige, van
welke ik zei, dat ze bij goed wêer evenzeei
voldoen als groote aardappelen) in 2 of 3 stuk
ken sneed en deze pootte, velen deze handel
wijze uws vriends voor dwaas hielden, wat bij
mij beteekent, dat die »velen" te uwent dan
toch niet uw leer toegedaan waren om maar
klein goed te gebruiken. En mocht u hierbij
de opmerking maken, dat een stuk van een
kleinen aardappel kleiner is dan het heele
knolletje, dan ga ik me beroepen op den heer
S. te W. (ook een Zeeuw), van wien het eerste
stukje tegen mij was en die daarin zegt
>Wat betreft de opmerking omtrent de te
planten aardappelen hoe grooter hoe beter, leert
de practijk mede, dat een flinke zetaardappel
de voorkeur verdient." Een flinke aardappel
is toch geen kleine. U en uw collega ver
schillen hier dus zeer in meening. Ik heb eer
bied voor uw overtuiging, maar zij is in deze
niet de mijne en zal dat ook nooit worden.
Een beroemd landbouwkundige heb ik eens
hooren zeggen tegen boeren»als je zoons
's winters niets beter weten te doen dan kaar
ten, spelen, lanterfanten enz., laat hen dan
de voor- en achtereinden der beste korenaren
afknippen en uit de aldus verkregen midden
stukken de korrels doppen of slaan, want deze
zijn het zwaarst en als zaaigoed het meest
geschikt."
"Wat hier omtrent het koren waar is, geldt
ook voor de aardappelen, d. i. groote zijn best
pootgoed, maar te duur bij uitgebreide cultuur,
middelmatige zijn even goed bij niet te schraal
wêer, maar kleine mag men niet aanbevelen.
Ook aardappelschillen met oogen brengen,
als alles meeloopt, eetbare aardappels voort.
Hoogachtend,
Uw dw. dienaar
Kudelstaart, G. Dros.
10 Febr. 1889.
Naschrift op mijn voorlaatsteVoor
me ligt het verslag van den oogst in de Gem.
Haarlemmermeer over 1888.
Opbrengst tarwe gemiddeld 15 H. L.
D.
In het Maandblad der Hollandsche maat
schappij van landbouw komt een belangrijk opstel
voor van den heer D. Bauduin, over Landbouw
coöperatie, dat de lezing zeer waard is.
Naar aanleiding van den strijd, die er op dit
oogenblik gevoerd wordt tusschen de suikerfabri
kanten en landbouwers-verbouwers van suiker
bieten, wjjst de heer M. Merkelbach, lid van
ged. staten en voorzitter der Mij van landbouw
in Limburg in de wekelijksche landbouw-kroniek
op het groote verschil tusschen den prijs, die
in Duitschland voor de suikerbieten betaald
wordt en de prijzen hier te lande. Terwijl men
in ons land thans niet meer dan ƒ12 uitlooft,
ontving de heer Merkelbach van 1882 tot en
met 1884 van eene Duitsche fabriek voor
ScMesische Imperiale (welke soort gemiddeld per
hectare 35,000 kilogram gewicht opleverde)
16.20 per 1000 kgr. Thans heeft schrijver
weder een contract met een Duitsche fabriek
voor 1889, 1890 en 1891, waarbij hjj ƒ15.18
per 1000 kgr., vrij op waggon geleverd, ont
vangt. Volgens den heer Merkelbach zouden
fabrikanten en verbouwers, in plaats van in
courantenartikels te twisten, beter doen door
de handen ineen te slaan om van de wetge
vende macht eene herziening onzer suikerbe
lasting te verkrijgen, daar hij meent dat de
hoogere prijzen in Duitschland slechts betaald
kunnen worden tengevolge van een gunstiger
belastingstelsel.
De heer Merkelbach lokt daarom in de ver
melde landbouwkroniek de volgende vragen
uit, welke hij gaarne door de belanghebbenden
wenscht beantwoord te zien
lo Om welke reden worden de suikerpeeën
in Duitschland zooveel duurder betaald dan in
ons land
2o Bestaat daarvoor eenige andere reden
dan de wijze van belasting
3o Zou bij de aanneming van een ander
belastingstelsel het eventueele verlies, door de
schatkist te lijden, niet door grooter consumtie
worden gedekt wanneer de consumenten dit
noodige voedingsmiddel tegen veel lageren prijs
konden genieten, daar op dit oogenblik in
Duitschland de 100 kgr. geraffineerd in broo-
den slechts 35 tot 36 kost, tegen 52 in
Nederland
De loterij van vrouwelijke handwerken
1839—1889.
Met belangstelling zullen velen voor een paar
weken gelezen hebben, dat eene bij allen zoo
goed bekende vriendin de loterij van vrouwe
lijke handwerken, dit jaar haar halve eeuwfeest
viert. "Wie gevoelt geen ingenomenheid met
deze hoogst nuttige vereeniging, die nu voor de
vijftigste maal zoo liefdevol hare gaven uitdeelt
aan de minder bevoorrechten onzer stad Be
halve de diaconieën der verschillende gemeen
ten, zijn het de zustervereenigingen Dorcas,
de Moederlijke weldadigheid en de Vereeniging tot
bezoeken der armen, die ruimschoots haar heil-
zamen invloed ondervonden.
De beste getuigenis voor de genegenheid, welke
men haar toedraagt, is wel het steeds toene
mende aantal prijzen, die ieder jaar voor haar
worden in gereedheid gebracht, en de lust tot
aankoopen van een aanzienlijk aantal loten.
Hierdoor nam haar bloei voortdurend toe.
Niet minder dankt zij haar voorspoed aan de
dames-directrices, die iederen winter zooveel tijd
en moeite voor haar welslagen besteedden, om
met fijnen tact en nauwgezetheid het geheel
in orde te brengen. Aan haar een woord van
dank, uit naam der armen dezer stad en uit
naam van hen, die haar zijne bijdragen toe
vertrouwden.
Is men niet afgeschrikt geweest door de be
sneeuwde straten, dan zal ons ongetwijfeld
heden middag menigeen gevolgd zijn naar de
directiekamer van Walcheren, waar ditmaal
eene bijzonder uitgebreide verzameling geschen
ken zijn tentoongesteld. Wat ons, bij het
binnenkomen, het eerst in het oog valt is de
elegante vei-siering, die de dames-directrices
ter eere van de vijftigjarige hebben aangebracht,
een groet, die iederen bezoeker aangenaam
stemmen zal. Hoe vroolijk en feestelijk zien
die veelkleurige bloemen eruit, welk grillig
contrast met den winter daar buiten Op een
groot schild, omlijst door een krans van groen,
waartusschen camelia's en rhododendrons, staat
het volgende vermeld: >18391889, 50 jarig
bestaan der loterij van vrouwelijke handwerken,
opgericht door mevr. Sehorer-Rethaan Macaré,
jonkvr. E. Schorer, later mevr. Caland, jonkvr.
M. Schorer."
Wanneer wij de tentoonstelling verder in
oogenschouw nemen, ontdekt ons oog eene keur
van fraaie ornamenten, handwerken en andere
voorwerpen van smaak. Ongetwijfeld zal bij
menigeen de begeerte opkomen, dat men dit
maal bij de verloting eens heel gelukkig moge
wezen. Als prijs, aangekocht uit het legaat
van wijlen mevr. Caland, koos men een zeer
fraaaien stoel van ponceau satijn, vervaardigd
door den heer Neelmeijer alhier. Het schijnt
wel of de dames met het oog op het jubilé,
dezen keer eene bijzondel- mooie keuze hebben
willen doen.
Ook valt het oog al zeer spoedig op een
rijk étui, bevattende een zilveren pasteilepel
en twee dito vorken, een tweede bewijs van
ingenomenheid met het vijftigjarig bestaan der
loterij, van de zijde der dames-directrices.
Verder ziet men er op smaakvolle wijze ge-
etaleerd, behalve zeer vele luxe-artikelen, eene
collectie fijne handwerken, waaronder trépieds,
kleedjes, borduurwerken, een keurig kastje van
gesneden hout en tal van andei'e werken, waar
aan zeker menig uurtje besteed is. Toevallig
kwam ons een dezer dagen de lijst van inge
zonden voorwerpen van 1839 in handen. Opmer
kelijk is het dat er op die lijst nog enkele
namen van inzenders vermeld staan, die ook
heden hunne geschenken inbrachten.
Moge de loterij van vrouwelijke handwerken
nog zeer dikwijls jarig zijn, om nog langen tijd
met de hierboven genoemde vereenigingen van
philanthropie samen te kunnen werken tot
verzachting de1- armoede Dankbaar mag de
burgerij wezen voor de bemoeiingen van het
tegenwoordige bestuur en zeker zal zij blijven
volharden om haar steun te geven aan eene
inrichting, die vijftig jaren lang veler sympathie
heeft verworven.
In hun eigen belang herinneren wij, op uit-
noodiging der politie alhier, de inwoners aan
de alhier van kracht zijnde politie-verordening
waarbij wordt voorgeschreven dat bij de glad
heid der straten men verplicht is om op de
voetpaden, des morgens vóór 9 uur en des
namiddags tusschen 4 en 5 uur asch, of zand
te strooien.
Uit Ylissingen schrijft men ons de volgende
treurige tijding
De heer Yan Schooten, onder-inspecteur over
het Belgisch loodswezen alhier, heeft zich Maan
dagavond naar Westkapelle begevenwaar
door hem, na onderzoek van de aldaar aan
gespoelde wrakstukken, officieel geconstateerd
is, dat deze afkomstig zijn van den vermisten
Belgischen loodsschoener no. 3, zoodat thans
helaasgeen twijfel meer bestaat of dit vaar
tuig is met zijne bemanning een prooi der
golven geworden.
Door dit onheil verliezen niet minder dan
7 weduwen (onder wie in belangwekkende om
standigheid) en 32 weezen hunnen verzorger.
In de Maandag te Borssele gehouden
vergadering van den dijkraad werd besloten
tot instelling van een duiker-onderzoek aan den
oever van Borssele. Yerder werd behandeld
een verzoek van eenige obligatiehouders om
couponbladen te voegen bij de schuldbrieven
van den polder en het waterschap. De dijk
raad besloot tot eene gunstige beschikking
behoudens goedkeuring van gedeputeerde staten.
Aan een aannemer werd ontheffing van boete
geschonkenwaarin hij was vervallen door
overschrijding van een tijdstip van oplevering
van een werk.
Uit eene mededeeling van het bestuur bleek
dat de omschrijving der onderhoudswerken van
1889/90 was goedgekeurd tot een bedrag van
ƒ28,906.06.
De schade door den storm, aan Schonwen's
duinen toegebracht, is naar men ons meldt
niet gering. De voorduinen die, dank zij de
rjjsschermen, zoo mooi begonnen op te hoogen,
zijn geheel weggeslagen, en de duinvoet is
daardoor wel een 20 schreden achteruitgegaan.
Wat in een zestal jaren was aangewonnen, is in
een paar dagen weggeslagen.
Te Oudendijk, gemeente Ellemeet, is sedert
eenige weken een stroohulzenfabriek opgericht.
Yoor menigen arbeider is het weer een heele
uitkomst, dat de aankomende jongens en meisjes
daar een klein weekgeld kunnen verdienen.
Men hoopt, dat het den ondernemer goed zal
gaan, en de arbeiders nog menigen winter er
werk zullen vinden.
De raad van Tholen besloot Maandag met
algemeene stemme q de goedkeuring aan Ged.
staten te vragen om aan Ph. J. Wessels 6 vierk.
meters gemeentegrond te verkoopen tegen den
vast gestelden prijs van 5000 per hectare
terwijl eveneens de goedkeuring van ged. staten
zal gevraagd worden om de subsidie van het
algemeen armbestuur met 50 te verhoogen.
Ingekomen was een schrijven van den post- en
telegraafdirekteur dat de inkomsten der tele
grammen in 1888 ƒ798.30 bedragen, zoodat
de gemeente niet behoeft te suppleeren.
Yerder werd besloten de gasfabriek aldaar,
die Woensdag a. in publieke veiling verkocht
wordt, niet te koopen. Ten laatsten deelde
de voorzitter mede dat besloten is den aanslag
in den hoofdelijken omslag van den ontvanger
der registratie met éene klasse te verminderen.
Maandag spoelde aan den Anna Jacoba
polder, onder Bruinisse, een lijk aan, gekleed
in wollen trui.
De boomkweeker Roels, uit Kemscke
(België), die met den trein van Hulst naar
België reisde, vermiste bij aankomst te CÜDge
zijn portefeuille, inhoudende drie bankbiljetten
ter waarde van driehonderd francs.
Daar hij in de meening was de portefeuille
te Hulst misschien te hebben verloren, keerde
hij met den eerstvolgenden trein naar Hulst
terug en liet aldaar door den stadsomroeper
zijn verlies bekend maken, 't geen echter zonder
gunstig gevolg bleet.
Eenige personen evenwel hadden gezien, dat
zekere T., commissionnair te Hontenisse, een
voorwerp, gelijkende op eene portefeuille, van
den straatweg had opgeraapt. De politie werd
van dit een en ander in kennis gesteld, en toen
zij op onderzoek uitging, bleek dat T. in het
bezit was van de bewuste portefeuille, waarin
zich de driehonderd francs alsnog bevonden.
(N. v. d. D.)
De provinciale bladen no. 16 en 17 bevatten
de besluiten der provinciale staten betreffende
de heffing van tolrecht voor het gebruik van
bij de provincie in onderhoud zijnde wegen.
Deze besluiten zijn goedgekeurd bij kon. be
sluit van 17 October 1888 no. 18.
Vlissing-eii. Volgens een telegram was
de Belgische loodsschoener no. 3 bij Westka
pelle; een sleepboot vertrekt derwaarts.
Radrïd. Generaal Salamanca is tot gou
verneur van Cuba benoemd.
Rome. De rust en orde zijn hersteld.
In een toespraak verklaarde de paus dat de
vermetelheid van de booze hartstochten aan-
druischt tegen de grondslagen der burgerlijke
maatschappij, ook omdat het volk van den gods
dienst afwijkt. Z. H. achtte den godsdienst een
waarborg voor den vrede en verklaarde naar
middelen te zoeken om de goede verstandhou
ding tusschen de staten te herstellen.
"fVasliingtoii. De senaat stond 250.000
dollars toe tot bescherming van de belangen
der Armerikanen op de landengte van Panama.
^Petersburg-. Volgens nadere berichten
uit Pschardshui Bokhara kwam generaal Koma-
roff aldaar met zijn staf aan.
Emir Abdurrahman is te Chulm, 32 wersten
van Amudarjah.
Datam.
Plaats.
Voorwerpen.
Informa! en
13
Febr.
Koudekerke,
Boom en,
Loeff.
13
Tholen,
Gasfabrieken,
Wagtho.
14
Breskeiis,
Woonhuis,
Brevet
v. cL Kloes.
14
n
Middelburg,
Huizen enz.,
Tak.
15
Vlissingen,
Netten,
Burgemeester
19
n
Middelburg,
Meubelen,
De Vos.
20
tt
Middelburg,
Meubelen,
De Vos.
20
n
O. Souburg,
Meubelen,
Hendrikse.
22
ft
Wissekerke,
Inspan,
Roelof
25
Vlissingen,
Huizen,
Do Wolff.
Uit Scheveningen meldt men dat gisteren
verschillende bommen in zee gezien werden,
blijkbaar alle bezig om. den wal te bereiken.
Om vier uur ongeveer landde de bomschuit
133 met alle man aan boord en welke blijkbaar
van den storm ook niet veel geleden had.
-- Ten gevolge van den hoogen waterstand
en den hevigen storm op 9 Februari 11. is het
spoorwegverkeer tusschen Rotterdam, respec
tievelijk Feijenoord en IJsselmonde, belemmerd,
en is de spoorwegdienst op dat baanvak tot
nader order gestaakt.
De stremming zal vermoedelijk van slechts
korten duur zijn
Gisteren brachten vijf extra-treinen de rei
zigers voor België en zuidelijker gelegen landen
van Rotterdam naar IJselmonde, vanwaar zij
naar Dordrecht werden vervoerd.
Geen der betrokken spoorwegmaatschappijen
staat echter voor eene geregelde aansluiting in.
Uit Keulen wordt gemeld dat tengevolge van
den sneeuwstorm het verkeer op de spoorweg-
trajecten van de spoorwegdirectie (links-Rhei-
nische) voor het oogenblik gestremd is Keulen
Bonn,Keulen—Trier, Eifellinie, Keulen—Neuss,
NeussM. Gladbacli en AkenBleiberg.
Een Haarlemmer schrijft het volgende
aan het Haarl. Dagblad-.
Eergisteren (Zaterdag) moest ik voor zaken
te Rotterdam zijn met een Franschman, die
vroeger nooit in Holland was geweest. Na een
zeer stormachtige reis per spoor van Amsterdam,
die natuurlijk allesbehalve aangenaam was,
kwamen we eindelijk te Rotterdam.
Velen der klanten, die wij bezoeken zouden,
en hun kantoor in een sousterrain houden,
hebben wij niet kunnen spreken omdat het
hooge water hen genoodzaakt had hunne bu
reau's te sluiten. Sommigen hadden hun onder
huis afgedamd. In het laagste gedeelte dei-
stad stond het water zoo hoog op de straat,
dat van loopen geen sprake was, wij huurden
dus een schuitje en gingen daarin zitten, ter
wijl twee mannen, met waterlaarzen tot hun
midden, het voortduwden. De Franschman zat
diep in zijn jas gedoken te rillen van kou en
riep: Mon Dieu, quel pays! un paradis pour les
canards! Voor de ramen waar wij voorbijvoeren
zagen wij tal van gezichten, die lachend op
onzen zonderlingen gondeltocht neerzagen.
Natuurlijk loonde het onder deze omstandig
heden de moeite niet, lang in dit Nieuw-Ve-
netië te vertoeven.
Wij voeren dus naar ons hótel, maar daarin
stond het water zoo hoog, dat een onzer gon
deliers mij op zijn rug naar binnen dragen
moest. Daar zette hij mij op een tafeltje neer
en ik kon van deze verheven plaats afrekenen
met den kellner, wiens, zooals altijd, keurig
gescheiden en gepommadeerd haar en witte
das een lachwekkend contrast maakten met
de groote waterlaarzen welke hij droeg. Een
knecht, ook al in laarzen (het artikel deed
opgeld) ging mijn bagage halen. Toen mijn
drager met mij op zijn rug de deur uitging,
struikelde hij en liet mij vallen, zoodat ik, in
het schuitje gekomen, met mijn armen Fransch
man om het hardst aan het rillen ging en wij
beiden er niet rouwig om waren, toen wij in
een drooggebleven café weer op ons verhaal
konden komen.
Over den moord, te Utrecht in de kazerne
gepleegd, wordt nog gemeld datde vermoedelijke
dader bekend heeft schuldig te zijn. Hij moet
onder den invloed van overmatig gebruik van
sterken drank zijn geweest. Hij heeft verzocht
zijn vader omzichtig het voorgevallene mede
te gleelen.
Te Apeldoorn heeft een felle brand ge
woed in de zijden nettenfabriek van den heer
Yan Zeppelin; en te Rotterdam woedde in den
nacht van Zondag op Maandag een hevige
brand in den Houttuin.
Te Blitterswijk geraakte een arbeider,
die een boom omhakte, daaronder en bleef op
de plaats dood.
Na eene openbare verkooping te Amster
dam kon de deurwaarder zijn overjas en de
afslager zijn regenscherm niet vinden.
Na lang zoeken bleek uit de stukken, dat
zij, in hun ijver, de overjas en het regenscherm
met het andere goed hadden verkocht.
B. en W. van Amsterdam hebben aan
den heer Thon geantwoord dat de gemeente
zich met zijn plannen in zake de markthal in
het Paleis voor Volksvlijt niet kan inlaten.
Omtrent de groenten- en andere markten
hebben B. en W. hun eigen plannen.
Op 13 Febr. hoopt prof. Adolf Mayer,
directeur van het rijks proefstation te Wage-
ningen, den dag te herdenken, waarop hij vóór
25 jaren te Heidelberg tot doctor bevorderd
werd. In 1875 werd hij buitengewoon hoog
leeraar aan de universiteit aldaar en in 1876
directeur van het rijks proefstation te Wage-
ningen.
Het bericht, als zou het beroemde Chris
tusbeeld van den Oudenbosch in handen van
een kunstliefhebber uit Engeland zijn overge
gaan, wordt bepaald onjuist genoemd. Wel
is nog onlangs weder door iemand uit het
buitenland eene aanzienlijke som geboden, doch
dit bod werd afgewezen.
Naar men ons uit Assenede meldt zal de
bekende maatschappij Diederik van Assenede,
ter gelegenheid van haar 25jarig bestaan, een
luisterrijk festival voor fanfaren-, harmonie- en
zangmaatschappijen uitschrijven.
Dit feest, waarbij zeer schoone premiënwor
den uitgeloofd, zal plaats hebben op Zondag
30 Juni, zijnde Assenede-kermis.
Het Actiëngesellschaft Wiesbadener Baden
Etablissement, waaraan dr Mezger is verbonden,
is thans officieel opgericht.
Uit bijna alle streken van Duitschland
worden ongelukken ten gevolge van den hevigen
sneeuwstorm gemeld. Op vele plaatsen was
het verkeer gestremd. In Beieren bleven ver
scheidene treinen in de sneeuw zitten. Het
zelfde was het geval in Schotland. Ook in
Engeland werd het verkeer door den sneeuw
storm menigvuldig verstoord.
Van alle oorden komen verder berichten
over den storm van Zaterdag.
Te Antwerpen donderde en bliksemde het
op oor- en oogverblindende wijze, terwijl een
zware hagelslag viel. De Schelde stond met
de kade gelijk en golfde als eene zee. Ernstige
ongelukken hebben er niet plaats gehad.
Vrijdagavond had bij Pemnbroke, in Wales,
een droevig ongeluk plaats. Eene kleine stoom
boot, met negen personen aan boord, waar
onder vier vrouwen, kantelde bij den feilen
noordwestenwind, door de plotselinge beweging
die de vrouwen maakten om het over de boot
slaande water te ontgaan. Allen verdronken.
Te Bolton is door den wind een gedeelte
eener fabriek ingestort, waardoor twee daar
nevens staande huisjes onder het puin bedolven