13le Jaargang. 1888. N°. 222. Woensdag 19 September. Yemiie vergaderini fler Me Kamers. FEUILLETON. Middelburg 18 September. ELZENHOF. B IJ VOEGSEL "VAN" DB COURANT. Op heden, Dinsdag, den 18 September 18S8, tot opening van de gewone zitting der Staten-Generaal. De heer mr W. A. A. J. baron Schiminelpen- ninck van der Oye, die den voorzitterstoel bekleedt, opent, nadat de leden der beide kamers zich in de zaal, besterad voor de zittingen der Tweede kamer, vereenigd hebben, tegen half een uur de vergadering en laat een koninklijk besluit van 10 September 1888 no 26, houdende zijne benoe ming tot voorzitter der Eerste kamer gedurende de aanstaande zitting, door den griffier dier kamer voorgelezen. De voorzitter, wien derhalve, overeenkomstig het voorschrift van art. 108 der grondwet, de leiding der vergadering is opgedragen, benoemt eene commissie van acht leden om de commissie door Z. M. den koning benoemd tot opening dezer vergadering, bij hare aankomst in het ge bouw der Staten-generaal te ontvangen en in- en uitgeleide te doen. De heeren ministers, hoofden van ministerieele departementen, die de commissie tot opening uitmaken, en zich op statelijke wijze naar het gebouw van de Tweede kamer der Staten-gene raal hebben begeven, worden, na een kort tijds verloop daar aangekomen, in de vergaderzaal binnengeleid. De heeren ministers plaatsen zich voor dentroen. De heer Mackay, minister van binnenlandsche zaken, houdt de volgende rede Mijne heeren De koning, verhinderd in uw midden te verschijnen, heeft ons opgedragen deze zitting der Staten-generaal te openen. De betrekkingen des konings met de buiten- landsche mogendheden waren van den meest vriendschappelijken aard. De min gunstige weersgesteldheid deed haren nadeeligen invloed op den oogst ge voelen; de toestand van den veestapel is zeer voldoende; hetzelfde kan nog niet gezegd worden van handel, scheepvaart en nijverheid, al mag, wat den handel betreft, op eenigen vooruitgang gewezen worden. In eenige provinciën hadden werkstakingen op uitgebreide schaal plaatsdoor gepaste 42. Uit het Engelsch. Van FLORENCE WARDEN. HOOFDSTUK XX. Dokter Lowe was een bedaard vrijgezel, bekend om zijn kunde en zijn invloed. Ik wist dat de heer Rayner niet van hem hield en had daarom geaarzeld of ik hem wel zou halen, maar daar hij bepaald de knapste was had ik het er maar op gewaagd. Nu begon ik berouw te krijgen. »Is dat de jonge Read® Zijt gij dat, Lorenzo?" zei de dokter door het raampje turende. «Ja, dokter", zei Lorenzo en trad vooruit. >0, zoo, gij komt zeker naar het zieke kindje hooren?" «Neen, dokter. Ik reed van Beaconsburgh terug met mijn vader en deze dame, nadat wij bij u geweest waren en nu wilde ik afscheid van haar nemen, daar ik haar niet terug zal zien voor een paar dagen, eer zij mijn vrouw wordt", zei hij fier en legde zijn hand op mijn schouder. »Uw vrouw sprak de ander ongeloovig. «Maar het is nog een geheim." «Zoo ja natuurlijkDus is dat die juffrouw Christie over wie ik zooveel heb gehoord 1" Hij zette zijn lorgnet op en keek mij bij het flauwe maanlicht zoo strak mogelijk aan. »Nu, zij zou in mijn jeugd de hoofden niet op hol gebracht hebben." maatregelen werden grove wanordelijkheden voorkomen. De toestand van 's lands geldmiddelen is niet onbevredigendbij een spaarzaam beheer bestaat tot het doen van voorstellen tot ver sterking van 's rijks inkomsten geene aanleiding. Onderscheidene wetsontwerpen, ter uitvoering van bepalingen van de grondwet, zullen worden ingediend. Eene gedeeltelijke herziening van de wet op het lager onderwijs zal u worden voorgesteld. Uwe medewerking zal worden ingeroepen tot splitsing van de weinige nog overgeblevene meervoudige districten voor de verkiezing van leden van de Tweede kamer der Staten- generaal. Een wetsontwerp, houdende bepalingen tot het tegengaan van overmatigen arbeid van jeugdige personen en vrouwen, zal U eerlang hereiken. Uwe hulp, waar die noodig mocht blijken, om het onderzoek naar den toestand van fabrieken en werkplaatsen tot een goed einde te breDgen, zal, naar wij vertrouwen, niet te vergeefs worden ingeroepen. Wetsontwerpen tot regeling van de pensi oenen der burgerlijke ambtenaren en van die van huune weduwen en weezen zullen u weldra worden aangeboden. De internationale overeenkomst tot afschaf fing der premiën bij den uitvoer van suiker, mede door 's konings gevolmachtigden onder teekend, zal, bij bekrachtiging door de wet, leiden tot liet voorstellen eener wijziging dei- belastingen op de suiker. Een wetsontwerp van wet op den verkoop van natuur- en kunstboter is in bewerking de gelden, benoodigd voor de oprichting van landbouwproefstations, zullen bij u worden aangevraagd. De toestand van het materieel onzer marine vordert dringend maatregelen om in de aan vulling daarvan te voorzien op de weldra aan te bieden staatsbegrooting zijn de noodige gelden uitgetrokken om daarmede een begin te maken. In het westelijk gedeelte van Java hebben, onder samenwerking van verscheidene oorza ken, ernstige onlusten plaats gehad. Door het krachtig optreden van het bestuur en de uit nemende diensten van het Nederlandsch Indi sche leger, werd de rust spoedig hersteld en de voortgang der oproerige beweging ook in andere gewesten bedwongen. Op Noordelijk Sumatra is meerdere genegen heid tot toenadering van de zijde der hoofden Wij lachten allebei over die onbeleefdheid. «Ongetwijfeld waren de hoofden toen moei lijker op hol te brengen, dokter", zei Lorenzo. »Nu, pas maar op clat niemand anders het hare op hol brengt, terwijl gij weg zijtzei de dokter, hem barsch aanziende, gaf den koetsier hevel om door te rijden en haalde het raampje op. Die laatste waarschuwing klonk Lorenzo als een kwaad voorteeken in de ooren en toen ik zei dat ik nu naar binnen moest en hem morgen immers nog zou zien, sloeg hij zijne armen om mij heen en was zoo wanhopig dat ik niet wist wat ik beginnen moest. »Nu ziet gij hoe die knappe dokter over mijnheer Rayner denkt, Violette. Luister naar mij, kindvertrouw hem niet en vertrouw nie mand, zoolang ik weg ben en geloof niets van hetgeen men u over mij vertelt. Wat zoudt gij doen als men u met de stukken kwam bewijzen dat ik met een ander getrouwd was «O, Lorenzo, gij gaat toch niet weg om te trouwen -- «Neen, kind, neen, en als iemand u zoo iets vertelt, weet ge dat het een leugen is. En als gij geen brieven krijgt én men u zegt dat ik dood ben «OLorenzo, houd op." «Dan is het ook een leugen, ik zal zes weken lang blijven leven en niet trouwen en terugkomen om uw man te worden en als gij mij vroeger noodig hebt, lieveling, kom ik eerder! Vaarwel, vaarwel!" Hij kuste mij herhaaldelijk, rukte zich los en merkbaarde toestand kan in zooverre meer bevredigend genoemd worden. De ziekte, waardoor onze krijgsmacht in Atjeh geteisterd wordt, heeft zich niet uitge breid. Eene commissie is bijeengeroepen tot overweging der vraag, welke middelen uit ge neeskundig zoowel als uit militair oogpunt nog nader zouden kunnen worden aangewend om hare nadeelige gevolgen te keeren. Met de bede dat Gods zegen moge rusten op uwe werkzaamheden verklaren wij in naam des konings deze zitting der Staten-generaal geopend. Den heeren ministers wordt, na het uitspreken dezer rede, door de commissie uitgeleide gedaan. De voorzitter, sluit, nadat de commissie in de vergaderzaal is teruggekeerd, de vereenigde zit ting der kamers. (Het bovenstaande deelden wij heden per bul letin meê aan onze geabonneerden in Middelburg, Vlissingen en in andere gemeenten voor zoover die nog per post te bereiken waren). De toestand van Z. M. moet geen reden meer tot ongerustheid opleveren, zoo zegt ten minste het N. v. d. D. Naar aanleiding van het plotseling bijeenroepen van de kamers in vereenigde zitting, tot behan deling van de voogdijwet, zegt echter de schrijver van »Haagsche Kout" in de Prov. Gr, Crt Het schijnt op aandringen van de koningin te zijn geweest, dat de griffier der Eerste Kamer de ver gadering zoo plotseling heeft bijeengeroepen. Der koningin moet ter oore zijn gekomen hoe de esculaap van Apeldoorn en de hofdokter van meening omtrent 's konings toestand verschilden. De Apeldoornsche geneesheer, die den koning dagelijks twee, drie maal bezoekt, schijnt Zr Ms kwaal zeer ernstig in te zien en een spoedige oplossing te vreezen. Daarentegen ziet de hof- esculaap den toestand niet zoo donker in, en meent dat nog in de eerste maanden men voor geen noodlottige gebeurtenis beducht behoeft te zijn. Kan het hier de argelooze, rondborstige plattelands-geneesheer zijn tegenover den voor- zichtigen, gesloten, diplomatieken hof-esculaap Hoe het zij, zoodra de koningin dit verschil van meening hij de geleerde heeren ontdekte, heeft zij zich gehaast, te zorgen dat in elk geval de noodzakelijke wetten behoorlijk in orde waren. De Tijd neemt dit bericht slechts onder voor behoud over. Zeker is het intusschen zegt dit blad dat met groote overhaasting is ge handeld, zóo zelfs, dat de memorie van beant woording geen onderteekening en geen datum droeg. snelde heen, zonder naar mij te durven omzien en ik ging bevende en schreiende op het huis toe. De angst en de bezorgdheid van Lorenzo hadden ook mij aangestoken, zoodat ik bijna niet zag, waar ik liep en toen ik aan het einde van de oprijlaan was gekomen en er niets meer tusschen mij en het huis lag dan het grasperk aan de eene zijde en het begrinte voorplein aan den voorkant, bleef ik even staan onder een berkeboom om mijne tranen af te drogen eer ik aanschelde. Ik had Jansje gezegd dat zij mij moest opendoen als zij de schel hoorde en hoopte hartelijk dat Sara niet zou opgebleven zijn want ik wilde niet dat zij mijn betraand gelaat zag. Maar juist toen ik het grint wilde oversteken naar de voordeur zag ik een gedaante, die zich over het grasperk naar de achterzijde van het huis begaf. Zij kwam het pad af, dat tusschen de hoornen naar den stal voerde, maar daar er juist een wolk voor de maan was kon ik alleen zien dat het een man was, die een kleinen zwa- ren koffer droeg. Wie kon dat op dit uur zijn Het was reeds tusschen elf en twaalf. Zou Tom Parkes een bezoek aan Sara brengen, wetende dat mijnheer uit was Of was het de geheimzinnige knecht Gordon, die in den waan verkeerde dat mijnheer wel thuis was Zou het een dief zijn Maar een dief zou toch niets in huis dragen, wel iets weghalen, en e koffer dien hij droeg scheen heel zwaar te zijn. Hij verdween achter het huis en daar ik benieuwd was om te weten wat De Arnh. Ct. deelt het volgende mede Zaterdag kwam in Den Haag de beri-beri- commissie bijeen. De samenkomst werd ook dooi den minister van koloniën bijgewoond. Van de dertien leden verklaarden negen hun lidmaat schap neder te leggen, wanneer de commissie bleef samengesteld uit de personen, die er thans toe waren aangewezen. Wel trachtte de heef Keuchenius hen van dit gevoelen terug te bren gen, maar bij slaagde daarin niet Een der leden liet zich minder stellig in dien zin uit. De drie leden, die bereid waren aan hun mandaat te voldoen, waren prof. Nac Gillavry, prof. Pekel haring en de heer De Rochemont. Ofschoon het geen twijfel lijdt, ot de aanleiding tot het besluit zal rn bijzonderheden bekend wor den, meenen wij geene vrijheid te hebben die thans reeds mede te deelen, Waarschijnlijk staat hiermede in verhand het geen wij in de N. R. Ct. lezen. De ridders der Militaire Willemsorde, te 's Hage woonachtig, (en misschien ook die uit andere plaatsen) hebben eene circulaire ontvangen, waarin zij tegen Maandag avond zijn bijeenge roepen in het lokaal Düigentia te 's Hage, ter behandeling van eene eerezaak. Aanleiding hiertoe moet gezocht worden in eene brochure van den gep. luit.-kolonel Yerstege van het O.-I. leger, waarin de gep. luit.-kol. J. I. de Rochemont (schrijver van de brochure De generaal Jan van Swietendie tot secretaris van de beri- beri-commissie benoemd is, op verregaande wijze wordt heleedigd, zoodanig dat men eene uitda ging van de zijde van den heer De R. onvermij delijk achtte. De brochure van den heer Ver- stege schijnt in duplo gezonden te zijn aan den voorzitter der beri-beri-commissie, met verzoek éen exemplaar aan De Rochemont te overhandi gen, waarna men 36 uren gewacht heeft op hetgeen van de zijde van dezen laatste zou ge beuren. Wij vernemen, dat de overste Verstege dan ook inmiddels zijne getuigen had aangewe zen, en welden generaal Diepenheim en den gep. majoor De Wijs, comm. der brandweer te 's Hage. Daar er nu geen uitdaging volgde, is door deze beide heeren de bedoelde circulaire aan de ridders der Militaire Willemsorde ver zonden, naar men meent met het doel om te trachten te verkrijgen, dat de luit.-kol De Ro chemont als ridder der Mil. Willemsorde worde geschrapt. Naar het Vad. verneemt zijn de begrootingen voor oorlog en marine voor 1889 hooger geraamd dan voor 1888 die voor marine 2 millioen hooger. Van de andere begrootingen zijn er sommige lager geraamd, o. a. die voor Binnenlandsche zaken. Op onderwijs wordt bezuinigd door afschaffing van zeer vele normaallessen, terwijl maatregelen worden voorbereid,om een volgend jaar twee rijkskweekscholen op te heffen. er nu volgen zou, keerde ik weer onder de hoo rnen terug en smaakte de voldoening van hem weldra met Sara te zien terugkeeren. De maan scheen nu weer helder en ik herkende Tom Par ker, en had er wel wat voor willen geven om te weten wat hij haar gebracht had. De slechte indruk, dien ik, door het gesprek van Sara met den vreemdeling, indertijd van Tom verkregen bad, was nu vrij wel gewekenmaar dit tooneel verlevendigde dien weer. Zou die eenvoudige Tom, met zijn dom, eerlijk gelaat, toch een dief zijn en zou Sara van de afwezigheid van haar meester gebruik maken om het gestolen goed te bergen De manier waarop hij het grasperk oversloop zou wel zoo iets hebben doen veronder stellen maar van een anderen kant was het ook mogelijk dat hij te Kraaienhorst gedaan had gekregen en nu zijn kleeren naar Elzenhof bracht, met het plan om daar te blijven zoo lang mijnheer van huis was Zij verdwenen samen op het pad naar den stal en ik maakte van die gelegenheid gebruik om het plein over te steken en zoo zacht mogelijk te schellen. Na een paar minuten deed Jansje mij open. »Sara vroeg waar gij waart juffrouw en toen ik den dokter inliet, zei ik dat gjj met hem mee gekomen waart. Ik begreep wel dat gij goed thuis zoudt komen, daar de dokter zei dat gij een jongenheer hij u hadt," voegde zij er veelbetee- kenend bjj." Ik gelastte haar zoo gauw mogelijk naar bed te gaan en, toen ik gezien had dat zij op de

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1888 | | pagina 5