N#. 206. 131® Jaargang. 1888. V rijdag i Augustus. Middelburg 30 Augustus. Onderwijs, Kerknieuws. Verspreide berichten. Dit blad verschijnt d a g e 1 ij k s, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per 3/m. franco f 2. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent. O Advertentiën: 20 Cent per regel. Geboorte-, Trouw-, Doodberichten, enz.: van 1-7 regels ƒ1.50; iedere regel meer ƒ0.20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Bij deze courant behoort een BIJVOEGSEL. ELBIIR COURANT. Agenten te Vlissingen: P. G. de Vet Mestdagh Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te Krniningen: F. van dee Peijl, te Zierikzee: A. C. de Mooij en te Tholen: W. A. van Nieuwenhuijzen. Verder worden door alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aangenomen' en nemen ook het algemeen advertentiebureau van Nijgh van Ditmae te Rotterdam, en de firma B. van dbk Kamp te Groningen, voor de Noordelijke provinciën, annonces aan. Hoofdagenten voor het Buitenlandte Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube Cie., John F. Jones, opvolger; voor België A. Geosjean Co. te Brussel. De Alkmaarsche courant wijdt een opstel aan de pogingen, die notarissen en candidaat-nota- rissen thans aanwenden ter verkrijging van middelen om het notariaat te beschermen tegen de concurrentie van zaakwaarnemers. Zij vragen wettelijke tusschenkomst en daartegen verzet zich dat blad. Waarom, vraagt het, zal de wetgever wel den notaris en zijn beroep beschermen tegen de zaak- waarnemerij, maar niet den uitgever tegen den tweede hands-boekhandel, niet den winkelier tegen den marktventer, niet den boer tegen den fabri kant van kunstboter, niet ons allen, ieder in zijn beroep tegen hen die in dat beroep de prijzen bederven, of breken met de regelen van soliditeit of met de gewoonten van het bedrijf, of wel een goedkooper artikel vervaardigen Niets geeft het notariaat recht op zulk een uitzonderings-bescherming. Of wij allen scharen ons onder de vaderlijke hoede van den staat, en wij hebben het gildewezen terug met al de voordeelen voor de gildebroeders en al de na- deelen voor het algemeen aan die instelling ver bonden, of wel de staat houde zich onzijdig, en niemand onzer roepe»help mij, help mij Een zaakwaarnemer, die slechte dingen doet, moet worden gestraft om en ter zake van die slechte dingen, niet omdat hij een zaakwaarnemer is, en een beroep uitoefent dat de verdiensten, verboden aan het notarisambt, vermindert. Oneerlijkheid en kwade trouw, nalatigheid en onbekwaamheid behooren door den staat te worden gestraft en in 't belang der maatschappelijke orde gewroken te worden geheel onafhankeljjk van de vraag, of de dader een patent heeft als zaakwaarnemer, dan wel eene aanstelling als notaris. Is de justitie onmachtig om zekere mis drijven te straffen, omdat het haar aan middelen ter controle en van bewijs ontbreekt, dan moet "er gezocht worden naar maatregelen tot verster king van het staatsgezag, en de justitie door des kundige en technische ambtenaren worden ter zijde gestaan en voorgelicht. Maar nooit zoeke men heil in de bescherming van het eene beroep tegenover het andere, nooit scheppe men speciale misdrijven om sommige beroepen onmogelijk te maken, nooit vergete men, dat de man het beroep maakt, dat de meest eervolle, de hoogste plaat sen in de maatschappij somwijlen op schandelijke wijze zijn vervuld, en dat in de nederigste en minst geachte betrekkingen mannen gevonden zijn, die het beroep verheffen en adelen en die met geringe middelen veel bereiken. Een zaak verliest dit blad, dunkt ons, hierbij uit het oog, nl. dat aan de notarissen door den staat hooge eischen omtrent bekwaamheid worden gesteld; de notarissen steeds door de regeering worden aangesteld,niet vrij zijn om zich te vestigen, onder voortdurende controle staan en zelfs be perkt worden in hun werkkring. Volgens den Haagschen corr. der Zaanl. Ctzou de min. van binn. zaken onlangs een inspecteur van het lager onderwjjs nog wel een steunpilaar van de anti-liberale richting zoo hebben ge griefd, dat hij hem bijna gedwongen had zijn ambt neer te leggen. Het was hij de samenstelling van zekere examen-commissie. De inspecteur had voor eene vacature in die commissie eene voordracht gedaan enden eerst aanbevolene had hij, om hem te doen benoemen, als lid eener andere commissie ontslag laten nemen. De minister zond hem zijn voordracht terug, onder opmerking, dat hij een man van het bijzonder onderwijs verlangde de inspecteur antwoordt, dat hij op dien wenk gaarne zal letten, maar dat hij er hoogen prijs op stelt, dat ditmaal zijn voordracht werd gevolgd, omdat hij persoonlijk eenigermate de verplichting op zich genomen heeft den voorgedragene schadeloos te stellen voor het bedanken als lid eener andere com missie. Het baat niet de minister houdt vol. Nogmaals waagt de inspecteur het den minister te overreden, al draagt hij,pour acquit de conscience, mèt zijn candidaat nog een paar anderen voor, die echter, onpartijdig beoordeeld, minder geschikt zijn, al vallen zij in de categorie die de minister heeft aangewezen. De inspecteur wijst er op, dat zjjn prestige op het spel staat en dreigt te worden vernietigd, ala hem na 30 jaren arbeidens zulk gen démenti wordt gegeven. Te vergeefs de minister benoemt een ander en geeft den inspec teur den zoo gevreesden klap in het aangezicht. Dat deze zijn ambt niet heeft neergelegd (althans nog niet) moet aan andere oorzaken dan eerbie diging van 's ministers rechtvaardigheids-politiek worden toegeschreven. Gisteren bracht de telegraaf ons de tijding dat de heer W. .T. Hofdijk, de vruchtbare schrijver en dichter, te de Steeg bij Arnhem, waar hij sedert Mei woonde, is overleden. Hofdijks naam had goeden klank bij onsOns voorgeslacht is aan duizenden bekend en zijn ge dichten, niet het minst die aan zijn geliefd Kennemerland gewijdverschaften vele genoe- gelijke oogenblikken. Ook op het terrein der historie bewoog Hofdijk zich met groot succes. In Juni 1886 werd hem bij gelegenheid van zijn 70en verjaardag nog uit gansch Nederland warme hulde gebracht. Zijn vrouw en kinderen verliezen in den over ledene een liefhebbend echtgenoot en vader, zijne vrienden staren een hartelijk vriend na, ons land telt een self made man, een zijner «mannen van beteekenis" minder. Met ingenomenheid zullen zeker velen in Mid delburg met ons kennis genomen hebben van de overwinning, door het muziekkorps der dienstd. schutterij alhier Woensdag behaald op het groote internationaal concours, te Tilburg gehouden. Zoodra ons daarvan het bericht was in handen gekomen, dat wij dankten aan de zeer beleefde voldoening aan een door ons gedaan verzoek, meenden wij het belangrijk genoeg om daarvan per bulletin onzen geabonneerden in de stad kennis te geven. Voor ons muziekkorps en voor allen die in den bloei daarvan belang stellen was het eene gewich tige tijdingen de nadere bijzonderheden, welke wij omtrent deze overwinning vernamen-, geven ons de overtuiging dat zij waarlijk met eere is behaald. Als men nagaat dat de jury bestond uit de meest bekende autoriteiten op muzikaal gebied, o. a. uit de heeren Richard Hol van Utrecht, Joh. M. Coenen van Amsterdam, Alex. W. A. Heyblom van Rotterdam, Nic. A. Bouwman van Bergen op Zoom en M. Edzard Grefe van Sneek, dan zal men wel overtuigd zijn dat zulk een vierschaar zijn eischen wel zeer hoog gesteld zal hebben. Dit bleek dan ook hieruit dat verschillende prijzen niet zijn toegekend wat, zoo de deel nemende korpsen niet hadden voldaan aan de strenge opvatting der jury-leden, het geval ook had kunnen zijn in de afdeeling, waarin ons muziekkorps den eersten prijs behaalde. Deze afdeeling betrof inuziekvereenigingen uit gemeenten met meer dan 10.000 inwoners; en in sectie A de harmonie-gezelschappen. In die afdeeling sectie A. nu was als eerste prijs uitgeloofd eene lauwerkrans in vermeil en 75, een geschenk van de stad Tilburg, en als tweede eene zilveren medaille en een kunst voorwerp. Verplichtend was voor de mededingende korpsen de uitvoering van Le fils de la nuitOuverture van Joh. M. Coenen. Ons muziekkorps moest in dien wedstrijd kam pen tegen de Harmonie Apollo van Kaatsheuvel, onder directie van den heer Jos Kessels. Dit ^gezelschap telt 36 werkende leden, behaalde het vorige jaar te Nijmegen reeds een prijs en verwierf nu te Tilburg den tweeden. Als men nu nagaat dat het muziekkorps van onze schutterjj slechts 27 werkende leden telt en voor het eerst, onder leiding van den heer J. Scholtens, aan een concours deelnam, dan zal men moeten erkennen dat de omstandigheden voor dat korps niet gunstig waren, de tegenpartij niet licht was te tellen en de overwinning daarom te meer waarde heeft. De verklaring, door den heer Coenen persoonlijk den directeur gegeven dat zijne compositie vele moeilijkheden oplevert en dat ons korps zich van zijn taak flink heeft gekweten, is misschien nog de hoogste voldoening voor het korps en zjjn directeur. Beide mogen dan ook met ingeno menheid terugzien op den dag van gisteren, als een der gelukkigste in het bijna zestigjarig bestaan van het muziekkorps zooals men weet werd het in 1829 opgelicht en mogen zij met de behaalde overwinning wel geluk gewenscht worden. De door het muziekkorps als eigen gekozen nommer uitgevoerde Lustspiel Ouverture van Kéler Béla werd, evenals het verplichte nommer, uitstekend gespeeld. Het korps komt heden (Donderdag) avond te 8.51 per trein terug en zal door den kommandant en de officieren der dd. schutterij worden ontvangen. Vermelden wij ten slotte dat een der vorige dagen ook Concordia van Tholen, directeur de heer A. Verswijveren, op dat concours een 3en prijs, br.-verg. medaille, behaalde in de 4e afd. sectie B, voor fanfare-gezelschappen, niet langer dan 3 jaren bestaande in gemeenten beneden de 6000 inwoners. Daaraan werd nog deelgenomen door de vol gende fanfare-corpsenOefening kweekt kennis van Wemeldinge, St Crispijn van Waalwijk en het fanfare-gezelschap van Wageningen. Laatst genoemde behaalde den 2en prijs. De le prij3 werd niet toegekend. Het verplichte stuk voor die afdeeling was Tm fete triomphale van Jolis G. v. Damterwijl Concordia van Tholen nog speelde als eigen ge. kozen stuk A VOpéra comique, Mosaïque van Jos. Kessels. Volgens de N. R. Ct. zullen binnenkort de post en telegraafkantoren te Vlissingen vereenigd worden. Aangezien beide kantoren vlak naast elkaar staan lieeft het publiek bij die vereeniging weinig of geen belang. Ook de minister van binnenlandsche zaken verleent deze week geen audiëntie. Aan het voortgezet vergelijkend examen voor hoofd der school A alhier namen heden 5 onder wijzers deel. Morgen komen er nog 4 op. Woensdag jl. werd het stoffelijk overschot van den heer M. Hooze te Wissekerke plechtig teraarde besteld. De algemeene deelneming sprak ondubbelzinnig uit de tallooze blijken van belangstelling. De kist, bedekt met een drietal kransen door de drie zoons, door een vrienden hand en door de onderwijzers in de gemeente daarop gelegd en waaraan door de schoolgaande knapen en meisjes nog twee bouquetjes werden toegevoegd werd door een lange reeks van vrienden grafwaarts begeleid. Een aantal oud leerlingen en schoolkinderen sloten zich daarbij aan. Aan de groeve werd kortelijk het woord ge voerd door den heer Eversdijk namens de vrienden van den ontslapene, door den heer v. d. Heijde namens Excelsior en door den heer Swenne namens de onderwijzers en leerlingen. Deze laatsten zongen daarop den doode een roerend Rust in vredetoe, waarna de oudste zoon namens de familie dankte voor de eer, aan zijn vader bewezen. Allen verlieten den doodenakker in 't diepe besef, dat er weder een braaf man was ten grave gedaald. De heer E. Loen, pred. bij de herv. gem. te Grijpskerke, ontving toezegging van beroep naar Hooge Zwaluwe. Van de negen en twintig predikants-betrek- kingen in Zuid-Beveland zijn er tien vacant een van de drie te Goes en verder te 's Heer Hen drikskinderen, Kattendijke, Heinkenszand, Elle- wontsdijkOudelandeNisse, 'a Gravenpolder, Schore en Bath. Waarde is onder de vacatures niet medegerekend, omdat deze standplaats aan staanden Zondag bezet wordt. Als altijd is de ring Borssele het slechtst bezet, waar van de tien kerkelijke gemeenten niet meer dan de helft in het bezit van een predikant is. Aan een tegen heden door de vereeniging Jacoba van Beijeren te Goes uitgeschreven concours namen ook eenige boogschutters, leden van Eens gezindheid, van Middelburg deel. In den toestand van vrouw De V. alhier was heden middag nog geen verandering gekomen. Bij kon. besluit is het maximum der vergun ningen te Grijpskerke op twee gebracht. De kapitein van de gisteren op de Noorder Nollen aan den grond geraakte Fransche bark General Chanzy is, zoo méldt men ons verder uit Vlissingen, A. Godaard het schip is van Antwer pen bestemd naar Havre en gedeeltelijk beladen met zemelen en blom. Gisteren avond hee t men met drie sleepbooten te vergeefs getracht het schip vlot te brengenals dit met het ochtendgetij niet gelukt, zal tot lossing worden overgegaan. Tot amanuensis aan de H. B. S. te Goes is benoemd, voorloopig voor den tijd van een jaar, J. van Riet. (G. Crt.) Bij de te 's Gravenpolder gehouden herstem ming voor een lid van den raad tusscfien dé heeren Geelhoed en Remijn waren uitgebracht 68 stemmen en is de heer Geelhoed met 38 stem men gekozen. De heer Remijn verkreeg er 29. Uit Bath schrijft men ons Een drietal Berlijnsche heeren, die met een jacht een pleizierreis op de Schelde deden, hadden Dinsdag avond laat het ongeluk door den feilen wind op het strand alhier te verzeilen. Spoedig werd hulp verleend. Het beste zou geweest zijn het scheepje op de strandingplaats te laten liggen, doch een gepensionneerde loods en zijn zoon, welke geen gevaar schenen te zien hoewel zij door ervaren schippers werden gewaarschuwd, meenden het jacht met twee heeren (de andere was aan de wal) wel in de haven te kunnen bi-engen. Toen ze eenmaal op den hoek van den steenen dam der haven waren, sloeg het scheepje door de branding zoodanig tegen dien dam, dat de loods en de heeren zich nog gelukkig mochten achten, op het droge te worden geworpen. Het scheepje was zoodanig beschadigd, dat het, nadat de zoon aan den wal was, in de haven zonk. Woensdag morgen is het zooveel mogelijk her steld en vertrokken de beide heeren weer naar Antwerpen, terwijl de andere per spoor ging. Tot gemeente-veldwachter te Scherpenisse is benoemd A. Hendrikse, thans in dienst bij het wapen der koninklijke marechaussée, standplaats Oss (N.-Brabant)". De gemeenteraad van Zaamslag hield zoo schrijft men ons Dinsdag zijne gewone Augustuszitting, ter behandeling in de eerste plaats van de rekening over 1887, welke op advies der commissie van onderzoek, die geene bedenkingen had mede te deelen, voorloopig is vastgesteld in ontvang op 18933.99, en in uitgaaf op 17305.60, derhalve goed slot ƒ1628.39, in de tweede plaats, ter behandeling der begrooting van het burgerlijk armbestuur voor 1889, welke werd goedgekeurd in ontvang en uitgaaf op ƒ1610.77. Aan het armbestuur werd een subsidie uit de gemeentekas toegekend, ten bedrage van 1460.64, zijnde 51.28J meer dan voor het loopende jaar is verleend. Ten derde werd aangeboden de gemeentebe- grooting voor 1889, bedragende in ontvang en uitgaaf 18770.26. Yoor hoofdelijken omslag is daarin uitgetrokken 5370 tegen 5170 in 1888. De sedert 1863 aan de Nederl. Herv. gemeente betaalde schadeloosstelling, wegens het gemis der voordeelen door het verlies der begrafenisrechten op de burgerlijke begraafplaats, ten bedrage van ƒ20, is in deze begrooting niet uitgetrokken, op grond der bepaling in de daartoe betrekkelijke overeenkomst, dat de uitkeering vervalt, zoodra eene nieuwe burgerlijke begraafplaats zal zijn aangelegd en in gebruik gesteld, welk geval thans ten tweeden male aanwezig is, vermits in 1872 reeds eene nieuwe begraafplaats is aangelegd en binnenkort wederom tot den aanleg van eene nieuwe begraafplaats zal worden overgegaan, waar toe het terrein bereids is aangekocht. In de laatste plaats werd overgegaan tot het benoemen van vier candidaten, ter vervulling der met 1 Januari e. k. openvallende plaatsen in het college van zetters, tengevolge der aftreding van de heeren J. Van Yessem en A. Riemens, die weder op de voor dracht werden geplaatst. Meldden wij in het afgeloopen voorjaar van een paar echtelieden uit Zaamslag, die tengevolge van godsdienstwaanzin naar het verplegings- gesticht te Delft werden overgebracht, thans meldt men ons, dat de vrouw Vrijdag a. s. vol komen hersteld huiswaarts keert. Ook omtrent den man luiden de berichten vrjj gunstig. Volgens bericht uit Nieuwediep zijn bij den storm op de Noordzee vier visschersvaartuigen verongelukt, waarvan bekend werden de schok kers nos 107 en 148. Al de opvarenden ver dronken. In de Duitsche ambassade te Parjjs is Dins dag een individu binnengedrongen en heeft een revolverschot gelost op een beambte. Herhaalde lijk reeds had hij zich bij het gebouw aangemeld en verlangd een der secretarissen te spreken. De ambtenaar is niet gewond. De dader is zekere Garnier, 64 jaar oud en verklaart door den oor log van 1870 geheel geruineerd te zijn. Men gelooft, dat de man krankzinnig is. In zijn zak moet, behalve oude pistolen, een briefje zijn gevonden, waarin stond»Den 28 Augustus zal ik een ambtenaar van het Duitsche

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1888 | | pagina 1