N*. 198.' 131® Jaargang, 1888. Woensdag 22 Augustus. C. L. VAN WOELDEREN, Middelburg 21 Augustus, Onderwijs. Dit blad verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per 3/m. franco 2. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent. Advertentiën: 20 Cent per regel. Geboorte-, Trouw-, Doodberichten, enz.van 1-7 regels/l.50; iedere regel meer ƒ0.20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Voor de verkiezing voor een lid der Provinciale Slalen in het district Middel burg, op Dinsdag 28 Augustus, bevelen wij ten dringendste aan den heer die de candidatuur heeft aangenomen. DIK OF DUN ZAAIEN. MIDDELRIIRGSCHE COURANT. Agenten te Vlissingen: P. G. de Vey Mestdagh Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen: F. van der Peijl, te Zierikzee: A. C. de Mooij en te Tholen: W. A. van Nieuwenhuijzen. Verder worden door alle postkantoren en "boekhandelaren abonnementen en advertentiën aangenomen- en nemen ook bet algemeen advertentiebureau van Nijgh van Ditmar te Rotterdam, en de firma B. van deb £amp te Groningen, voor de Noordelijke provinciën, annonces aan. Hoofdagenten voor bet Buitenland: te Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Datjbe Cie., John F. Jones, opvolger. Dat de meeningen der menschenkinderen uit- eenloopen over duizenden dingen, die zicb van twee kanten laten bezien, 'tligt voor de band; maar dat men op een warmen zomerdag nog een blaam wil werpen en bem tracbt te herleiden tot eenen, die zicb schier van zijn voorjaars collega's niet onderscheidt, dat is koppigheid. Met andere woordener zijn altijd menscben, bezield met een lust om steeds te ontkennen, zelfs tegen beter weten in, zij willen nietleeren en loopen liever dwars met bet hoofd tegen een muur, dan zicb te laten overtuigen. Op bet stuk van »zaaien" treffen we zulke exemplaren aan. Dik zaaien is al voor de zooveelste maal veroordeeld en toch zijn er, die maar altijd er mee voort gaan en voor wie een schrale oogst, als gevolg van hunne onverantwoordelijke handelwijze, nog geen leergeld genoeg is. »Zaai," zegt de eigenwijze, »dik op een schralen grond, want zaai je niet, dan heb je niet." In letterlij ken zin, mijn waarde, hebt ge gelijk, maar, niet waar de letter doodt, de geest maakt levend. Gij bebt ongelijk met uw apodictische uitspraak en we zullen trachten u te overtuigen. Vooraf eene vraagIs 't u mogelijk op eene Bcbrale weide, driemaal zooveel vee te houden als op eene, die in goeden doen" verkeert Hebt ge wel eens geboord, dat vele varkens dunne spoeling maken en beaamt ge de waarheid van bet gezegde? Ja? "Welnu, dan zijn we al in éen schuitje en zullen we 't wel ééns worden. 'tls eene waarheid, dat elke korrel in de aarde tot ontkieming komt en een aar zal voortbrengen, let wel éen aar, minstens, maar in gunstige omstandigheden, kan ze er wel 20 of meer geven. Een arm kindje, dat gebrek beeft aan bet noodige, schiet ook op, om ons bij de spreekwijze van de plan ten te bepalen, maar zou bet later ook een krach tige man of een stevige vrouw worden Groeien, wel te verstaan krachtig groeien, is een kwestie van voldoend voedsel krijgen. Neem nu aan, dat ge een schralen akker bezit en dat ge daarin veel, zeer veel zaaizaad strooit, is dan zoo'n armzalige grond in staat om een flink gewas voort te brengen Gij zegt wellicht, »jamaar boe meer korrels in den grond, boe meer aren Maar mijn waardege dwaalt. Als elke korrel nooit meer dan éene aar voortbracht, dan badt gij gelijk, ten opzichte van bet getal aren, maar dan zou u de uitkomst toch nog leeren, dat ge meer gewicht koren verkreegt, indien ge meer dan de helft minder zaaizaad bad gebruikt, want in dat geval, zou elke aar veel omvangrijker, veel laDger zijn en meer j korrels bevatten, die elk op zicb zelf zwaarder zouden wezen, dan korreltjes, die bet product waren van dik ge zaaid koren. Als gij 50 zaden legt in een grond, die voor 10 voedsel bevat, ligt bet dan niet voor de band, dat er van die 50 korrels zoo goed als niets terecht komt? Als ge 10 varkens bebt en maar eten voor 2, dan maakt ge wijlen Bartjens beschaamd, als ge kunt uitrekenen of aantoonen, dat deze vleesch- productie tot winst kan leiden. Laat ons toch het onmogelijke niet willen, de natuur laat niet met zicb spotten. Als de menscb bet goede wil, wil zij bet ook. Als wij baar dubbel en dwars te hulp komen, dan wil zij ook een honderdvou dige vrucht geven. Niet geven en wel trekken, 't is ongehoord en een voorschrift niet van deze wereld. Er wordt veel geklaagd over slechte oogsten bet weer als oorzaak blijft buiten beschouwingmaar wilt ge gelooven dat van de 10 keer ook evenveel maal de schuld bij ons zeiven ligt? Men kan en men moet, vooral in den tegenwoordigen tijd, letterlijk den grond dwin gen tot voortbrengen en zoo zijn eigen bestaan verzekeren, maar dan moet men beginnen met niet veel land onder den ploeg te nemen en voort gaan met zwaar mesten; kunstmest is een redmiddel enz. enz. Maar om op ons ehapitre terug te komen we zouden kunnen zeggen, dat de oogsten omge keerd evenredig zijn met de gebruikte hoeveelheid zaad. Hoe meer zaad men gebruikt, boe schraler opbrengst, want de plantjes zullen tot een vilt in een groeien en een kommerlijk leven leiden. Ze zullen elkaar bet voorbanden zijnde voedsel betwisten en een treurig voorbeeld geven van den strijd om bet bestaan. sJa maar", zegt ge, »als ik dun zaai, dan zit ik ook zoo met bet onkruid opgescheept." Mogen we zoo vrij zijn u de opmer king te maken, dat ge dan ook aangenomen dus dat bet zoo is oneindig veel beter kunt wieden en den grond openhakken, dan wanneer de planten schier boven op elkaar stonden en ze daardoor die kunstbewerking eigenlijk volstrekt niet toelaten. Maar aangenomen, dat dik zaaien geen onkruid geeft, zouden we dan niet gerust mogen zeggen, dat bet te vele koren bet onkruid is en dat er in dat geval dus altijd sprake is van hinderlijke, schadelijke planten. Het ergste onkruid voor bet koren is bet koren zelf! Het blijft dus een uit gemaakte zaak, dat men op schralen grond dun moet zaaien, opdat de opkomende planten bet voorbanden zijnde voedsel elkaar niet betwisten, en ze geen te kommerlijk leven behoeven te leiden door gebrek aan licht en lucht, waardoor ze vooruit genoodzaakt zijn om éene, in plaats van meerdere aren voort te brengen. En neem nu eens een vruchtbaren grond. Dun zaaien is ook bier bet eenige voorschrift, wijl we anders in bet gasthuis terechtkomen. Wat doen de opkomende planten Zoodra mogelijk krachtig uitstoelende halmen zullen zicb in zoo grooten getale vermenigvuldigen, dat men verzekerd kan zijn van een rijken oogst. De grond doet wat bij kan; overal doorkruipen bem de wortels der planten om voedsel te zoeken en overal vinden ze 't ook. Als men 20 aren van eene korrel kan krijgen, mag men er zicb nooit met 1 tevreden stellen. Iemand nam eens de proef met een graankorreltje dat hij in zeer vruchtbaren grond legde en een flinke ruimte gaf voor zijne ontwikkeling. En bet gevolg Twee en twintig halmen van twee el lang, die ieder eene aar droegen, waarvan de langste 19 en de kortste 13 cm. was, samen inhou dende 1464 korrels. Wat blief? dat is anders dan een honderdvoudige vrucht. Let eens op te dicht staand koolzaad; spillig niet waar, als een, die uit zijn kracht is gegroeid en niet bestand tegen den geringsten stoot, dien zijn gezondheid krijgt. Elke stengel draagt éen bloempje, van zij- scheuten geen sprake. Arm gewas, als er éen flinke nachtvorst komt, ,is 't met uw bestaan zoo goed als gedaan, bet eenige bloempje dat aan elk uwer stengels voorkomt vriest af en deze laatste missen de kracht, om direct zijscheuten te maken en zicb ten nieuwen leven toe te rusten. Hoe geheel anders zou bet zijn als er dun was gezaaid. Dan waren er al vroeg uitloopers uit den boofdwortel en zijscheuten aan de stengels. Wat hindert dan bet gemis van bet eerst zicb ontwikkelde bloempjeover een week zijn er al weer tal van anderen. Een dik gezaaid gewas baast zicb altijd om te bloeien, als was bet zijne zwakte bewustslaagt bet eerste bloempje niet, dan is de oogst vrij wel gelijk nul. Dun zaaien geeft dubbel voordeello sparing van zaaizaad, 2o een zeer gemakkelijk schoonhouden van den grond, 3o een zoo rijk mogelijken oogst. Zoo rijk mogelijk, omdat bij in niet geringe mate afhangt van de vruchtbaarheid van den grond. Kudelstaart, 20 Aug. 1888. G. Dros. In bet Militair Weekblad leest men bet volgende Meermalen is bij ons de gedachte opgekomen of, als wij eens onverhoopt in oorlog geraakten met Duitscbland, deze groote mogendheid, bewust van bet groote verdedigingsvermogen der Nieuwe Hol- landscbe waterlinie, niet bet verstandigst zou ban delen met het aannemen eener afwachtende houding. Wanneer onze oostelijke nabuur na de oorlogsver klaring een of meerdere legerkorpsen mobiliseert, zullen wij niet alleen zoo spoedig mogelijk de gebeele militie oproepen en bet leger mobiliseeren, doch ook overgaan tot bet stellen der inundatiën om deze in den kortst mogelijken, tijd op volledig peil te hebben, in de onderstelling, dat de vijand zicb niet lang zal laten wachten. Indien nu de aanvaller niet verschijnt, doch zicb slechts bepaalt b. v. tot bet blokkeeren der kusten, zal daaruit een toestand geboren worden, die op den langen duur zoo kost baar wordt, dat we ten slotte verplicht zullen zjjn ons aan den wil der tegenstanders te onder werpen, zonder dat ook slechts éen droppel bloed vergoten is geworden. Zoolang de vrede nog niet geteekend is, zullen wij ons leger niet durven demobiliseeren, noch bet water doen afloopen van de landen, die daarmede uit bet oogpunt I der lands-defensie bezwaard zjjn geworden, immers elk oogenblik kan de vijand tot bet offensief overgaan, waartoe hij voorloopig met slechts eenige legerkorpsen kan volstaan. Alleen ingeval de mogelijkheid ondersteld wordt dat .vij hulp .zouden kunnen krijgen van eene andere groote mogendheid kan een spoedige on derwerping de voorkeur verdienen, doch anders moet deze handelwijze van een grootmacht tegen een naburig klein land veel voor hebben uit bet oogpunt van bet voorkomen van bet verlies van zoovele zonen des lands, dat met eiken daad werkelijken oorlog gepaard gaat, zij het ook van een kolossus tegen een dwerg. Bij kon. besluit van 14 dezer, opgenomen in de Staatscourant van beden, is bepaald, dat de in- en doorvoer van buitenslands, van varkens, van versch en gezouten varkensvleesch en van onge- smoiten vet, klauwen, mest en verderen afval van varkens, zijn verboden. Wanneer bijzondere redenen eene afwijking van dit verbod noodzakelijk maken, kan de minister van binnenlandscbe zaken, met medewerking van den minister van financiën, zoodanige afwijking toestaan, onder de noodige voorzorgen tegen overbrenging van besmetting. Twaalf van de leden der Holland Society zijn Zaterdag met bet s.s. Amsterdam naar New- York teruggekeerd, terwijl de beer Geo W. Siclen, de secretaris van dat genootschap, wegens ernstige ongesteldheid zijner eebtgenoote, per telegraaf naar New-York is teruggeroepen en Zaterdag a. de terugreis per Galand zal aanvaarden. Tengevolge van een en ander is beden alhier bericht ontvaugen dat van een bezoek aan Mid delburg is afgezien. Op de vraag naar andere berichten omtrent den toestand in Solo en Sragen (bet laatste genoemd naar aanleiding van een door particuliere dag bladen. medegedeeld telegram)is door don gouverneur-generaal van Ned.-Indië bij telegram van 20 dezer aan den minister van koloniën geantwoord Toestand Sragen en Solo rustig. Na arrestatie van etteljjke verdachten niets gebeurd." Blijkens een telegram van den gouverneur- generaal van Ned.-Indië van 17 dezer, wordt de gouvernements-koffieoogst op Java voor dit jaar thans geraamd op 545.620 pikols. De anti-revolutionnaire afgevaardigde der Tweede kamer voor Bergum de beer O. Bosgra is overleden. Verleden Zondag is te Zeist de algemeene ver gadering gehouden van de Vereeniging van Deur waarders in Nederland, onder voorzitterschap van den beer G. Stoeler, van Rotterdam. Volgens bet verslag bedraagt bet aantal leden 140, en werkt gunstig voor de vereeniging bet onder redactie van den beer Kouion te Middel burg uitgegeven maandblad. Langdurig waren dé besprekingen over het bekende ontwerp-adres van notarissen, betreffende zaakwaarnemers". Als plaats van samenkomst voor de volgende algemeene vergadering is 's Hertogenboseh aan gewezen. Tegen 1 October zullen vanwege de' post administratie verkrijgbaar gesteld worden ge sloten briefkaarten, een soort block-notes, met daarop gedrukten vijfcents-postzegel en voorzien van gegomde, geperforeerde randen. De grootte dezer kaarten verschilt, wanneer zij gesloten zijn, niet veel van die eener briefkaart, maar de inhoud ervan is aan de oogen van nieuwsgierigen ont trokken. Het openen der dichtgevouwen kaart geschiedt door afscheuring der geperforeerde, met de gom aan elkander gehechte randen. Een wetsontwerp is ingediend bevattende in tweëerlei opzicht eene wijziging van de wet van 25 Juli 1871 Stblno 91). De waarmerking der registers, bestemd tot in schrijving van de door de consulaire ambtenaren op te maken akten van den burgerlijken stand, thans geschiedende door de Nederlandsche ge zanten of consulaire ambtenaren, daartoe bij kon. besl. aangewezen, wordt bij dit ontwerp opge dragen aan bet departement van buitenl. zaken- Het ligt in de bedoeling den secretaris-generaal bij gemeld departement met bedoelde waarmer king en kantteekening te belasten. Dusver moesten de akten door de consulaire ambtenaren in registers worden ingeschreven en een der dubbelen daarvan aan den minister van bnit. zaken worden opgezonden, terwijl de door dezen min. af te geven afschriften werden toege zonden aan de aangewezen ambtenaren. Niemand echter bier te lande is bevoegd uit de op het departement van buitenlandsche zaken berustende registers afschriften af te geven, waaraan de be wijskracht, bedoeld bij art. 24 burg. wetb., moet worden toegekend, terwijl bovendien niemand bevoegd is de bij bet volgende artikel van dat wetboek bedoelde aanteekeningen in de bier te lande zicb bevindende registers te doen. Toch kan bet in vele gevallen van groot be lang zijn, dat men bier te lande uit de aldaar zicb bevindende registers zicb afschriften kunne verschaffen, die de bedoelde bewijskracht bezitten, en dat in die registers de bij art. 25 B. W. be doelde aanteekeningen worden opgenomen. Om dat doel te bereiken, schijnt bet meest aanbeve lenswaard de dubbelen der registers te doen bewaren ter griffie van een arrondissements-reebt- bank bier te lande, (bet wetsontwerp wijst daartoe 's Gravenhage aan) en den griffier ten opzichte van die registers dezelfde verplichtingen op te leggen als met betrekking tot de overige ter griffie zicb bevindende registers van den burger lijken stand op bem rusten. Bovendien maakt de belangrijkheid van bet onderwerp bet raad zaam boven eiken twijfel te verheffen, dat aan de door dien ambtenaar uit de bedoelde registers af te geven uittreksels de bewijskracht moet worden toegekend, bedoeld bij art. 24 van bet B. W. Daartoe strekken de artt. 1, 2e lid |en 3 van bet wetsontwerp. Uit Londen wordt aan het Nieuws van den Dag geschreven. Volgens de pas verschenen officieele opgaven over Juli, werden in de eerste zeven maanden van dit jaar in Groot-Brittannië ingevoerd 986,516 centenaars boter, ter waarde van 5,257,795 pd. st., tegen 913,980 centenaars, ter waarde van 4,749,384 pd. st., in bet overeenkomend tijdvak van 1887. Hiervan kwamen uit Nederland in 1888 87,168 centenaars, ter waarde van 423,984 pd. st., tegen 102,060 centenaars, ter waarde van 485,222 pd. st. in bet overeenkomend tijdvak van 1887. Deze treurige vermindering onzer boterinvoeven te Lon den schijnt niet meer te stuitenelke maand valt betzelfde feit in erger mate te constate eren. Het schynt, dat de Hollandsche boter geen artikel meer is voor de Londenscbe markt. Wat de reden ook moge zijn, 't zij de mindere gelijkheid van bet product of de mindere duur zaamheid of wat ook, bet feit valt niet te ont kennen. Dezelfde achteruitgang, alleen niet in zulke groote mate, valt te constateeren bij de invoeren van boter uit Frankrijk, Canada en de Vereenigde-Statenterwijl de invoeren uit Denemarkenuit Duitscbland en uit »andere landen" belangrijk toenemen. De vermeerdering trouwens van bet totaal der invoeren bewijst, dat er bier te lande nog steeds een uitstekende markt voor goede boter bestaat. Wat de kunstboter betreft, daarvan kwamen in de eerste 7 maanden van 1888 aan 648,264 cen tenaars, ter waarde van 1,869,960 pd. st., tegen 648,117 centenaars, ter waarde van 2,012,956 pd. st., in de eerste 7 maanden van '87. De invoeren bleven dus vrij wel stationair. Uit Nederland eenige ver mindering. Van bet totaal kwamen uit Nederland in 1888 592,615 centenaars, ter waarde van 1,689,053 pd. st., tegen 609,363 centenaars, ter waarde van 1,883,501 pd. st., in 1887. De ver mindering in de maand Juli 1888 was vooral groot en is waarschijnlijk hoofdzakelijk voor de vermindering van de invoeren uit Nederland in dit jaar verantwoordelijk. De kaasinvoeren uit Nederland wijzen ook op eenige vermindering; 175,583 centenaars, ter waarde van 443,040 pd. st., in 1888, tegen 207,783 cen tenaars, ter waarde van 532,326 pd. st., in 1887. De geduchte concurrentie van Canada en vooral van de Vereenigde Staten blijft baar invloed doen gelden. De totale kaasinvoeren zijn belangrijk toenemende. De hoeveelheid der ingevoerde eieren blijft nage noeg onveranderd, doch de waarde der invoeren is afnemende, 't geen bet gevolg kan zijn van verminderde prijzen of van de mindere qualiteit der invoeren. Toen het hoofd der school van Kleverskerke den 1 Aug. 1887 voor zijne scholieren de gele genheid opende wekelijks hunne spaarpenningen aan bem af te geven, om ze op geregelde tijden

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1888 | | pagina 1