Buitenland. Lord Salisbury's gezondheidstoestand is op het oogenblik verre van bevredigend. Het heet zelfs, dat het nog overblijvende werk dër zitting zoo snel mogelijk wordt afgedaan, teneinde den premier in staat te stellen de voor hem dringend noodige rust te gaan nemen. Er is te Chicago een man in hechtenis ge nomen, die beschuldigd werd van bigamie, maar die, zooals bij onderzoek bleek, niet minder dan 32 vrouwen heeft, in verschillende staten van de Amerikaansche Unie. Eenige dagen geleden kwam een tienjarige knaap, vergezeld van een prachtig gekleed meisje van acht jaren in een koffiehuis in Parijs en be stelde champagne. Tegelijkertijd gaf de knaap den kellner last, twee kaarten voor de komedie te gaan halen. Den eigenaar van 't hotel kwamen deze kleine gasten verdacht voor, hij nam een politieagent in den arm en deze kwam te weten, dat de kleinen uit Rome kwamen, dat papa en mama naar eene badplaats waren gereisd en zij beiden aan de gouvernante waren ontsnapt om in Parijs eens plezier te hebben. Men vond in 't bezit van den knaap drie en twintig goudstuk ken, naar hij verzekerde, de inhoud van zijn spaarpot en die van zijn zusje. Tengevolge van den inval, onlangs in het territoir van Khama door den kommandant Grobelaar met twee boeren gedaan, heeft de gouverneur der Kaapkolonie bevel gezonden aan den administrateur Schippard, om zich ter plaatse te begeven teneinde een onderzoek in te stellen. De president der Transvaal, Paul Kruger, is hier van in kennis gesteld en door den gouverneur uitgenoodigd een afgevaardigde van de Transvaal te zenden, teneinde aan het onderzoek deel te te nemen. Het Engelsche gouvernement heeft den gouverneur de instructie gezonden, aan de Transvaalsche regeering te doen weten, dat het land van Malabele, Mashuna en Makaleka, zoo wel als het noordelijk gedeelte van het territoir van Khama tot aan de Zambesi, uitsluitend ligt binnen den kring van Engelands invloed. Zes weken op een onbewoond eiland. Dins dag 11. kwamen te Liverpool twee matrozen aan van een schip, dat op weg van Nieuw Zuid- Wales naar San Francisco in de Stille Zuidzee vergaan was. De bemanning en zes passagiers bereikten in eene boot het onbewoonde eiland Palmyris. De stuurman ondernam met vier ma trozen in de open boot vandaar de reis naar Samoa, dat 1300 mijlen verwijderd was. De stoute tocht gelukte, en de achtergeblevenen werden, na zes weken op het eiland van vogels en eieren geleefd te hebben, door een schip, dat van Samoa gezonden werd, verlost en naar Honolulu gebracht, van waar zij verder naar San Francisco togen. Een theebezoek by Sarah Bernhardt. Een Engelsch schrijver geeft de volgende be schrijving van een onderhoud met de groote tragédienne, die zich op dit oogenblik te Londen bevindt. Laat ons vooraf zeggen, dat de Engel- schen een onbeschrijfelijke geestdrift voor de Fran- sche kunstenares aan den dag leggen. Wie van hen het genoegen had haar te spreken, roemt om het zeerst haar geestige, frissche opmerkingen en haar onweerstaanbare bekoorlijkheid, waar mede zij aller harten stormenderhand inneemt. Het is dan een van die enthousiasten, welke met haar het volgende gesprek had. Hij wordt door den heer Damala ontvangen. »Bonjour. Kom binnen. Madame zal dadelijk bij ons zijn." Mijnheer Damala, die deze woor den sprak, is donker en lang, heeft een baard en is zeer hupsch. Twee jaar was hij op school in Engeland en niettegenstaande hij sedert dien tijd weinig in de gelegenheid was spreekt hij de. taal tamelijk goed. Hij heeft een geniaal en vriendelijk uiterlijk en is zeer trotsch op zijn vrouw. Het was een groot en eenigszins somber ver trek maar eenvoudig ingericht. Ik informeerde naar Madamé's verkoudheid en was bezig een paar geneesmiddelen op te no£ men toen de deur openging en Madame binnen gleed. Ik zeg gleed, want er is geen beter woord voor die bijzonder buigzame beweging ieder be kend, die Sarah Bernhardt ooit zag spelenhet is niet theatraal, het is haar gewone gang. Zij droeg een oogenschijnlijk loshangend kleed van roomkleurige kant met een zwaren zilveren gor del en haar dik glanzend haar was gekapt in dien piramidalen vorm ons van haar photogra- phieën en caricatures welbekend. Zij is slank meer niet en het is een feit, dat nooit een eleganter figuur het tooneel betrad. Als men haar op het tooneel ziet, vindt men haar altijd jong, maar zij is 10 jaar jonger wanneer men gezellig met haar zit té praten, en haar teint, hoewel zij het rouge voor een honderd rollen gebruikte, heeft noch door den oosten wind van een Engelschen zomer noch door de tropische zon van Zuid-Amerika geleden. De eerste vraag, die Madame tot mij richtte, betrof Boulanger en zijn duel, want zij is een goede Boulangiste en denkt dat de zon van le brav"' general nog lang niet onder is. »Madame, blijft gij La Tosca geven, vroeg ik haar. Boulanger toch was mij op dit oogen blik geen cent waard. «Wij zijn wezenlijk verplicht hier mee door te gaan. Het succes is zoo bijzonder groot. Er worden iederen avond meer plaatsen gevraagd, dan wij kunnen geven." «Dat is zeker aan uw genie te danken, want gij weet dat velen onzer critici van het stuk zelf niet meer goeds gezegd hebben dan uw eigen Sarcey. Vertel mij eens, welke ontvangst ver wachtte u er van «Wel, ik was angstig. Het oogenblik, waarop ik de twee kandelaars naast het lijk plaats, leek mij kritiek, maar het geheele stuk ging prachtig in Londen. En wat het gewaagde van sommige passages betreft, gij moet het zelf bekennen dat uw eigen Shakespeare nu en dan an pew fort is. Deze geheele week en de volgende geven wij nog La Tosca »En na la T'osca »Na la Tosca, geven wij twee voorstellingen, van Francillon, een van Fedora en een van La dame aux Camélias. Den 2en Augustus geven wij onze laatste voorstelling in Londen." »Neen het volgend jaar zal ik bier niet kunnen komen, het is het jaar van onze groote tentoonstelling, zooals gij weet, dan verlaat ik Parijs in het geheel niet." «Gij kunt verzekerd zijn, Madame, wanneer gij niet naar Londen komt, dat een groot aantal van ons zich naar Parijs begeeft. Maar wat zijn nu uw verdere plannen «Mijn eerstvolgende groote buitenlandsche toer zal Australië en Indië tot doel hebben. Ik verlang zoo Indië te zien en denk dat dit een van mijn verrukkelijkste reizen zal zijn." »In ieder geval kunt gij er zeker van zijn in Indië van Engelsche zijde even hartelijk wel kom geheeten te zullen worden als hier." «Waarlijk het kan niet hartelijker zijn". «Hebt gij nooit spijt gehad van uw vertrek van de Comédie Franfaise In het minst niet. Ik heb er geen reden toe. Het is de waarheid dat men het er niet aan genaam heeft als men zich boven het gewone peil verheft. Zij houden daar niet van sterren. Ze zijn jaloersch. En toen het publiek nu een ster van mij wilde maken, kon ik dit wezenlijk niet helpen". «Zeker niet, mevrouw". »Merci monsieur. Welnu, ik verliet de Comédie Franfaise en ik heb er geen spijt van". «Gij hebt immers met Monsieur Coquelin een kleinen strijd in de couranten gevoerd «Een strijd? Het was eigenlijk meer het laatste restje van ouden wrok. Laat mij eens zien, waarom was het ook weer O Ja. Monsieur Coquelin schreef aan de couranten dat hij op zijn reis naar Amerika een voorstelling aan boord pad gegeven als benefiet voor de matrozen, waarbij hij vrij wat meer geld had gekregen dan ik voor hetzelfde doel op mijn overtocht naar Amerika. Welnu, ik had niets daarmede te maken, om de eenvoudige reden dat ik geen voorstelling had gegeven. Dat schreef ik even aan de bladen, anders niets". «Is het nu geëindigd »Je pense, glimlachte Madame. En ik ben heel blijde dat ce cher Monsieur Coquelin veel geld maakt. «Doet gij hier ook iets aan het beeldhouwen?" «Neen, hier niet, maar te Parijs heb ik altijd een of ander werk onderhanden". «Yan wien ontvingt gij uw opleiding in deze kunst «Ik heb er nooit eenige opleiding in gehad. Het is iets dat men een ander niet kan leeren. Schilderen, is iets anders, maar ik heb nooit het nut hiervan ingezien. Ook heb ik van de kunst zelf geen bepaalde studie gemaakt". Deze verzekering acht de verteller niet zoo vreemd, daar hij van meer éen Engelsch of Fransck beeldhouwer van naam met lof over madame Bernhardt heeft hooren spreken en volgens hem werkten akademies nooit iets goeds uit bij artisten, hetzij beeldhouwers, schilders, of tooneelspelers. Wij spraken nu over haar lievelingen. «Waar zijn de jonge leeuwenik had ge hoopt ze hier te zien O die lieve dieren. Ik heb ze in Parijs gelaten., De arme kleine tijger is dood." «Uw vrienden treuren zeker om hem «Ik vrees niet zooveel als ik." «En de beruchte doodkist met de satijnen voering, hebt gij die nog «Cte fameux cercueil Die is ook in Parijs." »Is het waar dat gij er in slaapt «Wel zeker sliep ik er in, maar niet altijd. Het was nl. zoo. Toen mijn zuster ziek was en zij mij 's nachts noodig had, bracht ik de kist in haar kamer en sliep er in. Ik heb ze nog gehou den, maar ik ben tot de conclusie gekomen dat ik er niet in begraven zal worden. Neen, ik wil verbrand worden Ik veronderstel, Monsieur, dat gij het verbranden ook verkiest »Mais certainement Madame En inderdaad, al had Madame Bernhardt haar voorkeur gegeven voor dollen kervel, een adder- beet, de galg, verworging, een langzaam braad- vuur of wat ook en mij gevraagd, zoo eindigt haar warme bewonderaar, juist zóo te denken, ik geloof dat ik galant genoeg ware geweest mijn goedkeuring voor elke van deze wijzen van doodgaan, (altijd in theorie) te schenken. Gedrukt bij D. G. Ivröber Jr., te Middelburg.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1888 | | pagina 6