N\ ITO.
131® Jaargang.
1888:
V ri jdag
O Juli.
r
Middelburg 19 Juli.
Kerknieuws.
Gemeenteraad van Middelburg.
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per 3/m. franco 2.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Advertentiën: 20 Cent per®regel.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten, enz.: van 1-7regelsƒ1.50;
iedere regel meer ƒ0.20.
Groote letters worden ber ekend naar laatsruimte.
MIDDELBURGS» COURANT.
w
w
/W
Agenten te Vlissingen: P. G. de Vey Mestdagh Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen: F. van der Peijl, te Zierikzee: A. C. de Mooij en te Tholen: W. A. van Niel wenhuijzen.
Verder worden door alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aangenomen: en nemen ook het algemeen advertentiebureau van Nijgh van Ditmar te Rotterdam, en de firma B, van de®
amp te Groningen, voor de Noordelijke provinciën, annonces aan. Hoofdagenten voor het Buitenlandte Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Datoe Cie., John F. Jones, opvolger.
Bij het afdeelingsonderzoek in de Tweede ka
mer werden tegen het voorstel van deheerenDe
Beaufort c. s. tot uitgave van een kort verslag van
de Handelingen der kamer verschillende beden
kingen geopperd. Men vreesde, dat de korte
verslagen tot evenveel klachten over onnauw
keurigheid en partijdigheid zouden aanleiding
geven als thans tegen de verslagen der grootere
dagbladen geopperd worden. Dit was in België
dan ook gebleken. Men wees erop hoeveel hier
afhing van de keuze van de personen, met het
opmaken van het analytisch verslag te belasten.
Het scheen bedenkelijk een zaak op touw te zetten,
die staat en valt met het bezit van zeer zeld
zame persoonlijke eigenschappen, en men betwij
felde of geschikte personen voor dit werk te
vinden zouden zijn. Haddenzoo vroeg men,
heeren voorstellers zich hieromtrent reeds ver
gewist
Daarenboven zou de uitgave alleen ten bate
komen van die dagbladen, welke nog op den dag
der beraadslaging zelve een overzicht daarvan
verlangen te geven. Deze zouden dan hun ver
slaggevers kunnen missen en het door de kamer
bezorgd analytisch verslag kunnen overnemen.
Maar het scheen inderdaad niet op den weg van
den staat te leggen deze enkele bladen aldus te
bevoordeelen. Ook was het vervallen van de onaf
hankelijke verslaggevers dezer bladen op zich zelf
niet vrij van bedenking.
Eindelijk meende men dat de voordeelen, aan
het uitgeven van een kort verslag verbonden, niet
opwogen tegen de groote kosten, welke daarvan
het uitvloeisel zouden zijn. Men verzocht de
heeren voorstellers alsnog in bijzonderheden op te
geven, welke uitgaven uit de aanneming van hun
voorstel zouden voortvloeien.
De meeste leden, die zich over het voorstel
uitlieten, achtten echter het uitgeven van een
kort verslag van de handelingen der kamer eene
nuttige en wenschelijke zaak of waren althans
geneigd een proef daarmede te nemen. Men wees
van deze zijde op het voorbeeld van België. Daar
had de instelling nu ettelijke jaren bestaan en
goed voldaan.
Dat de analytische verslagen der groote bladen
niet zelden te wenschen overlaten, kon moeilijk
anders; vooreerst was volstrekte onpartijdigheid
niet te verwachten van organen eener bepaalde
politieke richtingmaar vooral was de onnauw
keurigheid van deze verslagen het gevolg van de
onmogelijkheid om van de journalisten-tribune
de sprekers gemakkelijk te volgen, inzonderheid
wanneer zij technische bijzonderheden of bereke
ningen van financieelen aard mededeelden, terwijl
het niet doenlijk is aan de journalisten eene
betere plaats te verschaffen. Toch eischt het
algemeen belang dat de handelingen van de
leden der kamer behoorlijk gekend en op juiste
wijze gewaardeerd worden.
Het eenige middel om hiertoe te geraken was
de uitgave van korte verslagen van het verhan
delde, bewerkt door vanwege de kamer aangestelde
ambtenaren, en uit te geven in een handzaam
formaat. Men drong er dan ook met nadruk op
aan dat de prijs van het kort verslag niet hooger
zou worden gesteld dan op 0.50 's jaars. Een
der leden hoopte dat bij de aanwijzing van het
personeel der verslaggevers de verschillende poli
tieke richtingen zooveel mogelijk zouden worden
vertegenwoordigd. Het denkbeeld om het kort
verslag te doen opmaken uit de stenographische
aanteekeningen nadat dezen door de leden waren
nagezien vond weinig bijval. Men wenschte dat
de voorzitter der kamer deel uitmaakte van de
in het voorstel bedoelde commissie, die de ambte
naren, met het opmaken van het verslag belas^
zal benoemen en verder voor de uitgaven de
noodige maatregelen zou nemen.
Naar men verneemt, heeft de heer jhr mr J.
van Doorn, procureur-generaal te Paramaribo, per
laatste mail zijn ontslag aangevraagd, met ver
zoek, ingeval van inwilliging, hem het bericht
te telegrafeeren.
Volgens gerucht zou aanleiding tot dit verzoek
wezen het feit, dat in plaats van hem die krachtens
zijn ambt den gouverneur van Suriname vervangt,
de heer Tonckens, gouvernements-secretaris, is
aangewezen om, na het vertrek van den heer
Smidt, diens plaats te vervullen.
Een allerkeurigst bewerkt programma, dat dei-
drukkerij van de beeren J. C. W. Altorffer alle
eer aandoet, brengt ons kondschap van het bui
tengewone concert, dat Dinsdag a., des avonds*
te half acht uur, in het Schuttershof alhier zal
plaats hebben.
Met recht mag dit een feestconcert heeten,
want het is het tweehonderdste der sedert 1852
in den hove gegeven zomerconcerten.
Te gelijker tijd zal dan de herinnering plaats
hebben aan het dertigjarig bestaan van den
muziektempel en de aanbieding in 1858 van de
prachtige met goud geborduurde fluweelen banier
aan de Confrérie, door de dames Sprenger, Van
der Mieden, Van Kinschot, Muschart, Van Sons-
beeck, Van Reigersberg Versluijs, Boogaert, Schuur-
beque Boeije, Van den Broecke (1858, Singelstraat)
Van der Graft, Van Burg, Van den Broecke
(1858, Lange Delft), Van Heeckeren van Brand-
senburg, Van Citters, Ermerins en Stroobant Janse.
Het concert zal worden gegeven door het
stafmuziekkorps van het derde regiment infanterie
uit Bergen op Zoom, directeur de heer N. A.
Bouwman, aan de confrérie van St. Sebastiaan
welwillend aangeboden door heeren officieren van
genoemd regiment, in garnizoen te Middelburg.
Tot de bijwoning daarvan worden uitgenoodigd
de leden der in den hove gegeven wordende
zomerconcerten, met hunne dames, alsook de
heeren officieren in garnizoen te Middelburg en
Vlissingen, ofschoon geen leden der concert-
vereeniging.
Alleen vreemdelingen buiten Walcheren woon
achtig kunnen geïntroduceerd worden.
Het programma bestaat uitWillem III, marche
militaire, Bouwman ouverture de l'opéra Mignon,
Thomas Künstler-Leben, wals, Straussfantaisie
de l'opéra LaTcmé, Delibesouverture Zu Zakun-
tala, Goldmark Gavotte, entr'acte en Loin du Bal,
intermezzo, beide van Gillet; tbême varié de
la Serenade, Beethoven en fantaisie dramatique
de l'opéra Les Huguenots, Wieprecht.
In de gisteren avond gehouden vergadering
van den raad der gemeente Goes, die werd ge
presideerd door den heer mr J. G. de Witt Hamer,
waren tegenwoordig 10 leden; afwezig waren de
heeren Lambrechtsen, dr Moens en G. v. d. Hoek,
allen wegens uitstedigheid.
Door den voorzitter werd o. a'. medegedeeld dat
door mej. A. Steketee aan het gasthuis is ge
schonken eene som van 500, zijnde eene gift
van wijlen haren broeder dhr A. Steketee; en dat
door burg. en weth. is benoemd tot ,&Lerkaan
de gasfabriek J. Risseeuwdat door L. de Jonge
een adres is ingediend om verlenging van pacht
van de weide bij den molen »de Korenbloem" en
dat dit adres door burg. en weth. wordt voorbe
reid ter behandeling.
De rekening der openb. gezondheids-commissie,
die in de vorige vergadering op voorstel van den
heer Ramondt werd aangehouden om te kunnen
onderzoeken wie het plakzegel verschuldigd is: de
gezondheids-commissie of de leverancier waar
op de heer jhr Flugi gewezen had, werd on
veranderd goedgekeurd, nadat jhr Flugi als zijne
overtuiging had uitgesproken dat de leverancier
de belastingschuldige was en niet de commissie
(gemeente), en de voorzitter een tegenovergesteld
gevoelen had kenbaar gemaakt.
De begrooting der gascommissie,'in ontvang en
uitgaaf op een bedrag van 21409.51, zal worden
behandeld bij de gemeente-begrooting.
De aanvrage van het bestuur van het gasthuis
tot wijziging van en af- en overschrijving op de
begrooting voor 1887 werd, op advies der fin.
commissie en voorstel van burg. en weth., goed
gekeurd.
Gelijk besluit werd genomen ten opzichte van
de door den gemeente-ontvanger ingezonden staten
van oninbare posten en restanten van den hoof-
delijken omslag en der belasting op de honden
over 1886 en 1887, alsmede de aanvragen om
afschrijving van den hoofd, omslag over 1888,
waarbij dhr. Flugi herinnerde om de erven Dan-
ckaerts op het suppletoir kohier te brengen.
De voorzitter gaf te kennen dat dit ter zijner-
tijd zal geschieden.
Het verzoek van B. Remijnse, om voor 10 jaren
opnieuw in onderhandsche huur te mogen ont
vangen het stukje grond achter zijne woning in
de zoogenaamde Achterhaven, werd toegestaan.
Voorts werd aan J. de Jager, koopman te Goes,
vergund de cijnsen af te koopen, rustende op zijne
perceelen sectie C no 13 groot f 1.50 en sectie
C no 12 groot 1 tegen de penning XX.
De verordening op de straten, gewijzigd ten
gevolge der invoering van het nieuwe Strafwet
boek en enkele opmerkingen van den commis
saris van politie, werd onveranderd vastgesteld,
evenals het le suppletoir kohier van den H. O.
voor 1888, op een bedrag van 801.51 en dat
der belasting op de honden op een bedrag van
32.
Benoemd tot gemeente-geneesheer van Hoede-
kenskerke, Baarland en 's Gravenpolder de heer
A. Spruitenburg, arts. De benoemde zal zich ves
tigen te Hoedekenskerke, waar, gelijk men weet,
met dit doel een huis is gebouwd. Door zijne
komst zal in een schrijnende behoefte voor de
omgeving worden voorzien.
Bij koninklijk besluit is de kapitein-admini
strateur van kleeding bij de kon. mil. academie
J. Bogaerts, op zijn verzoek, op pensioen gesteld
en het bedrag van het pensioen bepaald op
1495 'sjaars.
Tot president der synode van de Ned. herv.
kerk is benoemd ds. M. A. Perktot vice-presi
dent dr. G. J. van der Fliertot secundus voor
den vice-president dr. W. F. C. J. van Heel.
Vergadering van Woensdagmiddag 2 uren.
(Slot.)
De discussie over de rioleering der Achtergracht
wordt voortgezet.
Aan de orde is de vraag of voor rekening der
gemeente een waterdichte beerput voor de stal
houderij van Van der Weele zal worden gemaakt.
De heer Van Hoek vraagt of de kosten daarvan
bekend zijn, wat door den heer W. J. Sprenger
ontkennend wordt beantwoord.
De heer Tak vraagt of er niet iets onbillijks in
gelegen is om Van der Weele boven andere be
woners te bevoordeelen
De voorzitter deelt mede dat het hier een bij
zonder geval is. Eene stalhouderij als waarvan
hier sprake is, kan niet gelijk gesteld worden
met de andere bewoners, voor wat betreft invoe
ring van bet tonnenstelsel.
De heer Van Hoek stelt voor te bepalen dat
op dezelfde voorwaarden als bij andere bewoners
der Heerengracht de inrichting van een gierput
ten behoeve van den heer Van der Weele door
de gemeente en door den betrokken persoon
ieder voor de helft zal worden betaald.
De heer Schorer verklaart zich hier tegen. De
andere bewoners komen voor eene uitgaaf van
p. m. ƒ7, terwijl Van der Weele, door zijn be
drijf gedwongen een afvoer kanaal te hebben,
genoodzaakt wordt tot eene uitgaaf van p. m.
ƒ125. De toestand is dus niet gelijk.
De heer Van Hoek verdedigt zijn voorstel.
Van der Weele wordt een recht ontnomen en
ontvangt daarvoor eenige tegemoetkoming niet
alleen maar ook terrein.
Nadat de heer Van Berlekom nog had opge
merkt dat de put niet zoo groot zal behoeven te
zijn komt het voorstel van den heer Van Hoek
in stemming. Met 8 tegen 6 stemmen wordt
het aangenomen.
Door den voorzitter wordt verder gevraagd of
de raad medegaat met het denkbeeld van burg.
en weth. om de Achtergracht geleidelijk te dempen.
De heer Van Hoek zou, wanneer de kosten
niet te groot zijn, liever spoediger tot demping
overgaan, waar de raad misschien weldra voor
een geldleening staan zal, vraagt hij of ook voor
dit buitengewoon werk geen geld zou te vinden zijn.
Na discussie zegt de voorzitter dat de kosten
niet zoo groot zullen zijn dat daarvoor eene lee
ning zal behoeven te hulp genomen.
De heer Van Hoek stelt alsnu eene motie voor,
strekkende dat de Achtergracht in 1889 geheel
gedempt zal zijn.
Zonder hoofdelijke stemming wordt die motie
aangenomen.
De heer De Ligny zegt dat het menagewater
van het gasthuis sueert op de Heerengracht en hij
vermoedt dat verschillende perceelen in de Noord
poortstraat hunne faecaliën loozen op die gracht.
Moet vraagt deze spreker, —waar nu het ge
sticht niet meer op de gracht loost ook niet in die
huizen het tonnenstelsel ingevoerd worden
Burg. en weth. zeggen ten deze een onderzoek
toe.
De heer Van Hoek brengt alsnu, naar hij meent
namens zijne medeleden, der commissie van fa
bricage dank voor haar uitstekend rapport in
deze zaak uitgebracht.
Verder geeft dit lid in overweging de vraag of
liet niet mogelijk zijn zou bij invoering van het
tonnenstelsel een ander model ton te gebruiken.
De aandacht van burg. en weth. zal hierop ge
vestigd blijven.
Hierna komt in behandeling een voorstel van
burg. en weth. om met den raad van Koudekerke
eene overeenkomst aan te gaan betreffende onder
ling hulpbetoon bjj brand.
Dit voorstel wordt aangenomen.
Vervolgens komt ter tafel een voorstel van burg.
en weth. in zake herhalingsonderwijs.
De volgens de commissie van toezicht op de
lagere scholen wenschelijke reorganisatie van het
herhalingsonderwijs zou eene jaarlijksche uitgaaf
van 350 a 500 eischen; burg. en weth.
wenschen te vernemen of de raad genegen is die
som toe te laten.
Het college van het dag. bestuur meent
ofschoon niet unaniem niet te kunnen adviseeren
tot die verhoogde uitgaaf te besluiten.
Burg. en weth. achten het echter wel noodig
aan het personeel der herhalingsscholen eene
onderwijzeres in de nuttige handwerken te ver
binden tegen eene jaarlijksche belooning van 50,
terwijl zij het billijk zouden vinden het hoofd der
herhalingsklassen eene jaarlijksche toelage van
100 toe te kennen.
De heer van Hoek zegt niet te kunnen mede
gaan met de denkbeelden der commissie voor het
herhalings onderwijs. Hij meent dat, worden die
denkbeelden gevolgd, nog minder gebruik van het
herhalingsonderwijs zal gemaakt worden dan nu
het geval is.
Genoemde heer licht dit in het breede toe,
keurt de localen af, waarin thans het onderwijs
wordt gegeven, en acht het onnoodig aan de
herhalingsklassen twee hoofden aan te stellen. Hij
zou de herhalingsklassen liever gevestigd zien in
de school van den heer Nierse aan de Nieuwe Haven,
Wel verklaart de spreker zich voor het denk
beeld om een onderwijzeres in de nuttige hand
werken aan te stellen.
De voorzitter geeft inlichtingen, waarna met
algemeene stemmen besloten wordt tot geene uit
breiding over te gaan maar wel om eene onder
wijzeres in de nuttige handwerken aan te stellen.
Daarna stelt de heer Van Hoek voor om der
commissie van toezicht advies te vragen of er
bij haar bezwaar is om de herhalingsklassen over
te brengen naar de school op de Nieuwe Haven
en tevens wie als hoofd moet optreden.
De heer Tak vraagt eenige inlichtingen omtrent
deze laatste kwestie, die hem uit het schrijven
der commissie, uit het voorstel van burg. en weth.
en uit de hier gevoerde discussie niet duidelijk is.
Deze zaak wordt aangehouden totdat het advies
van de commissie zal zijn ontvangen.
Nog komt ter tafel een schrijven namens de
commissie van toezicht op den cursus tot opleiding
van hoofdonderwijzers, houdende bericht dat de
commissie na rijp overleg besloten heeft te advi
seeren om den cursus tot opleiding van hoofd
onderwijzers in stand te doen blijven. Wel zal
het aantal deelnemers in den volgenden cursus
waarschijnlijk minder dan 20 zijn, doch zij blijft
overtuigd dat zoodanige inrichting voor velen
onmisbaar is.
Intusschen heeft zij gemeend in overweging te
moeten geven de onderwijsuren eenigszins te ver
minderen.
Onderwijs en opvoeding is geene vereischte
meer voor de hoofdakte, dit kan vervallende
lessen in aardrijkskunde en geschiedenis zijn zoo
weinig, dat men daarvan geene goede resultaten
kan verwachten. De kennis daarvan kan boven
dien ook wel door eigen studie worden verkregen.
Alleen de wiskundige aardijkskunde dient behou
den te blijven, maar kan zonder vermeerdering
van lesuren den hr. dr Japikse opgedragen worden.
Om die reden stelt zij de commissie, in overleg
met den directeur, voor de verordening op den
cursus te wijzigen, en wel in art. 3 b en te
doen vervallen en c te lezende kennis dei-
natuur, de allereerste beginselen der scheikunde
en wiskundige aardrijkskunde.
Daar de deelnemers door deze wijziging min
der onderwijs ontvangen, acht de commissie het
billijk dat hunne contributie lager gesteld worde,
waarom zij ten slotte adviseert in art. 9 der ver
ordening 24 te vervangen door 20.
Worden de denkbeelden van de commissie van
toezicht op den cursus tot opleiding van hoofd
onderwijzers, neergelegd in haar schrijven van
heden; verwezentlijkt, dan zal zeggen burg. en
weth. dientengevolge aan de leeraren in de
geschiedenis (den heer H. Snijders) en in de
aardrijkskunde (den heer L. A. E. van der Leij)
een eervol ontslag moeten worden toegekend.
De kosten van den cursus zouden dan, te be
ginnen met Sept. a. s., eendeels ƒ4 per leerling
hooger, anderdeels, wegens het onslag van twee
leeraren, 2000.30 X 200 140 lager
wezen.
De zuivere kosten (nl. na aftrek van de bijdra
gen der bezoekers en van de 30 rijksvergoe
ding) hebben bedragen: in 1883 128.61$; in
1884 ƒ117.95; in 1885 196.70 in 1886 387.10;
in 1887 ƒ239.50.
Het aantal bezoekers bedroeg in September
1883 28; 1884 33; 1885 20; 1886 15; 1887 15.
In September 1888 zal het aantal bezoekers waar
schijnlijk niet meer dan 15 zijn-. Wat burg. en
weth. betreft, zij hebben tegen opvolging van het
advies der oommissie geene bedenking. Immers
het bedrag der zuivere kosten over 1887 tot
maatstaf nemende, zullen deze dan over 1889
ongeveer 160 bedragen.
De raad blijkt de denkbeelden der commissie
te deel en en ontslaat de heeren Snijders en Yan
Leij eervol uit hunne betrekkingen tot den cursus.
De vergadering gaat over in eene met gesloten
deuren.
Na heropening der vergadering deelt de voor-
ziiter mede dat hij verlof heeft om de gemeente
te verlaten tot 1 September a., en dat het daardoor
moeilijk zal zijn om in de maand Augustus eene
raadsvergadering te hebben hij stelt daarom voor
de eerstvolgende vergadering te houden den eersten
Woensdag in September.
Dit wordt goedgevonden en daarna de zitting
gesloten.