N\ ïöa
131* Jaargang.
1888.
W oensdag
11 Juli.
BEKENDMAKINGEN.
N at i o nale 1V1 ilitie.
Middelburg 10 Juli.
Onderwijs,
Kerknieuws.
Landbouw,
Dit blad verschijnt d a g e 1 ij k s
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per 3/m. franco 2.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Advertentiën: 20 Cent per regel.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten, enz.van 1-7 regels 1,50;
iedere regel meer ƒ0.20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Oproeping van verlofgangers der
lichting 1886.
MIDDELBURGSCHË COURANT.
Agenten te Vlissingen: P. G. de Vey Mestdagh Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen: F. van den Peitl, te Zierikzee: A. C. de Mooxj en te Tholen: W. A. van Nieuwenhuijzen.
Vorder worden door alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aangenomen; en nemen ook bet algemeen advertentiebureau van Nijgh van Ditmar te Rotterdam, en de firma B. van deb
R amp te Groningen, voor de Noordelijke provinciën, annonces aan. Hoofdagenten voor bet Buitenlandte Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube Cie., John F. Jones, opvolger.
De burgemeester van Middelburg,
gezien de circulaire van den commissaris des
konings in deze provincie van den 8 Mei 1888,
A no. 618/1, 3de afdeeling (Provinciaal blad no. 41);
roept bij deze op de in deze gemeente wonende
milicien-verlofgangers der lichting 1886, be-
boorende tot de 13e compagnie van bet 4e regi
ment vesting-artillerie, om op den tijd en de
plaats als in de aan ben uit te reiken order is
vermeld, tegenwoordig te zijn, voorzien van al de
voorwerpen van kleeding en uitrusting, doorben
bij hun vertrek met groot verlof medegenomen,
benevens van bun verlofpas, ten einde recht
streeks naar bun korps te vertrekken.
Zij moeten zich vooraf, en wel op Vrijdag den
20 Juli a., des voormiddags tusschen 10 en 11
uren, bij den burgemeester hunner woonplaats
aanmelden, voorzien van bun verlofpas, teneinde
de. noodige biljetten, alsmede daggeld, indien
zij dit verlangen en daarop recht hebben, te
ontvangen.
De verlofgangers, die op bet bepaalde uur niet
ter aflevering verschijnen, worden bij bun korps
gestraft.
Zij, die niet aan de oproeping voldoen, worden
als deserteurs behandeld, terwijl degenen,
die door ziekte verhinderd worden op den be
paalden dag onder de wapenen te komen, van
die omstandigheid, onder overlegging van eene
verklaring van den geneesheer, tijdig kennis be-
hooren te geven aan den burgemeester. Na bun
herstel vervoegen zij zich bij bun korps,
Middelburg, den 10 Juli 1888.
De burgemeester voornoemd,
SCHORER.
Volgens bet verslag van den toestand der pro
vincie Zeeland over 1887 werd de provinciale
bibliotheek dat jaar verrijkt met 467 deelen tegen
476 in 1886, nl. 272 door aankoop en 195 door
geschenk.
Behalve van vele wetenschappelijke inrichtingen
en openbare lichamen werden van de onderstaande
heeren geschenken ontvangen TI. A. Auer, te Mid
delburg, mr E. W. Brevet, idem, J. A. Dorrenboom,
te Sluis, mr J. P. N. Ermerins, te Zierikzee, mr E.
Fokker, te Middelburg, jhr. W. C. M. de Jonge
van Ellemeet, te Oostkapelle, M. Nijhoff te 's Gra-
venbage, W. v. d. Os, te Utrecht en H. L. Gerth
van Wijk, te Middelburg.
Het aantal bezoekers bedroeg 120 tegen 107
in bet vorige jaar, nl. 95 uit Middelburg, 11 uit
't overige Zeeland, 7 uit de andere provinciën en
7 uit het buitenland. Door hen werden 403 .be
zoeken gebracht; in 1886 beliep dit aantal 409.
Ofschoon ook weer in het afgeloopen jaar vele
bezoekers de boeken in de leeszaal der bibliotheek
raadpleegden, bedroeg het aantal uitleeningen van
boeken toch nog 420, dus 66 meer dan in 1886,
toen dit 354 beliep.
Het getal lagere scholen in de provincie bleef
in dit jaar, evenals in 1886, 199, en wel163
openbare, van welke 108 alleen voor de vakken
afc en 55 ook voor éen of meer der vakken
lt, vermeld in art. 2 der wet36 niet-gesubsi-
diëerde bijzondere, waaronder 22, in welke ook
in éen of meer der vakken l—t onderricht word
gegeven.
Gesubsidieerde bijzondere scholen bestonden niet.
Voor godsdienstonderwijs werd in 17 gemeen
ten, evenals in 1886, van de lokalen der open
bare school gebruik gemaakt.
In alle arrondissementen, behalve Oostburg, is
het getal leerlingen aan de openbare scholen
toegenomenin het geheel steeg de bevolking
dier scholen van 27,037 tot 27,397, zoodat eene
vermeerdering van 360 kan worden geconstateerd.
Het getal leerlingen aan de bijzondere scholen
is toegenomen met 123. In het geheel vermeer
derde dus de schoolgaande bevolking met 483,
d. i. 1.548 van de schoolbevolking op 1 Jan.
1887 de bevolking der provincie vermeerderde
in 1887 met 1.025 In verhouding tot de ge-
heele bevolking der provincie bedroeg de school
bevolking op 1 Jan. 1888 15.84 tegen 15.66,
15.70, 15.77 en 15.79 op 1 Jan. van elk der
jaren 1884, 1885, 1886 en 1887. Er is dus een
langzame vooruitgang waar te nemen.
Ook nu weder moet er op gewezen worden, dat
tengevolge van het schoolverzuim, hoofdzakelijk
jn verhand met den veldarbeid, in de zomer
maanden het getal leerlingen belangrijk minder
bedraagt. Te St Philipsland werden verbodsbe
palingen, als bedoeld in art. 82, le lid, der wet
op het L. O., vastgesteld er zijn thans 5 gemeenten
(Cats, Colijnsplaat, Kloetinge, Nisse en St Philips
land), waar dit heeft plaats gehad. In 21
gemeenten werden belooningen en eereblijken
uitgereikt, of werden de kinderen onthaald door
hen te doen deelnemen aan een schoolfeest of een
uitstapje. Gunstige resultaten verwacht men van
een te Ylissingen genomen maatregel. Daar zijn
door de commissie van toezicht op het L. O., in
overleg met de besturen der bijzondere scholen,
de werkgevers uitgenoodigd, geene jongens in
dienst te nemen dan die, blijkens een over te
leggen diploma, den geheelen cursus eener open
bare of bijzondere school hebben doorloopen,
terwijl tevens den ouders der schoolgaande kin
deren is aanbevolen, deze de school niet te doen
verlaten, dan nadat zij minstens een jaar in de
hoogste klasse zijn geplaatst geweest. Door een
der grootste werkgevers te Ylissingen is reeds
aan de uitnoodiging der commissie voldaan.
Het geheele getal onderwijzers aan de openbare
lagere scholen bedroeg op 1 Januari van elk dei-
jaren 1885, 1886, 1887 en 1888 resp. 499, 530,
554 en 577 daaronder waren resp. 8, 9, 8 en 9
onderwijzers begrepen, verbonden aan de leer
school hij de rijkskweekschool te Middelburg.
Bij kon. besluit zijn benoemd tot lid van het
dagelijksch bestuur van het waterschap voor de
uitwatering van de Vereenigde polders der Sluis
tegen den Magdalena polder onder Biervliet P. L.
Dosschetot lid van het bestuur van het water
schap voor de uitwatering door de Sluis aan den
Oosterlandpolder G. J. van den Boschtot ge
zworen van het waterschap Baarland J. Nieuwen-
huyse; tot dijkgraaf van den Bijleveldpolder C.
Polderdijktot dijkgraaf van den Suzannapolder
(Nieuw en St. Joosland), C. Polderdijk.
Bij kon. besluit is benoemd tot vice-president
der arrondissements-rechtbank te Rotterdam mr
E. Bergsma. thans rechter in gemeld college.
Yerder is Th. G. G. Yalette, leeraar aan de
gemeentelijke hoogere burgerschool te Hoorn, met
ingang van 1 September 1888, benoemd tot lee
raar aan de R. H. B. S. te Gouda, met mach
tiging tot gelijktijdige waarneming van het ambt
van leeraar aan het progymnasium te Gouda.
Bevorderd tot officier van gezondh. le kl.
de off. van gez. 2e kl. bij de zeemacht C. J. P.
Verhoeff,
Aan den officier van gezondheid der 2de klasse
R. M. van Steenbergen, van bet personeel van
den geneeskundigen dienst der landmacht, is, op
zijn verzoek, eervol ontslag uit den militairen
dienst verleend.
Vrijdag verleent de minister van marine geen
audiëntie.
Een zeer lijvig boekdeel is ons uit Samarang
gezonden door den beer mr P. Broosbooft, hoofd
redacteur van de aldaar verschijnende Locomotief.
Het is een eerste gedeelte van eene memorie van
den toestand in Indië. Deze memorie strekt ter
begeleiding van den open brief, die den 7 Maart
1888, op initiatief van mr Brooshooft, door 1255
ingezetenen van Nederlandsch-Indië gezonden
werd aan 12 Nederlandsche heeren (de hh. mr
W. E. baron van Dedem, E. B. Kielstra, mr J.
de Louter, P. N. Muller. G. Bosscher, Ch. Boisse-
vain, C. E. van Resteren, mr L. W. C. Keuche-
nius, mr J. van Gennep, mr A. Kerdijk, mr R.
Macalester Loup en mr G. van Hamel). De on
derteekenaars van dit schrijven vragen daarin
van deze heeren het oprichten en organiseeren
van eene Indische hervormingspartij in Nederland.
De algemeene richting, waarin die partij zich
zou bewegen, is in den brief aangegeven bij het
vaststellen van een meer uitgewerkt program
voor de beoogde partijvorming kunnen echter
eenige inlichtingen over den tegenwoordigen stand
van zaken in de koloniën gewenscht zijn. Die
inlichtingen te verstrekken, is het doel van deze
memorie welke is samengesteld door mr Broos-
hooft.
Omtrent den inhoud deelt de schr. mede»De
toestand in Indië" wordt volgens het titelblad
behandeld. Wellicht doet dit opschrift meer ver
wachten dan de inhoud geeft. De toestand, d. w. z.
alles wat de Indische samenleving aangaat, wordt
niet volledig besproken. Men leze »de toestand,
geschapen door ons regeerstelsel." De twee hoofd
momenten daarvan zijnonze lasten en de vervul
ling onzer behoeften. Deze twee hoofdpunten, en
wat daarmede verhand houdt, zullen ons eigenlijk
onderwerp uitmaken. Als derde deel zullen
daaraan worden toegevoegd eenige denkbeelden
over den besten weg tot bet verkrijgen van ver
betering."
De memorie zou aanvankelijk als éen geheel
verschijnen. Met het oog op den omvang, dien
bet werk onder bet schrijven verkreeg, is bet
eerste gedeelte alvast afzonderlijk verschenen.
Het tweede en derde gedeelte zullen over eenige
maanden volgen. De inhoud van het eerste ge
deelte is aldus samen te vattenhoofdstuk I.
Vermogenstoestand van den inlander. II. De
algemeene druk der belastingen. -III. Eerste
belasting op den inlandschen landbouw. De
landrente, met een aanhangsel over de munt-
quaestie. IV. Tweede belasting op den inland
schen landbouwde koffiecultuur op hoog gezag.
V. Derde belasting op den inlandschen land
bouw. De heeren- en dessadiensten. VI. De
lasten op en belemmeringen van den Europeeschen
landbouw, met een aanhangsel over de Indische
spoorwegpolitiek. VII. De opiumpacht. VIII.
Eenige kleinere belastingen. De pandhuispacht.
Het zout-monopolie. De bedrijfsbelasting. Het
hoofdgeld wegens afgeschafte heerendiensten.
Wellicht is er aanleiding op dit belangrijk
werk later terug te komen.
De commissie, benoemd in de vergadering van
het Nederlandsche landbouwcomité van 7 Juni
1887, teneinde nader zelfstandig te overwegen,
of het steunen van het denkbeeld der oprichting
van een Nederlandsche Landbouw-courant wenBche-
lijk, en het plan uitvoerbaar ware, heeft rapport
uitgebracht en daarin te kennen gegeven, dat
zij, na herhaalde bespreking en gezette overden
king, eenparig van oordeel is geworden, dat in
Nederland werkelijk behoefte bestaat aan een
goed ingericht algemeen landbouw-blad.
Nt% 'altijd ontbreekt toch een geregeld over
zicht van hetgeen in het buitenland voor en door
de landbouwers wordt gedaan, zoodat meer voor
deel kan worden geput uit de ervaringen, die
elders met behulp van de wetenschap worden
verkregenbovendi en komt wat in eigen land
geschiedt, niet voldoende ter algemeene kennis,
en behoort dus eene meer stelselmatige en weten
schappelijke richting ernstig bevorderd te worden.
Wel schuilt er eenig gevaar dat de plaatse
lijke belangen nu en dan minder zullen worden
besproken, doch dit bezwaar acht de commissie
stellig niet overwegend tegenover de verbetering,
die door de uitgaaf van een algemeen landbouw
blad zal kunnen worden verkregen. Zij vertrouwt
bovendien dat door de samenstelling eener com
missie uit de verschillende deelen van het land
het bezwaar tot een minimum zal kunnen worden
terugggebracht.
Voor de kennisneming der marktberichten zal
het een groote aanwinst zijn. Die berichten, met
de meest mogelijke zaakkennis en onpartijdigheid
opgemaakt, worden een vertrouwbare vraagbaak
voor de belanghebbenden.
Wel blijft nu nog over, dat voor de uitvoeriger
mededeelingen en berichten, die door de provin
ciale maatschappijen ter kennis harer leden be-
hooren te worden gebracht, niet voldoende ruimte
in het blad zelf zal aanwezig zijn, maar hiervoor
zal eene geschikte en goedkoope gelegenheid
kunnen worden opengesteld, in den vorm van
bijbladen.
De kwestie der uitvoerbaarheid acht de com
missie moeilijker. Daaromtrent geeft zij echter
enkele ideeën aan, en wenscht zij het gevoelen
van hoofdbesturen der maatschappijen te verne
men en haar plan te doen bespreken in de
afdeelingsvergaderingen en algemeene landbouw-
vergaderingen.
Het blad zou sorgaan" moeten zijn van het
Nederlandsch landbouwcomité en van liefst alle
aanverwante maatschappijen en vereenigingen.
Er worden pogingen aangewend om naast de
Vereeniging van Directeuren van Levensverzekering-
Maatschappijen eene vereeniging op te richten van
de deskundigen der verschillende levensverzeke
ring-maatschappijen een vereeniging, die zich
ten doel stelt verband te brengen tusschen prac-
tijk en theorie, die er naar streven wil de toepas
sing der theorie mogelijk te maken door zich op
de hoogte te stellen van de practijk, en zoodoende
deze te zuiveren van misbruiken en verkeerde
beschouwingen te verhinderen.
De Verzekeringsbode, dit mededeelende, verklaart^
het denkbeeld zeer toe te juichen.
De Spectator geeft, naar aanleiding van het
artikel van dr Th. Swart Abrahamsz, over Mul-
tatuli in de Gids van deze maand, als teekening
«Droogstoppels Ideaal." Ed. Douwes Dekker ligt
daar als dik en vet op een luierstoel, onder genot
van een manilla en een glas champagne, te ge
nieten van een pensioentje van 20.000. »Wat
had er heel wat anders kunnen groeien uit den
talentvollen knaap, wanneer hij onder strenge
tucht en gezonde liohaamsdiaethetiek wat langer
onderwijs had kunnen genieten" woorden ont
leend aan het artikel leest men onder de
geestige teekening.
Fiorre délla Neve levert in het nommer van
heden van het Dagblad een protest tegen die
beschouwing van dr. Abrahamsz.
Geslaagd bij' het examen voor vroedvrouw
mej. J. W. Boot van Burgh, laatst leerlinge aan
de kweekschool voor vroedvrouwen te Rotterdam.
Het plan bestaat om op Poerworedjo eene
»Keuchenius school" te stichten. Het plan gaat
uit van de gereformeerde zending.
Beroepen bij de Ned. herv. gemeente te Vlis
singen, in de vacature Klomp, de heer A. B. ter
Haar Romeny te Dedemsvaart.
Beroepen tot predikant bjj de herv. gemeente
te Aagtekerke de heer O. W. A. Nonhebei, cand.
te Apeldoorn.
Zondag is te Zoutelande het orgel in de Ned.
Herv. kerk ingewijd. De predikant, de heer B.
Jonker, hield eene toepasselijke rede naar aanlei
ding van Ps. 33 vers 3.
Zooals men weet dankt men dit orgel aan de vrij
willige bijdragen van velenvooral van mevrouw
de douairière Van Willes geb. Janse van Zoute
lande en den heer W. H. de Bruijn van Melis-en
Mariekerke, burgemeester.
Het orgel is vervaardigd door de firma J. van
der Tak te Rotterdam, en voldoet zeer goed.
De commissie, die zich voor dit doel had ge
constitueerd, werd in deze welwillend bijgestaan
door den heer J. P. Klein, van Middelburg.
Aangenomen het beroep hij de Ned. Herv.
gemeente te St. Annaland door den heer P. A.
van Schaick, predikant te Groote-Lindt.
Ter voorziening in de vacature, in de Nederd.
Herv. gemeente te Zierikzee, ontstaan door de
aanneming van het beroep naar die gemeente
te Leeuwarden door ds P. J. Romijn, is door
het kiescollege geformeerd het navolgende zestal
van predikanten J. Bouvin te Alkmaar, H. A. E.
Heinecken te Amerongen, A. J. Kan te Velp,
J. C. Reese te Vlissingen, A. J. Ruijs te Scher-
penzeel, en S. L. van Stein Callenfels te Heerde.
In de Zutf. Ct. lezen we de volgende nabetrach
ting. Het heeft weinig gescheeld, of het provinciaal
kerkbestuur van Gelderland ware door de Zutfen-
sche classicale vergadering van 27 Juni met een
reeds sedert eenige maanden overleden ouderling
begiftigd geworden. De heer M. Vos uit Doorn
spijk, wiens overlijden voor eenige maanden dooi
den Wageninger was aangekondigd, verkreeg 49
stemmen tegenover mr P. R. Pennink, die met
52 stemmen gekozen werd.
Een Schouwenaar schrijft ons
In droogte en regen
Ligt vaak groote zegen.
Dit gezegde bevat eene onomstootelijke waar
heid, ofschoon, zooals het in alles gaat, het enkele
woordje te eene belangrijke wijziging in de betee-
kenis van dit gezegde brengen zou. Te veel of te
weinig toch schaadt.
Hierover wil ik met weinige woorden gewagen,
met het oog op den landbouw in het algemeen
en tevens een vergelijking maken tusschen de
eilanden Schouwen en Tholen in het bijzonder.
Het is den landbouwers van oudsher bekend
dat te groote droogte vooral bij bet uitzaaien der
voorjaargewassen, zooals velen dit jaar ervaren,
zeer schadelijk is, en de koude die zich daaraan
paarde slechte vooruitzichten op een goeden oogst
opent. De ingevallen regen kwam ditmaal weer
eenigszins hieraan te gemoet en hief de grootste
bezwaren op, ofschoon het voor vele gewassen te
laat was om nog een gunstig resultaat te bevor
deren. In de laatste dagen heeft echter de plan
tengroei zich sterk ontwikkeld en, als men langs
de akkers gaat, ontwaart men het verblijdend
verschijnsel dat de vruchten aan den landbouwer
een goed vooruitzicht openen. Indien de regen
echter nog eenige dagen aanhield zou het woordje
te veler hoop verijdelen.
Wanneer toch de planten en gewassen eenmaal
diep genoeg wortel hebben geschotenkunnen zij