Laatste Berichten.
Witten en aangekomen sciep.
Ingezonden stukken.
Handelsberichten.
Graanmarkten, enz.
Prijzen van Effecten.
1
heeft zich door niets zulk een eer waardig ge
maakt. Hij heeft geen overwinningen behaald
hij heeft in het parlement niet als minister van
oorlog geschitterd hij heeft zich niet als generaal
onderscheidenhij vertegenwoordigt geen bijzon
der beginsel. Zooals reeds herhaaldelijk gezegd
is hij is een held de café-concert en een circus-
generaal. Zijn populariteit is het resultaat van
een straatdeun en zijn zwart paard. Tegen hem
zijn alle ware vrienden der republiek
en der vrijheid, alle socialisten en ontwik
kelden, in éen woord alle ware patriotten, die
van schaamte blozen zouden, indien zij Frankrijk
zagen overgeleverd in de handen van een dictator,
door straatzangers uitgevonden. Toch is dit niet
onmogelijk, want er bestaat werkelijk gevaar voor
de republiek.
Als eerste oorzaak van dit treurig verschijnsel
noemt Emile de Laveleye het parlementair
systeem, zooals het in Frankrijk wordt toegepast.
De kamer van afgevaardigden is verlaagd tot een
arena, waar de partijen twisten en elkander be
strijden, maar al te dikwijls de belangen van het
vaderland opofferend aan hun eigen afgunst of
eerzuchtde verschillende fracties hier bondge
nootschappen sluitend, ze daar weer oplossend,
dientengevolge een onstabiele regeering en niet
minder dan 20 kabinetten in 18 jaar. Het is een
ware chaos, welke de natie walging inboezemt
voor het geheele parlementaire systeem. In
zooverre heeft Boulanger gelijk. Indien hij de
kamer uiteen joeg, meent De Laveleye, zou het
volk hierom niet treuren, want het is een feit,
dat, zoodra de zitting gesloten wordt en de afge
vaardigden huiswaarts keeren, er algemeen een
zucht van verlichting geslaakt wordt. Gedurende
de parlementaire vacanties is het volk gerust
allen kunnen in vrede hun zaken verrichten, maar
zoodra is de kamer niet weder bijeen, of met
alle kalmte is het gedaan. Het parlementarisme
in Frankrijk is een last gewordenvan daar de
wensch naar verandering.
Als tweede oorzaak van het Boulangisme noemt
de schrijver de teleurstelling des volks; dit toch
hoopte dat na den val van het keizerrijk en de
grondvesting der republiek in 1870 en de vrije
instellingen een tijd van voorspoed en welvaart
zou aanbreken. Gedurende de eerste jaren was
dat werkelijk het geval, handel en industrie ont
wikkelden zich, tot de algemeene economische
crisis aanbrak, en Frankrijk, zoo goed als elk
ander land, de treurige gevolgen van de daling
der prijzen ondervond.
De neiging van de Fransche natie om zich
meer aan een individu dan aan een beginsel te
hechten is volgens Emil de Laveleye de derde
oorzaak. De Franschen behoeven een held ter
prikkeling hunner verbeelding en de macht van
dezen afgod wordt onweerstaanbaar, wanneer hij
een zwaard draagt en eenige veldslagen heeft
gewonnen. De grondleggers der derde republiek
kenden dit gevaar en ter voorkoming bepaalden
zij dat de president niet door het algemeen
stemrecht maar door de beide kamers zou ver
kozen worden.
Algemeene ontwikkeling moet het algemeen
stemrecht voorafgaan. Het groote gevaar van
de Boulanger beweging is, dat zij niet alleen ge
steund wordt door het meest onwetende deel dei-
massa's, maar ook door de aristocratie, de reac-
tionnairen, de Bonapartisten, legitimisten, Orle-
anisten en tevens door de geestelijkheid. De
laatste wenscht de monarchie, zelfs ten koste
van burgeroorlog en het vreeselijkste bloedvert
gieten. Zij is van oordeel, dat de Roode zee moe-
doorwaad worden om het Beloofde land te be
reiken. Een afgrijselijk gevaarlijke politiek, want
men vergete niet, dat de Parijsche sloppen opge
vuld zijn met een honderd duizend lieden, deels
anarchisten en nihilisten, deels vagebonden en
roovers, die, indien de wettelijke macht slechts
enkele dagen op haar voetstuk waggelde, de
stad op nog systematischer en uitgebreider schaal
in brand zouden steken, dan in 1870.
Na de oorzaken van het Boulangisme uiteenge
zet te hebben, geeft de staathuishoudkundige de
middelen aan om Frankrijk te behoeden voor de
dictatuur van een avonturier, nog minder waard
zijn stap onder duizenden herkend hebben.
Binnen een paar minuten begon de lezing.
De dominé was een knap man, met een aan
genaam uiterlijk, een mooie stem en een boeiende
voordracht. Vele toehoorders maakten aanteeke-
ningen, maar dat deed Agathe nooit. Zij zat als
het ware droomend te luisteren, minder naar de
woorden die zij hoorde dan naar de gedachten
welke die opwekten.
Zoodra de lezing uit was, verliet zij de zaal
want zij wilde niet dat iemand zou denken, dat
zij op hem wachtte. Yoor de deur ontmoette zij
echter de dominé's vrouw, die haar aansprak.
Zij nam zoo gauw mogelijk afscheid en spoedde
zich naar huismaar weldra werd zij door een
zeker iemand ingehaald.
«Gij schijnt veel haast te hebben van
avond, juffrouw Beverley; ik heb mij buiten
adem geloopen om u in te halen."
»Ik heb mama beloofd, dat ik vroeg thuis
zou komen."
«Was dat niet onbarmhartig van u op zulk
een warmen avond
»Ik zie niet in dat het iemand behalve
mijzelve deeren zal, mijnheer Blaine."
«Beteekent dit dat ik verlof moet vragen
om u te vergezellen?"
«Volstrekt niet, het beteekent dat gij mij
liever in het geheel niet vergezellen moet."
«Waarom niet, juffrouw Beverley?"
«Vooreerst omdat het, gelijk gij zegt, zeer
warm is en ik hard wil loopen. En dan omdat
dan Louis Napoleon. In de eerste plaats zou de
scrutin uninominal den scrutin de liste moeten ver_
vangen. Ten tweede moeten de radicalen ophou.
den zich telkens met de monarchisten te verbin
den met het doel elk ministerie omver te werpen
en ten slotte zou de schrijver wenschen, dat het
Amerikaansch systeem in Frankrijk werd inge
voerd, waarbij de ministers geen zitting hebben
in het parlement en niet van een votum afhan
kelijk zijn.
Aan de monarchie, indien de republiek valt,
voorspelt De Laveleye geen lang leven; zij zou
despotisch zijn en daar zij op een sterke oppositie
zou stooten, zou haar niets anders uverblijven,
dan evenals Napoleon zich door buitenlandsche
oorlogen te beveiligen. Het valt niet te ont
kennen, dat in een Roomsck katholiek land,
waar drie onverzoenlijke partijen elkander de
macht bestrijden de consolideering der republi-
keinsche instellingen groote hinderpalen in den
weg staan. Het katholicisme is hier een beletsel
voor de vrijheid, omdat 1° de paus, vrijheid van
eeredienst, vrijheid van drukpers en de geheele be
staande orde veroordeelt, waardoor de nakome
lingen van 1789 gedwongen zijn oorlog te voeren
tegen de geestelijkheid. Daar het onmogelijk is
den clerus aan te vallen zonder den godsdienst
te treffen ontvangt het godsdienstig bewustzijn
door De Laveleye voor den eenigen grondslag der
moraliteit gehouden, een gevoeligen slag. Wan
neer men voorts in aanmerking neemt, dat de
geestelijkheid de vrouwen, kinderen en plattelands
bevolking in haar hand heeft, begrijpt men dat
zij over een enorme macht beschikt. Indien de
republiek zich bestendigt, acht de schrijver een
herhaling van de worsteling tusschen de begin
selen der revolutie en die der katholieke kerk,
die reeds zooveel rampen veroorzaakte en zooveel
bloed kostte, onvermijdelijk, sedert de paus ver
klaarde, dat beide beginselen evenmin met el
kander zijn te verzoenen als goed en kwaad, de
duisternis en het licht. Tallooze moeilijkheden
zullen uit dat conflict voor Frankrijk ontstaan.
Om slechts één te noemen. Bijna alle republi
keinen eischen scheiding van kerk en staat, deze
behoort tot het programma van het tegenwoordig
ministerie. Maar indien tot de scheiding besloten
wordt, zal zij zulk een oppositie ontmoeten, dat
de republiek waarschijnlijk het onderspit delft.
Hoe groote belemmeringen echter de ontwik
keling der republiek in den weg mogen staan
wijsheid en voorzichtigheid kunnen ze alle over
winnen. De slotsom van Emile de Laveleye is
eindelijk, dat het Boulangisme van korten duur
zal zijn, maar dat het parlementaire systeem ten
dringendste een wijziging vordert.
Onze gemeente-verordeningen en eene
publicatie van burgemeester en wet
houders van Middelburg.
De publicatie van burg. en weth. betreffende
de inspectie en exercitie bij de brandweer van
Middelburg (zie de Midd. Crt. van 16 Mei 11.)
deed opnieuw bij mij de vraag oprijzen, of het
niet meer dan tijd is dat tot eene herziening van
de verordeningen van Zeelands hoofdstad worde
overgegaan, opdat de zoo noodzakelijke overeen
stemming met de beginselen van ons nieuw doch
langzamerhand toch ook ouder wordend Straf
wetboek worde verkregen en de hoofdstad niet
geheel achteraan kome, nu verscheidene gemeen
ten ten platte lande op Walcheren reeds de hand
aan den ploeg hebben geslagen.
Uit die publicatie vernam ik, niet zonder eenige
verwondering, dat de bedienden bij de brandspuit,
die niet voldoen aan de hun gedane oproeping
om op de voorgeschreven uren zich aan de brand
spuithuisjes te bevinden, er op worden gewezen
dat op hen zullen worden toegepast de straffen,
bij de verordening op de brandweer gesteld, van
eene boete van 1 tot 25 gulden en eene gevan
genisstraf van 1 tot 3 dagen te zamen of afzon
derlijk.
Eene herinnering aan te beloopen straffen kan
onze wegen uit elkaar loopen en ik u geen om
weg wil laten maken." Zij sprak snel, zooals zij
gewoon was, wanneer zij geagiteerd was, en zag
hem strak aan, als wilde zij hem hare woorden
goed inprenten.
«Ik ben toch van plan om van avond een
omweg te maken en misschien zullen onze we
gen niet altijd zoover uiteen loopen."
«Hebt gij dan plan om te verhuizen
Apropos, de Higgins komen weer bij onszij
hebben de kamers voor zes weken gehuurd,
zoodat wij tot half September geborgen zijn. Het
is heerlijk, niet waar Mama is zoo blij."
Zij sprak nu sneller en meer kortaf dan ooit
Zij had met haar vrouwelijk instinct twee ont
dekkingen gedaan. Vooreerst dat George Biaine
haar beminde en voorts dat hij aarzelde om haar
zijn liefde te bekennen. Die aarzeling schreef
zij toe aan zijn afkeuring van haar nederige
levenswijze.
«Ja, dat begrijp ik," zei George, geheel on
bewust van de reden, waarom zij dit onderwerp
ter sprake bracht. «Hoe vondt gij de lezing
«Prachtig. En gij
«O, ik vond haar verrukkelijk."
Nu kon Agathe vrij doorspreken. Zij was een
van de weinige vrouwen, die nadenken over het
geen zij hooren of lezen en was blij als zij met
iemand kon spreken over hetgeen haar belang in
boezemde.
«Wilt gij binnen komen, mijnheer Blaine
vroeg zij, toen zij voor het hek der villa stonden.
gunstig werken tot voorkoming van overtreding,
doch zij worden niet zwaarder voorgesteld dan
zij in werkelijkheid zijn. Door de nieuwe straf
wetgeving werden zij gewijzigd en verzacht, zoo
dat zij niet meer zijn, zooals in die publicatie
is vermeld.
De gemeenteverordeningen toch worden thans
beheerscht door art. 27 der wet tot invoering
van het nieuw wetboek van strafrecht luidende:
«In de bestaande gemeenteverordeningen
«wordt de gevangenisstraf vervangen door hech-
«tenis, het minimum der hechtenis op 1 dag en
«dat der geldboete op 50 cents gesteld. Wanneer
«gevangenisstraf en geldboete te zamen of afzon-
«derlijk op het feit zijn gesteld kan de rechter
«slechts een van beide opleggen."
Op de nalatige bedienden bij de spuit kan dus
hechtenis worden toegepast doch niet de zwaardere
gevangenisstraf, die in afzondering wordt onder
gaan. Geen vrijheidsstraf, hetzij gevangenis hetzij
hechtenis, kan meer met geldboete te zamen
worden opgelegd en voorts is de rechter niet
meer gebonden aan dat in de publicatie vermelde
minimum van 1 gulden, daar in elk geval tot
eene boets van slechts 50 cents vermag te
worden afgedaald.
Naar aanleiding van die publicatie herhaal ik
thans nog eens mijne vraag, of het niet tijd is
dat onze stedelijke regeering, zelfs op gevaar af
van in haar vaart te worden gestuit in zake
drinkwaterleiding, bewaarschool, faecaliën-quaestie»
demping van stinkslooten enz. de gelegenheid
vinde om tot eene herziening onzer gemeente
verordening over te gaan, opdat de invoeringswet
niet langer noodig zij tot verbetering van onwettig
geworden straffen en onderscheidene gebods- en
verbodsbepalingen niet langer zijn met het thans
vigeerend Strafwetboek in strijd.
Vak der Miedek vak Opmeek.
Vlissïng-en 17 Mei. Heden vm. 11 ure ver
trok van Vlissingen naar Kinderdijk om aldaar
geheel afgewerkt en geschilderd te worden de
vrachtgoederenboot Industrie XXI, welke aan de
fabriek de Schelde de stoommachine en ketel heeft
ingenomen. Genoemde machine bestaat uit een
dubbele schroefmachine van gewoon compound
hooge druk zonder condensatie met drie cylinders
en is alzoo van het triple-compound systeem. De
boot was reeds te 6 uren te Kinderdijk aange
komen. De bestemming is voor de vaart op den
Rijn ten dienste van de Oberrheinische Schifffahrts-
gesellschaft te Keulen.
®s (irravenliage< Z. M. de koning, de konin
gin en het prinsesje zijn per extra trein van het
Rijnspoor te 9.40 uit de residentie naar Het Loo
vertrokken. De vorstelijke personen werden door
eene talrijke menigte aan het paleis en aan het
stationsplein begroet.
De houding van den koning logenstrafte vol
komen de onrustbarende geruchten omtrent zijn
gezondheidstoestand verspreid. Z. M., die in een
open rijtuig naar het" station reed, zag er wel
varend uit, groette de juichende menigte en liep
met langzamen doch vasten tred.
Berlijn» De keizer vertoefde na een zeer
goeden nacht in de tent in 't park. De keizerin
met prinses Victoria bezichtigde de industrie
tentoonstelling.
Barcelona. De koningin is gisteren aange
komen. Zij werd evenals koning Alfonso, dien zij
op den arm droeg, door een dichte volksmenigte
met geestdrift begroet.
IiOnilen. Volgens den Times is nabij Laethar
in Servië een revolutionnaire beweging ontstaan.
Troepen zijn er heen gezonden.
Vlissing-en, 17 Mei. Binnengekomen het Eng.
stoomschip Hcirton gezagv. Th. Dijer van New
castle, met kolen voor den Gasfabriek alhier.
Thermometerstand te Middelburg.
17 Mei 's morgens 8 uren 60 gr. 's middags 12 uur 72 gr.
's avonds 4 uur 69 gr. F.
«Nu niet, het wordt te laatmaar als ik
mag zal ik u morgen avond dat boek brengen,
waarover wij spraken."
«Heel gaarne maar het heeft geen haast.
Goeden avond," dit zeggende stak zij hem haar
hand toe.
«Goeden avond, juffrouw Beverley." Hij
nam haar hand, hield haar iets langer vast dan
noodig was en zag haar in de oogen, zooals
alleen een man de vrouw aanziet, die hij lief
heeft.
Daarna keerde hij zich mistroostig af. Hij
wist dat Agathe de laatste vrouw was, die hij
mocht zoeken te winnen, maar zij was ook de
eenige vrouw, welke hij begeerde. Hij trachtte
zich zelf niet te misleiden, hij dacht voortdurend
aan haar en voelde dat zij de eenige was, die
zijn leven gelukkig kon maken, terwijl hij tevens
erkende dat hij haar noodzakelijk ongemoeid
moest laten.
Het eenvoudigste zou geweest zijn dat hij
Blaydon a/Zee gemeden had, alsof het besmet
waremaar daar kon hij niet toe besluiten. Hij
zou wel op zijn hoede zijn en zorgen dat hij door
woord noch daad zijne gevoelens verried. Hij
wilde de verboden vrucht niet etenmaar hij
mocht haar toch wel in de hand nemen en
bewonderen
George had woord gehouden en het geld van
Agathe weer belegdhij had gezorgd dat zij
evenveel aandeelen kreeg als zij gehad had en
zij wist niet dat hij er nog al veel bijgelegd had
Middelburg, 17 Mei. De aanvoeren uit Walche
ren was heden redelijk en voor 't grootste ge
deelte tarwe die 0.25 hooger met graagte werd
gekocht van 7.10 tot 7.25rogge 5.25
wintergerst niet ter marktzomergerst 0.10
hooger en ƒ5.10 gehoudenwitteboonen met kleine
vraag en weinig aanbod ƒ15.50 a 16 gekocht;
bruineboonen prijshoudend 10.25 a 10.50
paardenboonen eender 6groene kookerwten
f 7.25 a 7.50. Oliën en koeken zonder verandering.
Boter 0.65 a 0.75 per kilo. Eieren 2.90
per 100 stuks.
Kbuikikgek, 16 Mei. Ter graanmarkt van heden
was veel aanbod, met veel handel. De t rwe 10
a 20 cent hooger dan de vorige week. Prijzen:
Tarwe 7 a ƒ7.40; rogge ƒ5 a ƒ5.50; winter
gerst 4.80 a 5.25 zomergerst 4.75 a 5;
haver 2.75 a ƒ3; erwten 6.25 a 7.
Amsterdam
16 17
Mei. Mei.
757/16 751/2
89 883/^
993/4 993/4
1001/8 1003/g
99!/2
901/2 901/4
623/8 623/8
63 631/is
861/2 87
781/g 781's
6O3/4 607/g
Staatsleeuïnaren
Nederland. pCt.
CertN.W.Sch. 21/2
dito dito 3
dito dito 31/2
dito Oblhl/2
Hong. O. L. 1867 5
dito Goudl. 5
Italië. Ins.'62/31 5
Oostenri k. Obl
Mei-Nov5
dito Jan.-Juli 5
dito dito Goud 4
Polen. O. Sch. '44. 4
Port. Ub. Bt. '53/84 3
dito dito 1881 5
Rusland. Obl.
Hope 1708/1815 5
Cert. Ins. 5 S. '54 5
dito dito 6 S. '55 5
Obligatiëu 1862 5
dito 1864 5
dito 1877 dito 5
dito Oost. Ie S. 5
dito dito 2e 5
dito dito 3e 5
dito '72 gec. dito 5
dito '73 gee. dito 5
dito '84 gec. dito 5
dito '60 2e 1. dito 41,2
dito '75 gec. tiito 41/2
dito '80 gec. dito 4
Obl. 1. 1857/69 4
Cert. v. B. Asgu. 6
Spanje. O. B. Perp. 4
dito uin. Perpet. 4
Turkije. Geprivil. 5
Geev. S. D. C.
dito Gerg. IS69
Egypte. O.L. 1876 4
dito sp. dito lo76 5
Brazilië. Obl.
Londen 1865. 5
dito Leen. 1875 5
dito 1863 41/2
dito 1879 41/2
Venezuela 1881 4
Bedrag stukken.
fl.
if
Lir.
1000
1000
1000
1000
120-1200
100
100-100000
fl. 1000
1000
200-1000
Z.R. 500
100
20
Z.R.
II
Z.R.
P.R.
fr.
1000
500
500
50-100
1000
20-100
Z.R. 100-1000
100-1000
100-1000
50-100
50-100
50-100
100
50-100
125-625
20-100
1000
Pes. 1000-24000
Pr. 500-25000
fr. 500-2500
20-1000
500-12500
20-100
20-100
100
100
100
56/5 112.10
100-500
1003/4 10015/jg
50
795/8 797/s
933/4 9315/jg
997/8 100
971/4 -
473/4 483/8
481/g 485/g
49t/2
9115/ig 913/8
931» --
911/2 913/g
86L4
741/g 741/4
8015/jg 81
05% 651/4
OH/2 -
745/8 747/g
141/4 141/4
801/s 801/8
101
- 997/s
401% 407/g
Xiitiustr. en linanc. Onderriem.
Nederland. pCt.
N. Haud. Mseh.
Aand. rescontre 5 f
N.-I. lianb.aand.
dito Zeel. aaml.
dito dito Pr. dito
dito OM. 1885 3
Duitschland. Crt.
Rijksb.Ad. Amst.
Oostenri k. Aaul
O. H. Bfl. 600
1000
150
500
500
1000
116%- 1161/a
53
R.M. 3000
Spoorweg-leen Inge
Nederland. pCt.
Mijt. Expl.
1163/4
n.
St.-Spw. Aand.
Ned. Ctr. spw. A.
dito Gest. Obl.
N.-I spw. aand.
N. Rijnspw.
volgef. Aand
N.-B. Boxt. Obl.
gestemp. 1875/80
Hoogar.je. Theis.
Spw. aand. a
dito dito Obl, 5
Italië. Victor JEïiu.
spw. Obl 3
Zuid-Ital. Sp. O. 3
Oostenrijk. F. O.
Spw. Obl 3 fr.
Polen. W.-W. A. Z.R.
Rusland. Gr. Sp.-
Maats. Aand. 5
dito Obl41/2
dito dito dito 4
Balt. Spw. Aand. 3
250
250
235
250-1000
20-200
100
200
200-1000
Lir. 500
500-5000
500
100
125-625
500
125
125-1250
241/g
797,g 7915/jg
511% 517/g
99
81
60
60
769% -
8 09/ig 803/4
108 IO8I/4
933/4
5315 16 537/8
om dat te kunnen doen. Van lieverlede wende
hij zich aan om boodschappen voor haar' te ver
richten, die het natuurlijk noodig maakten dat
hij telkens naar Blaydon moest overkomen. Hij
beweerde veel verplichting aan de Beverley's te
hebben en vond het zijn plicht om haar allerlei
kleine diensten te bewijzen. Toen het voorjaar
naderde, nam een andere klerk van de hank
kamers te Blaydon en vroeg George of hij die
met hem samen wilde huren. Eerst aarzelde hij,
maar eindeljjk gaf hij toe, overtuigd dat de lucht
zoo goed voor hem zou zijn Dat was zijn ver
ontschuldiging voor het hanteeren van de zoo
streng verboden vrucht en hij hield zich doof
telkens, wanneer de voorzichtigheid fluisterde dat
hij heter deed met haar in het geheel niet meer
te zien.
Hij was zóo geheel vervuld met zijn liefde
zóo vast overtuigd dat hij onder haar invloed be
ter zou worden en betreurde het zóo zeer dat zijn
eer hem verbood haar te vragen, dat hij er geen
oogenblik over dacht, welken indruk hij op haar
maakte.
Hoe meer hij haar karakter leerde waardeeren,
des te meer besefte hij zijn eigen onwaardigheid.
Dat die dierbare Agathe, die in zijne oogen de
belichaming was van al wat lief en schoon is,
hem ooit zou kunnen beminnen, was een moge
lijkheid, die nooit in hem op kwam. Doch weldra
zouden zijne oogen open gaan.
Wordt vervolgd,)