N°. 104. 131e Jaargang 1888. W oensdag 2 Mei. Middelburg 1 Mei. De openingsrede. Dit blad verschijnt d a g e 1 ij k s, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per 3/m. franco 2. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent. Advertentiën: 20 Cent per regel. Geboorte-, Trouw-, Doodberichten, enz.: van 1-7 regels 1.50; iedere regel meer ƒ0.20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. MIDDELBURGSCHE COURANT. Agenten te Vlissingen: P. Gr. de Vey Mestdagh Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen: P. van des Peiil, te Zierikzee: A. C. de Mooij en te Tliolen: W. A. van Nieuwenhuijzen. Verder worden door alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aangenomenen nemen ook het algemeen advertentiebureau van Nijgh van Ditmab. te Rotterdam, en de firma B. van deb Kamp te Groningen, voor de Noordelijke provinciën, annonces aan. Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube Cie., John P. Jones, opvolger. De vereenigde zitting der Staten-Generaal is heden door een commissie, bestaande uit de ministers, namens den koning geopend. Door den minister van binnenlandsche zaken is de volgende rede uitgesproken „Mijne heeren De koning heeft ons opgedragen deze zitting van de Staten-Generaal te openen. Na het tot stand komen van de grondwets herziening heeft het vorig kabinet gemeend zijne taak als geëindigd te moeten beschou wen en heeft het den koning behaagd een nieuw ministerie te benoemen, dat thans voor de eerste maal het voorrecht heeft de verte, genwoordigers des volks te ontmoeten. De groote belangstelling, hij de, tengevolge der invoering van de gewijzigde grondwet, gehouden verkiezingen aan den dag gelegd, bewijst dat de op uitgebreide schaal verleende kiesbevoegdheid, ook door de thans voor het eerst opgeroepen kiezers, zeer op prijs wordt gesteld. De uitslag der verkiezingen heeft opnieuw getoond de in den lande levendige begeerte, dat bij de regeling van het volksonderwijs rekening worde gehouden met het christelijk bewustzijn van het Nederiandsche volk. 's Konings regeering, het openbaar onderwijs als een voorwerp harer aanhoudende zorg be schouwende, zal trachten binnen de perken der grondwet belemmeringen, die tot nogtoe der ontwikkeling van het vrije onderwijs in den weg staan, zooveel mogelijk uit den weg te ruimen. Ook in ons vaderland eischen de maatschap pelijke vraagstukken de volle aandacht. De door de vorige Tweede Kamer begonnen enquête geeft reeds nu de gelegenheid maat regelen te beramen om de verbetering van verschillende toestanden te beproeven. De nog steeds gedrukte toestand van den landbouw noopt tot een voortgezet onderzoek naar de middelen om die groote bron van onze volkswelvaart te ontwikkelen en te bevorderen; ook de belangen van handel en nationale nijverheid zullen niet uit het oog worden ver loren. De, ter uitvoering der nieuwe grondwettelijke bepalingen, noodige wetsontwerpen zullen ge leidelijk worden ter hand genomen. De regeling van de administratieve rechts spraak zal wordeu ontworpen, terwijl de volgens de tweede alinea van art. 181 der grondwet gevorderde wet betveifende 's lands verdediging zal worden voorbereid door eene staatscom missie. Ofschoon de fitiancieele toestand van het rijk niet ongunstig kan genoemd worden, rekent 's konings regeering het zich ten plicht, door te trachten vermeerdering van uitgaven tegen te gaan en door te streven naar bezuiniging, zoo mogelijk verhooging van lasten te voorkomen. Eenige bepalingen van de wet op de perso- neele belasting vorderen herziening, mede in verband met het te regelen kiesrecht, terwijl met ernst zal worden overwogen in hoeverre van de invoerrechten als bron van inkomst voor de schatkist meer partij getrokken en de druk van enkele accijnzen verminderd kan worden Eene nadere regeling van de verhouding tusschen de rijks- en gemeente financiën is een dringende eisch des tijds. Uitbreiding van het belastinggebied der ge meenten zal deze in staat moeten stellen meer onafhankelijk te voorzien in hare eigene be hoeften. De korte tijd, die ons scheidt van den dag, waarop het aan de Nederlandsche Bank ver leende octrooi zal komen te vervallen, maakt j eene spoedige beslissing van het ten vorigen jare ingediende wetsontwerp tot verlenging van dat octrooi wenschelijk. Uit dien hoofde is 's Konings machtiging- gevraagd, dit ontwerp reeds dadelijk onver anderd in te dienen. Met betrekking tot Nederlandsch Oost- en West-Indië verlangt 's Konings regeering ernstig dat de heerschappij van Nederland aan die bezittingen tot zegen en dat verlevendiging van landbouw, handel en nijverheid tot ver hoogde algemeene welvaart, zoowel onder de volken van Indië als onder de ingezetenen van het rijk zelf, bijdrage. De nood, door geringe koffieoogsten en an dere oorzaken ontstaan, zal zooveel mogelijk worden gelenigd door matiging bij het invor deren van belastingen, door de bevolking te ontheffen van onbetaalde diensten en door het aanleggen van haar te nutte komende open bare werken. Naar verbetering van den toestand op Su matra, waardoor eene vreedzame oplossing dei- geschillen met Atjeh mogelijk worde, wordt gestreefd. De herziening der wet op het beheer en de verantwoording van de Indische geldmid delen, alsmede eene algemeene verordening op het mijnwezen worden voorbereid. In verband biermede zal ook de door den tijd noodzakelijk geworden herziening van enkele bepalingen van het Indische regeerings- reglement aan de orde worden gesteld. Moge, onder Gods onmisbaren zegen, onze gemeenschappelijke arbeid strekken tot heil van ons vaderland In naam des konings verklaren wij deze zitting van de nieuwe kamers der Staten-Gene raai geopend." En wat zullen wij zeggen van deze rede, welke wij ons gehaast hebben te brengen onder de oogen van onze geabonneerden, die wij nog konden bereiken voordat de courant hun in handen kwam Meer dan ooit werd deze redevoering met belangstelling tegemoet gezien. Een nieuw kabinet van andere richting dan in jaren aan het bewind was zou daarbij voor het eerst spreken tot de vertegenwoordi ging, met wie het de belangen des lands moet behartigen, Welk belangstellende in de algemeene poli tieke zaken zag niet verlangend naar de woorden der nieuwe leidslieden uit Of het luisterend volk tevreden zal zijn Wie aan woorden hecht is clit zeker. Wie zich daardoor niet laat verblinden maar let op den zakelijken inhoud van zulk eene rede zal dit niet zoo spoedig zijn. En wie bekend is met de politiek, zal dit allerminst wezen omdat hij maar altegoed weet dat nergens meer dan op dit gebied de woor den er zijn om zijn bedoelingen te verbergen. Die rede is lang, zeer lang. Een woord, door den koning gesproken, zou korter geweest zijn. Nu de ministers zeiven kwamen om getuigenis af te leggen van hunne inzichten en plannen, kwam het op eenige regelen meer of minder niet aan en het is zeker om dezelfde reden dat gezwegen werd over onze betrekkingen met het buiten'and en over de land- en zeemacht. De paragraven betreffende het onderwijs strijden eenigszins met elkaar. In de eene wordt gesproken van het „christelijke bewust zijn van het Nederlandsche volk", waarmee bij de regeling van het volksonderwijs reke ning gehouden zou moeten worden; terwijl daarna wordt verzekerd dat 's konings regee ring het openbaar onderwijs als een voorwerp harer aanhoudende zorg beschouwt. Van een ministerie dat zijn ontstaan te danken heeft aan den strijd tegen de openbare school, en dat volgens de eerste verklaring toont dit goed te hegrijpen, is de laatste verzekering slechts eene nietszeggende ftrmule. Die „aanhoudende zorg" zal öf weinig te beleekenen hebben öf zij is, volgens haar eigen meening, in strijd met het gevoelen van hen, in wier naam deze regecring optreedt. Met belangstelling zien wij daarom de maat regelen tegemoet, om de hinderpalen die het vrije onderwijs in den weg staan, op te ruimen. De liberalen dienen vooral op hun hoede te zijn; ons openbaar onderwijs kon bij de aan houdende zorg van zulk eene regeering wel eens langzaam maar zeker doodgedrukt wor den. Bij alle pogingen tot oplossing dei- schoolkwestie, waartoe wij gaarne willen mee werken, zij die zorg in ieder geval eene eer lijke, eene vertrouwbare. En daaraan twijfelen wij met het oog op bovenstaande woorden. Wat gezegd wordt over de maatregelen, naar aanleiding der gehouden enquête, over den landbouw, den handel en betreffende de wets ontwerpen ter uitvoering der nieuwe grond wettelijke bepalingen kan ieder ministerie zeggen. Een bijzonder tintje heeft het gesprokene over de „nationale nijverheid" en de invoer rechten, waaromtrent zal worden overwogen of daarvan voor de schatkist soms meer partij getrokken kan worden. Die verzekeringen wijzen ons op de protectionistische strooming, die zich meer en meer openbaart. Zal de regeering dien weg opgaanof zijn hare woor den niets meer dan vriendelijke lachjes om de protectionisten gunstig voor zich te stemmen Wat dit kabinet kan doen tot bezuiniging zal veel afhangen van de ministers van oor log en marineen waarlijk, op dat punt ging de beweging tot vermindering der uitgaven steeds uit van de liberalen en verwachten wij van de andere partijen niet veel. En nu klinkt liet zeer fraai dat men trachten zal zooveel mogelijk verhooging van lasten te voorkomen er is echter nog een ander vraagstuk dat voor ziening eisebt, nauw daarmee verbonden, nl. eene billijker verdeeling van lasten. Daar aan dient vooral de aandacht geschonken te wordenzelfs boven de kwestie van bezuini ging, waarvan de toepassing vaak afstuit op onverwachte omstandigheden. En wanneer de hoogste financiekunst dezer regeering zal wezen om de lasten der bewo ners van het rijk te verplaatsen naar die der gemeenten dan zullen de belastingschuldigen uit den aard der zaak nog slechter af zijn. De aandacht verdient vooral de verzekering uit den mond van deze regeering, dat de finan- cieele toestand van het rijk niet ongunstig kan genoemd worden. Hoe dikwijls hebben wij van die zijde ter bestrijding der liberalen het tegendeel gehoord Aan onze overzeesche bezittingen zijn vele regelen gewijd. Wij zijn van den tegenwoor- digen minister van koloniën dan ook geen kortheid gewend. Zijne woorden beloven veel maar daarbij wordt niets gezegd wat niet jaren lang reeds stond op het program voor Indië. Alles komt ook hierbij aan op de uitvoering op bepaalde voorstellen die aan de goede plannen ziel en leven moeten geven. Dat gestreefd wordt naar eene vreedzame oplossing der geschillen met Atjeh is eene geruststelling voor hen, die meenden dat met den heer Keuchenius eene andere dan de tegenwoordige, eene meer agressieve politiek zou worden gevolgd. De geheele openingsrede doet ons denken aan een der vele politieke redevoeringen, waarmee meu in verkiezingsdagen zoo gul is geweest. Aan woorden en verzekeringen geen gebrek. Als het land op het papier en met woorden geregeerd moest worden dan zeker zouden wij, met zulk eene eerste staatsstuk voor ons, van deze regeering veel kunnen verwachten. Maar wij vertrouwen alleen op daden die ook beter de bedoeling van een bestuur doen kennen. Met iemand te polemiseeren, die zulke aardig heden verkoopt, is ons te machtighem gunnen wij gaarne het laatste woord. Volgens het heden verschenen no 3 van de Volksstemorgaan van de Zeeuwsche propaganda- club voor algemeen kiesrecht en stemrecht is de Mid- delburgsche courant de pleitbezorgster van bet kapitaal in deze provincie, Wij herinneren onze lezers aan de voordrachten, morgen, Woensdag avond te Middelburg men zie de annonce in dit nommer en Donder dagavond te Goes door den heer Willem van Zuylen te houden. Overal waar hij optrad wachtte hem eene volle zaal en was zijn gehoor uiterst voldaan. Moge dit in beide gemeenten hetzelfde zijn Wie kent niet de boeiende, poëtische verhalen van de liefelijke Schehrezade, waarmede zij den wreeden koning van Perzië gedurende duizend nachten en éen aangename verpoozing schonk? Dit boek, zoo rijk aan gestalten der vruchtbaarste phantasie, aan beelden met de heerlijkste kleu renpracht gemaald, deze schat van liefelijke lie deren maar tevens van kostbare levenswijsheid is een onuitputtelijke bron, waaruit altijd nieuwe parelen opborrelen. Maar wie hier putten wil, moet iets van de poëzie en het liefderijke gemoed der Perzische koningsdochter bezitten. De schrijfster van de kinderoperetten Sneeuw- ivitje, Asschepoetster e. a., die zich onder de initi alen A. H. L. verbergt, greep met vlugge hand in den schat van verhalen in het wonderboek Duizend en een nacht om groot en klein te verblij den. Een nieuwe kinderoperette van deze hand, De Prins van Sind is bij den boekhandelaar F. B. den Boer alhier in druk verschenen. Wij twijfelen niet of deze operette zal, evenals haar voorgangsters, spoe dig haar weg over onze kindertooneelen vinden. De geschiedenis van den kloeken jongen prins, die de booze prinses uit de toovermacht der kwade geesten bevrijdt om er zijn bruidje van te maken, is hier op muziek gebracht met de soli, duetten enkoren, zooals we ze in een »heusche" opera hooren. Bijzonder gelukkig is, dunkt ons, de schrijfster geslaagd in het weergeven van den frisschen, natuurlijken kindertoon in den tekst, terwijl de muziek hiermede een uitstekend geheel vormt. Alleraardigst vooral zijn de koren der dwergen, de kleine, guitige kabouters; wij hooren ze kloppen en met hun vroolijke stemmetjes zingen: Wij slaan er op los met lust en met kracht Nu hard, nu zacht Dan met alle macht En zingen een lied daarbij op de maat De hamer slaat dan zonder gepraat La la la la la la Of men hoort ze springende binnenkomen en zingen Hoera voor den prin3 en hoera voor zijn bruid. N u is het met proeven en raadseltjes uit Leef samen gelukkig en lang met elkaar Kom laat ons nu springen en juichen en zingen Een liedje ter eer van het jeugdige paar. Het geheel waarborgt bij de opvoering een schitterend succes. Alvorens hem de wijde wereld in te zenden om groot en klein te bekoren stak de uitgever den Prins van Sind in een hem passend gewaad. In de gisteren gehouden algemeene vergadering van stemgerechtigde deelgenooten in de Commer cie Compagnie is de rekening over het jaar 1887 goedgekeurdterwijl tot plaatsvervangend lid van den raad van toezicht en van de commissie van liquidatie gekozen is de heer mr W. A. van Hoek, in plaats van wijlen den heer A. Luteijn. In een deel der oplaag van ons vorig nommer werd een ons minder juist verstrekt bericht be. treffende deze benoeming opgenomen. Tot wethouder en ambtenaar van den burger lijken stand te Koudekerke, is benoemd de heer W. Maas. In de gisteren te Goes gehouden vergadering van ingelanden van den polder Breede Watering bewesten Yerseke waren tegenwoordig 68 inge landen, uitbrengende 124 stemmen. Het verslag omtrent den toestand van den polder 1887/88, waaruit bleek, dat die toestand zeer gunstig was, werd voor kennisgeving aangenomen. De begroo ting voor het dienstjaar 1888/89 werd in ontvang en uitgaaf vastgesteld op een bedrag van 113.677.15 met een post voor onvoorziene uit gaven ad 15.348.92U Het djjkgeschot is be paald op 10 per H. A. Een voorstel tot verkoop van enkele kleine stukjes grond werd goedgekeurd. Door periodieke aftreding moest voorzien worden in drie vacatures voor de betrekking van gezworen. Op de voordrachten daarvoor werden geplaatst le vacature: J. Q. C. Peman Kakebeeke. Ie cand. J. Q. C. Peman Kakebeeke te Kloe-

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1888 | | pagina 1