Laatste Berichten
BUI TEN LANDT
Verspreide berichten,
Burgerlijks stand.
Algemeen Overzicht.
Weerkundige Waarnemingen.
En hoe treurig was daarbij de toestand der
eigenhoorigen niet als menschen, neen als dieren
werden zij beschouwd en behandeldbeschouwd
als »te slecht voor den henrel en te goed voor
de hel". Een edelman ontzag zich niet den lijf
eigene den buik te doen openrijten teneinde in
diens lillende ingewanden zijn voeten te warmen
»'t was 't beste middel tegen flerecijn".
Wie zijn meester ontvluchtte mocht van geluk
spreken als hem geen zwaardere straf trof dan
met het oor gedurende eenigen tijd aan een paal
gespijkerd te worden, ten bewijze dat hij de palen
van zijns meesters gebied was te buiten gegaan.
Ook bestond tot schande der toenmalige christe
lijke maatschappij het bekende Jus primae noctis.
Alleen in Friesland vond men den toestand van
lijfeigenschap nietgeen heerendiensten waren
daar in gebruik en waarschijnlijk daarvan is de
naam van »Frije Fries" afkomstig.
Gelukkig dat in een en ander boven vermeld
langzamerhand eenige verbetering kwim, en be
halve het stichten van steden hadden ook de
kruistochten daarop grooten invloed. De vurige
Peter van Amiens, die vorsten en volken opwekte
om het Heilige land aan de handen der ongeloo-
vigen te ontrukken, wist door zijne prediking
velen te bezielen. De pogingen, door Godfried
van Bouillon aangewend, om Palestina te ver
overen werden met goeden uitslag bekroond en
80 jaar bleef het in handen der Christenen. De
paus had aan ieder eigenhoorige, die mede ter-
kruis vaart trok, het recht gegeven als vrij man
terug te keeren en 't was natuurlijk dat velen
daarvan gebruik maakten, doch de edelen, die
vreesden, dat allen zouden heengaan en dat
hunne landen onbebouwd zouden blijven liggen,
boden hunnen lijfeigenen de vrijheid benevens
land in vollen eigendom aan, mits deze 1/10 van
de opbrengst zouden uitkeeren en het jachtrecht
aan de heeren zouden afstaanen zoo zien we
hier de geboorte van een' vrijen boerenstand, en
van het tiend- en jachtrecht.
De Abdjjen en kloosters gaven den lijfeigenen
de vr jjheid en bepaalden alleen dat deze laatsten
span- en kardiensten zouden verleenen, waarbij
levensmiddelen, hout, kalk, steen, enz. door hen
moesten worden aangevoerd. Zij, die grond ver
veenden, leverden daarvoor visch vroonvisch ge
noemd. Hoe meer geld de edelen noodig hadden,
hoe meer zij geneigd waren die lasten te doen
afkoopen, welk geld bekend was onder den naam
van riem- en zweepgeld.
Het gebied der Hollandsche graven breidde
zich meer en meer uit. De macht der heeren
werd meer en meer gefnuikt en de vorst, die het
volk noodig had om zich te kunnen verzetten
tegen den vaak weerspannigen adel, bevoorrechtte
de steden en de burgerij door het geven van
vele vrijheden en zoo vinden we in de 13e en 14e
eeuw overal strijd, strijd tusschen de edelen en het
volk, gesteund door den vorst, met het doel de
macht der eersten te fnuiken. Hoekschen en
Kabeljauwschen, Lichtenbergers en Bronkhorsten,
Leliaarts en Klauwaarts waren benamingen van
partijen, dié elkander fel bestookten, en de op
stand van het kaas- en broodvolk is daar om te
bewijzen, dat ook het platteland zich liet gelden.
Zoo was de macht der edelen gebroken, de volks
macht toegenomen en enkele steden zooals Gent
en Antwerpen bloeidenhet platteland echter
bleef nog aan de heeren onderworpen.
De kerkhervorming was almede een der ge
beurtenissen welke in dien toestand verandering
brachten. Zij, die uitweken om de vervolging
om des geloofswil te ontkomen, vestigden zich
in de steden de bewoners van 't platteland waren
der hervorming vijandig, zij waren er althans
afkeerig van. De katholieke boeren werden dooi
den dwang der calvinisten genoodzaakt zich te
verplaatsen, terwijl zij door protestanten werden
vervangen. Nu ontwikkelde zich een flinke
boerenstand, en al mochten de oorlogen van
1672, 1702, 1740 van 1793'95 schade gedaan
hebben, toch was die schade spoedig hersteld en
heerschte er een buitengewone welvaart, gelijk
blijkt uit eene beschrijving, welke Pilatu de
Tassilo van ons land in dien tijd gaf. «Heerlijke
beemden, vruchtbare akkers, die 't oog verrukten,
bewoond door een volk dat zich behalve op den
arbeid op wetenschappelijke vorming toelegt"
zoo schildert hij het.
De toestand van ons district komt daarmede
overeen, ofschoon in de/ geschiedenis eenige afwij
king bestaat. Tijdens de hervorming is weinig
van belang dan het nemen en hernemen van
steden door de watergeuzenlater kwam de streek
weer aan Spanje terug, tot Maurits in 1604 Sluis
innam.
In 1570 werd ons district door een groote
overstrooming geteisterd, die het water van het
Zwin tot den Braakman voortjoeg en verscheidene
gemeenten wegspoeldelater werden die gaten
ingedijkt.
Een andere gewichtige oorzaak voor verandering-
van den toestand des volks was de Fransche
revolutie. Bestond de maatschappij in Duitschland
nog alleen uit edelen en eigenhoorigen, welke
laatsten somtijds werden opgevangen en voor
geld door hunne heeren verkocht, in Frankrijk
had men 3 standen adel, geestelijkheid en derden
stand, waarvan de eerste twee vrij waren van
alle belasting en de laatste alles moest opbren
gen. Deze omwenteling had de gelijkstelling van
alle standen ten gevolge, en de belasting zou
door allen worden gedragen. De oorlog werd
door de Fransehen verklaard aan alle gekroonde
vorstende Patriotten haalden ook de Franschen
als hunne bevrijders binnen, maar hadden later
hierover veel berouw. Toch was 't een zegen
voor dit land, want packtreeht en tienden werden
en bleven hier afgeschaft, hoewel zij in andere
prov. wel bestonden. Zoo had men ook in Noord-
Brabant b. v. de bloedtienden, waarbij van elke
bigge zeven stuivers moest worden betaaldof
ook op de bijen, waarbij van elke zwerm, die
uitvloog, 30 ets. moest worden opgebracht.
Koning Willem I deed zeer veel om den land
bouw op te beuren. Weelde en rijkdom dei-
landbouwers namen toehunne zonen moesten
studeeren en zoo krijgen we een stand van heeren-
boerendie zelf hun bedrijf niet uitoefenden
maar het aan anderen verpachten.
Gebeurde het dat tusschen twee perceelen land
een derde stuk lag, de pachters vroegen hunnen
eigenaars dit voor hen te koopen; hoeveel dat
kostte vroeg men niet, en men betaalde voor
pachtprijs soms 40 a 50 gld. van 't gemet. Zoo
lang alles goed ging, was die prijs niet te hoog,
maar de jaren van tegenspoed kwamen; men
vroeg vermindering van pacht, doch een weige
ring volgde gewoonlijk hierop en zoo gebeurde
het, dat bij den lagen stand der graanmarkten
en den invoer van andere granen vele landbouwers
de pacht niet meer konden opbrengen en, zooals
men hier zegt, werden »uitgeschud."
Maar er is meer. Een landbouwer b. v. woonde
op zijn eigendom-, een bezitting van 110 gemeten;
hij had 5 kinderen. De oudste zoon bleef bij
overlijden des vaders op het gedoê en moest dus
de an/lere kindsrên uitkoopenhij na»m g)gld op
tegen 4, 4§, 5 proe. en »was nu", zoo heette het
»op zijn eigendom". Maar ook hij deelde in de
algemeene malaise, vloog achteruit, kon de in-
tressen niet meer betalen, en vroeger eigenaar,
werd hij later tot den bedelstaf gebracht. Liever
groot pachter dan klein eigenaardit denkbeeld
bracht velen ten val.
Een andere oorzaak van achteruitgang moet
gezocht worden in de omstandigheid, dat vele
bezittingen in deze streek zijn overgegaan aan
Belgische eigenaars, die de pachters alle belasting
doen betalen en die de pachtsommen in België
verteren. Een gevolg hiervan is ook, dat elke
verbetering stelselmatig wordt tegengehouden
immers de pachter moet alles, de eigenaar niets
betalen en daar de pachter voortdurend op een
«schopstoel" zit, is hij afkeerig bij te dragen tot
elke verbetering, omdat hij niet weet of hij er de
vruchten van zal plukken.
Wat ook aanleiding heeft gegeven tot verplaat
sing van vele gegoede lieden is onder meer de
samentrekking van 't onderwijs. Er bestaat niet
overal gelegenheid die kennis op te doen, welke
voor de jongelui noodig is om een of andere
betrekking te kunen bekleeden en vele ouders
waren om de opvoeding hunner kinderen genood
zaakt deze streek te verlaten om elders van
onderwijs te profiteeren. Die verplaatsing was
zeer ten nadeele der ambachtslieden.
Van beschermende rechten is geen heil te ver
wachten hetgeen de landbouwer aan den eenen
kant wint, zal hij aan de andere zijde aan den
eigenaar kunnen brengen.
Om alles op te heffen wat den landbouw drukt
is onmogelijk. Zaak is het, den grond tot meer
dere voortbrenging te dwingen. Woonden we bij
groote gleden, tuigbouw zou daar in-;|^| plaats
kunnen treden. Hier echter moet het landbouw
blijven. Tot omstreeks 1750 zag men hier alleen
roofbouw; van bemesten was om de 7 jaar sprake.
Toen later de klaver in gebruik kwam, kwam
hierin verbetering de wisselbouw werd bevorderd
en het drie-stelsel ingevoerd. Wat aan den grond
onttrokken is, moet er weer in terug komen. Er
zijn polders, b. v. de Isabella, die 270 jaar in ex
ploitatie zijn en 'tis dus natuurlijk, dat de grond
armer en onvruchtbaarder moet worden. Kan
kunstmest helpen Sporen van vooruitgang zijn
te bespeurende kunstwei geeft goede resultaten,
't Is te hopen dat van alle zijden pogingen zul
len worden in 't werk gesteld om 't land voort
durend te voeden en te brengen tot de hoogste
productie.
Hier eindigde spreker zijne belangrijke voor
dracht en de voorzitter der afd. was zeker de
tolk van de opgekomenen, hun getal was
helaas niet groot toen hij den heer Van Oyen
dank zegde voor het gesproken woord.
Heden middag werd in de militaire slachterij
alhier het eerste beest afgemaakt door middel van
het slachtmasker Sigismund.
Het is een zeer eenvoudig toestel, bestaande
uit een lederen kap met oogkleppen in het midden
van de kap bevindt zich een ijzeren plaat waarin
een gat tot doorlating van den kogeltegenover
dit gat is met een ijzeren beugel een getrokken
loop aangebracht.
Nadat de patroon in den loop is gelegd wordt
het bovengedeelte met eene bajonetsluiting afge
sloten. In deze sluiting bevindt zich een ijzeren
slagpin, die door eene spiraalveer wordt bewogen-
Nadat het masker op den kop van het dier is ge
bracht, wordt met een ijzeren hamertje een slag
gegeven op de slagpin die daardoor tegen den
bodem van de patroon komthet schot gaat nu
af en het dier valt onmiddelijk dood neer.
Het is natuurlijk noodig dat het kogelgat van het
masker juist voor de holte van den kop wordt
geplaatst.
Wij ontvingen heden namiddag het twaalfde
jaarverslag der Coöperatieve voorschotvereeniging
met spaarbank alhierwij stellen ons voor hierop
later terug te komen.
In de Militiezaal op het Singel te Amster
dam is gisteren de internationale sport-tentoon-
stelling geopend. Er is voor de liefhebbers veel
interessants te zien.
Vrijdag avond werd te Parijs een anti-
Boulangistische meeting door de arbeiderspartij
gehouden. Het bekende Parijsche gemeenteraads
lid Joffrin trok heftig te velde tegen «generaal
Paulus" en diens vrienden. Ten slotte werd een
motie aangenomen, waarin de afgevaardigden,
die de belangen van het land aan de belangen
van een man opofferen, uitgenoodigd worden hun
mandaat neer te leggen. Bij den minsten aan
slag op de republiek verklaarden verder de aan
wezigen, indien noch het parlement noch de
regeering krachtig genoeg waren, zou het geheel
socialistisch Parijs gereed staan om den dictator
en zijn ellendige satellieten zonder genade te
vermórselen.
Niettegenstaande het comité de protestation
nationale officieel de candidatuur Boulanger in het
dep. Bouches-du-Rhóne had ingetrokken, werkte
Laur nog de laatste dagen ijverig voor den gene
raal. Gisteren zou in de zaal Rivoli een verga
dering van Boulangisten plaats hebben onder
eerevoorzitterschap van den generaal, zoo althans
was aangeplaktmen schijnt hier echter met
een mystificatie te doen te hebben.
Prinses Clementine heeft Sofia verlaten en
is over Belgrado naar Weenen vertrokken, waar
zij zich lechts een paar dagen zou ophouden om
zich dan naar Parijs, Londen en Brussel te begeven.
Men brengt haar reis in verband met plannen
tot sluiting van een leening.
Het Iersche parlementslid Patrick O'Brien
en de redacteur Hugh Hayden zijn veroordeeldi
tot vier en twee maanden gevangenis wegens het
ondersteunen van het Plan of Campaign.
Bij de justitie te Brussel is aangifte gedaan
van een dame te Ixeiles, die sedert 8 jaren het
lijk van haar kind in een koffer bewaart en dit
zelfs mede op reis neemt.
Een meeting, door nationale Ieren te Youghal
onder leiding van William O'Brien gehouden
ondanks het verbod der autoriteit, werd door de
politie en de troepen uiteengedreven. In het
gevecht dat hierop ontstond werden van beide
kanten vele personen gewond, o. a. ontving
kaptein Plunkett vele stokslagen.
Daar de Abyssiniërs de laatste dagen meer
voorwaarts zijn gedrongen, verwachten deltalianen
weldra een aanval.
Men zegt dat er sprake is van een huwelijk
van een van Carnot's zoons met Jeanne Hugo, de
kleindochter van den dichter.
Volgens de Spaansche bladen deed de mi
nister van finantiën voorstellen aan den raad van
bestuur der bank van Spanje betrekkelijk de uit
gifte van 4 pCts. amortisabel voor 33 jaren, tot
een bedrag van 200 millioen pesetas, ten behoeve
van den aanbouw eener vloot.
De Temps verneemt uit Madrid, dat een
deel van den raad van bestuur zich verzet tegen
dat leeningsvoorstel omdat de bank reeds 400
millioen amortisabele rente in portefeuille bezit.
Brutale dieven. Zaterd ag nacht zijn per
sonen, tot heden onbekend, in een Parijsch com
missariaat van politie gedrongen, hebben het
bureau van den commissaris opengebroken en
daaruit 1-50 fres ontvreemd.
Van 24 tot 26 Maart.
Middelbueg. BevallenM. Smaardijk, geb.
Wattel, d. C. D. Standaart, geb. Koppejan, z.
OverledenR. A. Trapman, z. 11 m. A. H.
van der Kuip, d. 3 j. M. A. Corradini, d. 2 w.
G. C. E. Verbrugh, d. 17 j.
Van 17 tot 24 Maart.
Goes. BevallenC. M. Goossen, geb. Zoute-
welle, d. J. Iwema, geb. Winters, z. K. C. de
Koning, geb. Dekker, d. M. Jacobs, geb. Kosten, z.
Overleden D. J. Potvliet, wed® van J. Huijs-
zoon, 81 j. J. J. Rademaker, ongeh. d. 75 j.
Ziekikzee. Bevallen J. Prommel, geb. Waal
beek, z. en d. (tweel.) L. Kouwenberg, geb. Kort,
z. M. Moelker, geb. Capelle, d.
OverledenH. Neerhoudt, man van G. den
Dekker, 66 j. K. Berrevoets, man van C. Schikker,
72 j. J. C. de Graaf, z. 12 d. C. Prommel, d. 2d.
E. Koole, vrouw van J. Olree, 77 j. H Prommel, z. 3 d.
EEEBKSaBB&niffl&KBI&gQSianOSESESSESSHSSnBn IBWB—
's Gfravenliag-e. De gezondheidstoestand
van Z. M. is aanmerkelijk verbeterd, doch eischt
bijzondere voorzorgen. De buitengewone gezant
van den Duitschen keizer werd Zaterdag door
Z. M. ontvangen, maar aan het diner bij die
gelegenheid nam de koning geen deel. Het bezoek
der koninklijke familie aan Amsterdam in April
zal niet plaats hebben, maar waarschijnlijk zal
Z. M. einde April naar 't Loo vertrekken.
De opening der kamers wordt verwacht in de
tweede helft van April.
Er wordt stellig verzekerd dat de minister
Heemskerk den koning zijn ontslag heeft aange
boden
26 Maart, des morgens te 8 uren.
Verwacht: Z. W. wind.
Thermometerstand te Middelburg.
2fi Maart 's morgens 8 uren 4-0 gr. 's middags 12 uur 48 gr.
's avonds 4 uur 49 gr. F.
Het heeft den politieken tinnegieters binnen
en buiten Italië veel hoofdbrekens gekost en tot
menige veronderstelling stof gegeven, waarom
Crispi sedert zijn optreden als premier d. i.
sedert 7 Aug. 1887 behalve de binnenland-
sche zaken ook de buitenlandsche zaken leidt.
In den beginne heette het, dat zich geen ge
schikt titularis voor de portefeuille van buiten
landsche liet vinden. Men verwachtte, dat na
twee of drie maanden wel de nieuwe minister
zou benoemd worden.
Maar dagen en maanden vergingen zonder dat
dit gebeurde. In nieuwe veronderstellingen zocht
de nieuwsgierigheid voldoening en men geloofde
dat Crispi buitenlandsche zaken zou behouden.
Wie was dan voor binnenlandsche zaken bestemd
Maar ook dit vermoeden bleek niet juist, want
reeds acht maanden lang berust de leiding van
beide gewichtige takken van bestuur op Crispi's
schouders. Nu rees een andere gedachtemen
meende dat Crispi, begeerig naar een uitgebreide
macht, slechts uit persoonlijke heerschzucht geen
ander aan het departement van buitenlandsche
zaken duldde. Bij het debat in de kamer over
de buitenlandsche begrooting is deze kwestie te
berde gebrachtde afgevaardigde Chiaves gaf in
zachte bewoordingen doch zeer duidelijk aan den
premier te kennen, dat het tijdstip aangebroken
was om van de uitzonderingsmaatregelen tot de
gewone orde van zaken terug te keeren.
Wat Crispi op deze aanmaning antwoordde,
heeft het allerminst de gemoederen bevredigd,
integendeel de nieuwsgierigheid meer dan te
voren geprikkeld. »Ik kan zoo sprak de mi-
nister-president den afgevaardigde Chiaves en
de kamer de verzekering geven, dat ernstige
beweegredenen van nationaal belang
mij nopen het ministerie van buitenlandsche
zaken ad interum te behouden. Ik kan en mag
heden de gronden niet mededeelen, die mij nood
zaakten de leiding van buitenlandsche zaken niet
uit handen te geven. Slechts dit zeg^ ik, dat ik,
wanneer ik haar op dit oogenblik prijs geef, ge
vaarloop het land te benadeelen. Ik hoop, dat deze
oprechte verklaring den afgevaardigde Chiaves
tevreden zal stellen. Hij en de kamer mogen het
nip ten goede houden, wanneer ik nog verder
den last van twee portefeuilles draag." Of de
kamer tevreden gesteld was door deze verklaring
weten wij nieteen feit is het dat de geheim
zinnige woorden van den minister-president in
politieke kringen te Rome druk besproken worden
en opnieuw aan den stroom der vermoedens en ver
onderstellingen den vrijen loop laten.
Het eerst denkt men natuurlijk aan beweeg
redenen, die in nauw verband staan met de
buitenlandsche zaken. Het dagblad de Italië
meent echter, de redenen, die Crispi bewegep de
portefeuille van buitenlandsche zaken niet uit
handen te geven, te moeten zoeken in den binnen-
landschen politieken toestand. Crispi zou nl. niet
wenschen door een of andere politieke tint, die
den nieuwen titularis volstrekt zou kenteekenen,
de politieke kleurloosheid van zijn kabinet op
te heffen, terwijl hij voorts niet bereid is de
aanstaande algemeene verkiezingen onder de
leiding van een anderen minister van binnenland
sche zaken te doen plaats hebben.
Eerder nog zou men denken aan een alar-
meerend bericht, door het Italiaansche militaire
blad de Esercito voor eenige dagen verspreid,
waarin kortweg beweerd werd, dat de Fransche
regeering voornemens was geweest een onver-
wachten aanval op de oorlogshaven Spezzia
te doen. Het geheele plan was in het Fransche
ministerie van marine uitgewerkt en de
oorlogsvloot en landingstroepen, beide onder
bevel van admiraal Krantz, wachtten slechts
op het laatste bevel. Even te voren kreeg
de Italiaansche regeering kennis van het plin;
zij liet daarop met koortsachtigen ijver de
havens van Genua en Spezzia, zoo goed als het
in het zeer korte tijdsbestek mogelijk was, in
staat van verdediging brengen. Om denzelfden
tijd liep de Engelsche vloot onder admiraal
Hewett de beide havens binnen. Te Genua hield
toen de Britsche admiraal zijn bekende toespraak
over een eventueel gemeenschappelijk manoeu
vreeren der Italiaansche en Engelsche vloten, wat
aanleiding gaf tot Labouchères interpellaties over
de bestaande betrekkingen tusschen Italië en
Engeland.
Tweemaal binnen den tijd van éen week is een.
aanslag op het leven van het Britsche huis dei-
lords gedaan. Ditmaal gebeurde het niet dooi
den spotvogel Labouchère in het lagerhuis, maar
twee lords, leden van het hoogerhuis, hebben
getracht hun medeleden van de noodzakelijkheid
van een parlementairen zelfmoord te overtuigen.
John Morley's oorlogskreetTlie house of lords must
be mended or ended heeft weerklank gevonden bij
lord Rosebery en lord Dunravenalzoo een libe
rale en een conservatieve pair dienden kort na
elkander een voorstel tot reorganisatie van het
hoogerhuis in. Het voorstel van Gladstone's
vriend, lord Rosebery, die het parlement der
geërfden aan een totale omwenteling zou wenschen
te onderwerpen, komt in hoofdzaak hierop neer
Als erfelijke pairs zouden alleen de prinsen van
koninklijken bloede overblijven. Yoor het oogen
blik zouden alleen in aanmerking komen de drie
zonen der koningin de prins van Wales, de
hertog van Edinburgh en de hertog van Connaught
verder de hertog van Cambridge en de zoon
van den overleden hertog van Albany, wanneer
hij den gevorderden leeftijd heeft bereikt.
Alle andere leden van het hoogerhuis zouden
worden gekozen, en wel öf voor bepaalden tijd,
öf voor den duur van hun leven. In de eerste
plaats behooren tot deze categorie de vertegen
woordigers van den stand, die thans de leden van
het hoogerhuis uitsluitend levert. Tot nu toe
hebben de pairs van Engeland en de pairs van
het vereenigd koninkrijk van zelf, krachtens hunne
geboorte, recht van zitting. De Iersche pairs
kiezen uit hun midden 28 vertegenwoordigers
voor den duur van het levende Schotsche
kiezen er 16 voor den dumr eener legislatuurperiode.
De Schotten zijn daarbij het slechtst bedeeld. Hun
16 representative peers behooren tot de liberale
meerderheid, de overigen zijn niet alleen van het
hoogerhuis uitgesloten maar kunnen zich op
politiek gebied in 't geheel niet doen gelden, daar
zij ook niet verkiesbaar zijn voor het lagerhuis.
Zij zijn en blijven pairs of zij willen of niet
worden geboren en sterven als pairs. De Iersche
pairs hebben op hen voor, dat zij, wanneer ook
niet in Ierland toch in Engeland voor het lager
huis verkiesbaar zijn.
Lord Rosebery wil nu alle pairs, wat verkies
baarheid betreft, gelijk stellen, en uit hun midden
een zeker aantal vertegenwoordigers laten kiezen.
Op deze wijze zouden de pairs zelf in staat zijn
de zwarte schapen van de witte te scheiden, d.w.z.
die lords, die door hun levenswijze het hooger
huis niet tot eer verstrekken, kunnen weren. Een
andere categorie van pairs zou worden verkozen
door het lagerhuis, door de toekomstige graaf
schapsraden en de groote stedendeze pairs zou
den derhalve de vertegenwoordigers der natie zijn.
De vierde categorie zou bestaan uit pairs, die
voor den duur van hun leven worden benoemd
de vijfde zou bestaan uit de personen, die als