N°. 67.
131® Jaargang.'
1888.
Maandag
19 Maart.
Middelburg 17 Maart.
Dinsdag 20 Maart.
Dit blad verschijnt d a g e 1 ij k s
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per 3/m. franco 2.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Advertentiën; 20 Cent per regel.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten, enz.: van 1-7 regels ƒ1.50;
iedere regel meer ƒ0.20.
Groote lette rs worden berekend naar plaatsruimte.
Bij deze courant behooren twee BIJVOEGSELS.
MIDDEL
Agenten te Vlissingen: P. G. de Vey Mestdagh Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen: F. van dek Peul, te Zierikzee: A. C. de Mooij en te Tholen: W. A. van Nieuwenhuuzen.
Verder worden door alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aangenomen; en nemen ook het algemeen advertentiebureau van Nijgh van Ditmar te Rotterdam, en de firma B. van dek
Kamp te Groningen, voor de Noordelijke provinciën, annonces aan. Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube Cie., John F. Jones, opvolger
Wie zich tegen 1 April abonneert
op de lliddelhaigsclie cour nut ont-
vangt «Ie deze maand nog- verschijnende
nommers kosteloos.
11e abonnementsprijs bedraagt tivee
gulden per kwartaal.
In tal van districten en daaronder wat
Zeeland betreft Middelburg en Oostburg
dienen de liberalen zich nog eens krachtig ten
strijde aan te gorden.
Wij vleien ons niet met de hoop, door en
kelen gekoesterd, dat aan onze partij nog eene
meerderheid in de nieuwe kamer van nonderd
worde verschaft, al is de kans daartoe niet
geheel uitgesloten; maar versterking der libe
rale partij in die kamer blijft in ieder geval
dringend noodig. Hoe krachtiger zij is, hoe
beter zij zal kunnen waken tegen buitenspo
righeden van hare tegenstandershoe meer
gewicht zij bij het nemen van besluiten in de
schaal zal kunnen leggen.
Wij staan aan den vooravond van een hoogst
belangrijke periode in ons parlementair leven.
Wat sedert jaren niet plaats had, zal nu ge
schieden: de liberale partij zal in ons lagerhuis
moeten optreden als oppositie; tegenover haar
zal staan een verbonden macht, die geen middel
ontzag om het doel te bereiken, waarnaar zij
zoo geruimen tijd streefde. Maar juist in die
middelen schuilt haar grootste zwakheid Aan
hangers van de meest uiteenloopende richting,
mits zij slechts tegen de liberalen waren,
begroetten elkaar met ingenomenheid en zij
konden zeker zijn dat het aan meewerking
niet ontbreken zou om elkaar een zetel in de
volksvertegenwoordiging te verschaffen.
Men ziet het in het Noorden van ons va
derland.
De leider der socialisten, wiens optreden in
de kamer ons een eisch van billijkheid en
rechtvaardigheid toeschijnt, mits hij door eigen
partijgenooten daarin worde gebracht, wordt
thans door de anti-revolutionnairen aanbevolen.
Wat vroeger van liberale zijde werd beweerd:
dat men volstrekt niet bevreesd behoefde te
zijn om zulke ultra's in de kamer te brengen,
waar zij veel minder gevaarlijk zijn dan daar
buiten altijd in de vooronderstelling dat er
van hen gevaar voor onze instellingen dreigt
wordt nu fluks door de clericalen aange
grepen als motief om zijne candidatuur te
steunen.
Vroeger heette 't dat de liberalen vermomde
socialisten of anarchisten warentusschen hun
theorieën en die van de volgelingen van Doinela
Nieuwenhuis lag, beweerde men aan de zijde
onzer tegenstanders, slechts een korte weg,
die spoedig was af te leggen. En het schrik
beeld van regeeringloosheid, bandeloosheid,
omverwerping van alle maatschappelijke in
stellingen werd op dien grond aangegrepen als
■Wapen tegen de liberalen.
Thans luidt het tegenover die socialisten
reikt ons de hand, mijne vrienden, en samen
bestormen wij de burcht der liberalen.
Dat is de staatkunde der ultra-cleriale
partijdie te verfoeilijker is, omdat daarbij
alleen rekening wordt gehouden met het eigen
belang en niet met dat van het land.
Maar er is nog iets.
Nog steeds wordt van die zijde herhaald
dat de liberalen aan kerk noch godsdienst
hechtenen men werkt voortdurend dapper
mee om op dit punt tusschen staatkunde en
geloof de schromelijkste verwarring te stichten.
Maar waar het de radicalen geldt, waar sprake
is van iemand als den heer Domela Nieuwen
huis die, na dagen van strijd, de kerk den
rug toekeerde, omdat „die kerk aan het
humanisme hinderlijk in den weg staat"
wordt met een andere maat gemeten en over
ongeloof en geloof niet meer gesproken. In
alle stilte bergt men het wapen weg dat men
vroeger zoo grif tegen de liberalen hanteerde.
Ja dezelfde man, dien men van de zijde der
ultra-orthodoxen nog onlangs met smaad over
laadde, wordt thans waardig gekeurd een
plaats in te nemen in onze vertegenwoordiging.
Zoo transigeert men met zijne beginselen,
louter om een bepaald doel te bereikenmaar
wij houden ons overtuigd dat dit spel zelfs
afkeer moet wekken bij de gematigde aan
hangers der anti-revolutionnaire richting.
Doch dit alles geeft ons aanleiding tot de
volgende vragenals straks die partijgenooten
hunne zetels zullen innemen, kan er dan van
hen uitgaan een kracht tot opbouwen
kunnen zij, tusschen wie zoovele kloven zijn,
eenige macht uitoefenen anders dan tot tegen
houden van wat goed is
Eerbied voor elkaar kunnen zij niet koeste
ren eenstemmigheid, behalve op dit eene punt
dat zij tegen de liberalen zijn, zal men bij
hen te vergeefs zoeken.
Wat kan er dan van hen worden verwacht
tot heil van het land Immers niets.
En bovendien door verschil over menig
punt zal bij hen scheiding ontstaanganech
niet onmogelijk dat eenigeu hunuer bij tal van
vraagstukken eerder zich scharen aan de lin
kerzijde; en zij zelfs bij de oplossing der school
kwestie op het uiterste oogenblik meewerken
met de liberalen.
Roe grooter de vrijzinnige fractie dus in dc
kamer is, des te beterte meer omdat zij
thans, door ervaring geleerd, door de positie
welke zij nu innemen zal geprikkeld, in be
langrijke kwestiën éen en onverdeeld zal op
treden. En dan juist zal zij vaak bij beslis
singen de weegschaal in handen hebben en is
het zaak haar stem zoo krachtig mogelijk te
doen zijn.
Daartoe mee te werken is ook de plicht
der kiezers in Middelburg en Oostburg.
De uitslag in de overige districten van ons
land behoeft hen niet te ontmoedigende
kansen voor onze candidaten staan niet
slecht, mits men geen moeite ontzie, de
noodige opwekking van wankelmoedigen
niet schrome, geen enkel geoorloofd middel
nalate om de kiezers te overtuigen dat in het
belang van die districten de verkiezing van
de heeren Arie Smit en P. C. J. Hennequin
gewenscht is.
Voor hen pleit dan ook zeer veelen niet
alleen om der beginselen wille stellen wij hen
verre hoven de candidaten, met wie zij in
herstemming moeten komen, maar ook uit het
oogpunt van practisch belang geven wij hun
de voorkeur.
Een afgevaardigde heeft in de kamer geen
zitting om uitsluitend voor zijn district op te
komende belangen van het algemeen zijn
he® ter behartiging opgedragen. Maar er zijn
toch zaken, waarhij, vooral in een provincie
als de onze, en speciaal in dat deel, aan de
overzijde der Schelde gelegen, het wel eens
hoogst nuttig zijn kan dat door hem de medeafge
vaardigden goed op de hoogte worden gebracht,
of bijzondere belangen moeten worden bepleit,
die voor een gewest een dringende eisch van
het oogenblik zijn.
Uit dit oogpunt beschouwd kan men niet
anders dan aan mannen als Arie Smit en mr
Hennequin zijn stem geven.
De burgemeester van Vlissingen heeft sedert
het oogenblik dat hij zijne betrekking aan
vaardde warme belangstelling getoond voor al
wat met den bloei van die gemeente en van
Walcheren in betrekking staat. Zeer spoedig
toonde hij op de hoogte te zijn van de beboetten
in onze omgevingvan hetgeen zou kunnen
Mijn afscheid, van de kerkTwee toespraken
van F. Domela Nieuwenhuis.
strekken tot opbeuring van zooveel dat kwijnde.
En mat eene zeldzame voortvarendheid, eene
bewuMkrenswiardige energie sloeg hij de
handen aan het werk.
Natuurlijk ontbrak het hem niet aan bedillers,
benijders en bestrijders, die meenden dat alles
als met een tooverslag zou herleven. Maar
wie onbevooroordeeld en eerlijk nagaat, wat er
sinds zijn komst is geschied, wat hij heeft
gedaan en nog doet, kan niet anders dan er
kennen dat hij zich niet spoedig laat ontmoe
digen, dat hij aan een open oog voor de
practische belangen van Vlissingen een zeld-
zamen ijver en doortastendheid paart om te
doen wat hij meent dat goed is.
En dat Vlissingen zelf begrijpt hoe de be
langen dèr gemeente in zijne handen goed
beveiligd zijn en men met hem de toekomst
gerust kan ingaan, is duidelijk genoeg gebleken
hij zijne herbenoeming als burgemeester.
Niet hij wenschte de zware en lang niet
benijdenswaardige taak weer voort te zetten
maar men heett het zelf van hem gevraagd
En tegen zijn oorspronkelijk besluit in be
zweek hij voor dien aandrang, en offerde hij
zich weêr op.
Dat dit voor velen in Vlissingen, die bij de
eerste stemming hun plicht verzuimden, eene
vingerwijzing moge zijn om ditmaal hunnerzijds
zich een gang naar de stembus te getroosten!
In de kamer was de heer Arie Smit een
verdienstelijk lid te meer zooals wij vroe
ger schreven wijl hij is een man van de
practijkeen die de regeering en zijn collega's
met zijne adviezen kan voorlichteneen die
als lid de4 Lommlvde van enquête bekend
is met de behoeften der arbeidende klasse,
welke meer en meer op den voorgrond treden.
En de industrie Is de heer Smit daarvan
niet oneindig beter op de hoogte dan zijn
tegenstander Zou het dan niet onverant
woord zijn om hem zijn zetel te doen ontrui
men, nu jaren lang geklaagd wordt over de
ocpractische richting, waarin de parlementaire
arbeid zich bewoogen men van alle kanten
juist op dat punt verbetering zegt te willen.
In het district MIDDELBBBG zijn er
dus voor de kiezers redenen te over om hun
stem uit te brengen op den heer ABIIS SMIT.
Beschouwen wij uit een zelfde gezichtspunt
de personen, die in het district Oostburg met
elkaar in herstemming komen, dan kan het
niet anders of de schaal zal ook weêr over
slaan ten voordeele van den heer mr P. C.J.
Hennequin.
Geboren in het district, waarin men hem
candidaat stelde, heeft hij voor en na zijne
volbrachte studie daar al den tijd gewoond en
is hij daardoor volkomen op de hoogte van
hetgeen noodig en nuttig is in het algemeen
belang van die streek.
Zijne verkiezing tot lid der staten was reeds
een bewijs van de waardeering, die hij geuoot.
De betrekkingen, welke hij vervult, schenken
den noodigen waarborg dat hij in bekendheid
met locale toestanden en in algemeene kennis,
zoo noodig voor een vertegenwoordiger, zijn
tegenstander verre overtreft.
En zijne beginselen, zooals die door hem in
het openbaar werden blootgelegd, zijn van
dien aard dat elk liberaal hem met gerustheid
zijn stem kan geven.
De kiezers in het district OOSTBIJ RO
zulleh daarom eene goede keuze doen, wanneer
zij Dinsdag hun stem uitbrengen op 31* V.
C. jr. HEXAEBim.
Een kiezer, die, evenals zoovele anderen, groot
belang heeft hij het voortbestaan van hoogere
burgerschool, leerschool en kweekschool hier ter
stede, wendde zich tot ons met de vraag of het
waarwas dat men, ook al werd mr Lucasse gekozen,
voor opheffing van die instellingen vooreerst geen
vrees behoefde te koesteren. Hij had vernomen
dat althans leerschool en kweekschool niet weg
genomen konden worden, voordat de grondwet
opnieuw herzien was. Wij hebben den belang
hebbende natuurlijk uit den droom geholpen en
geantwoord dat, als de clericalen een voldoende
meerderheid hebben, het voortbestaan van leer
school en kweekschool even onzeker is als dat
van de rijks hoogere burgerschool. De grondwet
behoeft daarvoor niet gewijzigd te worden; zelfs
de wet op het lager onderwijs en die op het
middelbaar onderwijs behoeven geen verandering
te ondergaan, De nieuwe kamers hebben een
voudig op de begrooting voor 1889 de posten
voor opleiding van onderwijzers en voor het mid
delbaar onderwijs lager uit te trekken; en de
regeering kan aan het afschaffen en opheffen
gaan.
De belasting op het gemaal in Vlissingen
bracht op in 1880 39141, in 1881 36109,
in 1882 40888, in 1883 42984 en in 1884-
41410. In 1885 is de belasting met 2/3 ver
minderd; de opbrengst daalde dientengevolge tot
15116 in 1885. Men heeft wel eens gevraagdi
waarom heeft de liberaal Smit de geheele ge
maalbelasting niet doen afschaffen? Doch men
vergete niet dat het geen kleinigheid is om
41410 van éen belasting met éen pennestreek
te schrappen uit de lijst der inkomsten en waar
deering verdient het zeker dat het hem reeds
gelukt is 2/3 der belasting afgeschaft te krijgen.
Uit de omstandigheid dat de heer Smit er nog
niet in is geslaagd de gemaalbelasting geheel
afgeschaft te krijgen te willen afleiden, wat
dezer dagen iemand vragender wijze opmerkte
dat deze heer tegen eene inkomstenbelasting zou
zijn is even ongerijmd en ongegrond als het be
weren dat hij tegen afschaffing der plaatsver
vanging zou zijn. Het is hekend dat de heer
Smit verklaard heeft zich te vereenigen met het
hekend advies van het bestuur der Liberale Unie
waarin aangedrongen wordt op een inkomsten
belasting tegenover afschaffing van accijnzen enz.
on op afschaffing van plaatsvervanging hij do
nationale militie.
Bij raadpleging der bovenstaande cijfers be
treffende de opbrengst van het gemaal houde
men wel in 't oog de bevolking van Vlissingen
bedroeg 1 Jan. 1880 10288 en 1 Jan. 1886 12566;
zij nam alzoo in 8 jaren tijds toe met 2278 of
ruim éen vijfde deel.
De Eerste kamer nam gisteren aan het wets
ontwerp op de provinciale heffing in Limburg.
Na een langdurige zitting in comité-generaal
werden tegen heden aan de orde gesteld het
handelstractaat met Spanje en het ontwerp op
de Indische pakketvaart.
EEX BELAAGBIAH DEBAT.
Een vrij groot aantal kiezers vereenigden zich
Vrijdagnamiddag in het Polderhuis van West-
kapelle om de politieke voordracht te hooren, die
daar door den heer A. Littooy, predikant bij de
Christelijk gereformeerde kerk en voorzitter der
Zeeuwsche anti-revolutionnaire kiesvereeniging in
Middelburg, zou worden gehouden.
Vooropstellende dat de anti-revolutionnaire
partij bestaat uit volgers van Groen van Prinsterer,
die eerst Evangeliebelijder en dan staatsman
was, wees spreker erop dat onder der liberalen
regeering niet of niet naar den eisch met de
Christelijke beginselen is rekening gehouden.
Toch is Nederland aan die beginselen alles
verschuldigd, was het sterk en machtig, toen die
op den voorgrond stonden.
En waar de liberalen niet willen tegemoet
komen aan de eischen der anti-revolutionnairen
is de strijd om die beginselen ontstaan, die thans
nog woedt, want zeide spreker wanneer men
de kwestie zuiver stelt, gaat het in dezen strijd
alleen over de vraagzijn wij voor of tegen den
Christus der schriften?
Verder besprak de heer Littooy enkele grieven
der anti-revolutionnaire partij. Zij duidt het dei-
liberale meerderheid onder meer ten kwade dat het,
van anti-revolutionnaire zijde gedaan, voorstel om
in de grondwet op te nemen»dat de koning
regeert bjj de gratie Gods" door haar niet is aan
genomen zij heeft verder, en dat is niet de minste
harer grieven, een onoverkomelijk bezwaar tegen
de onderwijswet, waarvan het neutraal onderwijs
het gevolg is.
In het breede toonde spreker aan dat de anti-
revolutionnairen zich met dat onderwjjs niet
kunnen vereenigen, waarbij de godsdienst, die
weleer het geheele leven doortrok, uit de school
is gebannen evenals nit de maatschappij, enterug-
gedrongen naar de kleine binnenkamer.
De niet-naleving der Zondagswet en van andere
wetten werd vervolgens door spreker afgekeurd.