Onderwijs. Kerknieuws. Verspreide Berichten. Rechtszaken. #Zeer alledaagach", snauwde mevrouw Mer beid van kiezer» is te wachten, i» de maatregel niet noodig voor de plattelandsgemeenten. De regeering heelt alsnog eene wjjziging van art. 37 de' kieswet voorgedragen, opdat de stem briefjes ook per post kunnen worden rondgezonden. De minister van waterstaat heeft zjjn voorstel omtrent de wonderkuil nader toegelicht. Ofschoon ook zyne overige beschouwingen handhavende, doet hp duideljjk uitkomen dat het hoofddoel is, eens en vooral een einde te maken aan de telkens terugkeerende beweging, die ook dadeljjk weder om het verbod zou vragen als eens een slecht vischjaar intrad. Wordt evenwel de uitslag van de proef geheel afgewacht en dan door statistieken, proefvisscherjjen en wetenschappelijk onderzoek aannemeljjk gemaakt, dat het visBchen met de wonderkuil geen invloed uitoefent op de visch- rjjkheid der Zuiderzee, dan zal men, op dien grond het verbod opheffende, alle pogingen om dat hersteld te krjjgen met kracht kunnen afwijzen. Een detachement suppletiefroepen voor het Indische leger, ter sterkte van 63 onderofficieren en minderen, zal op 14 Jan. e. k. onder het bevel van den eersten luitenant der infanterie K. M. baron Collot d'Escury, en met medegeleide der tweede luitenants van hetzelfde wapen K. H. Westendorp en W. Smits met het stoomschip Batavia van Botterdam naar Java vertrekken. De officieren behooren allen tot genoemd leger. De dotachements-commandant keert van verlof terug. De mail, gedateerd Batavia 15 November, bevat uit Atjeh by na geen belangrjjk nieuws. Het eenige gewichtige is het dat, volgens een telegram van den civielen en militairen gouverneur, den zesden November een aanval te Edi met groot succes werd afgeslagen. De vijand liet 51 dooden achter, waaronder de aanvoerder. Wij hadden éen gewonde. De geest ia uitmuntend. Omtrent den bovenvermelden aanval, zegt de Java-Bode»Nadat reeds weken te voren aller lei geruchten geloopen hadden omtrent een door den vjjand beraamden aanval op onze benting te Edi, had deze op den 6en November werkelijk plaatseen tachtigtal Atjehers trachtte onder aanvoering van Toekoe Aboe de versterking te overrompelen, doch zij werden door de onzen zoo goed ontvangen, dat hun hoofd en vjjftig man sneuvelden, terwijl aan onze zjjde slechts éen fourier werd gewond. Dit voor ons gunstig resultaat is, behalve aan de omstandigheid dat de bezetting voorbereid was, waarschjjnljjk hier aan te danken, dat de aanvallers zich, evenals by eene vorige poging tot overrompeling, ten dood hadden gewijd." In den laatsten tjjd is bjj onderscheiden gevech ten de ondervinding opgedaan, dat de garnituur aan de helmhoeden, hoewel tot verfraaiing van dat hoofddeksel dienende, toch eigenschappen heeft, die allerongunstigst op den loop van het gevecht kunnen inwerken. De vjjand heeft reeds in de verte gelegenheid onze troepen, door het glinsteren van de koperen versiering, op te merken en kan zoodoende gemakkeljjk onze sterkte en opstelling raden. In verband daarmede heeft de militaire bevelhebber gelast, dat in den vervolge de manscbappen zullen uitrukken met hun van alle garnituur ontdane helmhoeden. Wjj hadden gedacht, schrjjft de Javalode, dat het vertrek van den heer Scheltema, oud-redacteur van de Locomotiefnadat hjj zich gedurende ver scheiden weken ter beschikking gesteld had van den rechter, een welkome aanleiding zou zjjn van de strafrechtelijke vervolgingen af te zien. Dit is evenwel het geval niet. Wegens niet verschijning is hjj den lOn dezer door den raad van justitie te Samarang weerspanning verklaard aan de wet, zjjnde zjjn gevangenneming en ge vangenhouding gelast, van welken last een afschrift aan den minister van koloniën zal worden gezonden om dien aan den heer Scheltema ten uitvoer te leggen, zoo hjj zich op Nederlandsch grondgebied mocht begeven. De heer G. A. Weide van Goes deed met zijn neef onderzochten de bouwvallen en leidden een onderzoek. Iedereen beklaagde mevrouw Merriton en haar jonge gezelschapsdame en eenige liefderijke menschen stelden voor om een concert te haren voordeele te geven. Er waren nog al groote lui te Slapperton in dien tijd en het concert had drie dagen voor ons vertrek plaats. Wij konden den armen dames een paar kamers afstaan, waar zij zeer dankbaar voor waren. Zij bleven veel te huis en de jonge edelman kwam 's avonds nog al eens bij haar; maar de oude heer vertoonde zich niet. Wij vonden dit vreend hij was vóór den brand zoo intiem geweest en scheen thans ge heel bekoeld. Op den avond van het concert kwam de jonge mynheer juffrouw Elsie afhalen. Hij scheen veel van haar te houden en toen ik hen «amen zag zitten, zoo netjes gekleed, wach tende op het rijtnig, vond ik hen het knapste paar dat ik ooit gezien had. „Ziet ge wel, Karei dat ik gelijk had. Zij znllen trouwen. De oude heer zal mevrouw Merriton komen halen. Du3 heb ik gelijk." „Heel vwaarschijnlijk" hernam Charley „maar men moet niet ho roepen, eer men over do brng is." „Dat heeft hier niets mee te maken. Daar is het rijtnig. Nu zullen wij zien-" Maar het was het rijtuig niet. Het was de brievenbesteller, en mevrouw Merriton kwam Vinnen in een mooie japon om hare brieven gunstigen uitslag examen in het boekhouden, vanwege de vereeniglDg van handelsbedienden Mercarius afgenomen. Aan de hoogesckool te Groningen is bevor derd tot doctor in de Godgeleerdheid, de heer J. Z. Schuurmans Stekhoven (geb. te Harderwijk), op een proefschrift getiteld: De AUxandrijnsche vertaling van het Dodeeapropheton, en aan die te Leiden tot doctor in de rechtswetenschap de heer H. K. J. van Deinse (geb. te Batavia) met proef schrift get. De toestand in de Vorstenlanden. Uit ïïansweert wordt ons geschreven: Door den bisschop van Haarlem is tot pastoor te Den Helder benoemd de Eerw. heer W. Huijg, alhier in dezelfde bediening werkzaam. Moeten wij genoemden heer met zijne ver plaatsing gelukwtnschen, zijne parochianen en ook het meerendeel der ingezetenen van deze plaats zullen hem met leede oogen zien vertrekken, daar bij steeds in hooge mate verdraagzaam was. Veel goeds werd door hem in het belang der kerkelijke aangelegenheden gewrocht. Dat het hem in zijne nieuwe bediening welga Katongerecht te Middelburg*- Heden is uitspraak gedaan in de zaak tegen A. M., Middelburg, beklaagd van openbare dron kenschap bij herhaling. Met vernietiging van de uitspraak gedaan bij vonnis van den 19 October 1886, waartegen de beklaagde verzet had aange- teekend, is de beklaagde veroordeeld tot 2 b s. 2 d. en vrijgesproken van de verzwarende om standigheid en in de kosten verwezen. Verder zijn veroordeeld: wegens het op een plaats bestemd tot het verkoopen van waren voor handen hebben van niet goedgekeurde maten of gewichten J. F. K|, W. G., Middelburg, J. W., Vlissingen, ieder tot 3 b. van f 1 s.ld.elkeb. M. O., M. J. M., A. v. d. W., W. Z., A. C. K., Middelburg, A. J. E. B. wed van V. W-, A. H. P., Vlissingen, ieder tot 1 b. s. 1 d. J. O., C. M. W., h/v. C. P. D., Middelburg, ieder tot 2 b. van 1 s. 1 d.W. v. U., Middelburg, tot 4 b. van f 1 s. 1 d. elke b.P. J. B. D., Middelburg, tot 5 b. van 1 s. 1 d. elke b.met verbeurdverklaring van al de maten en gewichten. Ten slotte zijn nog veroordeeld J. M. Pz., Rit- them, wegens het voorhanden hebben van een afgekeurde maat en een niet goedgekeurd gewicht tot 3 b. s. 2 d. en 1 b. s. 1 d. met ver beurdverklaring van de maat en het gewicht en vernietiging bevolen van de maat; A. v. S., Middelburg, wegens het voorhanden hebben van eene afgekeurde maat tot 3 b. s. 2 d. met verbeurdverklaring en bevel tot vernietiging daar van L. W. Lz., Middelburg, wegens overtreding van 't reglement op de wegen en voetpaden tot 5 b. s. 2 d. Allen in de kosten. Gisteren is, zooals wij een deel onzer lezers meldden, door den Hoogen raad vernietigd een arrest van het hof te Leeuwarden, waarbij een landbouwer was veroordeeld wegens wegnemen van een aan het strand te Terschelling aange- spoelden balk. De zaak is verwezen naar het bof te Amsterdam. De Hooge raad besliste bij zijn arrest dat uit de wet niet volgt dat gestrande goederen, voor dat zij ter bewaring zijn overgegeven aan de daartoe bevoegde ambtenaren, steeds een eigenaar hebben; en dat het hof, door aan te nemen dat de gestrande en door den requirant weggenomen balk was eens anders eigendom, beeft geschonden art. 391 Wetb. van strafvord., in verband met art. 310 van het Wetb, van strafrecht. Een eenvoudig man, in nederigen stand ver- keerend maar daarom niet minder naar zijne krachten ten nutte der maatschappij werkzaam, is heengegaan. Wy bedoelen den heer J. Janse, laatsteljjk concierge van het gymnasium, die heden ovprleed. te haleD. Er waren er een paar voor baar, die er officieel uit zagen. „O, van die verzekeringsmenschen" zei zij. „Och lieve tijdWel, dat is gemeen zij zullen een agent hier heen zenden en weigeren te be talen voor dat zij rapport hebben. Ik blijf hier niet om mij door een agent te laten ondervragen en beleedigen." Op dit oogenblik kwam de oude voogd binnen met een anderen heer. „Mijn waarde mevrouw, zijt gij gereed Mijn vriend, de heer Strong en ik „Karei," fluisterde ik „is dat Strong, gij vtat wel, die man die „Stil, zwijg dan toch!" riep Karei uit. „Hier is iets niet in den haak. Luister." „Wij zullen u vergezellen, mevrouw, en de jonge lui volgen ons. De vigelante wacht." „Ik heb een victoria besteld", zei zij, „ik ga in geen vigelante. Ik zal wachten. „Ik vrees dat wij niet kunnen wachten", zei Strong. „Gij moet bedaard meegaan, mevrouw. Ik heb een volmacht tot inhechtenis neming." „Een volmachtriep zij -uit, „durft gij mij van misdaad beschuldigen Zij stond fier in ons midden. De jonge dame en haar minnaar waren ook opgestaan. Hg was zeer verbaasd. Zij zag bleek maar scheen vastberaden. „Waarvan word ik beschuldigd?" vroeg mevrouw met een fiere wending van het hoofd, Ofschoon hjj genoemde betrekking steeds nauwgezet vervulde, zouden wy daarin geene aanleiding vinden op deze plaats van zjjn overlijden melding te maken, maar wel doen wij dat omdat Janse door zjjne werkzaamheden ten behoeve der Werkmansvereeniging alhier, in die vereeniging zeer gewaardeerd werd en zijn verlies daar zeker eene leegte zal achterlaten. De laatste negen jaren was hy als secretaris ervan op verdienstelijke wjjze werkzaam en nog slechts weinige dagen geleden werd hjj tot Directeur dier inrichting benoemd, welke betrekking hy met I Januari a. hoopte te aanvaarden. Niet alleen by den werkenden stand, wiens belangen Janse zeer ter harte nam, maar by allen wien het streven naar verbetering van het lot van den ambachtsman niet onverschillig is, zal de nagedachtenis aan den eenvoudigen burgerman zeker in eere bljjven. L. de Feijter, die onlangs uit den spoortrein tussehen Arnemuiden en 's Heer Arendskerke ontsnapte en naar België vluchtte, wiens uitleve ring door onze regeering aan de Belgische regee ring was aangevraagd, is op heden voormiddag gevankelijk naar de gevangenis te Goes over gebracht, ten einde aldaar eene gevangenisstraf van zes maanden te ondergaan, waartoe hy by vonnis der arrond.-rechtbank te Middelburg dd* II October 1887 was veroordeeld ter zake van oplichting. De overbrenging per provinciale boot van Ter- neuzen naar Vlissingen en verder per spoor naar Goes had plaats door denzelfden ambtenaar, die dezer dagen wegens de ontsnapping van De F. voor de rechtbank alhier terecht stond. Thans had hy zyn gevangene zoodanig geboeid dat deze zeker geen poging tot ontsnapping zal wagen. Zooals vroeger gemeld werd zal a. Zaterdag, des namiddags te een uur, van de werf de Schelde te Vlissingen afloopen het stoomschip Bromo. Op dien dag zal aan een ieder toegang tot de werf de Schelde worden verleend, tegen eene betaling van 25 cents per persoon, ten voordeele van het zieken- en ondersteuningsfonds der werklieden. Te Westkapelle is in den nacht van Zater dag op Zondag weder eene poging tot inbraak gedaan, nu bjj den landbouwer W. de Visser. Dader of daders onbekend. Te Hoedekenskerke, is door den gemeente raad de heer J. de Jonge, die met 1 Jan. 1888 als zoodanig moest aftreden, met algemeene stem. men als lid van het burgerl. armbestuur herkozen; terwjjl de vacature, in dat college veroorzaakt door het overljjden van den heer J. Dujjnkerke, is vervuld door de benoeming van den heer J. Welleman, burgemeester, die met algemeene stem men gekozen, onmiddelljjk de benoeming aannam. Te Heinkenszand werd Zondag door den »stokman" iemand uit de R. X. kerk verwyderd, die zich volgens diens meening oneerbiedig ge droeg. Deze en nog een paar personen toonden zich daarover zoo gebelgd, dat zij den stokman later op straat te ljjf wilden, hetgeen echter de omstanders hun beletten. Er is nu proces-yerbaal van een en ander opgemaakt. Beide partyen gevoelen zien natuurljjk beleedigdde stokman door de hem bjjna aangedane mishandeling, de ander doordien hy volgens zyne verklaring onver diend uit de kerk is verwyderd. (G. Grt). De eerste tram, die 's morgens te 6 uur te Sluis aankomt, is Maandagmorgen binnen de kom van die gemeente gederailleerd. Was 'teen vorige maal twjjfelachtig of uit kwaadwilligheid dan wel door toeval een steen op de rails lag, thans was daarop eene plank gelegd en 't is dus zeker, dat men hier te doen heeft met een slechte streek. Naar men zegt moet door iemand Zondagavond half elf reeds een steen van de rails geruimd zyn, op dezelfde plaats waar den volgenden morgen de plank lag. De heer Pilaar, geëmploieerde aan de gasfa briek te Middelburg, hield in Algemeene kennis te Bergen op Zoom eene voordracht en gaf daar, evenals te Zierikzee, eene aanschonweljjke voor stelling van de gasfabricage, die hem ruimschoots toejuichingen deed verwerven. Yoor de rechtbank te 's Gravenhage deed gisteren^een man, die wegens bedelarjj terecht Zij scheen niet zoo geschrikt of beschaamd, als ik mij onder dergelijke omstandigheden zon voorgesteld hebben. „Waarvan beschuldigt men my, nffjnheer?" „Brandstichting," hernam Strong. „Moed willig, met voorbedachten rade brand stichten in een woonhuis terwille der assurantiepenningen enz.' „Die besehuldiging is valsch riep zij eens klaps haar zelfvertrouwen verliezende, en vaal bleek wordende. „En al was het waar, kunt gy het toch niet bewijzen. Dat kan niemand." „Ik kan het" zei juffrouw Elsie kalm. - „Gij Elsieriep de jonge edelman uit. „Gy juffrouw?" zei mevrouw Merriton, „zwijg oogenblikkelijkWie zijt gg eigenlijk?" „Zij is een jonge dame, die gij meendet te kunnen misleiden" hernam de oude voogd. „Maar zij heeft mij hare vermoedens meegedeeld. Ik heb hare ouders in vroegere jaren gekend, en eerst vernomen, wie zij was, toen mijn neef hier, Jacob Barron, haar ten huwelgk vroeg en mijn toestemming verzocht. Jacob, gij hebt wel gedaan." „En dus zijt gij een rechercheur een politieagent zeker?" „Neen mevrouwik ben een gewezen directeur der Londensche verzekeringsmaatschappij en hoorende van zekere bedriegerijen bood ik vry- willig aan om de feiten te constateeren. Mgn neef is in het kantoor. Wij zgn zeer bedaarde, alledaagsche menschen stond, en tegen wien het O. M. 5 dagen hechtenis en 6 maanden opzending naar eene rijkswerk inrichting vorderde, den rechter het verzoek „om er assieblieft nog een jaartje bij te doenDe rechtbank gaf echter geen gehoor aan dien wensch, en veroordeelde den beklaagde tot de gevorderd® straf. Te Haarlem is een 60jarige metselaar door het inslikken van een stukje vleesch gestikt. Tot inspecteur van politie te Vlaardingen is benoemd de heer A. O. Holsheimer, thans hoofdagent bij de politie te Goes. In het Doelen-Hótel te Amsterdam, werd voor eenige dagen een brutale diefstal gepleegd. Een man, voorgevende loodgieter te zyn en te komen om de dakgooten na te zien, heeft van verschillende koffers en kisten de sloten verbro* ken en ten nadeele van het dienstpersoneel ver schillende geldstukken en gouden voorwerpen gestolen. De politie was den dader spoedig op het spoor. Als curiositeit noteerde ik aldus schryft de Haagsche briefschrijver aan het U. D. dezer dagen twee advertenties „Ter overname gevraagd een agentbode van eene levensverzekering-maatschappy," ente koop aangeboden „een Patriotbrader." Zon deze laatste advertentie eene orangistische zyn Zjj herinnert althans aan het liedje Kon ik al de keezen krijgen, 'k Zou ze aan een draadje rijgen. 'k Zou ze stoven In de oven Tot ze riepen Oranje boven Bjj de politie te Amsterdam zjjD Zaterdag drie valsche rijksdaalders en een valsche gulden gedeponeerd. Omtrent de aanklacht tegen den heer J. F. de B., te Breda, verneemt De Tijd dat tegen dezen door het kantongerecht verstek was ver leend wegens het niet tjjdig betalen van zjjn huishuur. Hangende de zaak werd echter de huur door den heer B. betaald, en verzocht hjj den persoon, die quitantie moest geven, deze vroeger te dateeren dan waarop de huur betaald was, waaraan door dien persoon werd voldaan. Toen nu later de zaak weder diende, legde de heer De B. deze quitantie over, waardoor de kosten van het proces ten laste van den huisheer moesten komen. In hoeverre hier nu valschheid in ge schrifte is gepleegd, zal de rechtbank moeten uitmaken. Omtrent den boedel van den in staat van kenneljjk onvermogen verklaarden voormaligen notaris S. te Waardenburg, meldt men aan de N. R. Ct dat het passief verre de eerste raming overtreft. Van alle zjjden komen de schuldeisehers op, zoodat nog een derde verificatie noodig is. Groote en kleine schuldeisehers ontmoeten elkander. Een tweetal dienstmeisjes, die het laatste kwartaal harer hnur ad 17.50 niet ontvingen, staan heel zusterlijk naast eene Rotterdamscbe bank, die 26.000 te vorderen heeft. De echtgenoote van dén ex-notaris vraagt 97.000 uit den boedel, terwjjl voorts genoegzaam alle ambachten op de Ijjst der schuldeisehers voorkomen naast tal van personen, wier eigendommen met hypotheek be zwaard bleven, ofschoon het geld voor de aflossing en zelfs de kosten van roiement in handen van S. gesteld werden. Onder dë arme drommels en de rjjke mjjnheeren geljjkeljjk maakte S. slacht offers. Ofschoon het met geen zekerheid nog gezegd kan worden, meent men dat geen 10% van het passief door het actief zal gedekt worden. Het actief bedraagt op het papier pl. minus 180.000. Daarvan zal echter weinig komen. De schuldenaren meest landbouwers zitten, over het algemeen genomen, zoo diep in schuld dat de curators niet veel zullen innen. Te minder zal dit het geval zyn, omdat aan die landbouwers ruimschoots de tjjd wordt gelaten, om hunne zaken te regelen, d. w. z. roerende goederen te verkoopen, het geld op te stryken, om daarna met een arme zondaarsgezicht te betuigen„we hebben geen geld." De onroerende goederen zijn dubbel en dwars bezwaard, ten minste bjj velen. Zoolang de hypotheekhouders zich rustig houden, hoopt men den wagen loopende te houden, vast vertrouwende dat de curators den remketting niet in het wiel zullen werpen. Intusschen worden beesten verkocht of bjj goede vrienden, ,zelfs in andere dorpen, in bewaring gegeven; hooi, stroo, koren wordt in geld omgezet, ocgedorscht graan wordt 't nachts vervoerd en allerlei andere mid delen, b. v. fictieve koopakten, worden gebezigd om zyne bezittingen aan de schuldeisehers, incasu de curators, te onttrekken. Men denkt: „S. heeft wel dit en dat gedaan en hjj was notaris, ik ben maar een boor, zou ik dan voor mjj zelf niet mogen zorgen Te Waardenburg is eene bom gebarsten, waardoor ook in de naburige dorpen op zedelyk gebied veel schade werd veroorzaakt. —In de kazerne te Delft is een infanterist, die door een sergeant erop gewezen werd dat hjj een riton hem toe. „Gij hebt gelijk, groot gelijk." „Gij verbeeldet u dat wij edellieden waren en trachttet ons in uwe netten te verstrikken Wy zyn er aan ontkomenmaar gy, mevrouw, kunt niet ontkomen. Mijnheer Strong, doe nw plicht." Zg werd weggebracht en Ik hoorde dat zij naar de gevangenis moest. Kort daarna vertrokken wy. Juffrouw Elsie en de jonge Barron zyn in het voorjaar getrouwd en Karei en ik praten nog dikwyls over die voorname mevrouw Merriton en hare plannen van rgk te worden. Maar Karei zegt dat zg ditmaa hare vingers gebrand heelt. K I «f 19 E.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1887 | | pagina 2