Verspreide Berichten. Kerknieuws, Een nieuwe kiaviatuur. ZINNEBEELDEN, De benoemde stond nommer vier op de voor dracht. De heer De Jager te Kapelle, die nom mer een stond, verkreeg 3 stemmen. Te Leiden is voor het eerste gedeelte van het arts-examen geslaagd de heer J. J. Berdenis van Berlekom. Het besluit van den gemeenteraad van Apeldoorn, waarbij aan dr Smit ontslag werd verleend, is door den koning gehandhaafd op grond dat het niet strijdig is met art. 29 der wet op het middelbaar onderwijs, hetwelk den raad de bevoegdheid geeft de directeuren en leeraren der gemeente scholen te ontslaan, burgemeester en wethouders en den inspecteur gehoord. Kerkvoogden der Hervormde gemeente te Oostburg (Zeeuwsch-Vlaanderen) hebben de jaar wedde van den te beroepen predikant met f 200 verhoogd en alzoo op 1600 gebracht, met een flinke pastorie en tuin. (DM.) In 1887 zjjn in ons land 667 millioen stee- nen gebakken, waarvan 465 millioen Waal- en 80 millioen IJsselsteenen. Te Maastricht zou Dinsdag avond voor 't eerst na de veranderingen, die in den schouwburg zjjn aangebracht, la Surprise de I'Amour worden opgevoerd. De voorstelling begon inderdaad met eene „surprise." Onder de verbeteringen behoort nl. het maken van de leiding voor een water, gordjjn; ongelukkig sloot de kraan der leiding niet goed en dikke waterstralen zetten eensklaps hat tooneel onder water. Na een half uur was men de overstrooming meesteren begon de Surprise, waarvoor men gekomen was. Intusschen had het decoratief nog al waterschade geleden. De veel besproken C. Maréchal c. s., die in den Haag in de Hartogstraat n° 9 hun kantoor hielden, zjjn door de politie over de grens ge bracht, nadat krachtens vergunning van den president der rechtbank beslag was gelegd op gelden, na hunne aanhouding in hun goed ge vonden, ten verzoeke vaniemand, die vóór eenige maanden te Londen door hen was bedrogen. In een der bladen wordt medegedeeld, dat de heer J. Oostman te Utrecht, die voor meer dan een half millioen aan legaten vermaakte, zijn huishoudster, die hem 25 jaren trouw en eerlijk diende, en het bjj den zeer zuinigen man zeer zuinigjes had, vjjf gulden toedacht. Dit herinnert de Arrih. Ct. aan het legaat van den erfoom, met wien jaren lang, avond aan avond, een zijner neven een partjj schaak kwam spelen, met opoffering van alle genoegens zjjn leeftjjd eigen, en weer en wind trotseerende. In zjjn testament kreeg de neef het schaakbord met de stokken en niets meer. De erflater had er bjj aangeteekend, dat zjjn neef, die zulk een hartstochtelijk schaakspeler was, zeker niets aangenamer kon wezen, dan deze herinnering aan hun genoegelijbe avondjes. In te zegt de Staatscourant Hasberland is iemand tot lea luitenant bjj de schutterjj benoemd, die reeds voor eenige weken bij een ander koninkljjk besluit tot notaris te Charlois was benoemd. Overigens doet het er niet veel toe, daar de benoemde ook te Charlois zjjnefunctiën van luitenant der schutterjj in Haskerland zeer goed kan blgven uitoefenen. In deze gemeente bestaat toch sedert tal van jaren een dienstdoende schutterij, die nog nooit dienst heeft gedaan, waarvan geen der officieren of minderen ooit een uniform heeft gedragen en waarbjj elk geweer of ander wapen ontbreekt. (Gelria.) Eenigen tjjd geleden werd melding gemaakt van eene nieuwe kiaviatuur, uitgevonden door een Hongaar, Paul von Janko. weten dat ik die vriend ben, zal ik hem zeggen dat ik menigen slechten vriend gehad heb, maar dat ik op den dag toen ik u mijn verloofde noemde, mijn besten vriend kreeg, en dat was ik zelf." Anna begon aan haar geluk te gelcoven en lachte door hare tranen heen. - „Maar gezwegen moet er worden," ging hij voort „geen gebabbel over hetgeen er tusschen ons is, anders handel ik niet als vrij man. Ik ga nu voor een poos op reis en zal mij in een der dorpen van het Westland ophouden totdat wQ elkaar vrij kunnen ontmoeten. Het zal een bepioeving voor ons beiden zijn; maar gij zuU er u wel doorredden, en ik zal ook niet stilzitten. Mijn vader is een zonderling man, maar hij heeft een edel karakter gij moet zien dat gij zijn genegenheid wint en dat zult gij, want gij kent geen bedrog. Hier ziet gij mij dus niet meer de muren hebben ooi en. Maar wees gerust, Anna. Een is er die u bewaakt, al gaat hij ook somtijds geheimzinnig te werk. Van daag ga ik nog naar den kantonrechter en in zijne banden geef ik uwe onze zaak over, Anna 1" „Er is geen bedrog in hem" fluisterde Mat- thijs en trachtte het teeken des kruises to maken. Egiert ging met Anna naar hem toe, nam zijn koude hand en legde die op hunne saamgevouwen handen; er vloog een gelukkige glimlach over het gelaat van den zieke en zijn oogen straalden met dien bovenaardschen glans, dien men alleen by stervenden waarneemt. „Krijg ik nu den kus, Anna Ja bij kreeg hem en tegelijkertijd een hart van goud! Daarna scheidden zij en de strijd, om de toe« Deze kiaviatuur bestaat nit zes rjjen toetsen, die trapsgewjjze boven elkaar zijn geplaatst; in elke rjj heeft de opvolging met heele tonen plaats. Te beginnen met de onderste bijv.deze bestaat nit de tonen H., Cis, Dis, F., Gr., A., enz. De daarop volgende rij omvat de tonen C., D., E., Fis., Gis.; Ais enz., die, zooals men ziet, met de vorige de geheele chromatische schaal vormen. De derde en vierde rij zijn herhalingen van de eerste en tweede, de vijfde en zesde eveneens. Men heeft dus zes rjjen, die drie aan drie aan elkander geljjk zjjn; de correspondeerende tonen zjjn met elkander verbonden en hebben een gemeenschap pelijke hefboom. Een dergeljjke kiaviatuur nu, die op elke gewone piano kan worden aangebracht, biedt de volgende voordeelen aan: Terwjjl bjj de gewone kiaviatuur voor de boven- (zwarte) toetsen ruimte moet worden gelaten, is dit hier niet noodig, de breedte der toetsen kan dus kleiner worden ge nomen en is dan ook 5/7 van de gewone; het gevolg is dat men hier bjjw. met hetzelfde gemak een octaaf kan grijpen, als op het gewone klavier een quint; accoorden en grepen, die anders on- speelbaar zjjn en dan ook niet worden geschreven, worden uitvoerbaar. Terwjjl dus aan den eenen kant de speler, zoo hjj wil, meer kan doen dan op het gewone klavier, kan hg, zoo hjj zich bepaalt tot de bekende effecten, die met veel geringere moeite verkrjjgen, met minder spankracht van de hand. Deze kan een natuurlijke houding aannemen op het schuin oploopend effen toetsenvlak, en de duim kan steeds op de onderste rijen bljjven, terwjjl de overige vingers zich op de andere bewegenhet onderdoorzetten levert geen moeilijk heden meer op. En aangezien dezelfde tonen op drie verschillende plaatsen kunnen worden aan geslagen, is het mogelijk zonder moeite passages te spelen, die op het gewone klavier niet zonder het bruisen der handen uitvoerbaar zjjn. Een belangrijk voordeel is verder, dat het leeren der gamma's zeer vereenvoudigd wordtkent men er een, dan kent men ze allen; verschil in toon soort bestaat bij de kiaviatuur van Janko alleen voor het oor, niet voor de handom een zeker akkoord in een anderen toon te spelen, behoeft men slechts de hand evenwijdig met zichzelf te verplaatsen en bij dien anderen toon te beginnen transponeeren is dus kinderspel op een dergeljjk instrument. Dat door deze inrichting van de toetsen inéén vlak de zekerheid van den aanslag grooter wordt, en dat het gemakkeljjker is hier de noten goed te verbinden dan op het gewone klavier, is licht te begrjjpen. In Amsterdam en den Haag leverde Paul von Janko deze week proeven met zjjn uitvinding. Volgens het Vad., waaraan een en ander is ontleend, voldeden zjj zeer goed. De uitvinder had in de residentie zijn kiaviatuur op een Ibach- vleugel doen aanbrengen. Tegenover de voor deelen, die zjjn kiaviatuur aanbood, stonden enkele nadeeien, dat erkende hjj. Zoo bjiv. was het niet mogelijk daarop een glissando in C dur te spelen, zooals die voorkomt in Liazst transcriptie van de Faust-wals (hoewel de toon F is, schreef Liszt hier een B in plaats van een Besin Webers concertstuk komt een zuivere glissando in C dur voor), maar Janko kon daartegenover de moge- ljjkheid stellen om chromatische glissandos op zjjn kiaviatuur uit te voeren en deze beantwoorden toch nog meer dan de gewone aan het doet nameljjk het ruischen van tonen teweeg te brengen. Ten slotte gaf de heer Janko den aanwezigen ge legenheid zich van nabjj op de hoogte te stellen van zjjn vinding, een gelegenheid waarvan velen gebruik maakten. En wat nu? zal de lezer vragen. Wat zal de toekomst zjjn van deze kiaviatuur? De heer Janko zelf maakt zich daaromtrent geen illusies. Daar hjj totnutoe nagenoeg de eenige is, die daarvan gebruik maakt en eerst sedert twee jaren, heeft hjj nog geen leerlingen gevormd, die voor de kiaviatuur propaganda bunnen maken. Een nieuwe vingerzetting was noodig, nieuwe studies moesten komst nam een aanvang. Voor Egiert was de zelfopgelegde verplichting om niet meer met Anna te spreken, de zwaarste beproeving, terwijl de practische regeling der zaak hem gemakkelijk van do hand ging. De kantonrechter maakte geenerlei bezwarenhij sloot het contract met de dienstbode in naam van zijn vader en de rest der verantwoordelijkheid nam hij op zich. De zaak werd zoo geschikt dat Anna ongemoeid bij haar vader mocht blijveD, tot dp t zijn zware ziekte de een of andere wending had genomen. Die liet niet lang op zich wachten. De vree- selijke schok, dien hij gekregen had, sloopte zijne laatste krachten en nadat Egiert vertrokken was lag hij in een doffen slaap. Tegen den nacht begon hij te ijlen en voerde onophoudelijk strijd met den steelduivel. Anna stond intusschen aan het venster om naar haar broeder uit te zien bij moest toch komen opdat vader hem nog eens zag, voordat de dood zijne oogen sloot. Maar Paul was nergens te ontwaren. Eindelijk brak de morgen aan en een frissehe bries woei van den fjord dat voorspelde een schoonen herfstdag zoo'n dag die bij een degelijk manj de gedachten tot han delen rjjpt. Bij de buitenste kaap lag een groote driemaster zeilklaarhet begon levendig aan boord te worden. Het anker werd gelicht en het geram mel der kettingen vermengde zich met het gezang der matrozen. Het klonk eerst nog wat dot, maar in het vuur vaa den arbeid werden de stemmen weldra los, en hun lied klonk ab de opwekking tot een nieuw leven. Later maakte men de zeilen van de ra's los en de Engelsche worden geschreven en Janko heeft voor beiden gezorgd, maar er zal natuurljjk heel wat tjjd moeten verloopen, alvorens het Janko-blavier ook slechts eenigermate met het gebruikelijke zal kunnen concurreeren. Xurka te Weenen heeft eenige Janko-klaviaturen geleverd, maar wat zjjn eenige tegenover het legio gewone klavieren Het spreekt vanzelf, dat zij, die opgegroeid zijn met de gewone piano, zullen aarzelen zich een nieuwe techniek eigen te maken, gesteld zelfs dat daarmede ge middeld slechts 4 maanden heengaan, zooals de heer Janko meent, en dat er geen traagheid bestond bjj den mensch, die hem tegen al wat nieuw is doet opzien als tegen iets, dat zjjn rust verstoort. Hoe verder men het heeft gebracht op het oude instrument, des te meer moeite zal het kosten zich op het nieuwe thnia te gevoelen. Maar voor heginnenden is Janko's claviatuur zeker in vele opzichten aan te bevelen en terecht bouwt de uitvinder dan ook zjjn hoop op het jongere ge slacht, Zullen wjj nu allen virtuozen worden, zooals een der bladen voorspelde Hjj, die dat sehreef, vergat dat, wanneer Janko's kiaviatuur algemeen wordt ingevoerd, de techniek ook zal worden uitgebreid. Er zullen stukken worden geschreven waarvan Liszt en Bubinstein niet hebben gedroomd, moeilijkheden kunnen worden overwonnen waaraan voorheen zelfs niet te denken viel. En dan zal er misschien weer een Janko opstaan, die voor het instrument doet, wat deze Janko deed voor het thans gebruikelijke klavier naar het Duitsch van Marie Ebner-Eschenbach. I. De Vreemdelinge. Door de straten eener groote stad dwaalde eene statige, dichtgesluierde gestalte. Zij was voor 't eerst op de aarde gekomen, zag voor 't eerst zoovele menschen bij elkaar en doolde doelloos in de onbekende stad rond. Eensklaps bleef zij voor een paleis staan, waar boven den ingang een marmeren standbeeld hare aandacht trok. Het beeld stelde eene vrouw in Grieksche kleederdracht voor. Hare oogen waren geblind doekt, in de rechterhand hield zij eene weeg schaal. Eenige woorden aan den voet van het standbeeld hadden de opmerkzaamheid der vreemdelinge getrokken. Beurtelings keek zij naar de gouden letters en naar het sieeuen beeld, en met het oogenblik steeg hare verbazing. Een maD, die haastig kwam aangeloopen, stoorde haar in hare mijmering. Het was een beambte, die te laat was, en zich nu zoo gauw mogelijk naar het paleis begaf. De vreemdelinge hield hem staande: „Wier beeltenis is dit?" vroeg zij en wees naar het beeld boven den ingang. De beambte huiverde. De stem der gesluierde vrouw klonk wonderlijk hard en ijzingwekkeud, zooals hij zich niet kon herinneren ooit eene stem gehoord te hebben. Hij vergat dat hij reeds over zijn tijd was; zijn angst voor de gestrengheid zijns meesters was verdwenen. Hij bleet staan en de geheimzinnige vrouw aanstarende, ant woordde hij„Het is het beeld der Gerechtigheid." Een lach weerklonk, die hem het bloed in de aderen deed stollen, toch zeide hij verder„In haren naam wordt hier recht gesproken." „Door wien? Wonen hier dan goden in dit hnis De beambte dacht aan zijne superieuren en aan zijne collega's en antwoordde glimlachend „Slechts menschen wonen hier." „Hoe riep de vreemde uit. „Menschen regeeren in naam van haar, die nooit op aarde was en er nooit zijn zal? Blinde, dwalende men schen oefenen het ambt uit van de Alziende en Onfeilbare Nogmaals weerklonk dia vreeselijke schaterlach. Getroffen door den vurigen gloed, die uit hare oogen lichtte, 6tortte de beambte bewusteloos neer. Toen hij zijn bewustzijn terugkreeg, was de vlag, die in den top woei, wierp haar schaduw over de golven. Nu dreunden er drie schoten, die van den wal beantwoord werden, en het trotsche vaartuig gleed met volle zeilen den ijord uit. By den mond viel de gouden morgenglans erop en het verdween in een zee van licht. De aanblik deed Anna goed zoo zou zij ook het anker lichten, van den ouden grond. Het zou haar in den beginne wel zwaar vallen, maar later zon zij met meer moed de zeilen reven en in het heldere vaarwater stuwen en dan ging hy met haar 1 Ja, want hij moest de vlag hijschen 1 Anna verdiepte zich zoodanig in de toekomst dat zij niet opmerkte hoe een oude Kwaener, een kennis van haar vader, op eenigen afstand van haar huisje stond en haar wenkte. Eindelijk werd zij hem gewaar en ging met een kloppend hart naar hem toe. Hij deelde haar mee dat haar broeder met dat schip gevlucht was. Hij wist alles van den vorigen avond, maar verzweeg het, want hjj dacht: was de jongen er toegekomen om weg te loopen, dan moest hg het geheim maar medenemen. Anna stond als verpletterd en hoorde hem aan, zonder iets te kunnen antwoorden. „De jongen schreide en wilde een paar maal iets tot mij zeggeD, maar hij kon niet. Het was ook niet goed voor hem om hier te big ven, nu het zoo met u gegaan was. Had hij het geld nu maar meegenomenWant gij naamt het toch alleen om hem te redden. Gij hebt altijd het eerst aan hem gedacht". Dit zeggende ging hij heen en Anna begaf zich weer naar den zieke, die met open oogeu verschijning verdwenen en een wonder was ge schied. Het beeld boven den ingang was van gedaante veranderd. Zij stelde de Gerechtigheid niet meer voor, maar wat dan? Te vergeefs verdiepten de beambten zich in allerlei gissingen. Eindelijk raadpleegden zij eenige geleerden, die na langdurige beraadslagingen uitmaakten dat hst beeld eene symbolische voorstelling was van de zelfverdediging, omgeven van de attributen der wreedheid en der barmhartigheid. 2. Twee Graven. In een algemeen graf, dat men slu'ten ging, werd op het laatste oogenblik nog eene kleine doodkist neêrgelaten en de menscheD, die bg het open graf stonden te kijken, vraagden elkaar: „Wie kan dat zijn, die zoo weinig plaats in de moederaarde noodig heeft?" „Deze antwoordde een knecht van den dood graver, „dat was Zeisi, daglooner van zijn beroep; nergens kon men hem lang gebruiken. Toen is hij straatzanger geworden en zong voor een stuk brood, of een paar oude schoenen en dikwijls zelfs voor niets". Terwijl de man dit vertelde, naderde eene gesluierde gedaante, strooide bloemen op de kist en blikte weemoedig in het open graf. Eerbiedig weken de omstanders terugzij scheen hun een bovenaardsch wezen, niemand durtde haar aanspreken. Zg zelve sprak de byna voor allen onverstaanbare woorden: „Gy hebt een dichter begraven". Ongeveer een uur later kwam eene prachtige begrafenis, door eene onatzienbare menigte bege leid, op het kerkhof aan. De kostbare lijkstoet, geheel mat kransen be dekt, was de laatste verblijfplaats van een gevierd schrijver. Hij werd in den grafkuil neêrgelaten en de beroemdste redenaar der stad. wijdde den afgestorvene eene hoogdravende rede. Plotseling zweeg bij Hg had de heerlijke gedaante ge zien,die nog altijd bij de rustplaats der armen stond. „Maakt plaats 1" riep hij de menigte toe. „De godin, die onzen groeten doode met hare gunst vereerde, nadert om hem met ons te beweenen. Maakt plaats voor de groote godin De aanwezigen gehoorzaamden, en in een oogenblik was voor de edelste der rouwdragenden eene plaats bij het graf gemaakt. Zij echter na derde niet, maar schudde met het hoofd; een glimlach van diepe minachting vloog over haar gelaat en zij sprak de voor bijna allen onver staanbare woorden „De doode was mij onbekend. Gij hebt een daglooner begraven." 3. Onopgeloste vraagstukken. Eene verstandige prinses werd door een be krompen, maar zeer machtig koning bemind, doch wilde van zijn aanzoek niets weten. Daar hij steeds dringender en dus ook lastiger werd, be sloot zij hem voor goed uit haar nabijheidt e verwijderen. Dit moest echter met overleg ge beuren, want de vijandschap van den machtigen nabnur mocht zg niet over haar land brengen. Zoo sprak zij op zekeren dag tot hem „Uwe trouw beeft mij geroerd en ik wil haar beloonen. Gy zult mijn echtgenoot worden, zoodra het u gelukt, de taak te vervullen, die ik u zal opleggen." De koning antwoordde: „Noem ze my en wan neer 't mogelijk is, zal ik aan uw verlangen voldoen," „Welnu" zeide zij„ga heen en zoek de drie volgende dingen op het spoor te komen: „Een vooroordeel dat door 't gezond verstand overwonnen wordt." „Een dwaasheid, die zoo groot is, dat zij nog door niemand begaan is." „Laster, zoo schaamteloos, dat niemand den moed heeft gehad hem verder te vertellen." De koning lachte en was zoo zeker van zijne zaak, dat hy order gaf alle toebereidselen voor zgn huwelijk te maken. Daarna ging hij op reis Dit geschiedde vóór duizend jaar en tot nu toe is hij niet teruggekeerd. lag, en bij het volle daglicht zag zy welk een groote verandering hij ondergaan had. Hij fluisterde Paul groote mijn, en knikte alsof hy zich zelf beantwoordde. „Vader," bad Anna, „God zegene en behoude Paul!" Hij knikte nog een paar maal en sloot de oegen om ze niet meer te openen. Anna legde baar hoofd naast het zijne de groote stilte werkte weldadig op haar gemoed en zij viel in slaap. Later op den dag kwam een der buren zien, boe het met Matthgs ging. Toen ontwaakte Anna en zag dat haar vader dood was. Anna was veroordeeld tot een jaar dienstbaar heid in Oost-Finmarken, en zonder een woord met Egiert gewisseld te hebben, was zij met een Noordlandsvaarder nit Alten naar de plaats harer bestemming vertrokken. Daar was alles op haar komst voorbereid en zij werd door den ouden Egiert en zijn dochter zeer goed ontvangen. Anna bezat veel takt en een rein hart. Dat waren goede grondvesten voor haar volgend leven. Maar zij was ook knap genoeg om haar werk te verstaan en de zuster van Egiert, die meer met haar eigen toekomst dan met het tegenwoordige vervuld was, nam haar hulp ia het huishouden met groot genoegen aan, en daar zg de aanstaande van den besteu vriend haars broeders beschouwde als iemand van goeden huize, behandelde zij haar ook daarnaar. Anna wekte door haar gedrag niet den minsten twijfel aan de juistheid van dat vermoeden op. Wordt vervolgd SEDiüKI BW DE GEBKOEDERS ABRAHAMS XE MIDDELBURG.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1887 | | pagina 6