Zedelijke overtuiging.
FEUILLETON.
Verspreide berichten.
TWEEDE KAMER.
Staatsbegrooting. Voorloopige verslagen
alzoo, volgens artikel 37 2, genoemd artikel 13
toepasselijk, voor zoover in de vóór de invoering
van het reglement verleende verguöning in het
geheel niet en dus veel minder „op andere wijze"
is voorzien in genoemd hoogst belangrijk begin
sel, in artikel 13 van het reglement nedergelegd.
Ik vlei mij derhalve, dat gedeputeerde staten
krachtens het reglement de bevoegdheid bezitten,
het verbindingsmiddel te doen tot stand brengen
tusschen de aanlegplaats der provinciale stoom-
booten en het locaalstation Vlissingen, waarvan de
wenechelijkheid, blijkens het desbetreffend besluit
der jongste zomervergadering, door de groote
meerderheid der staten is erkend. Indien noch
tans de aangevoerde gronden onvoldoende gerekend
en eenigerlei bijvoegingen of wijzigingen in het
reglement daarvoor vereischt zouden worden,
dan moge de uitnoodiging aan het gedeputeerd
college om daartoe het noodige te willen ver
richten, als in nevensgaand voorstel geïnsereerd
worden beschouwd."
De heer Snijders geelt der vergadering in over
weging ook dit voorstel naar de afdeelingen te
verzenden.
De heer Kakebeeke verklaart zich daartegen;
hij zon dit prematuur achten en wenscht liever
het voorstel in handen van het gedeputeerd col
lege gesteld te zien om nadere inlichtingen.
Aangezien de beer Snijders zich hiermede ver-
eenigt besluit de vergadering alzoo.
Alsnn is aan de orde de splitsing der verga
dering in afdeelingen, waarbij door loting worden
aaugewezen te behooreu tot de
eerste afdeeliug, de heeren Van Houten,
Fokker, De Smidt, Van Waesberghe Janssen», A.
Smit, Stevens, Van der Beke Calienfels, Huvers,
Lantsheer en Bolle, en als leden van gedeputeerde
staten de heeren Berdenis van Berlekom en Snouck
Hurgronje.
tweede afdeeling, de heeren Sipkes,Ka
kebeeke, Van der Have, Dronkers, Boiier, Lucasse,
Pompe van Meerdervoort, Moes, Wagtho, Brevet en
B. V. van der Bilt, en de leden van gedeputeerde
staten de heeren Bybau en J. C. van der Bilt.
derde afdeeling, de heeren Hennequin,
Van Lijnden, Van Deinse, Van Uije Pieterse,
Snijders, Walter Haminacher, Eisseeuw, Van
Teijlingen en Oggel, en de leden van gedeputeerde
staten de heeren Heijse en Buteux.
Op voorstel des voorzitters wordt de volgende
bijeenkomst bepaald op Donderdag 3 November,
des morgens te 10 uren.
De voorzitter noodigt de leden uit zich nu
naar do atdeelingen te begeven en sluit de ver
gadering.
Marine.
Sommige leden hadden een gunstigen indruk
bekomen van 's ministers beleid. Gaarne bereid
om voor de zeemacht het noodige toe te staan,
verheugden zjj zich dat de minister den moed
betoonde, aan het materieel behoorlijk de hand
te willen houden.
Bjj andere leden wekte deze begrooting teleur
stelling. Bij hen was de verwachting opgewekt
dat de minister zelfstandig met sommige verkeerde
tradities breken zou en krachtig zou streven naar
vereenvoudigde organisatie. Van zulk streven
viel echter weinig te bespeuren men vond slechts
eene moeiljjk te rechtvaardigen opdrijving van
het eindcijfer en geen uiteenzetting omtrent de
taak der zeemacht bjj de verdediging. Evenmin
bleek iets van ingrijpende vereenvoudigingen, en
daarbjj waren vele uitgaven hooger geraamd zon
der dat dit onvermijdelijk bleek.
Verscheiden leden verklaarden zich ongeneigd,
gelden toe te staan voor schepen, die den vijand
in diep water moeten bestrijden dit was h. i.
financieel voor ons te kostbaar, en bovendien
nutteloos. Andere leden wilden althans zooveel
diepgaande schepen gereed hebben dat zoo noodig
tegen kleinere staten kon worden opgetredenen
in elk geval was het h, i. een illusie, te meenen
dat door het andere stelsel het eindcjjfer aanmer
kelijk kon dalen.
Uit het Eng els ch.
De bisschop slaakte een kreet van verlichting.
Dit was een uitkomst. Onder andere omstandig
heden zou hij zich zeker verwonderd hebben hoe
kapitein Burbury zoo vlak bij zijn woning
doolde en wel op dit onbehoorlijke uur. Hij zou
hem zeker verdacht hebben van een brutale
poging om zijn dochter te spreken tegen den
uitdrukkelijken wenseh harer ouders. Maar
zooals de zaken nu stonden, was de heer Brand-
reth geneigd om ieder, die hem kon herkennen,
met de grootste vreugde aan te roepen. Hij
was in een zachte stemming ten opzichte
van ongegronde vermoedens. Tot zijn schrik
echter keerde kapitein Burbury na een zijdeling-
schen blik op zijn gewaad geworpen te hebben,
Lem den rug toe, blijkbaar afkeerig van hem op
dut oogenblik daar te ontmoeten en stapte zoo
snel mogelijk in de andere richting voort.
Er was geen tijd te verliezen. Er moest ge
handeld worden, kapitein Burbury moest ertoe
gebracht worden om hem te herkennen en dus
rnkte de bisschop zich los van den politieagent,
die hem echter nog altijd stevig bij den arm
vast bield, en liep zoo hard hij kon naar den
eenigszins wegsluipenden kapitein, gevolgd door
den vertoornden constabel, die hem uit alle
macht terugtrok en intusschen geweldig met zijn
sabel sloeg.
„Kapitein Burbury, kapitein Burbury,
Een vraag, die meer en meer beslissing eischt,
betreft het materieel in Indië. Men betoogde dat
dit geheel ten laste der Indische begrooting moet
komen, en toonde voorts aan dat de ramschepen
schatten verslinden, zoodat zjj zoo spoedig mogelijk
uit de actieve zeemacht moeten worden afgevoerd.
Vragende waarom de minister juist 20 kleine
en 26 groote torpedobooten noodig acht, werd
eenerzjjds twijfel geopperd aan de deugdelijkheid
van dat verdedigingsmiddel, zoodat het raadzaam
Bcheen niet te snel aan te bouwen, anderzjjds
de onontbeerlijkheid in elk geval aangewezen en
dus betreurd dat de aanbouw niet sneller geschiedt.
Terwjjl vele leden niet konden inzien, waartoe
de vier groote schepen, ad 10 millioen, moeten
dienen in het stelsel van den minister, achtte
men in elk geval het oogenblik ten eenenmale
ongeschikt om nu tot den aanbouw te besluiten,
nu de begrootingen slechts credieten moeten ver-
leenen en hoewel enkele leden een ander gevoelen
voorstonden, verzochten de groote meerderheid en
de rapporteurs den minister, de intrekking van
bedoeluen post in ernstige overweging te nemen.
Velen waren teleurgesteld dat de hervorming
van de werf te Amsterdam weder wordt verschoven,
niettegenstaande deze uit een financieel oogpunt
dringend noodig is. Ten aanzien der weit te
Hellevoetsluis werd gevraagd of onderzocht is in
hoever verplaatsing naar Dordrecht aanbeveling
zou verdienen.
Men vroeg of de inkrimping van het getal
werklieden aan de werven niet moet gepaard gaan
met vermindering van het getal ambtenaren.
Men merkte op dat voor verstelling enz. van
de Tromp en de Koningin Emma f 619.000 wordt
aangevraagd, ofschoon die schepen eerst 8 en 10
jaar oud zjjn.
Men vroeg waarom de minister de torpedo
booten niet, te geljjk met de machines en ketels,
door de particuliere njjverheid deed aanmaken.
Afgescheiden van de bovenvermelde algemeene
bezwaren ontwikkelde men nog andere beden
kingen tegen het voorgestelde groote schip. De
beschrjjving weid zeer vaag en algemeen geoor
deeld. Ook vroeg men naar den uit lag der
ptjjsvraag, door den vorigen minister onder de
marine-ingenieurs uitgeschreven. Eind&ljjk werd
ook de meening geuit dat de bouw niet in het
buitenland behoefde te geschieden, want dat onze
ingenieurs en scheepsbouwmeesters daartoe wel
in staat zjjn.
De meeste leden hadden geen bezwaar tegen
een stoomvaartuig voor de visscherjj-politie. Maar
de kosten schenen te hoog.
Men drong aan op inkrimping van het getal
sjouwerlieden op de werven.
Als plaats voor berging van steenkolen en
projectielen werd Dordrecht aanbevolen boven
Botterdam.
Op beperking van de hoogere rangen van het
korps zeeofficieren werd aangedrongen.
Verscheiden leden zagen niet in waarom men
eerst in 1889 een opleidingschip kan opheffen.
Sommige leden bleven bezwaar zien in uitbreiding
van het getal officieren machinist. Anderen daar
entegen wilden er ook een op elk der monitors,
waardoor wellicht vroeger onheilen voorkomen
waren geworden.
Verscheiden leden zagen de noodzakelijkheid
niet in om twee schepen meer te laten varen,
wat 147.000 kost.
Het verslag van het toelatingsexamen voor
Willemsoord had een zeer ongunstigen indruk
gemaakt. Men drong er op aan, de eischengeljjk
te stellen met die voor de militaire academie.
Men kwam op tegen opheffing van den loods-
dienst Oostmahorn.
Gaarne zou men eenige nadere inlichting
ontvangen omtrent de kustwacht.
Gisteren, 1 November, is uit den trein, die te
2.14 uit Middelburg vertrekt, tusschen Sloedam
en station 's Heer Arendskerke gesprongen Levinus
de Fejjter, oud 25 jaar, landbouwerszoon te Ter-
neuzen, terwjjl hjj tot het ondergaan eener ge
vangenisstraf van zes maanden, hem door de
arrondissements-rechtbank te Middelburg ter zake
van oplichting opgelegd, naar de cellulaire ge
vangenis te Goes werd overgebracht door de
rjjksveldwacht te Vlissingen. Waarschjjnljjk zal
hij zich naar Antwerpen begeven.
Signalement: lengte 1.60 1.61, haar donker
bruiD, oogen bruin, zwarte stoppelbaard en knevel,
lidteexen aan een der handen over den knokkel
gldeide bisschop ademloos, toen hij hem dicht
genoeg genaderd was „wacht even 1 Wat ik u
bidden mag. Wees zoo goed om den politie
agent te verklaren wie ik ben".
Kapitein Burbury keerde zich langzaam om en
zag zijne beiden volgers blijkbaar met weerzin
aan. Eeu oogenblik scheen bij den bisschop
bijna niet te herkennen, daarop boog hij vrij stijf
en zei op gedwongen toon. „De bisschop
Hoe zonderlingGoeden avond. Ik veronder
stel dat die beambteu den weg wijst
naar uwe nieuwe woning".
Het scherpe oor van den agent ving al die
afgebroken volzinnen op en dacht: „Die wil er
zelf niet inloopen. Hij was er niet opgesteld dat
die ander mij liet zien dat hij een kameraad van
hem was, nadat ik hem gepakt bad."
„Kapitein Burburysprak de heer Brand-
reth hijgend „ik ben ongelukkig het nummer van
mijn nieuwe woning vergeten en was zoo onvoor
zichtig om van het Hoogerhuis terugkeerende
den huissleutel, dien mijn vrouw mij meegaf, op
alle deuren te probeeren om te zien op welk slot
bij paste, toen deze agent mij gewaar werd en
tot mijn leedwezen een verkeerde uitlegging aan
mijn handeling gaf. Hij gelooft dat ik bier
ronddwaal om een misdaad te plegen. Heb als
't u blieft de goedheid van hem te zeggen wie
ik ben."
„Dit is de bisschop van Whitchester" ant
woordde Harry Burbury sterk blozende en met
klimmende verlegenheid, daar hij verwachtte dat
de bisschop hem zou aanvallen en vragen wat
by daar deed.
van den wjjsvinger, nagel van een der pinken
geheel gespleten.
De officier van justitie te Middelburg verzoekt
opsporing, aanhouding en bericht.
De storm van Zondag heeft ook vrij wat
schade aangericht aan de verdedigingswerken van
den calamiteusen Burgh en Westlandpolder; 270 M2
glooiing van Vilvoordachen steen zjjn beschadigd,
terwjjl omstreeks 1000 M. rjjsschutting langs den
duinvoet, zjjn weggeslagen. Hierdoor is de aan
winst van den duinvoet, die zich in den afgeloopen
zomer zoo mooi liet aanzien, bpna geheel verloren
gegaan.
Het water bereikte eene hoogte van 1.20 M
boven hoogwater.
Het tjalkschip De twee gebroeders, schipper
Jan de Lege, van wiens wedervaren Zondag op
de plaat van Ternenzen en aan den Kleine Huis-
8enspolder wjj melding maakten, is gelicht en op
de slikken gezet. Het zal op de werf gebracht
worden om te zien of het nog te herstellen is.
Mej. B. BootYan Westen, gemeentevroed
vrouw te Zaamslag, is in geljjke betrekking be
noemd te Hoofdplaat, op eene jaarwedde van ƒ450.
De meeste jagers zjjn min of meer rbeu-
matisch. De warmte, de koude en de vocht
veroorzaken pjjnen, die een ieder op zjjn manier,
meestal zonder gevolg, tracht te verdrjjven.
Volgens de Ned. Sport is zulk een ljjder aan
rheumatiek,. geheel hersteld, door het volgende
middel
Hij liet een pak brandnetels halen, liet die tot
een bos bjj elkander binden en zich daarmede op
de lendensfreek slagen toebrengen, dat het een
lust was. Twee of drie minuten na deze operatie
had hjj veel pjjn, een gevoel alsof hjj zich gebrand
haddaarna werd het pjjnljjke gedeelte zeer
warm en begon het vreeseljjk te jeukendat was
niet onaangenaam voor het gevoel. De huid werd
zeer rood en geheel bedekt met witte blaren, die
succeBsieveljjk verdwenen.
Onmiddelljjk na deze behandeling kon hjj zonder
pjjn opstaanhjj had reeds een geheel ander
gevoel als te voren, en 's avonds liep hjj als
gewoon. Den volgenden morgen was hjj, bij een
buitengewone warmte, op jacht. Dit is dus een
goedkoop middel, dat tevens zeer gemakkeljjk te
verkrjjgen is, en den ljjder aan rheumatiek ten
zeerste wordt aanbevolen. Zoo het de eerste maal
niet mocht helpen, herhaalt men den volgenden
morgen dezelfde behandeling.
Het door den le luit. der infanterie P. E.
H. Liebert uitgevonden repeteergeweer heeft bjj
de proeven aan de normaal-schietschool te's Hage
minder goed voldaan, en komt dus niet voor eene
proef in het groot bjj den troep in aanmerking.
Tegen een koopman en likeurstoker te
Haarlem, die aan iemand, welke bjj hem kwam
om Catz-elixer te koopen, doch het echte product»
dat hem eerst voor 95 cent het halve fleschje
werd aangeboden, te duur vond, had aangeboden
Catz-elixer van eigen maaksel, voor 60 cents de
halve, flesch werd door het O. M. bjj de rechtbank
te Haarlem geëischt 200 boete, subs. 2 maanden
hechtenis, en plaatsing van het veroordeelend
vonnis in de Haarl. Ct en in het N. v. d. D.
De verdediger zag in de geheele vervolging
niets dan eene reclame voor den fabrikant van
het elixer.
Op het eiland Rozenburg heeft een arbeider
tegen een geneesheer een eisch tot schadever
goeding van 5000 ingesteld, omdat de genees
heer hem, naar zjjne meening, door eene ondoel
matige behandeling bjj schouderontwrichting,
ongeschikt heeft gemaakt voor zjjn dageljjksch
werk.
Onder Schagen sloeg Maandagavond bjj een
hevig onweder de bliksem in eene boerenhofstede,
die geheel afbrandde.
Er schjjnt plan te bestaan om het loods
wezen van Hellevoetsluis naar Maassluis te ver
plaatsen.
De afscheidsvoorstelling van Ernst PosBart
te Amsterdam was zoo druk bezocht, zegt het
D. v. N., dat de rjjtuigen van het théatre af uit
„Ho, ho, hodacht do agent. „Bisschop
en kapitein, kapitein en bisschopDie is goed
gevonden. Het is een bende. Een mooi span
Dat zijn een paar slimme vogels en ik zal wel
zorgen dat ik hen niet laat ontsnappen, nu
ik hen eens heb. Twee groote gauwdieven
tegelijk in handen te krijgen, dat is geen kleinig
heid, zelfs voor den jongsten en ijverigsten van
ons corps. Ik zal wachten tot Q 94 mijn ratel
bsantwoordt en intusschen doen alsof ik hen
laat loopen".
En de agent speelde zijne rol zoo natuurlijk
dat de bisschop inderdaad meende dat de zaak
geschikt was en zich reeds begon geluk te wen-
schen over die toevallige nachtelijke ontmoeting
met kapitein Burbury.
„En wat is het nummer van den Edel
achtbaren heer vroeg de agent met een nau
welijks onderdrukten spotachtigen nadruk op deo
eere titel.
„Twee honderd zeventig," zei Burbury bevend.
„Twee honderd zeventig", herhaalde hij
langzaam. »Twee honderd zeventig i Zoo Is
het dat Wel dat is juist het nummer waarvoor
die militair stond te loeren. Misschien hebt gij
ook wel een huissleutel bij u die op dat slot
past, kapitein
Voordat de bisschop deze schandelijke aantij
ging kon afwijzen kwam Q 94, door den ratel
van zijn kameraad gewaarschuwd, in allerijl aan-
loopen.
„Goed zoo, Simson," riep de eerste agent
uit en wierp het masker af. „Hier heb ik een
mooie vangst. Deze eerwaarde heer is de bla
de Amstelstraat, langs den geheelen Binnen-
Amstel tot aan de Munt stondenhet was een
komedie van ongeveer honderd paardekrachten.
Hoe overvol het was bleek vooral, toen de gor-
djjn voorgoed viel en allen oprezen om onder
luiden jubel den kunstenaar te huldigen. Heeren
zwaaiden met hoeden, dames met stralende aan
gezichten wuifden met zakdoeken. Vijf it zes
malen moest de gevierde kunstenaar terugkomen.
Op zeer eigenaardige wjjze is dezer dagen
aan den kunstschilder A. Mauve te Laren (Gooi
land), de gouden medaille uitgereikt, door hem
in den Parjjschen salon behaald voor zjjn stuk,
getiteld: „De schapen op de hei."
Eenige kunstvrienden hadden dit nl. opgedragen
aan den persoon, die voor deze schilderij als model
had gediend, aan Gjjs, Kok den schaapherder,
wiens kudde op het doek vereeuwigd is,
Het bestuur der Belgische posterpen heeft
met 1 November het port van dagbladen naar
Nederlandsch-Indië van 5 tot 10 centimes verhoogd.
Lord Lytton, de nieuw benoemde Britsche
gezant te Parjjs, beoefent naast de diplomatie
ook de dichtkunst. Hjj schrjjft onder den pseu
doniem van Owen Meredith en is een hartstoch-
teljjk bewonderaar van de Franschen en den
Gallischen geest. In zjjn gedicht Lucile zegt hjj
over de Fransche kookkunst: „Men kan zonder
poëzie, muziek, geweten, liefde en vrienden leven
maar niet zonder kok. Boeken laten vermoeienis
na, hoop teleurstelling, liefde smart, maar wie
wil zjjn diner ontberen!"
Vleiender nog luidt zjjn uitspraak over de
Fransche taal. De held van het gedicht, lord
Alfred Wargrave, ontmoet een vreemdeling, wiens
wjjze van groeten en spreken hem spoedig aan
zjjn geliefde Parpzenaars herinnertdadeljjk
roept hjj vol geestdrift uit: „Ik zwierf door
de geheele wereld, hoorde menig zeldzaam
.woord uit zeldzamen mond, spande lippen
en tong in om zelf menig zeldzaam idioom
te spreken, zuchtte in menige zeldzame taal en
vervloekte de wilde gezellen, die den toren van
Babyion bouwden. Maar de liefste aller talen is
die, waarin gjj, o ma toule chérie eens, toen wjj
uren lang te midden der bloemen zaten, mjj toe
fluisterde „Je t'aime." De Italianen hebben
stemmen als pauwen, de Spanjaardenruiken naar
knoilook, Zweden en Denen hebben iets ruws,
iets Russisch in hun tongval voor den mond, die
niet van Odin afstamt, het Duitsch maakt mjj
verkouden en doet mjj hoesten, Russisch is niets
dan niezen. Maar bjj Bel en Babell Ik hoorde
nooit en zal nimmer hooren een woord van het
liefelpk Parjjsche idioom, zonder innerljjk aan het
trillen van mjjn hart te voelen, dat de eigen taal
van mjjn hart tot mjjn hart heeft gesproken. En
wanneer ik in het Fransch op deze wjjze hoor
spreken, bemerk ik, hoe ik zachtkens aan verliefd
word'
Uit Durban seint men, daar Dinizoeloe enünda-
buko geen gevolg hebben gegeven aan de oproe
ping van den gouverneur van Natal om naar
Ekowe te komen ten einde zich omtrent hunne
weerbarstigheid te verantwoorden, zullen de Engel -
sche troepen uit Ekowe naar Dinizoeloe's schuil
plaats oprukken. Er wordt een gevecht tegemoet
gezien.
Ten gevolge van een bergstorting bjj Sissikon
is het verkeer op de Gotthard-baan versperd.
Aan den Berliner Eörsenkurier meldt men, dat
bjj Lucern een brug der Gotthardbaan is ingestort.
Nog een andere Indische vorst behalve de
Nizam van Hyderabad heeft een aanzienlpke geld
som aan de BritschIndische regeering aange
boden ter verdediging der grenzen. Het is de
Rajah van Kaparthala, een kleinen staat, die tege-
ljjkertjjd zjjn leger ter beschikking der regeering
heeft gesteld.
De Londensche constable Endacott, bekend
door zjjn arrestatie van Miss Case, stond gisteren
terecht en werd vrjjgesproken.
Het laatste bericht over den toestand van
mvr. Lind—Goldschmidt (Jenny Lind) luidt, dat
zjj physiek zeer achteruit gaat.
schop van Whitchester en hij slenterde hier op
het Eatonplein rond met de bedoeling om ergens
in te breken. Deze krijgsman is zijn vriend, de
kapitein, die kan instaan voor zijn volkomen
eerbiedwaardigheid. Ho, ho, ho! De kapitein
sloop hier zelf langs de huizen en wilde zijn
weleerwaarde in het eerst niet herkennen. Maar
de bisschop drong er zelf op aan. 't Is een ware
bende, ik ben zeker dat de bisschop die dokter
is, dien wij al sedert drie maanden zoeken, voor
den diefstal van dat zilver. Ik zal zjjn weleer
waarde meenemeD, Simsonpak gij dan den
kapitein beet, wilt gij
Harry Burbury zag dat verzet of eenige ver
klaring te vergeefs zoa zijn. Hij ging gewillig
mee naar het bureau en de bisschop volgde
sprakeloos van woede, zoo vlug als zijne deftige
beenen zich konden bewegen.
Aan bet bureau gekomen merkte hij tot zijne
groote verbazing dat zijne onscbuldsbetuigingen
en het vermelden zijner waardigheid met een
minachtende onverschilligheid bejegend werden, die
hem geheel uit het veld sloeg. Hij werd met
minder ontzag behandeld dan de minste dorps
geestelijke en wendde zich tot Harry Burbury om
deelnemingmaar Harry zag hem met een bitteren
lach aan en zei schamper
„Ja ziet ge, het is zoo gemakkelijk om iemand
te veroordeelen, op een bloote verdenking.
De bisschop voelde zijn geweten knagen en dat
werd er niet beter op, toen de inspecteur kalm zei
„Ik heb de zedelijke overtuiging dat mijne
beambten gelijk hebben; maar met het oog
op uw gewaad» eeu zeer slimme vermomming