Briefwisseling. Gemeenteraad van Zierikzee. ïvT Handefsberichten Noteering op 25 Oct. Koffie. Havre dalende. Oct. fres. 102, Dec. fres 102, Jan. fres. 102. New-York prijshoudend, loco 19). Nov. 16.45, Jan. 16.40. -— Londen flauw. Hamburg flauw. Antwerpen flauwer. Amsterdam goed ord. Java 51 et. Rotterdam dito 51 ct. Er bestaat volgens het gevoelen van de commissie geen reden om (ook voortaan) niet het geheele batig slot, voor zoover daaraan niet reeds eene andere bestemming is gegeven, naar de begroo ting voor 1888 over te brengen. Een juister overzicht betreffende hetgeen uit vorige dien sten is overgebleven, wordt zoodoende verkregen. Hoofdstuk II, art. 9. Batig slot van de ex ploitatie van de gemeentelijke gasfabriek te ver minderen met f 5700. Deze vermindering wordt, in verband met de hieronder voorgestelde vermindering van den post voor de straatverlichting, in overweging gegeven. Hoofdstuk V, afd. I, art. 4. Geldleening ter voorziening in de kosten van aanleg eener duin waterleiding (weg te laten de woordenen van d e exp lo i tatie g edure nde de eerste jaren). Zoolang het niet als zeker mag worden aange nomen dat de kosten van exploitatie niet uit de ontvangst wegens te leveren water en zoo deze ontvangst niet toereikend zijn mocht uit den gewonen dienst der gemeente (baten van de gasfabriek thans ingesloten) zouden kunnen worden bestreden, acht de commissie het verkieslijker om niet (geljjk burgemeester en wefhouders voor stellen) in de omschrijving van dezeu post d e kosten van e xp lo i t a tie g ed u r e n de de eerste jaren te vermelden. Wat aangaat uitgaven Hoofdstuk I, afd. I, artikel 6. Jaarwedden van de boden, den concierge van bet raadhuis enz. te verminderen met ƒ250. Hoofdstuk IV, afd. II, art. I. Kosten van aanleg van een gemeentelijke duinwaterleiding te verhoogen met 12.000. Nu het aangaan van eene geldleening Voor aanleg van de waterleiding aanstaande schijnt, komt het der commissie verkieselijker voor om tot de door burgemeester en wethouders voorge stelde buitengewone aflossing van het restant der leening van 1881 niet over te gaan doch het door hen hiervoor bestemde bedrag onder dezen nieuwen post uit te trekken. Hooidscaü V, afd. IV, art. 1. Kosten van de straatverlichting te verminderen met ƒ5700. De commissie stelt voor om dezen post tot ƒ300 te verminderen, zijnde het bedrag dat voor de petroleum-verlichting in de buiten wij ken vol doende kan worden geacht. Omtrent de motieven, welke haar tot het doen van dit voorstal hebben geleid, raadplege men haar rapport betreffende de begrooting van de gasfabriek. Zoodoende zoude de uitkeering van 180 aan de gasfabriek voor het aansteken en blusschen van politie-lantaarns ook niet meer plaats hebben. Hoofdstuk VI, afd. II, art. 1. Subsidie aan het burgerlijk armbestuur te verhoogen met 171.32, Voorgesteld om overeenstemming te krijgen tusschen deze begrooting ea die van het burger lijk armbestuur. Hoofd tuk VIII, Afd. I, art. 4 (nieuw). Rente tegen a% 's jaars van een kapitaal oorspronkelijk groot 55.000, opgenomen in 1881, te verhoogen met 480. 4% rente van 1200. Zie toelichting bij hoofd stak IV, Afd. II, art 1. Hoofdstuk VIII, Aid II, art. 3. Voor aflossing van een deel van het in 1881 geleverde kapitaal te verminderen met 12 000. Hoofdstuk IX art. 17. Kosten vallende op de geldleening ter voorzieuing in de kosten van aanleg eener duinwaterleidingte doen ver vallen. Het schijnt der commissie regelmatiger toe om ook deze kosten te bestrijden uit art. 1, Aid. II van hoofdstuk IV. Hoofdstuk X, art. 1. Onvoorziene uitgaven ter bestrijding van onvoorziene behoeften en rampen te verhoogen met 8011.83). Tengevolge van deze wijzigingen zou het eind cijfer der begroeting alzoo vermeerderen met 2713.15). Naar aanleiding van het rapport en advies van de commissie van financiën betreffende de ge meente begrooting, deelen burg. en weth. mede dat zij zich in het algemeen daarmede vereenigen. Alleen is dit bepaald niet het geval met de voorgestelde vermindering van hoofdst. I afd. I zenpak aanEen heel klein ventje van drie jaren De boer krabt zich het hoofd, denkt een poos na en zegt: „Wel ja, wel ja. Een klein jongetje, zoo wat zoo groot." Hij wijst met zijn hand een eindje boven den grond en vervolgt - „Ja wel! Ik heb er niets van gezien." jO, mijn God, mijn Godl" Niet ver van daar komt een oude vrouw met een kar aan. Zij wordt ondervraagd en prevelt „Heb niets van dien aard gezien, maar ik ben kunstenmakers tegengekomen, met een paar leelijke beeren. Zij gingen regelrecht naar Fontaine-el-Due. Riri gestolen Door kunstenmakersDat men daar niet eerder aan gedacht hadDie moge lijkheid werd met een schrik en een somber stilzwijgen aangenomen, alsof er een doodtijding verspreid was. De inlichting van die oude vrouw is echter van veel belang. Men spoedt zich naar het dorp terug. Ik bied het rijtuig aan dat voor mij gereed staat. De twee grootvaders klimmen er in en de vader van Riri weet er ook Dog bij te komen, al is er bijna geen plaats voor hem om te zitten. Ik neem mijn hoed af, bij het wegrijden van dat bleeke gelaat, dat mij nu volstrekt niet moer zoo onbeduidend voorkomt. Zijn bleekheid heeft den eerbiedwaardigen tint van altaarkaarsen ge kregen. Leg de zweep er over, koetsier I De reizigers worden spoedig door een stofwolk aan onze oogen onttrokken. Onze vurige wenschen snellen hnn vooruit. Het gezelschap, dat mij omringde, is uiteengegaan zonder dat ik het gemerkt heb. Toen ik mij omkeerde was ieder weer op zijn eigen gelegenheid gaan zoeken. art. 6 der uitgaven. Ook geven zij nog in over weging om den door de commissie bedoelden nieuwen post onder hoofdstuk IV afd. II art. 1 der uitgaven tot f 18.000 te verhoogen en dien tengevolge hoofdst. X art. 1 op f 6000 minder te brengen dan is voorgesteld. Ofschoon zij toch erkennen dat een vrij aan merkelijke verhooging van den post voor onvoor ziene uitgaven, met het oog op het brengen van het geheele batig slot van de laatst afgesloten rekening op de begrooting in het algemeen wen- schelijk is, achten zij het met het oog op te voorziene uitgaven, welke een gevolg zullen zijn van den voorgenomen aanleg der waterleiding, meer urgent om dezen post te verhoogen dan den post voor onvoorziene uitgaven. Mochten soms onvoorziene uitgaven tot een hooger bedrag dan van f 4000 noodig blijken, dan nog zal het vermoedelijk batig slot over 1887, hun wel, naar zij vertrouwen, in staat stellen om aan die noodzakelijkheid te voldoen. Met het oog op de vastgestelde begrootingvan de gasfabriek voor 1888 geven burg. en weth. verder in overweging om hoofdst. II art. 9 der ontvangsten te ramen op 8730.55. Zitting van Dinsdag, namiddags 2 uren. Voorzitter mr J. P. N. Ermerins, burgemeester. Afwezig de heer Schneiders van Greyffenswerth. In de eerste plaats werd besloten tot het ver- leenen van afschrijving van den hoofd, omslag aan J. van Beveren tot een bedrag van ƒ14, aan Boerée tot een bedrag van ƒ8.75, aan De Goede tot een bedrag van f 1.86) en aan wed. Platschorre tot een bedrag van f 1.86). Goedgevonden werd over te gaan tot verdere bestrating van een gedeelte van den Oosthavendijk over eene uitgestrektheid van 200 meter, waarvan de kosten op f 75 werden geraamd. Vervolgens werd medegedeeld dat de boeken en kas van den gemeente-ontvanger zijn opgenomen en in orde bevonden en zich op 26 Sept. ƒ2342.83 in kas bevond. De zitting ging daarna over in eene met gesloten deureü. Na heropening werd vastgesteld het suppletoir kohier van den hoofd, omslag voor 1887 op 238.35. Hierna werd de zitting verdaagd tot 's avonds 7 uren. Avondzitfcing-. Afwezig de heeren Schneiders van Greyffens werth en dr Goemans, Nadat een voorstel van burg. en weth. om grond in erfpacht te geven aan W. Onderdijk en wed. Velthoven, voor de leden ter visie was gelegd, werd overgegaan tot de behandeling van de gemeentebegrooting. De commissie, belast geweest met het onderzoek der begrooting, bracht, bi) monde van den heer Zuurdeeg, verslag uit, waarin zij mededeelde dat naar haar oordeel deze begrooting geene aanleiding geeft tot beschouwingen van algemeenen aard. Zij geeft den uitslag van haar onderzoek in den vorm van opmerkingen en voorstellen bij de behandeling der afzonderlijke hoofdstukken aan. Niemand der leden verlangde algemeene be schouwingen te voeren, waarom wqrd overgegaan tot de artikels gewijze behandeling, te beginnen met de Uitgaven. H. I afd. 2 art. 12. Kosten van het aanleggen en bijhouden der kiezerslijsten enz. De commissie vraagt ot bij het stellen van dezen post er aan gedacht is, dat bij eventueele aanneming der geprojecteerde nieuwe grondwet nieuwe kiezerslijsten zullen moeten worden aan gelegd. Nadat de voorzitter had medegedeeld dat burg. en weth. aan vermeerdering van uitgaven hebben gedacht en zoo noodig at- en overschrijving plaats hebben kon, werd deze post goedgekeurd. H. Ill atd. 1. Hierbij, meent de commissie, dient uitgetrokken te worden voor memorie de jaar wedde van den te benoemen marktmeester. De voorzitter gaf te kennen, dat burg. en weth. zouden voorstellen bij H. IX, art. 6 eene III. De ontwikkeling van dit drama, op zichzelf zoo eenvoudig, maar tevens zoo hartverscheurend, en in zulk een akelig, geheimzinnig waas gehuld, had mij bijzonder geschokt. Geheel mijn zenuw stelsel, al mijne spieren, die zooveel weken samen getrokken waren geweest, kregen vrij spel en hernamen hun gewone spanning. Het was alsof mijn bloedsomloop geregelder werd en overvloe diger en zuiverder stroomen door mijne aderen deed vloeien, nu die sterke medelijdende aan doening alle zwartgallige vooroordeelen en zelfzuchtige bekommernissen uit mijn hart ver dreven had. Met langzamen tred volgde ik het slingerpaadje dat naar het liefelijke kerkhof van Veules leidt. Boven op een duin gelegen, zonder eenig graf monument, dat het grootsche uitzicht op de voile zee beneemt, bevat het niets dan kleine kruisjes, half in het zand bedolven, zoodat niets dan de zijtakken boven den grond uitsteken. Bij den ingang bevindt zich een verlaten kapel, zonder dak of voorgevel, doch waarvan nog drie muren zijn staande gebleven, terwijl slingerplanten en onkruid in de nissen, de plaatsen der verwoeste heilige beelden innemen. Ik zocht daar een weinig beschutting tegen den wind, die over de vlakte woei. Het begon reeds donker te worden. De lucht was vervuld met welriekende geuren en er was in die heele om geving iets geheimzinnigs. By het kraken mijner voetstappen op het zand verrees er te midden van die bouwvallen voor mpn oog een rond, blozend engelen kopje, dat echter terstond tusschen de graven verdween. Een bijgeloovige huivering deed mij kippenvel krijgen. Dat onverwachte vizioen, op dit uur, op deze plaats beloon ing van ƒ100 uit te trekken en dat de instructie ontworpen is. Dit werd goedgekeurd en mitsdien zal bij de behandeling van dat artikel hierop gelet worden. H. III afd. 2 art. 4. Onderhoud riolen, slooten enz. De commissie wenscht de aandacht te vestigen op den voortdurenden stank aan 't begin der zoute gracht. De voorzitter gaf te kennen, dat burg. en weth. den stank zooveel mogelijk trachten weg te nemen door afdammingen, door spuien en het uithalen van vuil. Met het laatste wenscht men voor- namenlij k nog veelvuldiger voort te gaan en daarom is door de commissie van fabricage nog f 50 meer uitgetrokken dan vroeger. Het artikel werd goedgekeurd. H. III afd. 2 art. 5. Onderhoud wegen en voetpaden. De commissie meent, dat de toestand van den Heereweg dringend verbetering eischt. Ook vestigt de commissie de aandacht op den slechten toestand in den winter van het Vrij als wandelweg. De voorzitter achtte de opmerking der com missie juist en zeide dat ook andere wegen slecht zijn. Na discusbie werd, tengevolge van opmerkingen van de heeren Fokker en Six, besloten met het maken van greppen op enkele wegen en te be ginnen met den Miereweg eene proef te nemen. H. III afd. 2 art. 6. Onderhoud straten enz. De commisbie is het op dat punt in beginsel eens met de commissie van fabricage, echter met deze uitzondering, dat in straten, waar geen klin kerpaden liggen, nieuwe of oude, doch in ieder geval platte keien zullen worden gebruikt. Voorts acht zij het zeer noodzakelijk nog vóór den aanst. winter enkele strateD, zooals de Molen straat enz,, te herstellen. Verder vraagt zij of het geen overweging ver dient, om, in het belang van het plaveisel der gemeente, de te nemen richting door de gemeente van wagens, met beetwortelen beladen, bij politie- voorschrift aan te geven. En eindelijk acht de commissie strenger toe passing dan tot beden van art. 38 der algemeane politie-verordening, vooral in het belang der klinkerpaden, zeer wenschelijk. Nadat de voorzitter inlichtingen had gegeven en discussiën hadden plaats gehad en hij betref fende het rijden van wagens met suikerbieten had toegezegd de opmerkingen der commissie nader te zullen overwegen en ook op het berijden van klinkerpaden te zullen aandringen op scher per toezicht, werd dit artikel goedgekeurd. H. III afd. 3 art. 7. Onderhoud fonteinen, wandelplaatsen en beplantingen. De commissie stelt voor dat art. terug te bren- I gen tot de som, door den gemeentebouwmeester uitgetrokken, en alzoo te verminderen met 200. Na discussie werd het voorstel om dien post met ƒ200 te verminderen verworpen met 8 tegen 3 stemmen (Van Manen, Zuurdeeg, Fokker). H. III afd. 3 art. 3. De commissie hoopt dat er eindelijk een bestemming zal gegeven worden aan het Zeiketerrein, waardoor de tegenwoordige onaanzienlijke toestand beëindigd worde. Na toelichting door den voorzitter en discussie zeide de voorzitter te zullen trachten in eene eerstvolgende zitting opgaven te doen betreffende het plan en de kosten van aanleg van het terrein. Het artikel wordt goedgekeurd. H. III, afd. 2, art. 14 werd goedgekeurd, nadat een opmerking van den heer Van Manen, betref fende proefnemingen met het Sas was toegelicht. Op eene vraag van den heer De Crane of de ver dieping aan de peilers der brug in 1886 ia toe genomen, antwoordt de voorzitter dat deze nader is opgenomen en gebleken is thans niet zooveel gevaar op te leveren. H. V, afd. 1, art. 8. Kleeding en wapening van dienaars van politie. De commissie stelt voor dezen post met 40 te verminderen, zijnde de kosten van 't aanschaf fen van vier helmen voor de agenten, hetwelk de commissie geheel onnoodig voorkomt. Na discussie werd het voorstel der commissie om de helmen niet aan te schaffen verworpen met 8 tegen 3 stemmen. (S. J. Ochtman, Zuurdeeg en Fokker). H. V, afd. 2, art 1. Kosten der schutterij. Betreffende deze begrooting wenscht de com- Tot tweemaal toe verjoeg ik de spookgestalte, waarvan de omtrekken weer in den nevel ver dwenen. Eensklaps was het alsof ik een ingeving kreeg eu werktuigelijk slaakte ik den kreet: „Riri". Ik boog voorover om beter te hooren en te zien. En onmiddellijk kwam er een kind, een dwerg op mij af, wierp mij een hand vol klaprozen toe; maakte rechtsomkeert en trachtte zich weer snel uit de voeten te maken. Ik pakte echter het kleine wezentje, dat zich wrong als een hagedis, beet en snelde er zoo hard als ik kon mee naar het dorp. Ten prooi aan de meest trotsche verrukking over mijn ge lukkige vondst, zocht ik de eenige armen op die het recht hadden om mij dien lichten tegenspar telenden last te ontnemen. En terwijl ik heel voorzichtig dat gezegende voorwerp van den heerlijksten eeredienst droeg, en het beschouwde als een levend ieliquie, waarvan de wonderdadige aanraking al mijne kwalen scheen te genezen toen werd ik tot tranen toe geroerd. Oja, het was dwaas heel dwaaswant daar betrapte ik er mij eensklaps op dat ik met werktuigelijken ernst, onder den invloed zijner streelende, guitige oogen, zeide „Geef mijnheer een oentje, Riri. Wil je het wel eens gauw doen Anders zeg ik het aan papa en dan krijgt Riri tap, tap Na dit avontuur was ik spoedig geheel hersteld. Wanneer ik het wat al te uitvoerig heb meege deeld, dan heb ik dat alleen gedaan in navolging der vrome boeken, waarin verhaald wordt van wonderdadige genezingen, en tot stichting dergenen, die gelooven in onbekende kwalen en goddelijke geneesmiddelen. EIXDE missie inlichting te ontvangen omtrent de nitgave voor de versierselen der onderofficieren, die toch niet tot de onvermogenden behooren; zij acht het cijfer voor onderhoud van kleedingstukken bo venmate hoog. De voorzitter deelde mede, dat het aantal schutters dat gekleed moet worden dit jaar grooter dan anders was. Bij de discussiën werd daarna de wenschelijkheid besproken om in de uitbeste ding van het maken der kleederen verandering te brengen. Het art. bleef onveranderd. De begrooting werd vastgesteld in ontvang en uitgaaf op 1142.40. H. V, afd. 4, art. 1. Kosten der straatverlichting. Bij de begrooting van de exploitatie der gas fabriek heeft de commissie met ingenomenheid, bemerkt dat het gas met 1 cent p. kM. is verminderd kunnen worden. Voorts vraagt zij of de herijk der gasmeters, zoowel in 't belang der gemeente als der gasverbruikerB, op onover komelijke bezwaren afstuit? De prijs van het gas voor 1888 werd vastge steld op 8 cent per K. M. met 10 stemmen tegen 1 (die van Jhr Six). De vergadering werd eenige oogenblikken ge schorst. Bij heropening werd de opmerking der oommissie betreffende den herijk der gasmeters door den heer Mulock Houwer beantwoord en toegelicht. Zij kwam hem onnoodig voor. Bij H. VI, afd. 2, art. 1. Subsidie burgerlijk armbestuur werd genomen het besluit tot subsidie aan dat armbestuur ad 8800, en de begrooting van dat armbestuur goedgekeurd in ontvang'en uitgaaf op 9195.83. H. VII, atd. 2, art 3. Onderhoud van gebouwen en meubelen. De commissie vraagt ot deze verandering is aangevraagd door den leeraar in de scheikunde en zoo ja op welken grond. De voorzitter gaf inlichting. Na discussie werd dit artikel goedgekeurd. Bij H.VII, aid. Ill, art. 1. (Jaarwedde onderwijzers) deelde de voorzitter mede, dat de arrondiasements schoolopziener had te kennen gegeven, dat op de tusschenschool (hoofd de heer Van der Have) in plaats van 1 volontair een onderwijzer moest zijn. Na overleg met de plaatselijke schoolcommissie hebben burg. en weth. geen aanleiding gevonden een onderwijzer aan te stellen. Hij gaf de redenen daarvan op. Dit werd voor kennisgeving aan genomen. Bij H. VII, afd. 3, art. 8, (Verlichting en ver warming), merkte de heer Zuurdeeg op, dat scholieren gebruikt worden voor het halen van kolen en brandstoffen en meende dat daarin op andere wijze moest worden voorzien. Na discus sie zeide de voorzitter dit punt ter sprake te zullen brengen bij burg. en weth. H. VII, atd. 3, art. 9. Kosten van het plaatselijk schooltoezicht. De commissie stelt voor dezen post met f 50 te verminderen en in overeenstemming te brengen met dergelijken post voor het plaatselijk toezicht van het middelbaar onderwijs. De voorzitter gaf inlichting. Na discussie werd het voorstel der commissie om dit artikel met ƒ50 te Verminderen aangenomen met 6 tegen 5 stemmen (Six, Moolenburgh, Houwer, De Craue en Boeije.) Bij H. VII, afd. 5 art. 1, stelde de voorzitter nameDs burg. en weth. voor op een adres van het harmoniegezelschap Kunst en Eer voor éen jaar ƒ100 verhoogiug van subsidie te verleenen. Aldus besloten en mitsdien het artikel goedgekeurd, Bij H. VII, afd. 5 art. 2 werd op het adres van de Maatschappij van Toonkunstatdeeling Zierikzee, ingevolge voorstel van burg. en weth. besloten de gewone toelagen van f 70.70 weder op de begrooting te brengen. Bij H. VII, afd. 6 art. 2 werd besloten op een adres van het bestuur der Ambachtsschool weder een Bubaidie van 200 jaarlijks voor den tijd van 3 jaren toe te kennen. De heer W. A. Ochtman heeft zich als bestuurslid van stemming onthouden. H. VII, aid. 6, art. 3. Toelage aan de ambachts- en industrieschool van E. W. Mus. De commissie is ten opzichte van dezen post, in verband met het bekende adres, niet tot een overeenstemmend besluit kunnen komen. Hierbij werd op een adres van den heer E. W. Mus om vergoeding van lokaalhuur voor zijne ambachtsschool, nadat, op een vraag van den heer Moolenburgh, de voorzitter en de heer W. A. Ochtman de noodige inlichting hadden gegeven, op voorstel van burg. en weth. besloten hem te kennen te geven, dat er thans geene aanleiding bestaat om daarop gunstig te beschiaken maar dat hij een volgend jaar op zijn verzoek kan terugkomen. Het artiael werd goedgekeurd. De vergadering werd nu wegens het verge vorderd uur opnieuw geschorst om in eene volgende vergadering de behandeling der begrooting voort te zetten. Aan een voorstander der Homoöpa- t h i e. Dergelijke pleidooien behooren in ons blad niet thuis. Bij opname van uw betoog zouden wjj eraan bloot staan dat een tegenstander dit bestrijdten zulk een polemiek is meer in een vakblad op zpn plaats. Suiker, geraffineerd. New-York prijshoudend. Londen vast. Parijs vast. Antwerpen vast. Amsterdam zeer vast. Rotterdam vast. M o u t w ij n per 100 L. 7.50. Meel. New-York vast. •BDRUKT BIJ DB GEBROEDERS ABRAHAMS, XB MIDDELBURG.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1887 | | pagina 6