N° 144.
130e Jaargang;
1887.
W oensdag
22 Juni.
Middelburg 21 Juni.
De grondwetsherziening.
Dit blad verschijnt dagelijks;
met uitzondering van Zon- en Feestdagen;
Prijs per 8/m, franco 8.50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent;
Advertentiën 20 Cent per regel.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten, enz.: van 1-7 regels/1.&0
iedere regel meer 0.20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte;
Bij deze courant behoort een BIJVOEGSEL.
MIDDELR11RGSCHE COURANT.
Agenten te Vlissingen: P. G. de Vet Mestdagh Zoon te Goes: A. A. W. Boüand, te Kruiningen: F. van dek Peiji, te Zierikzee: A. C. ra Moou, te TholenW. A. van Nieuwenhuijzen.
Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube Cie., John F. Jones, opvolger
Nadat meer dan drie jaren aan de voorbe
reidende werkzaamheden voor die herziening
is gearbeid, werd dan de vorige week door de
Tweede kamer de eerste lezing van de ont
werpen voor de nieuwe grondwet ten einde
gebracht.
Niet dan na veel beleid en onderling overleg
kwam dit werk tot stand.
Men herinnert zich nog hoe de in Maart
1886 in de Tweede kamer aangevangen
beraadslagingen over hoofdstuk X der grond
wet, en wel in het bijzonder over eene nieuwe
redactie van art. 194, tot geen gewenscht
resultaat leidden. Verschillende amendementen,
voor zulk een redactie ingediend, vonden geen
ondersteuning en een regeeringsvoorstel, meer
dan eens gewijzigd, teneinde toch vooral eene
geschikte oplossing der netelige kwestie te
bevorderen, werd in de kamerzitting van 9
April van het vorig jaar met 56 tegen 30
stemmen verworpen. De regeering trok daarop
haar wetsontwerp tot herziening van hoofdstak
X in; vroeg later haar ontslag, wat de koning
niet aannamen ontbond daarop de Tweede
kamer.
De dagen dier verkiezingen, de algemeene
opgewektheid die er heerschtede krachtige
oppositie welke er gevoerd werd tegen de
ultra's der anti-revolutionnaire partij, wegens
hunne onverzoenlijke houding bij de behande
ling van art. 194 aangenomen, dit alles ligt
nog versch in het geheugen. De uitslag der
stemmingen was, dat den liberalen eene kleine
meerderheid in de kamer werd verschaft, niet
krachtig genoeg om groote hervormingen tot
stand te brengen toch voldoende sterk om, met
de gematigden der rechterzijde, eenige ge-
wenschte verbeteringen tot stand te brengen.
De heer Heemskerk aanvaardde met die
kamer opnieuw het werk der herziening en
den 14 Febr. van dit jaar had de eerste zitting
plaats waarin de openbare behandeling van het
gewichtige werk begon, thans geleidelijk,
zonder dat hoofdstuk X het eerst aan de
orde was. Door de regeering was zelfs geen
ontwerp tot wijziging van art. 194 ingediend.
Dit werk eindigde nu Vrijdag 17 Juni en
achtereenvolgens hielden wij onze lezers op
de hoogte van de gewichtigste beslissingen,
daarbij genomen.
Onder meer zullen thans als van zelf hij
menigeen tweeërlei vragen rijzen:
1° welke phases moet dit belang
rijk werkthansnogdoorloopen;en
2° wat valt er te wachten van
den uitslag da a r v a n i n v e r b a n d
met de thans in de bestaande
grondwet gebrachte wijzigingen?
Op beide vragen wenschen wij hierbij in
't kort een antwoord te geven.
Als straks de eerste kamer die, zooals ge
woonlijk, ook in deze niet het recht van
amendement heeft, de verschillende, thans door
de tweede aangenomen ontwerpen zal hebben
behandeld, worden, na behoorlijke afkondiging
der ontwerpen, door de beide kamers aange
nomen, die kamers ontbonden.
Overeenkomstig art. 70 2e al. der tegen
woordige grondwet moeten de verkiezingen
voor de nieuwe kamers binnen veertig dagen,
nadat het besluit tot ontbinding is geteekend,
plaats hebben en moet de nieuwe vertegen
woordiging binnen twee maanden samenkomen.
Zooals men weet zijn de verkiezingen, die
in Juni hadden moeten geschieden ter voor
ziening in vacatures, ontstaan wegens perio
dieke aftreding, uitgesteld tot den tweeden
pinsüag ia Augustus, de maand, waarin men
verwacht, dat de eerste kamer gereed zal zijn
met haar arbeid.
Deze verkiezingen hebben plaats volgens de
thans vigeerende bepalingen omtrent het
kiesrecht. Hieromtrent verkeerden sommige,
zelfs kamerleden, in dwaling; men meende
dat er gekozen zou moeten worden volgens de
nieuwe bepalingen door de tweede kamer nu
dezer dagen aangenomen.
Die bepalingen, vervat in de additioneele
artikelen, behoorende tot de nieuwe grond
wet, staan in verband met het artikel in die
nieuwe grondwet betreffende de samenstelling
der tweede kamer, een wet die nog geen wet
is. Zij kunnen dus onmogelijk hij zulk eene
verkiezing van kracht zijn.
Het oude kiesstelsel wordt dus daarbij
gevolgd.
Zoodra die verkiezingen hebben plaats gehad,
komen de Eerste en de Tweede kamer ieder
afzonderlijk bijeen.
Ook omtrent dit punt heerscht eenige be
gripsverwarring. Sommigen meenen dat de
beide kamers in vereenigde zitting zouden
moeten samenkomen. Te verwonderen is dit
niet, waar zelfs een man als wijlen de heer
Lenting, zooals uit de derde vermeerderde
uitgaaf van zijn Schets van het Nederlandsch
Staatsbestuur blijkt, die meening hielp bevor
deren door te schrijven„Art. 197 der
grondwet spreekt daarvan niet uitdrukkelijk,
maar uit de redactie ervan blijkt duidelijk,
dat het de bedoeling is dat eene vereenigde
zitting plaatsvindt". De heer Lenting grondde
zijne uitlegging op het woord kamers, in het
artikel voorkomende, en op d'e vereischte'twee
derden der uitgebrachte stemmen.
Die meening is onjuist en dat is duidelijk
in November 1885 gebleken, toen art. 198 der
grondwet gewijzigd is, teneinde eventueele
grondwetsveranderingen ook gedurende een
regentschap mogelijk te maken.
Elke kamer komt alzoo afzondert ij k
bijeen. Tweeërlei bepalingen zijn dan, in
afwijking van den gewonen loop der behande
ling, van kracht: le houdt het recht van
amendement op en 2e wordt voor de goed
keuring van zulke voorstellen tot grondwets
herziening niet de volstrekte moerderheid maar
twee derden der uitgebrachte stemmen
vereischt.
Bij deze ganscbe behandeling van de her-
zieningsontwerpen, gelijk zij thans nog in de
Eerste en later in de nieuwe kamers moet plaats
hebben, vormt elk hoofdstuk een afzonderlijk
geheel, hetwelk, zonder dat daarin thans nog
eenige wijziging kan gebracht worden, moet
worden aangenomen of verworpen.
De aldus door de staten-generaal en den
koning vastgestelde wijzigingen in de grond
wet worden plechtig afgekondigd, o. a. van alle
gemeentehuizen in het land.
Na die afkondiging moeten, volgens de nu
door de Tweede kamer aangenomen additio
neele artikelen, binnen vier maanden de ver
kiezingen voor de nieuwe kamers der staten-
generaal plaats hebbenwaarom de nieuwe
kiezerslijsten zoo spoedig mogelijk worden
opgemaakt overeenkomstig de nieuwe bepalin
gen omtrent kiesbevoegdheid, welke opgenomen
zijn in die additioneele artikelen en die van
kracht blijven totdat de wet daaromtrent nader
zal hebben beschikt.
Op de tweede vraag een antwoord te geven,
valt niet zoo gemakkelijk. De tot nutoe ver
kregen veranderingen dragen het kenmerk van
het karakter, dat deze herziening van het begin
af heeft gedragen. Geen der partijen is daardoor
ten volle bevredigd; elk heeft iets gewonnen;
en slechts door onderling toegeven heeft men
het zoover gebracht, dat de ontwerpen tot
wijziging de Eerste kamer bereikten.
Leest men dan ook de gevoelens over de
resultaten van dezen arbeid in de organen der
verschillende partijen; dan hoort men als 't
ware een en dezelfde echo, die van dankbaar
heid maar tevens van onvoldaanheid spreekt.
Wy hebben gekregen een uitbreiding van
het kiesrecht, dat thans niet meer gebonden
is aan den censusde nieuwe grondwettelijke
bepaling omtrent „kenteekenen van geschikt
heid en maatschappelijken welstand" geeft,
volgens de toelichting van den minister
voldoende, volgens sommigen te veel ruimte. Den
gewonen wetgever is vrijheid genoeg gelaten.
Dat de bepalingen in de additioneele artikelen,
waarin voor de capaciteiten geen plaats kon
gevonden worden, velen niet bevredigen, is
bekend maar dit sluit niet uit dat op dit punt
toch reeds eene aanmerkelijke uitbreiding is
verkregen terwijl de bepalingen daaromtrent
in de additioneele artikelen niet langer van
kracht behoeven te zijn als de staten-generaal
zelve wenschen, evenmin als de nu aangenomen
verdeeling in kiesdistricten.
De parlementaire eed is bij de nieuwe
grondwet niet langer verplichtend gesteld; de
defensie is daarin beter geregeld en eene
afdoende verbetering van onze levende strijd
middelen wordt nu niet meer, zooals door de
tegenwoordige grondwettige bepalingen, ver
hinderd. Algemeene dienstplicht kan, evenals
bij de oude, hij de nieuwe grondwet worden
ingevoerd. Dan is dqor de nieuwe bepalingen
in het hoofdstuk Justitie eene groote verbete
ring tot stand gekomen. Men heeft daardoor
den weg geopend voor eene betere regeling
van de administratieve rechtspraak dan tot
nu toe bestond.
Al deze voordeelen zijn van te groot belang,
dat daartegenover zouden kunnen opwegen
de bezwaren, welke iedere partij tegen de nu
aangenomen ontwerpen zoude kunnen inbren
gen en wij hebben daarom alle vertrouwen
dat deze ongedeerd de verdere vuurproef zullen
doorstaan.
Bovendien, er bestaat tnsschen enkele hoofd
stukken en de additioneele artikelen zulk een
nauw verband, dat, met het oog daarop, menig
kamerlid huiverig wezen zal de te verkrijgen
winst in gevaar te brengen door het een of
ander hoofdstuk af te stemmen.
Onder de hoofdstukken echter, waarmee dit
niet het geval is, behoort het tiende, met
het nu gewijzigde art. 194. Dit staat geheel
op zich zelf.
Wat daarvan het lot zal wezen, niemand
kan het zeggen.
Het onderwijsvraagstuk ter oplossing over
gelaten aan den gewonen wetgever, wien bij
de nieuwe grondwet, ook op tal van andere
punten, meerdere vrijheid is geschonken, zie
daar de strekking van het nieuwe art. 194.
Wil men het Katholieke blad het Gentrum
gelooven, dan moet dit der rechterzijde stof
tot vreugde geven; maar de Tijd juicht daar
over niet.
Te ontkennen valt het in ieder geval niet,
wat wij vroeger reeds opmerkten, dat de
nu aangenomen redactie van art. 194 den
schoolstrijd niet zal doen verminderen, maar
telkens weer bij elke verkiezing op den voor
grond plaatsen. Hadden wij daarom liever
eene andere oplossing gezien, die, tegemoet
komend aan de eischen der rechterzijde, de
belangen der openbare school uitdrukkelijk
aan de zorg der regeering toevertrouwde, door
daarvan in de grondwet melding te maken;
de liefde voor die school en haar beginsel
kan het Nederlandsche volk thans, wordt het
nieuwe artikel wet, tot meerdere belangstel
ling bij de verkiezingen prikkelen.
De kiezers hebben het echter nog in handen
om van hun meening uitdrukkelijk te doen
blijken bij de verkiezing voor de nieuwe kamers.
Wordt het ontwerp SchaepmanDe Vos de
Wael verworpen, welnu dan blijft hoofdstuk
X en art. 194 onveranderdwat op het lot
der andere hoofdstukken geen invloed behoeft
uit te oefenen,
Onze slotsom is, dat in verband met het
algemeen oordeel, dat zich in de pers heeft
geuit, de kansen voor het overgroote deel der
herzieningsontwerpen gunstig staanen de
arbeid der Tweede kamer wel de noodige
sanctie zal ondervinden, die thans nog ver
eischt wordt.
Naar men om mededeelt wordt op de inteekening-
lijsten, die door de vereeniging Excelsior alhier
zijn verspreid, niet druk geteekend. Mocht de
deelneming' niet spoedig vermeerderen, dan zal
die vereeniging, hoe ongaarne ook, haar voornemen,
tot het houden van een festival moeten opgeven.
Een groot deel van het Middelburgsche publiek
schijnt ''van oordeel te zjjn, dat ook zonder zijne
hulp de zaak toch wel tot stand komen zal, doch
daarin vergist het zich zeeralgemeene deelneming
is noodig en billijk tevens.
Al de inwoners profiteeren van eene feestelijk
heid als door Excelsior ia op 't getouw gezet,
sommigen op financieel terrein en anderen op het
gebied van amusement. Van de eersten zou men
mogen verwachten, dat zij niet alleen de koorden
hunner beurzen zullen opendoen om de ontvangen
guldens op te bergen, van de anderen dat zjj zelf
ook een klein aandeel in de kosten bijbrengen.
Omdat misschien het publiek nog niet genoeg
op de hoogte is, hoe het programma voor den
feestdag luidt, dealen wij mee, dat 's morgens de
ontvangst en verzameling der korpsen aan het
station en de stoombarge plaats heeft en van
daar eene muzikale wandeling door de stad zal
gehouden worden. Na afloop daarvan wordt den
executanten in de kegelbaan op de Groote Markt
de eerewijn aangeboden en daarna wordt op de
Markt door al de deelnemende korpsen een feest-
marsch uitgevoerd, die door den heer J. Scholtena
gecomponeerd is.
's Middags wordt door de onderscheidene korpsen
op de Markt en in den Buitentuin muziek gemaakt,
later heeft de uitreiking der medailles en premiën
plaats en eindeljjk wordt den korpsen na een
tocht door de stad uitgeleide gedaan. Met een
concert en bal in het Schuttershof wordt het feest
besloten.
Overal slaagden dergelijke festivals uitstekend.
Een groot aantal vreemdelingen brengt op zoo'n
dag een bezoek aan de plaats, waar het feest
wordt gehouden, brengt leven en beweging en
niet weinig voordeel aan.
Wjj willen hopen dat deze korte opwekking
voldoende zijn zal om Excelsior in staat te stellen
haar doel te verwezenlijken.
Met 1 Julia. s. zullen, zoo schrjjft men ons tot
aanvulling van het gisteren uit het Hbld. over
genomen bericht, bij wijze van proef, de met de
dagbooten van Engeland te Vlissingen aankomende
reizigers, zoowel die voor het buitenland als die
voor Nederl. stations, met een facultatieven trein
rjjdende te 5 uur van Vlissingen Haven, vertrek
ken. Terwijl de uren van aankomst in Duitsch-
land enz. gelijk blijven met de thans bestaande
van den trein van 5.21 's nam., veranderen die voor
Nederl. stations zeer ten gerieve der reizigers.
De aankomst isMiddelburg 5.8, Tilburg 7.02,
den Bosch 7.27, Utrecht 8.45, Botterdam B.
7.29, Amsterdam 9.33, Den Haag 8.17 min. 's avds.
Komt echter de dagboot niet tjjdig genoeg aan,
dan vertrekken de treinen als thans d. i. 5.21
's nam. voor Duitschland en 5.52 voor Nederl.
stations.
Maandagmiddag vergaderde de raad van Wola
faartsdijk, waarbij alle leden tegenwoordig waren.
Den waarnemenden secretaris werden de eeden,
voorgeschreven bij art. 100 der gem.wet, afgenomen.
Door het burgerljjk armbestuur werd een ljjst
der 14daagsche geldbedeeling den raad aange
boden, waaruit bleek dat gedurende het zomer
seizoen 1887 aan 12 personen een 14daagsche
bedeeling zal geschieden aan geld tot een bedrag
van 16.50.
Ook werd medegedeeld dat het kohier van den
hootdeljjken omslag voor 1887 door gedeputeerde
staten is goedgekeurd met 244 aangeslagenen tot
een bedrag van 5383.38^.
Den 5 Mei 1887 is door den raad besloten het
op de beide scholen vervaardigde breiwerk, be
staande uit 64 paar kousen, 25 borstrokken en
11 slaapmutsen, door burg. en weth. publiek te
doen verkoopen. Na zulks tot tweemalen te ver
geefs getracht te hebben, besloot de raad, op
voorstel van het dag. bestuur, het onder de
armbesturen te verdeelen, ter uitreiking aan
hunne armen.
Van de geldleening, groot 6900, in 1883 aan
gegaan voor het vergrooten van het schoolgebouw
te Oostkerke en de onderwjjzerswoning te Oud-
Sabbinge, waarvan jaarljjks een aandeel moet
worden uitgeloot, is n° 16 getrokken.
Op een verzoek van P. Keukelaar, om het
schoolgebouw te Oostkerke te mogen gebruiken
om des Zondagsavonds daarin eene bijeenkomst
van de zangvereeniging te houden, werd met
algemeene stemmen gunstig besehiktj