N° 143.
130e Jaargang;
1887.
Dinsdag
21 Juni,
BEKENDMAKINGEN.
NATIONALE MILITIE.
FEUILLETON.
PATENTEN.
GEEN UITWEG!
Middelburg 20 Juni.
Dit blad verschijnt dagelijks;
met uitzondering van Zon* en Feestdagen;
Prijs per 8/m, franco 3.50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent;
Adverfcentiën 20 Cent per regel.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten, enz.: van 1-7 regels /1.80
iedere regel meer f 0.20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte;
GEMEENTERAAD.
Oproeping van verlofgangers der
lichting 1885.
p „CRj feeW mijne woerden niet precies zoo
COURANT.
Agenten te Ylissingen: P. Gr. de Vet Mestdagh Zoon te Goes: A. A, W. Bolland, te Krniningen: Fvan keb Peijx, te Zierikzee: A. C. de Mooij, te TholenW. A. van Niefweneuijzen.
Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Datjbe Cie., John F. Jones, opvolger
Ba burgemeester van Middelburg maakt bekend,
dat op Woensdag den 22 Juni 1887, des namid
dags te half drie uur, eene openbare zitting
van den gemeenteraad zal plaats hebben.
Middelburg, den 20en Juni 1887.
De burgemeester voornoemd,
SCHORER.
De burgemeester en wethouders van Middelburg
maken bekend
dat de patenten der tappers en slijters van het
dienstjaar 1887/88 ingevuld gereed liggen, en
dat tot de afgifte daarvan ten raadhuize zal
worden gevaceerd van den 26 Juni 1887 tot
den 9 Juli 1887 des Woensdags en Zaterdags
van iedere week, des voormiddags van 10 tot 12
uur.
De belanghebbenden worden mitsdien aange
maand om, binnen den boven bepaalden tijd, de
voorschreven patenten in persoon te komen afhalen,
bij gebreke waarvan deze door den deurwaarder
der directe belastingen, tegen voldoening van
tien cent, aan huis zullen worden uitgereikt,
terwijl zij zich blootstellen in eene boete te
vervallen van vijftien gulden, indien zij, des
gevraagd, hun patent of een afschrift daarvan,
niet kunnen vertoonen.
Hiervan is afkondiging geschied waar het be
hoort, den 20 Juni 1887.
De burgemeester en wethouders voornoemd,
SCHORER.
t~va q&pygi q flfil
A. DE VULDER VAN NOORDEN.
De burgemeester van Middelburg,
gezien de ciiculaire van den commissaris des
konings in deze provincie van den 30en April 1887,
A no 560/1, 3e afdeeling (provinciaal blad no 42),
roept bij deze op de in deze gemeente wonende
milicien-verlofgangers der lichting 1885,
behoorende tot het Corps Genietroepen, (de
vestingtelegrafisten uitgezonderd),
om op den tijd en de plaats als in de aan hen
uit te reiken order is vermeld, tegenwoordig te
zijn, voorzien van al de voorwerpen van kiee-
ding en uitrusting, door hen bij hun vertrek
met groot verlof medegenomen, benevens van
hun verlofpas, teneinde rechtstreeks naar hun
korps te vertrekken.
Zij moeten zich vooraf, en wel op Dinsdag den
28en Juni a., des voormiddags tusschen 10 en 11
uren, bij den burgemeester hunner woonplaats aan
melden, voorzien van hun verlofpas, teneinde de
noodige biljetten, alsmede daggeld, indien zij dit
verlangen, en daarop recht hebben, te ontvangen.
De verlofgangers, die op het bepaalde uur niet
ter aflevering verschijnen, worden bij hun korps
gestraft.
Zij, die niet aan de oproeping voldoen, worden
als deserteurs behandeld, terwijl degenen, die
door ziekte verhinderd worden op den bepaalden
dag onder de wapenen te komen, van die om-
Uit het Duitsch van J. v. BÓTTGER
—■„Gij moogt moeder Ballanlyne niets verwij
ten," zeide Therese. „Het was toch zoo natuurlijk,
dat zij wenschte u en Frederik bij elkaar te zien
blijven. En daar zijnu eenmaal hier woonde,
terwijl gij nog op school waart, was het gemakke
lijker voor u om hier te blijven dan voor de oude
vrouw om van woonplaats te veranderen. Hebben
wij het dan niet prettig samen gehad met
uitzondering van zij bloosde en hield. op.
„Met uitzondering van dezen nacht," vulde
Everard bedaard aan, „toen ik mij aanstelde als
een woesteling. Het zou onbillijk zijn, Therese,
wanneer ik de familie mijner schoonzuster nog
laDger met mgn hinderlijke tegenwoordigheid
wilde lastig vallen. Gij zijt altijd vriendelijk en
toegevend voor mij geweest, dat zal ik nooit
vergeten! Vaarwel, ik moet thans voor den groot
inquisiteur verschijnen."
Hij stond op, giDg naar Therese toe en reikte
baar de hand. Zij waren alleen. Frederik Bal-
lantyne had het vertrek, reeds verlaten, terwijl
zijn vrouw zijn moeder de waarheid zei; en daarop
was de oude dame naar haar kamer gegaan om,
jn stilte te schreien.
standigheid, onder overlegging van een verklaring
van den geneesheer, tijdig kennis behooren te
geven aan den burgemeester. Na hun herstel
vervoegen zij zich bij hun korps.
Middelburg, den 20 juni 1887.
De burgemeester voornoemd,
SCHORER.
Uit een van Atjeh ontvangen brief ontleent de
Zw. Crt het volgende:
„Onder de onmogelijke geruchten, die hier de
ronde maken omtrent het inkrimpen der „„ge
concentreerde stelling"", is er echter éen, dat mij
gansch niet onwaarschijnlijk voorkomt. Naar men
nl. beweert, wordt door de regeering ernstig in
overweging genomen, om de oost- en westkust van
Atjeh hier en daar te bezetten en wel in de
eerste plaats op die punten, waar wij reeds vroeger
versterkingen hadden, zooals Telok-Semawe, Sama-
langan en andere. Al naarmate de nieuwe posten
verrjjzen, zouden de 18 forten der „„geconcentreerde
stelling"" geleidelik verdwjjnen, om ten laatste
op Groot-Atjeh slechts de positie van den Kraton,
van Oleh-leh en die van het noordwesten daarvan
gelegen eiland Bras te behouden. Op die wijze zou
beperking van het thans bezette terrein met
uitbreiding langs de kust gepaard gaan.
„De nieuwe créatie zou binnen twee jaar geheel
in gereedheid kunnen zijn.
„Het zou mjj inderdaad niet verwonderen zoo
dit gerucht een voorlooper bljjkt te zjjn der
gebeurtenis. De kust zoo sterk mogelijk bezet en
de vloot zoo sterk mogeljjk daar voor, kan ons
de onderwerping van Atjeh brengen, wat de
„„geconcentreerde stelling"" nooit zal doen. Die
stelling is een ondingde forten, dia door eikaar
het bagatel van pl. m, ƒ80.000 hebben gekost,
sluiten weg noch water, niets hoegenaamd van
het terrein af; de Atjehers komen precies waar
zg willen zijn, nog veel gemakkelijker dan de
sectie-patrouilles, die de wegen niet kennen, en
liefst met 300 te gelijk, zooals op den 4en April
het geval was. Men had die fameuse forten
evengoed op een rij kunnen bouwen, dan was het
ten minste nog aardig geweest voor het gezicht.
„Yelen beweren "dat het ook uit een oogpunt
van hygiëne noodzakelijk wordt om onze matten
in het land op te rollen. Het is hier een publiek
geheim, dat de pogingen, door prof. Pekelharing
in het werk gesteld om de beri-beri te bestrjjden,
tot geen resultaat leidden. Ik denk altijd als ik
van desinfectie hoor praten aan een deskundige
die hier langen tjjd was, en die op eigenaardige
wijze voor zjjn meening kon uitkomen, „„Och
wat"", zeide hjj mjj eens, „„desinfecteeren van de
gebouwen, wat zou het De beri-beri zit in den
grond en in de lucht van dat rampzalig stukje
land, dat den weidschen naam draagt van „„ge
concentreerde stelling"" en dat met meer recht
de „„geïnfecteerde stelling"" of het Indische Père
Lachaise kon worden genoemd. „„Duizenden en
duizenden, die aan cholera, wonden, beri-beri
aangevuld als ik het bedoelde," antwoordde
Therese hem open aanziende. „Ik wist niet dat
er weer nieuwe onaangenaamheden geweest waren,
ofschoon ik wel merkte dat gij allen ontstemd
waart. Maar Everard, wij tweeën hebben, sedert
wij van school zijn gekomen, bijna als broer en
zuster samen omgegaan en daarom weet ik dat
gij niet boos op mij zult zijn, wanneer ik u
dringend verzoek om dat losbandige leven te
laten varen. Gij weet hoe gelukkig gij ons allen
daarmede zoudt maken, vooral uw moeder, die
zeker op dit oogenblik bittere tranen over u
schreit."
„Zwijg, Therese 1 Gij zijt een lief meisje en
gij hebt uw preekje heel aardig opgezegd. Ik
hoop dat gij in 't vervolg altijd even goed voor
miju moeder zult zijn, als gij voor mij geweest
zijt. Ik weet, zij tobt meer over mij dan ik
verdien, want weibezien ben ik geen knip voor
mijn neus waard." Met deze kernachtige zelf
kritiek keerde bij zich snel om en verliet de
kamer.
TWEEDE HOOFDSTUK.
Het was voor Everard Ballentyne in zijn opge
wonden stemming bijna meer dan hij verdragen
kon, dat men zich by deze gelegenheid zoo
bijzonder veel moeite gaf om hem, door de
opsomming der zedelijke voortreffelijkheid zijner
tegenpartij, te vernederen en te verootmoedigen.
De laatste droppel in deze bittere kelk was de
bezweken, liggen overal begraven. Zoo kan men
het ten minste tegenwoordig noemen, maar hoe
ging het vroeger Een paar voeten diep in den
grond, zonder kist natuurlijk, een lik teer of
carbol over het graf, klaar is Kees
„Met vroegere bandjirs dreven de lijken dan ook
familiaar door den Kraton en langs de posten,
gemakkeljjk losgewoeld als zij werden door het
water. Toen zjjn we gaan graven en ploeteren
in den grond als polderjongens, en liefst naiuurljjk
op moerasachtige plaatsen, als echte Hollandsche
kikkers, en om eindeljjk niet te veel last te hebben
van schaduw of mooi uitzicht, hebben we een
prachtig stuk terrein van een paar dagmarschen
lang en 1000 M. breed „geraseerd", d. w. z. in
een wildernis herschapenmaar dat houdt
dan ook de Atjehers tegen. Nu vraag ik je
toch hoe kan zoo'n land gezond blijven
De gemeenteraad van Middelburg zal Woensdag
den 22en Juni, des namiddags te 2| uur, eene
openbare zitting houden ter behandeling der
onderstaande zaken
Ingekomen stukken; voorstellen van burg. en
weth. tot het verleenen van een eervol ontslag
(op verzoek) aan dr Knottenbelt, leeraar aan het
gymnasium; betreffende wijziging van den ligger
der wegen en voetpaden; betreffende door de
Ned. Maatschappij tot bevordering van Nijverheid
op te richten proefstation voor bouwmaterialen
betreffende de aanstelling van een havenmeester;
betreffende den cursus tot opleiding hoofdonder-
wjjzers; betreffende de burgeravondschool.
Voorts van een concept besluit tot beschikking
over onvoorziene uitgaven op de begrooting 1887
vaststelling staten oninbare posten hoofdelijken
omslag 1886 en hondenbelasting 1884; vaststel
ling der rekening van de godshuizen 1886; tot
benoeming van een onderwijzer aan school B en
tof' benoeming van een stembureau.
In het laatst dezer maand Woensdag 29
Juni zal er, naar men ons heden verzoekt te
melden, in het Schuttershof alhier een concert
gegeven worden door de koninklijke kapel van
het regiment grenadiers te Brussel, onder
directie van den heer Bender.
Deze uitvoering van dit beroemde muziekkorps,
even gunstig bekend als dat der Guides en da>ü 68
leden Bterk is, danken wij aan de confrérie van
St. Sebastiaandie zich volstrekt niet heeft laten
afschrikken door het minder gunstig resultaat,
het vorige jaar verkregen met een door de kapel
van onze grenadiers en jagers gegeven concert.
Zij wil het nn nog eens wagen om den ingeze
tenen van Middelburg en omstreken een zeldzaam
musicaal genot te verschaffen. Het bljjft steeds
een waagstuk, want, al moge ook 's avonds na
afloop van het concert, naar het Goesche land
een extra-trein rijden, en van daar uit dus ook
een zeker aantal bezoekers te wachten zijn, het
grootste contingent moeten toch Middelburg en
Ylissingen leveren. En wanneer nu ook ditmaal
de confrérie mocht worden teleurgesteld, zal het
wel de laatste maal wezen, dat zij een poging in
die richting aanwendt. Het programma voor het
tegenwoordigheid van den advocaat van mevrouw
Ballantyne, een man die haar vermogen en dat
van haar zuster Therese Gordon beheerd had,
sedert zij als kinderen hare beide ouders verloren
hadden.
Verwaand, kruipend, opmerkzaam luisterend
zat de heer Philips aan de tafel in de bibliotheek
met pen en inkt en een groot pak papieren voor
zich, waarin hij ijverig naar een zeker stuk
scheen te zoeken. Het was duidelijk dat de heer
Philips geheel doordrongen was van het gewicht
der rol, die hij in dit familiedrama op zich
genomen had.
„Everard," begon mevrouw Ballantyne,nadat
haar zwager, met de armen uitdagend over elkaar
geslagen, plaat3 genomen had. „Everard, wij zijn
hier heden bijeen gekomen om een zeer onaan-
genamen plicht te vervullen; maar niemand zal
ons kunnen tegenspreken dat het een plicht is,
dien wij aan onzen zoon verschuldigd zijn. Ik
laat het aan uw broeder en den heer Philip over
om u het wettelijke gedeelte dezer kwestie uiteen
te zetten. Dit wil ik u alleen zeggen, dat uw
vader, toen hij na bet noodlottig oDgeval hier
gebracht was, de weinige uren, die hij nog te
leven had, besteedde om met mij over de toekomst
uwer moeder en de uwe te spreken. Hij ver
zocht mij haar hier een thuis te bereideD; want
daar Frederik getrouwd was en gij nog op school
waart, zou het leven alleen op de plantage voor
uw Gaoeder ondragelijk geweest zijn, Ik hel?
concert is aanlokkend genoeghet luidt als volgt:
Marche jubilaire, O. Bender Ouverture van de
opera Tannh&user, R. Wagner Adagio en allegro
van de Sonate pathétique, V. BeethovenFantaisie,
concertante, C. Bender Morceau caractéristique
Eilenberg; Ouverture van de opera Guillaume
Tell, Rosaini; Fantaisie uit de opera Faust (arr
Bender), Gounod; Andante en allegro, 3s sympho
nic, MendelssohnCortège de Bacchus, Leo Delibes;
en L'invitation h la valse, C. M. V. Weber.
Maandag en Dinsdag volgende week zal men
kaarten kunnen krijgen tegen 1 per persoon.
Moge daarvan riiim gebruik gemaakt worden
Met den mailtrein van 9 uur kwamen Zondag
avond te Viissingen van Darmstadt via Keulen,
in een salonwagen van de Pruisische staatsspoor
wegen, aan Louis IV, groothertog van Hessen-
Darmstadt, met het grootste gedeelte zjjn er familie,
nl. zijn* oudste, pas van de mazelen genezen
dochter Victoria met haar gemaal, prins Lodewjjk
van Battenberg, en haar 2jarig dochtertje, de
jongere dochters prinsessen Irene en Alice en den
erfgroothertog Ernst Louis, alsmede de prinses
Marie van Leiningen. De hooge reizigers, in wier
gevolg zich o. a. bevonden de opperhofmaarschalk
luitenant-generaal Von Westerweller, baron Ra-
benau en generaal Biddalph, begaven zich aan
boord van het gisteren avond te zeven uur te
Ylissingen aangekomen Engelsche jacht Osborne
dat even voor 10 uur naar zee stoomde.
Door de stoomvaartmaatschappij Zeeland zal
over het boekjaar 1886 een divivend van 6%
uitgekeerd worden.
Dezer dagen werd in eenige Hollandsche bladen
meegedeeld, dat er zeer groot bezwaar bestond
als bljjvende maatregel nog meer sneltreinen tus
schen Holland in te leggen* in verbinding met
den dagdienst QueensboroViissingen.
De Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoor'
toegen heeft echter aangemoedigd door het
aanvankeljjk behaalde succes, zoowel wat duur
der zeereis als het aantal reizigers betreft aan
de Maatschappij Zeeland voorgesteld, gedurende
de tentoonstelling van voedingsmiddelen te Am
sterdam, dus gedurende de maanden Juli, Augustus
en September, bjj wjjze van proef, den dienst
zoodanig te versnellen, dat bijvoorbeeld de reizigers
zoowel via Utrecht als via Den Haag Amsterdam
reeds ongeveer te half tien des avonds zullen
bereiken.
Bjj ongunstig weder zullen echter de reizigers
en de post voor Duitschland alleen per extra-
trein doorgevoerd kunnen worden en de reizigers
voor Holland, evenal| te nu Roozendaal, op den
Belgischen sneltrein van 8 uur komen.
De Maatschappij Zeeland en de Hollandsche
IJzeren Spoorwegmaatschappij hebben hare mede
werking toegezegd. Ebld
Bjj het wapen der genie, en wel bjj den staf
van dat wapen, zjjn benoemdtot luitenanfc.kol.,
haar met vreugde in huis genomen en zoo lang
zij leeft, zal zij mij steeds welkom zijn
Hier zweeg zij en hoestte even, waarvan de
heer Philips gebruik maakte om eenige onver
staanbare woorden over haar bewonderenswaardig
gedrag te mompelen.
„Uw vader verzocht my verder om, als gij
de school zoudt verlaten hebben, alles te doen
wat in mgn vermogen was om u onder het toe
zicht en den invloed van uw broeder, mgn echt
genoot, te houden. Ook dat heb ik goed gevonden
en u by mg in huis genomen. Myn geweten spreekt
mg vrij van eenig verzuim jegens u, maar ik
kan uwe uitspattingen niet langer aanzien. Ik
wil niet aan een herhaling van het tooneel van
dezen nacht blootgesteld zgn, toen de nacht
wacht de halve buurt moest opkloppen, eer
do deur van mijn huis voor een zelfvergeten
„Ellendeling, zullen wg hem maar noemen
bij gebrek aan een krachtiger uitdrukking",
viel Everard in.
Mevrouw Ballantyne nam die aanvulling kalm
op en ging voort
„Wanneer gij uw moeder of uw broeder
bezoeken wilt, staat mijn huis voor u open, maar
wonen moogt gg hier niet meer. Het spijt mij
dat gij mij tot dit besluit dwingt, Ballantyne,
het overige laat ik aan u overik hoop dat gij
uw plicht zonder aarzelen zult volbrengen. De
heer Philips zal u daarbij behulpzaam zgn. Eer
gij het huis verlaat, mijnheer Philips, heb ik nog
uw raad noodig in een zaak, die my aangaat,
Over een uur zal ik u wachten."
{Wordt vervolgd.)