N» 140. 130e Jaargang? 1887. W oensdag 17 Juni. Middelburg 16 Juni. Het recht van gratie. Dit blad verschijnt dagelijks; met uitzondering van Zon- en Feestdagen? Prijs per 8/m, franco 3.50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent? Advertentien 20 Cent per regel. Geboorte-, Trouw-, Doodberichten, enz.: van 1-7 regels ƒ1.50 iedere regel meer 0.20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte? MIDDELBURGS» Agenten te Vlissingen: P. G. de Vey Mestdagh Zoon te Goes: A. A. W. Bolland, te Kroiningen: F. tan dek Peiji, te Zierikzee: A. C. de Mooij, te TholenW. A. van Niehwenhuijzen. Hoofdagenten voor het Buitenlandte Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Dadbe Cie., John F. Jones, opvolger Met 1 Juli aanstaande wordt de abonne mentsprijs der Middelbnrgsche Courant gebracht van veertien op acllt gulden. Van dien tijd af kan men zich derhalve binnen en bniten Middelburg op ons blad abon- neeren tegen twee gulden per kwar taal. Deze maatregel is genomen om ons blad in nog wijder kring te verspreiden dan dit tot nutoe het geval was. Nieuwe abonnés ontvangen de van heden af verschijnende nommers tot 1 Juli kosteloos. De Administratie. Morgen zal in onze Tweede kamer een interpellatie plaats hebben, zeldzaam van aard belangrijk om hare strekkinggewichtig met het oog op haar gevolgen. De vorige week verzocht de heer Hartogh, afgevaardigde voor Amsterdam, verlof tot den minister van justitie een vraag te richten naar aanleiding van het feit, dat eenige per sonen, bij arrest van het gerechtshof te Am sterdam, dd. 10 Dec. 1886, ter zake van de ongeregeldheden op 26 en 30 Juli 1886, in de hoofdstad gepleegd, tot verschillende straffen veroordeeld zijn en deze straffen alsnog onder gaan, niettegenstaande zij in geheel gelijke omstandigheden verkeeren als een mede-ver oordeelde, hij arrest van den Hoogen raad, dd. 14 Maart 1887, ontslagen van rechtsver volging, op grond dat het ten laste gelegde feit niet strafbaar was. Dat verlof werd den heer Hartogh verleend naar de heer Van Baar gisteren meedeelde, deed de kamer dit echter „in een onbewaakt oogenblik"; eene meening die zeker in de kamer zelve bitter weinig instemming zal vinden. Van meer gewicht was eene andere bedenking, door dien afgevaardigde gemaakt, dat de Vrijdag voor zulk eene interpellatie een slecht gekozen dag is de kamerleden zijn gehaast en een Dinsdag ware daarvoor beter geweest. Maar de zaak zelve kan zoo weinig uitstel lijden; en wij hebben genoeg vertrouwen in het rechtvaardigheidsgevoel van onze verte genwoordigers dat zij aan eene grondige en ernstige bespreking van deze kwestie hun tijd wel zullen willen opofferen. Zoo wij geloof wilden slaan aan sommige organen der conservatieve en clericale richting, dan begeeft de kamer zich door die interpel latie op een hoogst gevaarlijk pad. Aan de eene zijde wordt beweerd dat zij daardoor aan de praerogatieven van de kroon raakt; aan den anderen kant dat zij voet geeft aan de meening voor radicalen invloed te zwichten. Verklaarbaar is het eerste bezwaar uit de pen van den tegenwoordigen hoofdredacteur van het Dagbladden man van het verlicht despotismedie de kroon wil beschermen tegen de, in zijn oogen, ernstige maar voor ons denkbeeldige gevaren waaraan zij bloot staat. Van hem verwondert 't ons niet, dat hij den schrik zich om het hart voelde slaan, toen de heer Hartogh zijn interpellatie aankondigde? en nog erger, toen hem daartoe verlof werd gegeven. „Waar was toen de conservatieve partij in de kamer"? vraagt hij in wanhoop. En gelijk een Mozes met zijn staf water nit de rotsen sloeg, had hij uit de banken der ver gaderzaal wel de schimmen willen doen herrij zen van de vertegenwoordigers der oude con servatieve garden Waar die macht hem ontbrak moest hij tevreden zijn met de hoop op eene betere Joekomst, waarin „Troye zal herrijzen," Minder verdedigbaar is de poging van die zijde om tegenover mannen als prof. Buys, ydiefbèfc recht van gratie een „rechts-institunt", noemtals de minister Heemskerk, volgens wiens meening het recht van gratie grootendeels het karakter verloren heeft van eene eigenmachtige en geheel buitengewone tusschenkomst van den souverein, een onhoudbare stelling te blijven verdedigenen zelfs zoo ver te gaan van tegenover het gevoelen van tal van be kwame rechtsgeleerden en professoren, nog altijd te spreken van een verheven praero- gatief van de kroon. Art. 66 der grondwet bindt toch reeds den koning in zoover dat bij veroordeelingen tot drie jaren gevangenis en daar beneden en tot geldboete, vooraf het advies ingewonnen moet worden van den rechter, die het vonnis heeft gewezenin de overige zaken moet de Hooge raad worden gehoord. Maar zelfs, van het standpunt van hen, die den koning willen geven meer dan des ko- nings is, kan, in dit geval, dunkt ons, eene interpellatie verdedigd worden. Een gevoel van billijkheid dringt zich als van zelf bij velen open waar kan daaraan beter uiting gegeven worden dan in onze vertegenwoordiging Herinneren wij even aan het gebeurde. Vier van de zeven veroordeelden kwamen in cassatiedrie werden door het hof te 's Gravenhage vrijgesproken, terwijl de vierde door den Hoogen raad van alle rechts vervolging werd ontslagen. De drie anderen, die niet in cassatie waren gegaan, zouden, was hun misdrijf onder het nieuwe wetboek van strafvordering gepleegd, nu kunnen deelen in de gunstige beslissing van die beide rechts colleges. Volgens art. 374 van het nieuwe wetboek van strafvordering moet de vernie tiging op het cassatie-beroep van êenen ten bate komen ook van al de medebeklaagden in hetzelfde proces, die geen cassatie hebben aangeteekend. Nu is echter het misdrijf der ver oordeelden in Juli gepleegd en schrijft de over gangswet voor, dat voor de regelen van rechtspleging het tijdstip gelden moet, waarop de rechtspleging over eene zaak aanving. Maar zou er juist hierbij nu niet grond zijn om genade hoven recht te stellen Meeren- deels zegt men ja. Wij gelooven dat zelfs het grootste deel van ons volk zich in dien geest uit; en, zonder ons in de juridische zijde van het vraagstuk te verdiepen, wat niet op onzen weg ligt, eonstateeren wij toch het feit dat ook uit de rechtsgeleerde wereld de meeste stemmen zich in dien geest hebben geuit. Op het verzoek van gratie, door de verde digers der veroordeelden gedaan, is echter afwijzend beschikt. Indertijd is in ons blad reeds gewezen op de wenschelijkheid die veroordeelden te begenadi gen de gelegenheid bij het koningsfeest ware daarvoor uitstekend geschikt geweest, maar dit is niet geschied. Tot heden kon gedacht worden aan bijzondere redenen die bet onmo gelijk maakten om juist bij die gelegenheid zulk eene gratie te verleenen. Maar nu blijkt dat daarvan in het geheel geen sprake schijnt te zijn, is het gewenscht dat er gebruik worde gemaakt van de gelegenheid om licht in deze te verspreiden, licht voor de kroon, die het recht van gratie bezit, licht voor hen, met wier gevoel van rechtvaardigheid zulk eene onthouding in strijd is. Het is toch allicht mogelijk, dat de kroon niet volkomen op de hoogte is van de ge voelens, welke er omtrent dit punt worden gekoesterd. Een te eenzijdig licht kan hier over haar zijn ontstoken. En dan is 's lands vergaderzaal de plaats van waar als echo kan weerklinken, wat er in ons volk omgaat zonder dat zelfs daarom aan ongeoorloofden drang dient gedacht te worden. Aan den anderen kant is licht voor het volk nuttig, opdat het niet verkeerde gevolg trekkingen make uit die weigering van gratie; niet verkeerdelijk be- en veroordeele, waar wellicht gegronde redenen zijn geweest om niet genadig te zijn. Ontbreken die gronden? dan kan tevens blijken wie wellicht slechte voorlichting gaf. man zich dan laten .weerhouden van zulk een stap door de vrees vereenzelvigd te worden met hen, die in hun dollemans ijver begonnen zijn met te eischen, waar geen eisch te doen noch in te willigen valt Tusschen die beide uitersten: de angstval- ligen uit vrees en de overdreven ij veraars zonder verstand en overleg, staat een breede schaar van hen, die begrijpen dat in een land als het onze een ieder, zelfs de hoogstgeplaatste, zicb bij het uitoefenen van hem toegekende rechten zich voor willekeur moet wachten. Met belangstelling zien wij daarom de in terpellatie te gemoet, en dit zal ieder, die rechtvaardigheid betrachten wil, vooral in teedere zaken als die van het recht, en in omstandigheden als waarin wij tegenwoordig leven. Wij twijfelen geen oogenblik, of onze ver tegenwoordiging en in de eerste plaats de interpellant zelf zal niet schroomen, om, binnen de grenzen der noodige bescheidenheid, te wijzen op hetgeen in deze zaak verbazing heeft gewekt. En waar hij dit als jurist zal doen, zal ook, naar wij hopen, uit zijn of anderer mond, in 's lands vergaderzaal de mensch zich doen hooren, die pleit voor ver lichting van een straf, met het oog op de wet zelve wel te verdedigen, maar dan toch niet uit het oogpunt van menschelijkheid en recht vaardigheid te billijken. De minister Heemskerk heeft gisteren eene zeer geschikte oplossing gevonden van de kwestie tusechen hem en de heeren Van der Feltz c. s. over al. c van zjjn voorstel betreffende het kiesrecht. Daar het volgens hem hierbjj een kwestie van redactie gold, de kamer het eens was over het beginsel der toelating van lodgers en voegen wjj er bjj het geen hoofdbeginsel raakt, heeft hij het idee omtrent dubbele huurwaarde van de heeren overgenomen. De voorstellers trokken daarop hun amende ment in. De heer Smeenge, die zich bezwaard gevoelde met de bepaling dat de aanslag moest zjjn betaald door den inwonenden eigenaar of eersten huurder, waardoor de kamerbewoners een specie belasting ambtenaren zouden worden, stelde voor die woorden, pas door de regeering in haar voorstel gebracht, te schrappen. Daarmee vereenigde zich de kamer met 49 tegen 32 stemmen, en ten slotte werd het aldus gewijzigde artikel aangenomen met 61 tegen 20 stemmen. Tegen stemden de heerenVan der Schrieck, Van der Slejjden, Reuther, Hartogh, Smeele, Brouwers, Ruland, Kist, Van Baar, Vermeulen, Gleichman, Keuchenius, Hafiaans, Heldt, Oorver Hooft, Rujjs,Lambrechts, Borret,Schimmelpenninck van Njjenbeek en Bahlmann. De heeren Van der Feltz c. s. trokken daarop hunne vjjf overige amendementen in. Thans luidt dus de bepaling als volgt De leden van de Tweede kamer worden gekozen door de manneljjke meerderjarige ingezetenen des rijks, tevens Nederlanders, die a hetzij over het laatst verloopen dienstjaar ter zake van het door hen ter bewoning gebruikte huis of afgezonderd gedeelte van een woonhuis in de personeele belasting zijn aangeslagen naar eene hoogere huurwaarde dan die, welke volgens art. 1, litt. a en b van de wet van 24 April 1843 [Stbl no 15) aanspraak geeft op vermindering tot eenderde of twee derde gedeelten der belasting naar de drie eerste grondslagen, en dien aanslag ten volle hebben betaald; b hetzij over het laatstverloopen dienstjaar in de grond belasting zijn aangeslagen tot een bedrag van ten minste tien gulden en dien aanslag ten volle hebben betaald c hetzij hoofden van gezinnen of alleen wonende personen zijnde, van den inwonenden eigenaar of eersten huurder van een woonhuis of afgezonderd gedeelte van een woonhuis, waarvan de huurwaarde voor de personeele belasting ten minste op het dubbele gesteld is van het laagste in de gemeente voor den vollen aanslag vereischte bedragdie gedurende negen maanden, voorafgaande aan den 15en Februari, een gedeelte in huur hebben gehad en bewoond, waarvoor geen afzonderlijke aanslag in de personeele belasting geschiedt, maar waarvan de jaarlijksche huurwaarde, ongestoffeerd, in verhouding tot de belastbare huurwaarde van het woonhuis of afgezonderd gedeelte van het woonhuis geschat, het sub o bedoelde bedrag van den vollen aanslag bereikt, mits de aanslag in de personeele belasting over het laatstverloopen dienstjaar, voor dat woonhuis of afgezonderd gedeelte van het woonhuis ten volle is betaald." Be laatste alinea geeft weer een bjjzonder fraaie proeve van stjjl. Men lette eens op de buitenge wone lengte van dien zin, waardoor het niet gemakkeljjk valt dadelijk de bedoeling te begrjjpen. Hierna is men overgegaan tot bepalingen, de Uitvoering betreffende, o. a. ffat opifiaken der kiezerslijsten enzhet regeeringsvoorstel is, na eenige wjjziging aangenomen, en is men gena derd tot het voorstel van den heer Schaepman tot aanneming van het stelsel der enkelvoudige districten ook voor de groote steden. Door den heer J. A. Dorrenboom te Sluis is eene naamljjst aangelegd van de voorwerpen, die in een voor het publiek toegankeljjk lokaal in het raadhuis van Sluis bewaard worden. De verzameling is ontstaan, toen in 1877 bjj de ordening van de archieven der stad vele belang rijke zaken te voorschijn kwamen en is later door schenking en aankoop uitgebreid. De catalogus, 592 nommers tellende, is verdeeld in 12 afdeelingenArchitectuur, kerkversierBelen en kerkmeubelen, huisraad, aardewerk, volksleven, stedelijk bestuur, gedenk- en legpenningen, munten, zegels en zegelstempels, schilderjjen, teekeningen, gravuren, prenten enz., manuscripten, handschriften, drukwerken, photographieën enz. en varia. De samensteller brengt in zjjn voorbericht eea woord van oprechten dank aan mej. M. de Man, te Middelburg, die de beschrijving van velen der penningen en munten op zich nam, een taak die zeker aan geen betere handen kon worden toever trouwd; alsmede aan den heer J. A. Frederiks, conservator van het museum van het Zeeuwsch genootschap der wetenschappenmede te Middelburg, door wiens nuttige wenken de omschrjjving van menig voorwerp in juistheid wonen dank ook aan allen die, 't zij door geschenken, 't zjj door het afstaan van voorwerpen in bruikleen, hem in staat stelden de verzameling te maken tot wat zjj nu is.' Geen gepaster tijdstip dan thans, nu de zon leven brengt in en gloed toovert over het land schap, nu ieder verlangt de bedompte kamer- atmospheer te verwisselen tegen de geurige lente- of frissche zeelucht, om eene wandelkaart van onze fraaie badplaats Domburg en zjjne schoons omstreken het licht te doen zien. Zoo ooit moet die nu koopers vinden, vooral als ze zoo keurig is uitgevoerd en zoo handig is ingericht als de kaart door den heer C. D. Nagtglas Versteeg geteekend en door de firma C. H. J. van Benthem Jutting alhier gedrukt. De verschillende wegen en voetpaden tussehea Domburg, Westkapelle, Aagtekerke en Oostkapelle zjjn er met de onderscheidene buitenverbljjven op aangegeven, terwjjl afzonderljjke kaartjes van Duinvliet, Westhove, Berkenbosch en dergelijke er aan toegevoegd zjjn. Uit Vlissingen schrjjft men ons: Gisterenavond werd in het lokaal Euipers alhier eene bjjeenkomst gehouden van leden der veree- niging Eigen Hulp met hunne dames en zulks naar aanleiding der opening van den nieuwen winkel in het voormalige Beursgebouw. De districts voorzitter, de heer Spanjaard, bracht hulde aan het bestuur der winkel vereen iging voor de energie en zijn flink doortasten, om deze zaak, trots vele moeieljjkheden en bezwaren, tot stand te brengen. Verder werd'door hem gewezen op het voordeel? aan de deelneming in de vereeniging verbonden, voor hen die van een beperkt, vast inkomen leven moeten, en vond hij aanleiding om met cijfers aan te toonen, hoe men in staat is met het niet onaanzienljjk bedrag aan dividend, dat de winkel vereeniging jaarljjks uitkeert, zich eea kapitaal te verzekeren, bjj de levensverzekering van Eigen Hulpuit te keeren bjj voorbeeld, aan een of meer kinderen der deelhebbers, bjj het bereiken van zekeren leeftjjd enz. Nog werd besproken de mogeljjkheid om te Vlissingen eene coöperatieve vleeschhouwerjj van Eigen Hulp op te richten, welke zaak in handen eener nader te benoemen commissie zal gesteld worden. Na afloop der vergadering begaven zich vele leden der vereeniging met hunne dames naar het nieuwe winkelgebouw. De winkel maakt door zjjne flinke ruimte, doelmatige inrichting en nette etalage een zeer gunstigen indruk en strekt wer- keljjk het Beursplein, in de onmiddeljjke nabjjheid van den Noordzee-boulevard en de gebouwen der Nederlandsche en Belgische loodsensocieteiten tot sieraad. De St. Ct bevat de koninkljjke besluiten waarbjj aan de gemeenten Eede en Waarde respectievelijk een subsidie verleend wordt van ƒ140 en ƒ1150 boven de 30 voor de inrichting van haar lag©® onderwijs,

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1887 | | pagina 1