MIDDELBURGSCHE COUMNT BlJVOBGSBli Woensdag 8 Juni 1887. N° 132. Middelburg 7 Juni. De algemeene vergadering der Zeeuwsche landbouwmaatschappij in de afd. Hulst. TAK DB VAN Van onzen eigen verslaggever). II. Het is eene eigenaardigheid van onze provincie dat, wanneer men slechts weinige uren van zijne woonplaats zich verwijdert, men in eene geheel vreemde omgeving verplaatst is. De taal wordt met een gansch ander dialect gesproken, de kleedij is geheel verschillend, de gewoonten wijken af van de onze, ja wat meer is zelfs de bewoners van de onderscheidene deelon van Zee land verschillen in hun doen en laten hemelsbreed. Om dat in het licht te stellen vergelijke men een Arnemuidschen visschersman met een West- kapelschen dijkwerker, zette men een Walcher- schen boer of eene Walchersche boerin naast bewoners van Tholenbrcnge men een landbou wer uit Zuid-Beveland in een gezelschap Schou wenaars, plaatse men een bewoner van Zeeuwsch- Vlaanderen over op eene Noord-Bevelandsche boerderij. Deze eigenaardigheid viel ons bij het kijkje dat we door Hulst namen opnieuw op en onwillekeu rig vergeleken wij den beweeglijken, vroolijken, spraakzamen Vlaming bij zijn eerzamen houte- rigen, deftigen, zwijgenden gewestgenoot van de overzij. Maar bij al dat verschil is er toch ook niet weinig overeenkomst bij de Zeeuwen. Het meeren- deel houdt zich met landbouw bezig en zoowel in het Noorden als in het Zuiden, in het Westen als in het Oosten wijden zij zich met noeste vlijt en taaie volharding eraan om den vetten klei grond de gonden tarwekorrels, de smakelijke aardappels, de sappige groenten en het geurige gras te ontwoekeren of wel in veeteelt een bestaan te vinden. Aartsvaderlijk als hun bedrijf zijn ook hunne gewoonten en 'met goed recht kan van Zeeland gezegd worden Niet verdwenen zijn tot heden Nog de zeden "Van den overonden tijd. Nog een punt van overeenkomst tusschen de bewoners onzer provincie is ook wel de liefde tot „de plek waar eens hun wiegje stond" en waar zij hopen dat eenmaal „hun graf zal staan." Maar al genoeg, wij dienen onzen lezers het een en ander van Hulst mede te deelen. Wij achten het hier niet de plaats om ons in beschouwingen te verdiepen, waaraan deze ge meente haar naam dankt: of dat is wijl de Hunnen in deze landstreek langen tijd verblijf hielden, dan wel of die naam afgeleid is van de hulst of zoogenaamde steekpalm, welke plant in oude tijden in deze streken veel groeide. Wij willen ook niet twisten of deze stad een der oudste is van Vlaanderen, die reeds in 1070 genoemd werd, en zullen niet in herinnering brengen welke droeve tijden de Hulstenaren door leefd hebben, zoomin als wij het noodig oordee- len uit te wijden over haren bloei toen Hulst nog voorsteden had en de zoutnering zulk eene vlucht nam dat onder Lodewijk de Crescy, graaf van Vlaanderen het getal zoutkeeten tot over de negentig aangroeide. Niet het verleden maar het heden roept ons Halst maakt op ons den indruk van een vrien delijk, aardig, net stadje, met breede straten, fraaie huizen en vriendelijke bewoners, die den vreemdeling gaarne eene attentie bewijzen. De groote markt beslaat een flink groot terrein en is met fraaie, witte en roode, kastanjeboomen beplant. Te midden ervan is dezer dagen eene zeer doelmatige ruime muziektent opgericht, die bij dit landbouwfeest voor het eerst zal worden gebruikt. Op deze markt komen de voornaamste straten uit. Wij bezochten het Landshuis, waar het kantongerecht zetelt en dat overigens tot kazerne van het detachement bereden maréchaussees dient, en vonden in de kantongerecbtszaal een zeer schoon schoorsteenstuk van J. Jordaens, dat het jaartal 1667 draagt. Het stadhuis levert weinig bezienswaardigs op- In de raadzaal zagen wij een gezicht op Hulst, in 1428 geschilderd door C. de Vos, Hulstenaar van geboorte en kunstschilder te Antwerpen, wiens naam daar een goeden klank had, voorts cenige portretten, o. a. van Maurits van Oranje. In eene daarachter gelegen zaal toonde men ons een portret van graat Hendrik van Nassau. Aan de markt staat ook de kerk, een voortref felijk gebouw van grauwen arduinsteen en in eene kruiswijze gedaante opgehaald. Zjj was vóór de hervorming aan den St Willebrordus, eersten bisschop van Utrecht, toegewijd, welke, volgens de overlevering, de bewoners van Hulst van het heidendom tot het Christendom zou hebben bekeerd. Een prijzenswaardig voorbeeld van godsdien stige verdraagzaamheid valt hier op te merken. In hetzelfde gebouw, slechts door een steenen munr in tweëen gedeeld, honden de Roomsch- katholieken en de Protestanten hunne godsdienst oefeningen. Dat gaf Z. M. koning Willem III, die 26 Mei 1862 bij zijn bezoek aan Zeeland in die beide godshuizen vertoefde, de woorden in den mond: „Het is mij een onuitsprekelijk ge noegen, op zulk eene wijze verzekerd te worden van de eendracht tusschen Roomsch en on-Roomsch binnen Hulst. De lezer, die ons tot dusver zijne aandacht verleende, zal hebben opgemerkt dat, al maken wij in den titel van ons opstel slechts van de alge meene vergadering der landbouw-maatschappij gewag, het nog andere zaken zijn, die ons te Hulst bijeen doen zijn. Met een enkel woord wezen wij er reeds op dat, behalve die vergadering en de daaraan steeds verbonden wordende atdeelingstentoonstelling van vee, te Hulst ook nog een internationale wedstrijd gehouden wordt en wel van vlas-, braak- en zwingelwerktuigen. liet hoofdbestuur der maatschappij heeft met dezen wedstrijd het goede doel: de teelt en de bewerking van vlas in Zeeland aan te moedigen, teneinde, zoo mogelijk, eenigermate de nadeelige gevolgen te keeren, die voor den landbouwer uit den achteruitgang van den graanbouw en voor den arbeider uit het daaruit voortvloeiend gebrek aan winterwerk ontstaan, Wijl door de te booge kosten der tegenwoordige wijze van bewerking, de concurrentie met andere streken, waar nieuwere werktuigen ten dienste staan, voor den Zeeuwschen landbouwer bijna onmogelijk geworden is, vooral nu de handel in tegenstelling van vroeger, in plaats van een fijn product tegen hoogeren prijs, een grover tegen aanmerkelijk gereduceerde marktwaarde verlangt, wil het hoofdbestuur de mededinging uitlokken van de nieuwste en doelmatigste werktuigen in het binnen- en buitenland in gebruik ter bevre diging van de eiscben van den tegenwoordigen vlashandel en zulks ryet alleen ten behoeve van de meer uitgebreide, doch evenzeer ten dienste van de kleine industrie. Er is voor den internationalen wedstrijd niet veel ingezonden. Zwingelwerktuigen voor onge- braakt vlas zijn er.tweeeen van L. G. Delandts- heer te Gent en een van Bakker en Co. te Ridderkerk. Slechts één zwingelwerktuig voor gebraakt vlas is er nl. van J. B. Gregoire en Zonen te Berlaere in België. Meer zwingelwerktuigen voor handkracht zijn er, nl. van L. Mulier-Toye te Moorsele Lez Cour- trai, D. Pays te Waesmunster, E. van Overloop en van J. B. Gregoire en Zonen te Berlaere, allen in België. Braakwerktuigen voor de handkracht zijn er 6 van Gregoire, van Overloop, van Mulier-Toye, be nevens van Bakker en Co. Buiten het programma zijn verscheidene werk tuigen ingezonden door E. van Overloop, J. B. Gregoire en Zonen, D. J. van der Have te Ka- pelle bij Goes en E. van den Bosch te Goes. De werktuigen werden heden, Maandag, beproefd doch behalve aan de belanghebbenden was ieder ander de toegang ontzegd. Een eigenaardig verschijnsel is het dat de naar de hoofdprijzen dingende werktuigen meestal minder kosten dan de daarvoor uitgeloofde prij zen bedragen. Of het doel met dezen wedstrijd bereikt wor den zal. moet de tijd leerende hand moet aan den ploeg geslagen, want „bij de pakken neer zitten" kan in geen geval verbetering brengen in den alles behalve rooskleurigen toestand van den landbouwer. Moge daartoe medewerken de algemeene ver gadering en den aankleve van dien in 1887 en na tijden van malaise ook eens de voorspoeds zon Des landmans hoeve en huis beschijnen, Ja! alle neevlen doen verdwijnen, Waar 't veld of akker schaden kon. Door gedeputeerde staten van Zeeland is de verkiezing van een lid der provinciale staten, ter vervanging van den heer J. M. de Glopperover leden, in het hoofdkiesdistrict Zierikzee bepaald op Dinsdag 28 Juni 1887 en de herstemming zoo noodig Dinsdag 12 Juli daaraanvolgende. Bjj kon. besluit is aan den reserve-officier van gez. 2de kl. dr. J. C. Bolle, van het personeel van den geneesk. dienst der landmacht, op zjjn verzoek, gerekend van 1 Juni 1887, een eervol ontslag verleend uit zjjne tegenwoordige betrek king tot de landmacht. Donderdag geen audiëntie bjj den minister van financiën. De Haagsche correspondent van de N. Gr on. Ct schrjjft; „Het bedanken van den heer Röell voor de candidatuur te Deventer is niet te verwonderen. Zijn verkiezing zou thans geen nut meer hebben

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1887 | | pagina 5