N° 127.
130" Jaargang:
1887.
Donderdag
2 Juni.
Verspreide Berichten.
Middelburg 1 Juni,
Een adder onder het gras.
Onderwijs.
Kerknieuws.
Dit blad verschijnt dagelijks;
met uitzondering van Zon- en Feestdagen;
Prijs per 8/m, franco 8.50.
Afzonderlijke nommers ziin verkrijgbaar a 5 Cent;
Advertentiën 20 Cent per regel.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten, enz.: van 1-7 regels /1.8Ö.
iedere regel meer 0.20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte;
Bij deze courant behoort een BIJVOEGSEL.
Maatschappij tot Nut van
't Algemeen.
MIDDELBURGSCHE COURANT.
Agenten te Vlissingen: P. G. de Vet Mestdagh Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen: F. van dek peijl, te Zierikzee: A. C. de Moon.te TholenW. A. van Nieuwenhuijzen.
Hoofdagenten voor het Buitenlandte Parijs en Londen, de Compagnie générale jde Publicité étrangère G. L. Daube Cie., John F. Jones, opvolger
De discussiën, gisteren in onze tweede kamer
gevoerd over het voorstel van den heer Schaep-
man betreffende art. 194 der grondwet, heioven
weinig goeds voor eene oplossing der onderwijs
kwestie en gansch niet onmogelijk dat reeds
heden wordt beslist ook het hoofdstuk onderwijs
eveneens onveranderd te laten als dat betref
fende den godsdienst.
De regeering wenscht, na het vroeger voor
gevallene, geen voorstel tot wijziging van het
bekende grondwetsartikel meer te doenvan
liberalen kant schijnt ook daartoe geen poging
meer verwacht te kunnen worden.
Wij hebben ons niet voorgesteld, dat het
voorstel van den Bredaschen afgevaardigde
ongeschonden uit den smeltkroes der parlemen
taire bespreking en behandeling zou voortkomen;
integendeel. Eene belangrijke wijziging daarvan
zou noodig geweest zijn, omdat het beginsel
van subsidie, daarbij aangegeven, allergevaar
lijkst zou zijn en de deur open zetten voor
tal van misbruiken. Terecht merkte de heer
De Beaufort gisteren op, dat het beginsel,
zooals de heer Schaepman dit wenschte uitge
drukt te zien, geheel nieuw is, en men daarbij
als principe zou aannemen dat de staat het
godsdienstig onderwijs moet bekostigen, wat
allerminst mag toegelaten worden.
Maar trots dit daarin uitgedrukt verlangen
blijkt zelfs bij de partij van den heer Schaepman
zijn voorstel geen genade te vinden. De
sympathie, die het bij dezen en genen van de
rechterzijde ondervindt, is gering en wordt nog
slechts onder de grootste reserve verleend
terwijl daarentegen anderen, tot dezelfde partij
behoorende, het ernstig bestreden hebben.
Van meer dan één kant dus oppositie, en
geen wonder. „De heer Schaepman vraagt te
weinig voor zijn partij, maar te veel voor ons,"
zoo luidde de juiste opmerking van den heer
Lieftinck.
En toch meenen wij dat dit een deugd van
het voorstel mag heeten.
Het kon de basis worden voor een com
promis, thans juist zoo gewenscht nu de ge
moederen wat gekalmeerd zijn; heden zoo drin
gend noodig met het oog op de toekomst.
Want de bakens worden verzet, nu het getij
niet meer zoo gunstig is als vroegereen deel
der anti-revolutionnaire partij begint te be
grijpen dat zij hoog spel heeft gespeeld en
men op weg zou kunnen geraken om het
laatste struikelblok voor een kalmen toestand
uit den weg te ruimen.
Wie weten wil, welke adder er in het gras
schuilt, leze met aandacht, wat de Standaard
in zijn noxnmer van heden bevat.
Aan het slot van een drietal beschouwingen
over het voorstel dat thans in de kamer wordt
behandeld, schrijft de redactie van dit blad
„Onze conclussie kan daarom geen andere zpn,
dan dat Schaepman's voorstel eerst dan aannemelijk
zou kunnen worden, zoo de scheiding tusschen
openbaar en bijzonder onderwijs en het neutraal
karakter van het eerste weer door hem herBteld
wierd.
„Doch is de heer Schaepman tot deze wijziging
niet te bewegen, we zouden zeggen, laat men dan
met art. 194 doen wat men met art. 168 deed,
en de behandeling er van eenvoudig verdagen.
„Indien bp tweede lezing de Beformbill mag
doorgaan, dan wordt toch de grondwetsherziening,
of men wil ot niet wil, permanent. En dat om
de simpele reden, dat een parlement, dat om de
zooveel jaar toch in zjjn geheel ontbonden wordt,
de noodzakelijkheid van A'*<ra-kamerontbinding
voorkomt.
„Over vjjf, over tien jaren en zoo verder ont
staat dan telkens gelegenheid, om nu deze dan
die gewichtige aangelegenheid op zichzelve te
regelen, en heil te vinden in een grondwetsher
ziening, die permanent en juist daardoor partieel
pal zjjn.
„Dan kan men later zien, of onder een geluk
kiger gesternte, als er eens wat onhandiger maar
hartiger man aan de regeeringstafel zal staan, en
er in de kamer wf.t meer pit en moed en gloed
zal zitten, zoo ernstige materie als bp kerk, on
derwijs en armverzorging in het spel is, niet op
veiliger baan ware te leiden.
„Er ware dan tevens een uitweg.
„Heemskerk en zjjn zoetelieve linkerzij kregen
dan hun revisie er dooren het kon dan heeten,
dat het groote werk volbracht was; en op het
Rembrandtsplein te Amsterdam ware licht plaats
voor een nieuwe monumentale uiting van alle
grati cives aan bun cives optimus te vinden.
„En wjjwjj hadden dan onzen Reformbilt.
„En aan het doodelpk malaise kwam een
einde
Drieërlei opmerkingen maakten wij bij het
lezen van deze eigenaardige en lang niet van
pit en geest ontbloote redeneering.
In de eerste plaats vroegen wij onszei ven af:
is zij gevloeid uit dezelfde pen, die steeds zoo
vurig en scherp streed voor wijziging van art.
194 in het belang eener voldoening aan het
billijkheidsgevoel van de groote meerderheid
der natie, zonder welke een grondwetsherzie
ning een ij del werk zou wezen? Waarvoor
thans die meegaandheid met het onveranderd
behoud En dan luidde in de tweede plaats,
als antwoord op die vraag, onze opmerking
dat er eene politieke berekening in het spel
is, die verderfelijk mag heeten terwijl ten
derde bij ons de gedachte opkwam dat hem
die het schreef, al moge hij gesteld zijn op
een „hartiger" man, zij hij ook onhandiger dan
de minister Heemskerk, handigheid niet ontzegd
kan worden. Hij steekt den zoo vaak door
hem aangevallen premier naar de kroon in
slimme berekening.
Nu de kans voor eene oplossing in eenzijdige
richting, geheel in den geest der ultra's
van de rechterzijde, ongunstig is, geeft men als
goed aanvoerder het sein te retireeren tot
gunstiger gelegenheid.
Wie weet wat de nieuwe kieswet-regeling
brengen zal! Wie weet welke groote winst
dan wordt behaald!
Het tegendeel is echter ook mogelijk, zal
men aan onzen kant opmerken.
Volkomen waar; maar juist daarom zou het
zoo wenschelijk wezen dat men op dit oogen-
blik nu men niet bevreesd behoeft te zijn
voor eene al te eenzijdige oplossing van het
vraagstuk, nu vele gematigde aanhangers der
anti-revolutionnairen den liberalen de hand
willen toesteken, het voorstel Schaepman als
middel had aangegrepen, of een andere poging
deed om nog art. 194 te wijzigen.
Wat de Standaard wenscht ishet agitatie-
middel vasthouden, zoo lang mogelijk; teneinde
het telkens en telkens weer te kunnen kan
teeren. Iedere vijf jaar, hjj elke verkiezing
is het immers een kostelijk wapen. Ziedaar
de adder, die, hoe verscholen onder het gras,
toch dadelijk, zelf voor den niet al te scherpen
opmerker zichtbaar is.
Men sla dit wapen uit de handen der
uiterste rechterzijde en de vrede zal weer-
keeren; wat voor hen wel de doodsteek wezen
zou, maar voor het land hoogst gewenscht.
Zoo heden alle kans op een revisie van
art. 194 nog niet is verkeken; laat de
liberale partij in de tweede kamer dan toch
nog beproeven haar te verkrijgen.
De woorden van Be Standaard bevatten
eene ernstige waarschuwing voor de toekomst,
die wel wat laat, wij zouden kunnen zeggen
op den uitersten termijn, wordt gegeven, maar
waarmede wellicht nog aan onze zijde voor
deel is te doen.
De minister van oorlog heeft een beschikking
genomen, waarbij bepaald wordt, dat onderofficieren
gedetacheerd kunnen worden bp het leger in
Nederlandsch-Indië en dat ap, die na verloop van
vier jaren wenschen terug te keeren, in hun ouden
graad bp het leger hier te lande zullen worden
ingedeeld.
Gisteren werd te Amsterdam, onder leiding yan
den heer mr H. Goeman Borgesius, da algemeene
vergadering gehouden der vereeniging Volks
onderwijs.
Dit het jaarverslag bleek dat de omvang en de
kracht in ledental weder ietwat was afgenomen.
Ten vorigen jare telde de vereeniging 6680 leden,
verdeeld over 105 afdeelingen, 20 correspondent
schappen met 81 verspreide en algemeene leden.
Sedert vielen Tilburg en Workum af. De afd.
Kollumerland besloot zich tegen het einde des
jaars te ontbinden, terwpl nog twee andere afd.
ten ondergang neigen. In plaats van de afd.
Tilburg trad een correspondentschap op met 10
leden, waar tegenover weder het verlies der cor
respondentschappen Blokker, Broek-in-Waterland
staat, zoodat de vereeniging thans telt 103 afd.,
22 correspondentschappen met 87 verspreide of
algemeene leden, totaal 6378 leden.
De rekening en verantwoording, die in ontvangst
f 11773, in uitgaat 6225, alzoo een batig saldo
van 5548 aantoonde, werd goedgekeurd.
Een voorstel der afd. Leeuwarden kwam in
behandelingdat strekte om de vergadering te doen
beslissen of met het doel der vereenigingte
verkrpgen dat in werkelijkheid overal in het rijk
van overheidswege gegeven worde voldoend open
baar onderwijs, voor alle gezindten gelpkelpk
toegankelpk, of daarmede in strpd is het bevor
deren van het subsidieeren van overheidswege van
bpzondere scholen, en of de beteekenis van het
woord »overal" is, overal, ook waar het bijzonder
onderwps voldoende in de behoefte voorziet. Dr
Yitus Bruinsma lichtte dit voorstel uitvoerig toe.
Na een langdurig debat trok de heer Bruinsma
de motie in en stelde Amsterdam voor te beslissen,
dat het reglement het subsidieeren van bijzondere
scholen openlaat en het hoofdbestuur dat dit niet
het geval is. Het voorstel van het hoofdbestuur
werd aangenomen met 63 tegen 4 stemmen.
Het voorstel om bp de kamer op het invoeren
van leerplicht aan te dringen, werd ontraden door
den heer Borgesius, die van de stervende Tweede
kamer geen gehoor verwacht, en die hoopte dat
het uitgebreid kiesrecht verandering in de ziens
wijze der nieuwe kamer en invoering van leer
plicht zou brengen. Alle voorstellen dienaangaande
werden daarop verworpen.
Tot lid van het hoofdbestuur werd herkozen de
heer Mepier en gekozen de heer André de la Porte
te Haarlem.
De volgende voorstellen van het hoofdbestuur
werden aangenomen:
„De vergadering machtige het hoofdbestuur om,
op het daartoe geschikte tijdstip, de noodige
stappen te doen tot het verkrpgen van die ver
beteringen in de wet op den kinderarbeid, waar
door althans in de meest in 't oog vallende
leemten, in verband met de belangen van het
onderwijs, zoo Bpoedig mogelijk worde voorzien."
„De vergadering machtige het hoofdbestuur om
zich tot de regeering te wenden met het verzoek,
dat het kazerne-onderwjjs voortaan uitsluitend
moge worden opgedragen aan hen, die volgens
art. 55 der wet op het L. O. tot het geven van
onderwijs bevoegd zpn."
Erkend werd de wenschelpkheid dat de staats
inrichting onder de verplichte leervakken der
lagere school worde opgenomen; doch dat het
onderwijs in de aardrijkskunde (vooral in Neder
land) door aanschouwing, d. w. z. door het
bezoeken van verschillende streken des lands, op
kosten der publieke kas, gegeven worde, werd
niet toegegeven."
Een voorstel der afd. Haarlem„Aan het
hoofdbestuur worde in overweging gegeven, wat
er door de vereeniging kan gedaan worden om
het teekenonderwps, vooral ten platten lande,
meer algemeen te maken", werd goedgekeurd.
Een voorstel der afd. Rotterdam„Het hoofd
bestuur benoeme een commissie, ten einde de
uitgave voor te bereiden van een reeks historie
platen, op de wpze en in den geest van de platen
voor de aardrijkskunde," werd tot het volgend
jaar aangehouden; dat der afd. Den Haag »De
vergadering spreke als haar gevoelen uit, dat het
in 't belang van het onderwijs noodig is aan
behoeftige schoolkinderen van overheidswege
voedsel te verstrekken," uitvoerig verdedigd door
den heer Baye, werd verworpen.
Amsterdam is tot vergaderplaats in het volgende
jaar aangewezen.
Algemeene Vergadering.
Arasterdam, 1 Juni 1887.
Als vervolg op hetgeen in het bijvoegsel wordt
gemeld seint men ons het volgende:
Na uit brenging van het financieele verslag,
goedkeuring daarvan en samenstelling van het
kiescollege, bedoeld in art. 41 der wet, kwam aan
de orde het 4e punt der agendaRapport der
commissie van onderzoek in zake de kweekschool
voor bewaarschoolhouderessen, welke zaak alge
meen bekend mag geacht worden, en waarvan de
conclusie was om het plan-Utrecht hier en daar ge
wijzigd uit te voeren voor ƒ93,500 met ƒ18,700
der jaarl. begrooting van uitgaven en 13,400 van
inkomsten, en de rest uit de kas van het hoofd
bestuur.
In een uitvoerige nota ontraadt het hoofdbe
stuur den verderen voortgang der zaak als op den
duur onhoudbaar voor de financiën der M^ën wenscht
het besluit van 1883 tot stichting ingetrokken te
zien, de gestorte gelden aan de schenkers terug
te geven en het aangekochte pand te Utrecht te
verkoopen.
Na twee uren gedebatteerd te hebben verwierp
de vergadering bp acclamatie het voorstel der
commissie en nam zjj het voorstel van het hoofd
bestuur om het besluit tot stichting in te trekken
met 829 tegen 100 stemmen aan.
Punt 5 der agenda, het ingetrokken bestuurs
voorstel omtrent de uitgifte van een Sociaal Week
blad bleef onbesproken.
Punt 6 was een voorstel van het bestuur om
door het hoofdbestuur, onder voorlichting van een
deskundige, een onderzoek te doen instellen naar
hetgeen in verschillende gemeenten voor goede
arbeiderswoningen is geschied, daarvan verslag
uit te brengen en voor geringen prps aan de
departementen af te staan, voor een en ander
ƒ2000 toe te staan.
Door het dep. Den Haag werd voorgesteld een
onderzoek door de departementen te doen instel
len, die daaromtrent het hoofdbestuur zullen
rapporteeren. Dit amendement werd verworpen
met 475 tegen 470 stemmen.
Het voorstel van het hoofdbestuur werd daarna
bp acclamatie aangenomen.
Op gelpke wpze werd ook beslist over punt 7,
een voorstel van het bestuur om deel te nemen
aan het in het leven roepen van een blpvende
organisatie tot bevordering van wedstrijden tus
schen handwerkslieden en leerlingen en daaryoor
ƒ1000 te besteden.
Punt 8, een voorstel van het hoofdbestuur, om
ƒ1500 beschikbaar te stellen ter vergoeding van
reis- en verblijfkosten van sprekers in departe
menten werd aangenomen, nadat verworpen waren
amendementen van Zwartewaal om 2500 en van
Wphe om ƒ3000 te besteden.
Punt 9, een voorstel van 't bestuur om in zakö
verzamelingen van kunstnijverheid, zooals in
Utrecht en Dordrecht in het leven geroepen zpn
of worden, ƒ3000 beschikbaar te stellen, werd
aangenomen, na verwerping van een amendement
van het departement Amsterdam om de kunstmusea
aan het onderwijs dienstbaar te maken.
Nadat dit punt was afgehandeld werd de ver
gadering verdaagd tot morgen.
Geslaagd voor het doctoraal-exameii in de
medicijnen, de heer J. J. Berdenis van Berlekom
van Middelburg.
In April werd benoemd tot onderwijzer të
St. Philipsland (dorp) de heer W. J. Boogaard te
Tholen in Mei tot onderwijzer aan een bijzondere
inrichting te Doetinchem de heer K. J. van
Damme te St. Maartensdijk en Vrijdag 11. werd tot
onderwijzeres te Fijnaart hoofd der school de
heer M. H. Kortman benoemd mei. K. van
'tHof te St. Annaland.
De drie bovengenoemden zpn leerlingen det
rpksnormaalschool te Tholen.
Te Oosterland is tot onderwpzer benoemd
de heer J. de Jonge te Kapelle..
Bp Koninkljjk Besluit van 12 Mei jl n° 16
is het pensioen ad 677 's jaars, den heer M. de
Mol bp Z. M. Besluit van 3 Oct. 1886 n° 20
verleend, ingetrokken en hem een nieuw pensioen
toegekend van 722 's jaars.
Door den kerkeraad der Evang.-Lutherschë
gemeente te Vlissingen, is het navolgend alphabe-
tisch gesteld, drietal opgemaakt, bestaande uit
de heeren D. Fregeves te Groede, J. H. Lochta
te Vaals en F. J. Plaat te Purmerend.
Ter eere van de opening van den dagdienst
der M« Zeeland hadden heden vele ingezetenen
van Vlissingen de vlag uitgestoken. Eene talrjjke