N° 113. 130® Jaargang: 1887. Zaterdag 14 Mei. BEKENDMAKINGEN. V E RK1EZ1IV G. NATIONALE MILITIE. Middelburg 13 Mei, Dit blad verschijnt dagelijks; met uitzondering van Zon- en Feestdagen; Prijs per Sir franco 3.50. Afzonderlijke nommers ziin verkrijgbaar a 5 Cent. Advertentiën 20 Cent per regel. Geboorte-, Trouw-, Doodberichten, enz.: van 1-7 regels /1.50. iedere regel meer f 0.20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Oproeping van verlofgangers der lichting 1885. Vergadering van het departement Middel burg van het Nut. MIDDELBURGSS COURANT. Agenten te Vlissingen: P. Gr. de Veï Mestdagh Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen: P. van dee Peijl, te Zierikzee: A. C. de Mooij, te TholenW. A. van Nieuwenhuijzen. Hoofdagenten voor het Buitenlandte Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube Cie., John P. Jones, opvolger De burgemeester en wethouders van Middelburg, maken bekend dat op Vrijdag den 20 Mti a., van des voor- middags tien tot des namiddags èen uur, in een der boven-achterzalen van het raadhuis, de ver kiezing zal plaats hebben van een lid voor de Kamer van Koophandel en Fabrieken alhier, ter vervulling der vacature, ontstaan tengevolge van het overigden van den heer J. DE KANTER, terwijl de opening der stembriefjes zal plaats hebben dienzelfden dag des namiddags te 1 uur. Middelburg, den 13 Mei 1887. De burgemeester en wethouders voornoemd, S C H O R E R. De secretaris, A. DE VULDER VAN NOORDEN. De burgemeester van Middelburg, gezien de circulaire van den commissaris des konings in deze provincie van den 30 April 1887, A co. 560/1, 34e afdeeling Provblad no. 42) roept bij deze op de in deze gemeente wonende milicien-verlofgangers der lichting 1885, behoorende tot de 3e en 5e compagnie van het l«t«de 2® en 9e compagnie van het 2*, de 1® en 2® compagnie van het 3® en de 2° compagnie van het 4® regiment vestiDg-artilierie; om op den tijd en de plaats als in de aan hen uit te reiken order is vermeld, tegenwoordig te zijn, voorzien van al de voorwerpen van kleeding en uitrusting, door hen bij hun vertrek met groot verlof medegenomen, benevens van hun verlofpas, ten einde rechtstreeks naar hun corps te vertrekken. Zij moeten zich vooraf en wel op Dinsdag den 17 Mei a., des voormiddags tusschen 10 en 11 uren, bij den burgemeester hunner woonplaats aanmelden, voorzien van hun verlofpas, ten einde de noodige biljetten, alsmede daggeld, indien zij dit verlaugen en daarop recht hebben, te ont vangen. De verlofgangers, die op het bepaalde uur niet ter aflevering verschijnen, worden bij hun corps gestraft. Zjj, die niet aan de oproeping voldoen, worden als deserteurs behandeld, terwijl degenen, die door ziekte verhinderd worden op den bepaalden dag onder de wapenen te komen, van die om standigheid, onder overlegging van een verklaring van den geneesheer, tijdig kennis behooren te geven aan den burgemeester. Na hun herstel vervoegen zij zich bij hun corps. Middelburg, den 10 Mei 1887. De burgemeester voornoemd, S C H O R E R. Het hoofdstuk financiën der grondwet is gisteren zooals men weet met 42 tegen 22 stemmen door de tweede kamer aangenomen. De hoofdkwestie lag in 2, die thans, gewjjzigd als zjj is door een veranderd amendement-De Ruiter Zylker, dat door de regeering werd overgenomen, luidt als volgt ^Geeno belastingen kunnen ten behoeve van 's rijks kas worden gehevendan uit krachte van Gene wet. „Deze bepaling is ook toepasselijk op heffingen voor het gebruik van rijkswerken en inrichtingen, voor zooveel de regeling van die heffing niet aan den koning is voorbehouden". Het amendement-De Ruiter Zylker, betreffende inkomstenbelasting, werd verworpen met 62 tegen stemmen. Yóor stemden de beeren Van Diggelen, Meesters, Heldt, Zylker, Schepel, Kielstra en Buma. Het andere amendement om te bepalen dat de accjjnzen op eerste levensbehoeften moeten worden afgeschaft, werd met 61 tegen 6 stemmen ver worpen. Na deze beslissing is het onnoodig ons in de gevoerde discussiën te verdiepen, te minder nu dezelfde argumenten, in de bladen voor en tegen de amendementen aangevoerd, ook in de kamer ter sprake kwamen. De heer Van Diggelen beval zich en zijne mede voorstellers nog wel aan voor goede wenken tot verbetering der redactie, maar ook dat bleef vruchteloos. Door den heer Lieftinck werd nog eene nieuwe poging gedaan om eenige verbetering te brengen maar ook deze vond geen genade in de oogen der kamer. Pi) stelde al, yoor aan bet regeeringsartikel als laatste alinea toe te voegen„De ingezetenen dragen naar hun draagkracht bjj in de gezamen lijke lasten". Hij deed dit, omdat hij prijs erop stelde in deze de uitspraak der kamer te kennen. Nu, die uitspraak was ook al niet schitterend voor de voorstanders van dat beginsel. De kamer verwierp ook dat voorstel met verpletterende meerderheid, nl. met 58 tegen 12 stemmen. Onder de voorstanders daarvan behoorde onze afgevaardigde, de heer Buteux, en verder brachten de heeren Heldt, Lieftinck, W. K. v. Dedem, Borgesius, Rutgers, Zaayer, Kielstra, Buma, Van Diggelen, Smeenge en Zylker, voor dat amende ment hun stem uit. De minister van koloniën heeft aan de eerste kamer een breedvoerige nota van inlichtingen gezonden betreffende den toestand van zee- en landmacht in OoBt-Indië. De slotsom luidt: Buitengewone aanvulling van het inlacdsch gedeelte van het leger werd noodig, en het noo dige is daartoe gedaan. Of verdere uitbreiding vereischt zal worden, is thans niet te beslissen; spoedige beperking is niet te verwachten. Om trent een wijziging der organisatie is overleg aangevangen. De bewapening is voldoende en zelfs in zeer goeden staat. Gegronde aanmerkin gen op de wjjze van werving zjjn niet bekend; de toepassing der bepalingen is verruimd, het is niet noodig, het werfdepöt uit Harderwijk te verplaatsen. De marine is, wat materieel en personeel be treft, in goeden staat en voldoende tot handha ving van rust en orde in den Archipel. Het adres, dat aanleiding gat tot de interpel latie van 14 April, laat de Min. onbesproken. De koloniale verslagen geven feiten ter vorming van een oordeel over verschillende bewe ringen in dat adres, waarvan de stellers toonen, zoo weinig op de hoogte te zjjn van de besproken zaken, dat zij bv. de onschatbare Madoereesche barisan een onvoldoend hulpmiddel noemden. „Wel is het te vreezen zegt de min. dat een Btuk als het bedoelde een ongunstigen invloed zal hebben op ons vijandige elementen, met name in Atjeh". Terwjjl de reg. toch stelselmatig tracht, den Atjeher te doen begrjjpen dat zjjn pogingen nutteloos zjjn, brengt een stuk als dit adres de oorlogspartij in den waan, dat volhar ding in het verzet kanB oplevert op succes. De min. voegt daarbjj, niet te begrjjpen, hoe mannen als de adressanten het over zich kunnen verkrjjgen, het Indisch leger voor te stellen als ontmoedigd en gedemoraliseerd. Op de ernstigste wjjze protesteert hjj daartegen. Aan het leger moet hulde gebracht worden voor zjjn goeden geest, en het wordt gekrenkt door zulke beschul diging en wanneer men euveldaden van enkele eervergeten individuen tot maatstaf neemt voor het geheele leger. Trouwens, hoeveel zjjn de „talrijke desertiën", die als bewjjs worden aangehaald van ontmoedi ging en demoralisatie Bljjkens de journalen van den gouverneur, loopende tot Maart 1887, deser teerde in Atjeh sedert Juni jl. éen inlandBch soldaat en geen enkele Europeaan. Het gebeurt meermalen, datj ongelingen, die zich voor den militairen dienst wenschen te verbinden, zich op de garnizoens-bureelen aanmelden, zonder voorzien te zjjn van de noodige bescheiden. Het gevolg hiervan is, dat zjj onverrichter zake naar hunne gemeente kunnen terugkeeren, omdat zjj zonder de vereischte stukken niet aan een genees kundig onderzoek worden onderworpen. Wie dus geen vergeefsche reis wil maken, voorzie zich allereerst bjj het bestuur zjjner ge meente van de noodige papieren. Op de werf der kon. MC de Schelde te Vlis singen is heden voormiddag de kiel gelegd en de voorsteven gericht van het voor de Rotlerdam- sche Lloyd in aanbouw zjjnde stoomschip Bromo. Voorzeker een heugeljjk feit voor die werf in 't bjjzonder en voor de Nederlandsche njjver- heid in 't algemeen. De Nederlandsche vlag wappert dan ook fier van het hoogste toppunt op den voorsteven. Zooals men weet is dit stoomschip bestemd voor het vervoer van passagiers en goederen voor den maildienst op Neerlandsch Indië. Het zal geheel van staal worden vervaardigd, en in breedte en holte geljjk aan de Batavia en, Soerabaja, omstreeks vier jaren geleden voor dezelfde maat- schappjj op die werf gebouwd, zal dit schip 20 Engelsche voeten langer zjjn en over dek eene totale lengte van 330 Eng. voeten hebben, gelijk staande aan eene lengte van ruim 100 M. De heer J. Vink, ontvanger-griffier yan den polder Nieuw-Noord-Beveland, heeft ais zoodanig zjjn eervol ontslag aangevraagd. Git Zierikzee schrijft men ons: Het verslag onzer Nutsspaarbank over 1886 getuigt weder van de toenemende belangstelling die het publiek voor deze instelling heeft. Er hadden gedurende dat jaar 1290 inlagen en 702 uitbetalingen plaats- De eersten beliepen te zamen 97.855.90j en de laatsten ƒ52.304.681, zoodat meer werd ingebracht dan teruggenomen ƒ45.551.22. De inlagen waren verdeeld als: 15 beneden ƒ1; 340 van 1 tot beneden 10; 658 van ƒ10 tot beneden ƒ100; 261 van 100 tot beneden ƒ1000; en 16 van ƒ1000 en hooger. Aan rente werd bjjgeschreven 11.043.19 die rente bedraagt van 5295 vier en van grootere sommen drie en een half percent. Op het eind des jaars had het kapitaal der bank een waarde van 385.484.74, terwjjl aan de inleggers slechts verschuldigd was ƒ338 931.121, zoodat er een reserve-kapitaal is van ƒ46.553.611. Het getal inleggers bedroeg op 31 December jl. 1727, en wel 14 beneden ƒ1; 65 van 1 tot beneden ƒ10; 646 van 10 tot beneden ƒ100; 963 van ƒ100 tot beneden ƒ1000, en 39 van ƒ1000 en hooger. De Avondpost heeft het, onlangs de ronde gedaan hebbend bericht, dat er ongeveer 6 aan papier zou zijn verschreven voor eene aanmerking der rekenkamer op de vordering van eenen officier van gezondheid, en wel over de vraag of die officier al dan niet in uniform gereisd had, be- langrjjk genoeg geacht om daarnaar een onderzoek in te stellen. Daaruit is gebleken dat de geheele zaak hierop neerkomt: Bjj het departement van binnenland- ecbï zaken werd de genoemde vordering van de rekenkamer terug ontvangen, met verzoek om inlichtingen of de officier in uniform of in burger- kleeding had gereisd, hetgeen invloed heeft op de in rekening te brengen reiskosten, en welk verzoek gegrond was op het reistarief. Het departement wendde zich tot den declarant en deze trok zjjn vordering vervolgens in. Door deze administratieve handeling kunnen slechts eenige vellen papier, eenige enveloppen en een stukje lak verbruikt zijn. De hoofdschotel van het menu van den Duitscher bestaat, zooals sommigen wel eens beweren, bjjna zonder uitzondering uitSauerkraut und Schwetne- fleisch en toch schjjnen de zonen van Germanië al etende den trek niet te verliezen. Op de ver gaderingen van ons AWs-dep arte ment was in de laatste jaren veelal de hoofdschotelde spaarbank en ook in die vergaderingen bleek steeds dat Vappétit vient en mangeant. Telkens en telkens weer kwam dat gebraad op tafel, telkens en telkens weer werd het aan gesneden, voorgediend en met smaak verorberd. Zoo ook gisteren avond. Niettegenstaande in de vorige vergadering de schaal half geledigd werd afgenomen, werd heden het opgewarmd gerecht ter tafel gebracht en dadelijk van onderscheidene kanten het mes en de vork erin gezet. Wjj zjjn echter, hoe belangrjjk de zaak ook wezen moge, eenigszins huiverig om ook onzen lezers nogmaals dezen schotel voor te zetten, omdat wjj meenen daarover zoo nu en dan reeds de meaning der voor- en tegenstanders te hebben in het licht gesteld. Op gevaar af het dus niet ieder naar den zin te zullen maken bepalen wjj ons nu hopende Toor eenigen tjjd deze kwestie van de baan te zien tot eene zeer korte vermelding, van het ten deze verhandelde, waartoe ook onze ruimte dwingt. In de vorige vergadering waren de leden na langdurige discussie met de behandeling van het spaarbankreglement genaderd tot artikel 5 e en die paragraaf kwam gisteren aan de orde. Der langen Bedekurzer Sinn van de verschillende paragraten van dat artikel waren de vragen 1° zullen tot inbreng in de spaarbank alleen min vermogenden of ook minderjarige kinderen van ander6 dan minvermogende ouders worden toege laten; 2° zullen ook gegoede lui voor inbreng tot zeker bedrag worden toegelaten; 3° mag ook van inrichtingen van openbaar nut of liefdadig heid inbreng aangenomen worden? De vergadering nam, niet zonder warme discussie, de volgende besluiten Met betrekking tot punt I: ook inbreng van minderjarigen van andere dan minvermogende ouders is toegelaten, met 20 tegen 9 stemmen. Betreffende punt 2 toestemmend, met 13 tegen 12 stemmen. Wat het derde punt betreft, werd eerst met 24 tegen 6 stemmen verworpen een amendement om het artikel zoo te redigeeren, dat de stichtin gen bjj eene algemeens opvraging van gelden eerst na de in vorige categorieën genoemde in brengers betaling zouden mogen eischen en daarna het punt jnet 18 tegen 12 stemmen toestemmend beantwoord. Wijl de overige artikelen geen aanleiding gaven tot belangrijke beslissingen, deelen wjj eenvoudig mede dat zjj en ook het gansohe reglement op de spaarbank ten slotte zonder stemming werden aangenomen. De spaarbankzaak hiermede beëindigd zjjnde, kwam aan de orde de behandeling der punten van beschrjjving van de aanstaande algemeene vergadering en wel in de eerste plaats dat be treffende het Sociaal Weekblad, waarvan, zooals den meesten onzer lezers bekend moet zjjn, de conclusie ishet hoofdbestuur te machtigen met den heer H. D. Tjeenk Willink te Haarlem, betreffende het door hem en voor zjjn rekening uitgegeven Sociaal Weekblad een overeenkomst te sluiten. Het departementsbestuur adviseerde eenstem mig tot aanneming van het voorstel van het hoofdbestuur, wat door den voorzitter mr W. A, van Hoek met de volgende woorden werd toe gelicht: „Het komt ons voor dat dit voorstel een gevolg is van de richting door dat bestuur, onder veler instemming, gevolgd. De Mij tot Nut van Algemeen heeft terecht ingezien, dat zjj eenigen tjjd geleden op een keerpunt stond. Velen, en daaronder niet de minst ontwikkelden in den lande, begonnen zich van haar af te wen den. Men noemde haar versteend, niet meer op de hoogte van den tjjd, nog wel nuttig voor het algemeen, maar nuttigin zeer betrekke- ljjken zin en voor het algemeen ten platten- lande. Op dat keerpunt gekomen heeft de MO ingezien dat het meer dan tjjd werd om te breken met het stelsel van halve maatregelen en van tijdelijke middelen tot leniging van sociale rampen of tot verzachting van maatschappelijke wanverhoudin gen. De M® begreep, dat de Europeesche sociale stroomingen, wier invloed op onze Nederlandsche samenleving zich deden gevoelen, in mindere of meerdere mate moesten worden gekend en erkend, moesten worden verklaard aan zoovelen, die daarvan geen juist begrip hadden ten gevolge van mindere ontwikkeling of valsche voorstelling. De M® begreep dat zjj daartoe noodig had een orgaan, dat, voortaan door haar hoofdbestuur gecontróleerd, daaraan dienstbaar kon zjjn. Zjj wil daartoe overnemen het bestaand Sociaal Weekblad. Veel is daarvoor en daartegen aangevoerd. Hetgeen daartegen is aangevoerd kwam hoofd zakelijk van de zjjde dergenen, wier zoogenaamde moderne opvatting vergeet, dat men aan liefelijk heid en welluidendheid" geen wapenen kan ontleenen bij dreigende sociale omwentelingen. Geen politiek 1 roept men van die zjjde. Geen orgaan dat vroeger niet afkeerig bleek van alge meen stemrecht Aangenomen, mjjne heeren, dat het orgaan, als het door het hoofdbestuur zal worden gecontro leerd, algemeen stemrecht zal verdedigen, is dit dan eene opvatting van wier bespreking de M tot nut van V algemeen zorgvuldig zich moet onthouden Ons komt het voor dat de M« zich alleen moet onthouden van partij-politiek, maar de bedoelde opvatting, die gedeeld wordt door fractiën van alle hoofdpartijen in den lande, heeft met partij politiek al zeer weinig te maken. Het heeft daarmede evenmin iets te maken als andere tot de algemeene staatkunde behoorende opvattingen. Zou men het aan de M® b. v. euvel duiden dat zjj in hare geschriften het groote voordeel voor Nederland betoogde van de monarchie boven de republiek? Immers neen: die kwestie behoort in Nederland gelukkig mogen wjj er bjjvoe- gen niet tot de partjj-politiek. Zoo is het met zoovele algemeene staatkundige opvattingen. Roe dus het Sociaal Weekblad onder de contrële yan het hoofdbestuur zal werken, weten wjj niet.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1887 | | pagina 1