Verspreide Berichten»
MIDDELBURG in 1886.
Kantongerecht te Middelburg.
Heden zijn veroordeeldJ. de R„ Vlissingen,
wegens laten loopen van veo op eens andera
grond, tot ƒ1 b. s. 1 d.Th. L. P., Vlissingen,
wegens het niet sluiten van regen- of wel-water
bak, tot ƒ3 b. s. 1 d.; B. B., Antwerpen, wegens
het als muzikant uitoefenen van zijn beroep op
den openbaren weg te Vlissingen zonder vergun
ning, tot ƒ1 b. s. 1 d.; C. K., W. K., Vlissingen,
wegens het wateren buiten de bakken, ieder tot
fl b. s. 1 dP. W., en G. W. W., Middelburg,
wegens burengerucht, de eerste tot ƒ5 b. s. 3 d.
en de tweede tot fl b. s. 1 d.; C. J. H. G. wed.
R., Middelburg, wegens overtreding ijkwet tot fl
b. s. 1 d, en verbeurdverklaring van den meter;
A. J. G., Middelburg, wegens het werpen van
vuilnis in een riool, tot ƒ1 b- s. 1 d.; A. J. de
B., P. E., Middelburg, wegens het werpen met
sneeuw, ieder tot ƒ0.60 b. s, 1 d.; A. G., Middel
burg, wegens het toedienen en verkoopen van
sterkendrank aan twee kinderen beneden de 16
jaar, tot 2 b. van /10 s. 3 d. elke b.; verder
wegens dronkenschap: J. P. R., zonder bekende
woon- of verblijfplaats; J. B., O. en W. Souburg,
ieder tot ƒ1 b. s. 1 d.; D. v. d. V., Middelburg,
tot ƒ5 b. s. 2 d.; en allen in de kosten van het
rechtsgeding.
Een heerlijke onweersbui ontlastte zich heden
middag boven Walcheren. Hierdoor is aan den
lang gekoesterden wensch om regen voldaan.
Mensch, dier en land zullen zeker door deze ge
beurtenis, even gewichtig na zoo'n langdurige
droogte als honderd kleine ongelukken van weinig
beteekenis, opgefrischt zijnen onze lezers zullen
zeker wel ons recht doen wedervaren dat wy
daarvan melding maken.
Naar men ons uit Vlissingen meldt is het
»Grand Hotel" op de duinen nabij die gemeente
weder zoover in orde dat het gereed is tot ont
vangst van logé's en verdere bezoekers.
Aanstaanden Zondag denkt de exploitant het
hotel voor het publiek officieel open te stellen.
Ook schijnt de Kurzaal-vereeniging het contract
met den exploitant, dat ten vorigen jare zoo uit
stekend gewerkt en zoo gunstige uitkomsten
heeft opgeleverd, weder vernieuwd te hebben,
zoodat het publiek voor dezen zomer weder genot
volle en aangename uitvoeringen te gemoet kan
zien.
Op Zondag 22 Mei zal een deel van de zeer
gerenommeerde »Crefelder kapel" in het Hotel
eene uitvoering geven.
Tengevolge van zwaren mist kwam de
mailboot Willem, Prins van Oranje heden morgen
ca te half tien van Queensboro te Vlissingen aan-
De passagiers en mail vertrokken 11.55 per facul-
tatieven trein.
De binnenkomende Harwichboot Cambridge,
moest bjj het lichtschip de Wandelaar ten anker
komen en passeerde Vlissingen te ruim half twaalf;
De nieuwe mailboot Nederland zal morgen
(Woensdag) eene proefreis naar Queensborough
makenvan Greenock naar Vlissingen werd de
reis in 48 uren gemaakt.
Woensdagavond verkeerde men aan de buiten
haven te Vlissingen in duisternismen moest zich
met kaarsen en petroleumlampen behelpen. Oor
zaak daaryan was een gebrek aan de hoofdbuis
onder het kanaal.
Was het gedurende den afgeloopen winter
aan den Westkapelschen zeedjjk doodsch en stil,
thans heerscht weder de gewone bedrijvigheid.
Ongeveer 100 dijkwerkers zyn dagelijks bezig,
terwjjl ook het aanvoeren van klei en zand vele
handen vereischt.
De bekende schaduwzijde aan dezen gunstigen
toestand is dat, wanneer de verbetering nog eenige
jaren op de tegenwoordige wijze wordt voortgezet,
er voor de Westkappelaars niet veel meer te
verdienen zal zijn. Zij zullen daarom verstandig
doen bp tjjds om te zien naar andere middelen
van bestaan.
Maandagmorgen zoo meldt de G. Crt
bevond zich in de wachtkamer 38 klasse van het
station te Goes een echtpaar, dat gereed stond
het geheel vind ik dat ik zeer wel af ben.
„Maar mijn waarde heer", zei ik, „denkt gi]
niet dat gij nog beter af zoudt zijn, indien gij, in
plaats van een werkeloos leven, een nuttigen
werkkring hadt? Gelooft gij niet dat het beter
voor u zou zijn, indien gij u op een ernstige
studie toelegdet dan drie vierden van uw tijd
door te brengen met romans te lezen en voor uw
genoegen te leven
„Neen, dat geloof ik niet", zei hg hartelijk
lachende, „ik zou wel in het parlement kunnen
komenmaar er zijn er al genoeg, die misbruik
maken van onze bevoegdheid om op dat terrein
niets uit te voeren. Ik zou ook ongetwijfeld in
staat zijn om een boek uit te geven, maar dat
zou de moeielijkheden van hen, die van hun pen
moeten leven, nog maar vermeerderen. Ik heb
geen grooten aanleg voor iets in het bijzonder;
waarom zou ik dus de markt bederven door te
gaan wedijveren met degenen, die wel aanleg
hebben De natuur heeft mij geschapen om in
een rond gaatje te passen; waarom zou ik mij
nu met alle geweld in een vierkant moeten
wringen
Ik kon gemakkelijk vrede hebben met die leer,
vooral met het oog op de bedrijvigheid van mijn
heer Motley. Het verschil tusschen die twee
compagnons was verbazend.
Op zekeren dag nam ik een uitnoodiging van
mijnheer Motley aan om te gaan zien, hoe hij geld
verdiende. Eerst bracht bij mij aan de bank in
de Throgmortonstraat, een ouderwetsch eenvoudig
om naar Middelburg te vertrekken, teneinde den
gesloten huwelijksband te doen ontknoopen, toen
beide partijen eensklaps tot de ontdekking kwamen,
dat toch echtscheiding eigenlijk niet door hen
werd gewenscht. De reis werd derhalve onder de
gunstigste voorteekenen aanvaard, te meer daar
de vrouw uit louter vreugde en als blijk van
teruggekeerde genegenheid haar man op sigaren
tracteerde.
Te hopen dat de betrokken personen later
zullen kunnen zeggen beter ten halve gekeerd
dan ten heele gedwaald.
Te Cadzand is bjj den landbouwer Cysouw,
tegelijk met 11 anderen, een kuiken uitgebroeid
met 3 pootende overcomplete poot zit waar de
staart moet zjjnhet diertje heeft twee dagen
geleefd en na zjjn dood is het opgezet, zoodat
deze zonderlinge afwjjbing voor belangstellenden
nog te zien is. Het zonderlingste is, dat een der
gewone pooten slechts twee teenen heeft, terwijl
aan de overcomplete poot 5 teenen zitten; ove
rigens is het diertje goed gevormd.
Eigenaardige begrippen omtrent zindelijk
heid schijnt eene familie te Alfen te hebben, waar
in eene kamer in twintig jaren de kleeden niet
waren opgenomen. De straf echter bleef niet uit.
In den loop der jaren was de vloer geheel verrot,
de balken konden op het laatst den last niet
langer dragen en op zekeren nacht zakte de vloer
in, waardoor een kast vol oud porselein, ter
waarde van een duizend gulden, in elkaar stortte.
Een goede vangst! De jachtopziener Geltink,
te Winterswjjk heeft gisteren, onder het gehucht
Meddoho twaalf jonge vossen opgegraven en thuis
gebracht. Bjj Rjjssen zjjn de vorige week zeven
jonge vossen opgegraven, die thans door een hond
gezoogd worden.
De jaarljjksche bloembollenveilingen in den
omtrek van Haarlem zjjn thans in vollen gang.
De prijzen der bollen zijn echter aanmerkeljjk
lager dan het vorig jaar.
Iemand geeft een antwoord op de vraag,
van waar de uitdrukking „een ton gouds" komt.
Hjj doet nl., met een beroep op ds. Yan Koetsveld's
Gelijkenissen van het Evangelie, opmerken, dat bij
de oude volken het gewicht grondslag was der
geldrekening, en dat in de rijke dagen onzer
voorvaderen goud en zilver werden toegemeten;
100.000 nu was een haringtonnetje vol dukaten.
Aan den Times seint men, dat van de 15
personen, beschuldigd van den aanslag op het
leven van den czaar op 13 Maart 11. zeven ter
dood zjjn veroordeeld. De overigen worden naar
Siberië verbannen.
Te St. Petersburg is een huis afgebrand,
waarbjj zeven personen in de vlammen omkwamen
drie vrouwen en 4 kinderen.
Op verzoek van Schnaebele zelf heeft de
France haar inschrijving voor een kruis van
diamanten, hem aan te bieden, gestaakt.
Ludwig Barnay is directeur van het Walhala-
tlieater te Berljjn geworden.
Omtrent de onlusten op Kreta ontbreken nog
bjjzonderheden. De vreemde consuls, die bij het
uitbreken der ongeregeldheden afwezig waren,
zjjn naar Kanea teruggekeerd. Het Fransche
fregat Victorieuse is naar Kreta vertrokken.
De tentoonstelling van schoone kunsten te
Venetië is gisteren door den koning en de koningin
van Italië geopend.
Katkoff heeft zich naar St Petersburg begeven.
Men gelooft, dat Von Giers althans voorloopig
minister van buitenlandsche zaken bljjft.
Het Zwitsersche dorp Sils in het Domleschger-
dal is op 6 huizen na, geheel afgebrand.
In de nieuwe Zweedsche tweede kamer zjjn
139 tegenstanders en 81 aanhangers der bescher
mende rechten gekozen. In de ontbonden kamer
zaten 111 protectionisten en 101 vrjjhandelaars.
Te St. Gallen is Iwan Tschudy, de schrijver
van de Tourisfen in der Scliweiz, op 71jarigen
leef tg d overleden.
By de herstemming in het departement Haute
Garonne is de candidaat der republikeinen, de
radicaal Calvinhac met 29.038 stemmen tot afge
vaardigde verkozen. Op den conservatief Duboul
werden 24.551 stemmen uitgebracht. By de ver
huis met een koperen plaat op de deur, waarop
„Motley en Harlowe'' stond. Van buiten scheen
het volstrekt geee druk bankierskantoormaar
van binnen zag het er heel anders uit. Aan den
eenen kant zaten de klerken, die het geld ont
vingen, aan den anderen wa3 men bezig met
wissels te innen; ginds schreven zij in groote
boeken; iedereen was even druk bezig en toch
stonden er menschen te wachten om geholpen te
worden en onophoudelyk hoorde men het gerin
kel van het goud, dat op de toonbank geworpen
en gewogen werd. Het was verbazend 1
Wij begaven ons naar een vertrek aan het
einde van het kantoor en de bediende, die onder
danig de deur voor ons open hield, bracht ons
meteen een kistje sigaren, alsof dat tot de zaak
behoorde. Mijnheer Motley nam er een uit en
schoof mij het kistje toe. Daarop kwam de
directeur met boeken onder den arm en terwijl
mijnheer Motley zijn sigaar opstak, luisterde hij
naar hetgeen de directeur hem te zeggen had
tgeen voor my alles even duister en onbegrijpe
lijk was.
„Heel goed, mijnheer Crawford, ik zal de
cijfers nazien," zei hij. „Zend Burus bij mij."
De directeur vertrok en weldra verscheen er
een bedeesd, bleek jong mensch, die op verzoek
van mijnheer Motley eenige cgfers nakeek, terwijl
hg zelf. de andere onderzocht. Dit duurde
eenigen tijd en nadat hij nu en dan zijn naam
onder een papier gezet had, stond mynheer
Motley op.
kiezing van een senator in de Vendue werd de
monarchist Rire verkozen.
Te Belfast heeft wederom een gevecht tus
schen de politie en de menigte plaats gehad.
Verscheidene personen werden gewond.
De Elsasser Landeszeitung noemt het gerucht,
dat de staat van beleg over Elsasz-Lotharingen
zou afgekondigd worden, uit de lucht gegrepen.
Op een meeting te Rome, die door 6000
personen werd bygewoond, is geprotesteerd tegen
de koloniale politiek der regeering.
Door generaal Saletta is Massouah in staat
van beleg verklaard.
Het museum te Berlyn heeft voor 35.000 fr.
uit de kunstverzameling van den hertog Buccleuch
te Londen het meesterwerk van Rembrandts etsen
Jezusde zieken genezende, uit het jaar 1650,
g ekocht.
In het Pruisisch huis van afgevaardigden
werd door een der leden by de beraadslagingen
over het verdrag tusschen Pruisen en het vorsten
dom Waldeck-Pyrmont, betreffende het bestuur
van dat vorstendom door Pruisen, over het toe
komstig lot der Hollanders en hun koloniën met
edele willekeur beschikt.
De afgevaardigde Rumpf, een Waldecker, voerde
ter ondersteuning van het verdrag en tevens als
^antwoord op het verwyt van slecht financieel
beheer door het vorBtelyk bestuur aan, dat de Wal-
deckers, nakomelingen der oude Cheruskers, die
in het Teutoburger woud slag leverden tegen de
legioenen van den Romeinschen veldheer Varus,
hoewel arm aan goederen, doch ryk in liefde tot
keizer en ryk, zich ook op geestelyk gebied had
den onderscheiden. Ten slotte zeide hy
»Het is u bekend, dat de koningin van Holland
een Waldecksche prinses is. Dit is een zeer be-
minnenswaardige dame. Misschien kunnen wy
daardoor de Nederlanders in zooverre voor ons
winnen, dat wy met hen een tractaat sluiten,
hetwelk zyn practische uitdrukking kan vinden
in een tolvereeniging, welke Holland en zyn
koloniën met ons samenvoegt."
De op Rumpf volgende spreker Meyer uit Breslau
ten volle overtuigd van de byzondere gaven der
afstammelingen der Cheruskers, wensch te echter
het voorstel naar een commissie te verwyzen,
waarmede zich ook Windthorst vereenigdo onder
verklaring, allen eerbied voor den Waldeckschen
stam te gevoelen, maar hy wenschte toch te con-
stateeren dat ook de Hanovranen niet ganz ohne
waren.
By de behandeling der rechtzaak tegen de
personen, die den aanslag beproefden op het leven
van den czaar, trekt het de aandacht, dat allen
erkennen schuldig te zyn. Overtuiging deed hun
handelen. Zy erkennen voorts medeplichtigen te
hebben, maar weigeren ten stelligste die te noemen.
Zy doen mede hun uiterste best om te doen uit
komen dat geheel hun handelwyze rust op nihi-
listischen grondslag en willen daardoor blykbaar
voorkomen dat men, met het oog op enkele Polen
die onder hen zyn, aan Poolsche intriges zal
denken. De grootst mogelyke energie wordt aan
den dag gelegd. Een enkel staaltje uit het
getuigenverhoor volge hier: Een der getuigen:
student, heeft indertyd de gouden medaille van
verdiensten verworven. Op de vraag of hy het
dynamiet in de bommen had gedaan luidde het
antwoord
Ja, dat heb ik gedaan.
Stonden de gevolgen der zaak u volkomen
duidelyk voor den geest?
Natuurlyk, anders zou ik het niet gedaan
hebben.
Hebt gy medeplichtigen gehad
Ja, maar ik zal ze nimmer verraden.
Een van uw vrienden en medeplichtigen is
naar het buitenland ontsnapt, gelyk gy weet.
Hoe is hy aan de middelen daartoe gekomen?
Ik heb ze hem verschaftik verkocht myn
gouden medaille.
En waarom zyt gy niet met hem gevlucht?
Dat moet ieder voor zichzelt weten. Ik
wilde niet vluchten. Liever wil ik sterven voor
de zaak, die ik voorsta F'
De nacht-sneltrein van Koningsbergen naar
Berlyn is in den vroegen morgen van Woensdag
„Heel goed," zei hij „geef mij nu wat
banknoten." -
„Ja, mijnheer, hoeveel vroeg Burns, een
sleutel uit zyn zak halende en naar de brandkast
gaande.
„Tien van zestig is genoeg," hernam mijn
heer Motley, schreef een quitantie en gaf die in
ruil voor de banknoten. Daarop gingen wg heen
„Een veelbelovend jong mensch, die Burns,"
zei hij toen wij in het rijtuig zaten en naar
Soutbwart reden. „Door hem controleer ik mijn
directeur."
„Gedoogt uw directeur controle?" vroeg ik
verbaasd; want een directeur van een bank was
ia myn oog altyd een zeer gewichtig en voornaam
persoon. Hy zag mij met zijne tintelende oogjes
aan en zei
„Mijn goede vriend, de menschen laten zich
alles welgevallen als zy geld noodig hebben
alles," herhaalde hij twee of drie keer en keek
om zich heen alsof hy de heele wereld de revue
liet passeeren.
Ik rook de talk reeds zoodra wy den hoek
van den Southwartweg omsloegen en weldra
zag ik het leelijke steenen gebouw, met zijne
hooge schoorsteenen en dea stoom, die door de
opening drong.
Wy kwamen door een poort op een groote
plaats, waar men bezig was met vaten en kisten
te versjouwen. Door een andere poort kon ik
een blik werpen op de rivier en de werf, waar
een schuit geladen werd. Zware kranen waren
aan een groot gevaar ontsnapt. By Straussberg
was een dyk, waarlangs de trein moest komen,
geheel verschoven. Zoodra de stationschef het
vernam, vloog hy den trein, die reeds het eerst
volgende station voorby was en niet meer kon
worden gewaarschuwd, tegemoet en hy slaagde
er in de aandacht te trekken door het zwaaien
van de roode vlag. De trein hield 120 meter
voor den, weggezonken dyk halt.
Duizenden treinen zyn in de laatste twintig
jaren over dezen dyk gegaan, zonder dat er ooit
reden voor ongerustheid bestond. Men zal nu
waarschynlyk op het gevaarlyke punt een brug
leggen.
Een nieuwe Haroun, al Raschid
De prins-regent Luitpold van Beieren, maakt
dikwyls in civiel kleeding een wandeling door
München en heeft dan soms zeer amusante ont
moetingen. Onlangs sprak een soldaat hem aan
en vroeg hem den weg naar een bakker. Dezer
dagen nu maakte de prins weder een wandeling
in civiel en een eind achter hem ging een over
ste der infanterie. Deze zag dat een soldaat dicht
by den prins was, en dezen wel strak aanzag,
maar niet salueerde, waarom de overste hem met
de hand wenkende wilde duidelyk maken, dat hy
de honneurs moest maken. De soldaat begreep
den overste echter verkeerd en hield den regent
staande met de woorden»He, wacht eens even,
mynheer dfe overste moet u iets zeggen
Ten opzichte van de verpleging der krankzin
nigen, voor rekening van deze gemeente, valt te
melden
Op 1 Januari 1886 werden verpleegd 20 krank
zinnige personen, te weten 16 in het gesticht te
Delft en 4 in het geneeskundig gesticht voor
krankzinnigen te Medemblik.
In den loop des jaars moesten 2 nieuwe krank
zinnigen uit deze gemeente naar het gesticht te
Deltt en 1 naar dat te Medemblik worden over
gebracht; daarentegen overleden 3 lyders in het
gesticht te Delft. Op het einde van het jaar
was het getal van die verpleegden alzoo gelyk
aan dat met den aanvang des jaars.
Hunne verplegingskosten hebben bedragen
5354.32. Hiervan afgetrokken de bydragen
2386.58, blyft voor rekening der gemeente
2967.74.
Bovendien heeft de overbrenging der 3 krank
zinnigen gekost 64.52s, zoodat 3032.265door
het burgerlyk armbestuur voor rekening der ge
meente wegens verpleging van krankzinnigen is
betaald, of 76.895 meer dan in 1885, doch
46.735 minder dan daarvoor by de begrooting
voor 1886 was geraamd.
De algeraeene toestand van den landbouw en
van den landbouwer in deze gemeente was in
1886 weder niet gunstig.
Wel was de oogst over het algemeen voldoende
zoowel wat de kwaliteit als de kwantiteit betrof,
doch de pryzen van alle producten waren veel
te laag om voordeel af te werpen.
De koop en huurwaarde der landeryen, voor-
namelyk die van bouwland, bleven laag en daalden
eerder dan dat er styging werd waargenomen.
De bekende aardappelziekte heeft zich geheel
niet vertoondde aardappeloogst was daardoor
overvloedig.
Omtrent de invoering van nieuwe gewassen,
werktuigen, veerassen, de toepassing van nieuwe
uitvindingen, valt niets byzonders mede te deelen.
De in 1886 geteelde gewassen waren
heet. 1754 heet.
2.75
17
77
2,20
17
77
24 50
17
802
270
Paardenboonen
29.—
17
812
Erwten
22.—
1)
400
Boonen (witte en bruine).
16.50
17
396
17
3395
Winterkoolzaad
2.—
17
40
Vlas
2.50
17
6250 schr.
Voedergewassen.
Mangelwortels
30.60
17
856800 kilg.
in beweging niets was werkeloos, overal drukte
en bedrijvigheid, te midden van het gegons der
werktuigen en het gesis van den stoom.
„De karren zijn nu altemaal uit; de plaats
zal vol staan van nacht om twaalf uur met
karren die terug komen of geladen worden. De
eene dag begint voor dat de andere uit is en zoo
gaat het jaar in, jaar uit."
„Min of meer voegde ik er by.
„Neen nooit minder; altyd meer. In de
laatste twintig jaar is het nooit een dag achter
uit gegaan. Zoodra ik vermindering zie, sluit ik
de zaak; want dan weet ik dat ik niet langer
in staat ben haar te drijven."
„Gij zult de zaak wel sluiten, eer het zoo
ver is."
„Misschien. Het duurt lang eer men mil-
lionnair is en ik zal het niet licht opgeven, eer
ik zoover ben."
„Men zegt dat gij reeds millionnair zijt."
„Iedereen, die een kapitaal van meer dan
honderd duizend gulden bezit, wordt millionnair
genoemd. Maar daar ben ik nog ver af ik zal
het echter wel worden, ik zal het worden,"
herbaalde hij met nadruk.
{Wordt vervolgd.)