N° 56. 130e Jaargang! 1887/ Dinsdag 8 Maart. PATENTEN. Middelburg 7 Maart, Dit blad verschijnt dagelijks; met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per 8/m. franco 3.50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent. Advertentiën 20 Cent per regels Geboorte-, Trouw-, Doodberichten, enz.: van 1-7 regels 1.60 iedere regel meer f 0.20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. DE DUITSCHLAND, IMDDELBURGSCHE Agenten te Vlissingen: P. G. de Vet Mestbagh Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland,te Kruiningen: P. van dee Peijl, te Zierikzee: A. C. de Mooij, te TholenW. A. van Nieuwenhhnzen. Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Dadbe Cie., John P. Jones, opvolger De burgemeester en wethouders van Middelburg maken bekend dat de patenten over het 3e kwartaal van het dienstjaar 1886/87 ingevuld gereed liggen, en dat tot de afgifte daarvan ten raadhuize zal worden gevaceerd van den 9 Maart 1887 tot den 23 Maart 1887 des Woensdags en Zaterdags van iedere week, des voormiddags van 10 tot 12 uur. De belanghebbenden worden mitsdien aange maand om, binner. den boven bepaalden tijd, de voorschreven patenten in persoon te komen afhalen, bij gebreke waarvan deze door den deurwaarder dér directe belastingen, tegen voldoening van tien cent, aan hnis zullen worden uitgereikt, terwijl zij zich blootstellen in eene boete te vervallen van vijftien gulden, indien zij, des gevraagd, hun patent of een afschrift daarvan, niet kunnen vertoonen. Hiervan is afkondiging geschied waar het be hoort, den 5 Maart 1887. De burgemeester en wethouders voornoemd, P. ERMERINS, 1. b. da oria A. DE VULDER VAR NOORDEN. eerste boot voor den dagdienst der Maat schappij „Zeeland". De tijden veranderen en wij met hen. Lang reeds is bet geleden dat eene binnenlandsche reis eene gebeurtenis was, waarop men jaren teerde, en eene buitenlandsche een êvenement dat den reiziger eene plaatselijke beroemdheid verzekerde. Dagen, somtijds weken waren noodig om eene eenigszins van zijne woonplaats verwijderde ge meente in eigen land te bezoeken en bij maan den of jaren berekende men eene reis naar over- seesche gewesten. Bij eene tocht te land bezorgde het hortend en stootend, over de slecht geplaveide straatwegen rammelend en ratelend poatrijtuig den reiziger zoo geen geradbraakte ledematen, dan toch minstens hoofdpijn; by eene reis te water verveelde hij zich ten doode op de droomerige trekschuit of ondervond al het wee van een slingerend, stam pend, zeeziekmakend zeilschip. Geen wonder dan ook dat ons voorgeslacht eene reis, 't zij groot of klein, als eene zaak van gewicht be schouwde, die men lang te voren wikte en woog; dat men geduld en moed verzamelde om ze te aanvaarden en hem een rara avis noemde die ze ondernam. En thans! wat beteekent een reiziger die niet de Noordpool, de binnenlanden van Atrika of het verre westen van Amerika bezocht, nu het dage lijks voorkomt dat men tusschen het ontbijt en het souper even een boodschap doet naar Amster dam of Rotterdam; dat men 'smorgens te Mid delburg plaats neemt om 's avonds eene voorstel ling in de opera te Parijs bij te wonen, of aan boord van de mailboot zich te Vlissingen te slapen legt om in eene Engelsche haven te ont waken Sinds de krachten Vkn stoom en electriciteit ineer en meer bekend raken, zijn er geene af standen meer. Wij leven, maar ook wij reizen snel in onze negentiende eeuw en niet alleen snel maar ook zeer gemakkelijk, De harde houten, niet altijd met een strookusscn belegde, banken in diligence of trekschuit zijn vervangen door de goed gevulde zachte en met fluweel gedekte zitplaatsen der tramwagens of stoombootende hobbelige weg is veranderd in een langs gladde rails; het van wind of weer afhankelijke zeilschuitja heeft plaats gemaakt voor de de elementen beheGrschende stoomboot, terwijl, in plaats dat men zich be helpen moet met een oudbakken stak brood, taai vleesch en ondrinkbaar bier op eene pleisterplaats, gedurende de reis in den waggon cf op de stoom boot de maitre de cuisine den gastronoom, in minder dan geen tijd, een Lucullus maal opdischt. Dit waren zoo ongeveer onze gedachten toen wij gisteren naar Vlissingen stoomden om een bezoek te brengen aan de Duitschland, den eerste der drie mailsteamers, die door de Fair field shipbuilding and Engineering companyvroe ger John Elder en C°, te Govan bij Glasgow, aan de maatschappij Zeeland moeten worden geleverd voor den op 1 Joni a. door de laatst genoemde maatschappij, naast den bestaanden pklhtdienst, te openen dagdienst op Engeland. Na aan de buitenhaven aan het trotsche schip den tol onzer bewondering gegeven en geconsta teerd te hebben dat het model ervan grootendeels overeenkomt met de andere thans in de vaart zijnde schepen, betraden wij, wijl het „verboden toegang" voor ons niet geschreven was, de loop- plauk en vonden, op het dek gekomen, een vriendelijke cicerone, die ons het Zaterdag te Vlissingen aangekomen vaartuig in al zijne onder- deelen liet bezichtigen. Wij vernamen, doch hebben het niet nagemeten, dat de Duitschland over dek gemeten 300 voet lang is, 35 voet en 3 duim breed en dat zij 23 voet en 3 duim diep is. De boot, die geheel van staal vervaardigd is en ongeveer 1700 tonnen meet, voldoet aan alle eischen welke de tegenwoordige tijd steltde nieuwste vindingen op hét gebied van scheep vaart en stoomwezen zijn er in toepassing ge bracht. Het roer wordt met stoom bewogen en de ankers kunnen door stoom worden gelicht. De machine is oseilleerend en van nog grooter klacht dan die der nachtbooten. Van de twee cylinders heeft de hoogdruk 60 en de laagdruk 104 duim in diameter. De ketels zijn van staal, hebben een druk van 80 pond per vierkante duim en eene ver warmings oppervlakte van niet min der dan 8000 vierkante voeten. De raderen en krukassen zijn eveneens van staal. Wat betreft de snelhe'd moet de Duitschland bij den proeftocht met rnim 35 omwentelingen gemiddeld 18 knots geloopen hebbenmen wilde bp de nieuwe machine niet meer omwentelingen maken, maar de snelheid zou nog kunnen ver meerderen. Het stoomhouden gaat bijzonder goed, zoodat de machine in ieder opzicht voldaan heeft. De reis van Greenoch naar Vlissingen werd, niet tegenstaande den hevigen mist, in 56 nnr volbracht. Man ziet hieruit dat voor de zekerheid der passagiers de meest mogelijke waarborgen aan wezig zijn en de snelheid der booten niets te wensehen zal overlaten. Dit mag misschien het nuttige worden genoemd, maar ook voor het aangename is de meest moge lijke zorg gedragen. Zooals uit bovenstaande cijfers blijkt is de Duitschland iets grooter dan de voor den nacht dienst gebruikt wordende steamers* waardoor, en ook omdat slechts wéinige slaapplaatsen noodig zijn, eene groote ruimte voor de reizigers be schikbaar is. Bij prachtig weer zal voor dezen het ruime promenade-dek groote aantrekkelijkheid hebben, niet alleen omdat men er met volle teugen de versterkende zeelucht kan inademen, maar vooral om het schoone uitzicht dat men er hebben zal. Op het tweede dek bevindt zich een groot dekhuis met deksalon en rookkamer, voorts eën zestal kajuiten, Waarvan twee, die met elkaar cörrespondeeren, voor vorsteiyke reizigers inge richt zijn, en op het voordek een kleiner dekhuis met verblijf plaatsen voor de officieren, den admi nistrateur en den loods. Alle kamers en salons zijn keurig en comfor table ingericht; de vloeren zijn met linoleum en tappten bedekt, terwyl de wanden uit mahonie., hout met lichtkleurige paneelen bestaan. De plafonds zijn wit met gouden omlijsting. Het deksalon is* behalve met fraaie spiegels en keurige gordgnen, versierd door een twaalftal prachtige geëncadreerde schilderijen, waaronder van Bauffe, Neuhuys, BisschopJ. E. Schutz, v Byland, Heemskerk van Beest, Oppenoorth, W. J. van den Berghe en Van der Meer. Bij eene onlangs gehouden tentoonstelling heeft men trouwens daarmee reeds kennis kunnen maken. Zonder overladen te zijn maakt dit deksalon een soliden, tevens gezel ligen indruk en het heeft bet voordeel dat, wanneer minder goed weder het toeven op het promenade-dek niet aangenaam maakt, de reizigers toch van het zeegezicht knnnen genieten. Onder dit deksalon bevindt zich het eetsalon dat zijn licht en lneht ontvangt uit de groote zijlichten of patrijspoorten. Ook dat mnnt door elegante, praetische inrichting uit. Een aparte damessalon van min der groote afmeting bevindt zich achter het eet salon hier zoowel als overal elders is het maho niehout met kwistige hand verwerkt. Al spraken wij hierboven hoofdzakelijk over de verblijfplaats der reizigers le klasse, ook voor die met minder goed gevulde beurs is vol doende gezorgd. Ook zg hebben meer ruimte cd comfort dan misschien ergens anders. Wanneer wij nu nog in bijzonderheden wilden afdalen* zouden wij eene beschrijving kunnen geven van de enkele passagiers-hutten die er zijn, van de waschkamers enz., maar wij gelooven te kunnen volstaan met de verzekering dat die geheel op de leest geschoeid zgn van al het andere. Nog iets ter vermelding echter rest ons, nl. dat de Duitschland verlicht wordt door electriciteit volgens Andrews patent. Ds inrichting is van de firma J. D. Andrews en Co. Wcodside electric works Glasgotv n. B. De ballons, waarin de gloeilampen branden, zijn van een bgzondere samenstelling, die het licht tempert en aangenaam voor de oogen maakt. Dit alles bg elkaar genomen lokt uit tot een tochtje over zee, waartoe wij, zoodra de dagdienst geopend is, met een gerust geweten onze lezers opwekken. Het Weekblad van het Recht, de uiting van den heer Keucbenius in de kamer over de veroordee ling van Domela Nieuwenhuis besprebende, schrijft: „Wg hopen, dat dit staaltje van kritiek van strafrechtelijke uitspraken der rechterlijke macht door een lid der wetgevende macht in onze par lementaire geschiedenis een unicum zal blijven. Wat zou er wel gebeurd zijn, indien een ander afgevaardigde, die het met den heer Keuchenius niet eens was, diens verderfeljjk voorbeeld was gevolgd en ook over de waarde der rechterlijke uitspraken in zake Domela Nieuwenhuis was in debat getreden? Wat zou er op die wjjze ge worden zgn van de zelfstandigheid der rechterlijke macht en de waardigheid der wetgevende No 1 van den Vden jaargang van het Maandblad van het Genealogisch-heraldiek Genootschap »De Nederlandsche Leeuw'''' bevat o. a. aanteekeningen betreffende de ambachtsheerlijkheid vau der Nisse, door J. van der Baan en Aanteekeningen, Zeeuw- sche f&miliën betreffende (De Brauw), door mr B. F. W. von Brucken Fock. Ter bekoeling van de Kabelaar-bewondering en Verheerlijking, die zich uit in adressen en ge schenken, komt de burgemeester van 's Gravenhage met de ontnuchterende mededeeling dat onze koningin en het prinsesje, bij het bekende ongeval op 19 Febr., hare redding te danken hadden aan een rijtuig dat voor een stalhouderij stilstond, en waarin het voertuig van H. M. is vastgereden. De eenige ernstige poging om, vóór dat de aan rijding plaats had, de paarden tot staan te brengen, is gedaan op den hoek van de Oranjestraat, door den agent van politie P. van Djjk, die daarbij gevallen is. Eerst toen de aanrijding had plaats gehad en de paarden daardoor links uitgeweken waren, zijn deze door verschillende personen gegrepen, waaronder mogen genoemd worden de koetsier A. Kabelaar, de stalhouder G. M. Wegman, de agent van politie Blom e. a. Dat daarbij de een meer verdiensten zou hebben dan de ander, is in geene deele gebleken. Dit is, zegt de heer Patijn in een sehrjjven in het Vad., het resultaat van een zoo nauwkeurig mogelijk ingesteld onderzoek, en lakoniek, bij wijze van pleister op de wonde die hg bg sommigen door zijne mededeelingen slaat, geeft hjj aan het slot daarvan de verzekering dat hij wel wil gelooven dat, had die aanrijding niet plaat s- gehad, doof iemand zou beproefd zijn de paarden tot staan te brengen. Maar in ieder geval staat het feit vast dat de redding uit het gevaar, waarin zich de Eoningin en de prinses hebben bevonden, te danken is aan de, van den wil van menschen geheel onafhankelijke aanrgding in het Noord einde. War zal Eabelaar nu doen met de ontvangen cadeau's en adressen? In ieder geval kunnen wij thans zeker wel aan nemen dat men geljjk had toen men beweerde dat er van eene wekelgksche toelage, aan dien koetsier toegezegd, geen sprake is. Door den minister van oorlog is bepaald, dat ouders of voogden die zonen of pupillen bg het instructie bataljon, de instructie compagnie, instructie batterjj of bg het korps genietroepen in dienst wensehen te doen treden, deze een voor- loopig militair geneeskundig onderzoek kunnen doen ondergaan in die garnizoensplaatsen, waar officieren van gezondheid zgn. Zg zullen zich daartoe mondeling of schriftelgk moeten wenden tot den plaatselgken of garnizoens-commandant. Bijzonder gering was het aantal leden der af- deeling Walcheren van de Zeeuiusche maatschappij v(sn landbouw, dat heden ter algemeene vergadering was opgekomen, want behalve het bestuur telden wij bg den aanvang der bijeenkomst slechts een dozijn belangstellenden, welk cijfer staande de vergadering niet veel grooter werd. De notulen der vorige vergadering gaven, wat zelden voorkomt, aanleiding tot eenige discussie. De heer De Kroo maakte de opmerking dat in die notulen vermeld wordt dat bg de verkiezing van bestuursleden 59 leden aan de stemming deelnamen, terwijl z. i. dat aaotal 60 bedroeg. Wijl een der bestuursleden met 30 stemmen be noemd is, meent de heer De Kroo dat dit lid niet de volstrekte meerderheid van stemmen ver- verkregen heeft en die benoeming dus niet wettig is. Aangezien die kwestie niet uit te maken is, werden, nadat de steller der notulen zgn verwon dering had uitgesproken dat de heer De Kroo niet tijdens de vorige vergadering, welke door hem werd bggewoond, zgn bezwaar tegen de verkiezing had geopperd, de notulen in stemming gebracht en met algemeene stemmen goedgekeurd. Verder lichtte de heer De Kroo nader toe de redenen die hem geleid hebben tot het zich niet herkiesbaar stellen als bestuurslid. De hoofdoorzaak daarvan bleek te bestaan in het feit, dat geen publiciteit gegeven was aan zgne verklaring tegen het aankoopen van een dekhengst. Ook onze verslaggever heeft daaraan schuld en erkent die gaarne, echter niet zonder de bijvoeging dat, naar in de vergadering medegedeeld werd, de redeneering over deze zaak door den heer De Kroo indertijd zoo ridicule was dat hg meende dezen een dienst te doen met ze te laten voor hetgeen zij was. In de eerste plaats was daarna aan de orde de benoeming van een vice-voorzitter en een secretaris. De beide functionarissen, de heeren Riemens en Gerlach, werden bij acclamatie her benoemd. Door den heer Snijders werd mededeeling ge daan dat indertijd zijne medewerking gevraagd is om eene photographie te verkrjjgen van een echt ZeeuwBch paard. Door de welwillendheid van den heer Jan Polderdijk, die daarvoor een paard be schikbaar stelde, is hij daarin geslaagd en thans is hem gebleken dat die photographie is opgenomen in een werk van den intendant van het leger* den heer Van Gendt, getiteld: Paardenfokkerij en remonteering. Na kennisneming van eenige andere ingekomen stukken werd door den heer Gerlach mededeeling gedaan van het concept-contract en het rapport van de commissie in zake de suikerbietenteelt; Een en ander deelden wij vroeger reeds in hoofde zaak mede. Hierna werd rapport uitgebracht omtrent dë pogingen, aangewend tot aankoop van een dek hengst. Daar dit rapport nog niet geheel volledig kon worden uitgebracht, werd besloten dit punt aan te houden tot de volgende bgeenkomst, nadat de voorzitter zijn leedwezen had betuigd over het mislukken dezer zaak. Spreker gaf het denkbeeld in overweging om prijzen uit te loven voor dea besten Walcherschen hengst, welk voorstel na eenige discussie eveneens werd aangehouden. De heer Maas, penningmeester der afdeeling; bracht hierop rekening en verantwoording uit over 1886. Deze rekening bedroeg in ontvang f 934.7§ eü in uitgaaf 838.50zg sloot alzoo met een goed saldo van f 96.25. De voorzitter betuigde den penningmeester zijn dank voor het gehouden be heer, waarmee de vergadering instemde; Naar aanleiding van gerezen klachten over da schade, door sommige jagers aan de veldvruchten toegebracht, werd aan de leden meegedeeld dat zg den toegang tot hunne landen kunnen beletten, door plaatsing van een bordje waarop die toe gang wordt verboden. Daarna werd de vergadering gesloten. Uit Amsterdam schrjjft men onsi Zondag is de tentoonstelling van Salon-, slaap- en eetkamer-ameublementen, uitgeschreven door de Meubelmakers patroons vereeniging, te 12 uren voor heeren inzenders en eenige genoodigden, voor namelijk vertegenwoordigers van dagbladen, geo pend door den voorzitter der regelings-commissie, den heer Jansen, lid der firma H. F. Jansen en zonen alhier, met een korte toespraak, waarin hjj wees op het heugelijk feit, dat door onderlinge samenwerking thans een kleine tentoonstelling was samengebracht, waarvan hjj hoopt dat zg groote en goede gevolgen voor de meubelmakerij mocht opleveren. In tegenspraak met een zinspeling, elders gedaan, dat de gewenschte eendracht onder concurreerende vakgenooten onmogelijk was, gaf hg de pertinente verzekering, dat onder de patroons inzenders niet alleen geen oogenb.Uk de zoo noodigo

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1887 | | pagina 1