N» 53. Yrijdag 4 Maart. Middelburg 3 Maart. Dit blad verschijnt dagelijks; met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per 3/m. franco 3.50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent. Advertentiën 20 Cent per regel.1 Geboorte-, Trouw-, Doodberichten, enz.: van 1-7 regels/1.50 iedere regel meer f 0.20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte; De overheidsbemoeiing met het vakonderwijs der werklieden. IIDDËLBU Agenten te Vlissingen: P. G. de Vex Mestdagh Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen: Fvan deb, Peijl, te Zierikzee: A. C. de Mooij, te TholenW. A. van Nieuwenhhijzen. Hoofdagenten voor het Buitenlandte Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Datjbe Cie., John F. Jones, opvolger Onder dezen titel levert de heer dr. J. Zaaijer Jzn een opstel in no. 4 der Geschriften over sociale vragen, uitgegeven van wege de Liberale unie. Vooral het slot daarvan is zeer belangrijk, ook voor onze lezers. Zjj herinneren zich nog dat o. a. op de verleden zomer te Middelburg gehouden Nijverheids-verga- dering de heer W. C. Metzelaar over de ambachts scholen eene zeer pessimistische beschouwing leverde, die wjj destijds in haar geheel onzen lezers hebben bekend gemaakt. De heer Metzelaar was toen een bepaalde tegenstander van die scholen; een of twee daarvan in ons land voor de liefhebbers van dat onderwijs waren, volgens hem, voldoende, maar alle verdere waren nadeelig. En nu is niet lang geleden een rapport ver schenen, opgemaakt door eene commissie benoemd door de Maatschappij tot bevordering der Bouiokunst ter beantwoording van de vraagWelke eischen dient men te stellen aan eene goede regeling van vakonderwijs voor de handwerkslieden in de bouw ambachten Die commissie, waarvan de heer W. C. Metze laar secretaris was, bestond verder uit de heeren dr P. J. H.Cujpers, voorzitter, C. Djjserinck, C. M. Drooglever Fortuijn, F. H. van Malsen, J. E. G. Noordendorp en G. A. Scholten. De heer dr. Zaaijer geeft den volgenden korten inhoud van het voorstel dier commissie Het onderwijs wordt gegeven op ambachts avondscholen en ambachtsdagecholen. De oprich ting en instandhouding dier scholen geschiedt van gemeentewege, met een rijkssubsidie ten bedrage van de helft der kosten. In elke gemeente met meer dan 8000 zielen moet een ambachtsavond school zjjn, tenzjj de bevolking te ver uiteen woont,! zoodat op bezoek der school weinig te rekenen valt. In dat geval kan de gemeente tijdelijk van de oprichting vrijgesteld worden. In elke gemeente met meer dan 30,000 zielen moet bovendien een ambachtsdagschool worden opge richt. De ambachtsavondschool wordt des avonds gehouden gedurende het winterhalfjaar de cursus duurt minstens 3 jaren. De leerlingen moeten, om toegelaten te worden, behoorlijk kunnen lezen, schrjjven, rekenen en teekenen; dit laatste, zoo aan de lagere school in de gemeente het teekenen onderwezen wordt. Het schoolgeld moet laag zjju en vrijstelling er van mogelijk. Het onderwijs omvathet handteekenen, het rechtlijnig teeke nen, het rekenen, toegepast op het ambacht, het maken van opstellen, toegepast op het ambacht, de kennis van grondstoffen, bouwstoffen, gereed schappen en werktuigen, het teekenen toegepast op het ambacht en het boetseerenbet laatste vak is niet verplicht, zoo er geen behoefte aan bestaat. Voor elke school is onderwijs voor het timmer-, metsel-, smids- en verversambacht ver- plichtend dat voor andere ambachten regelt zich naar de behoeften. De ambachtsdagschool heeft een Sjarigen cursus. Voor toelating en schoolgeld gelden dergelijke bepalingen als voor de avondschool. Het onderwjjs der dagschool omvat dezelfde vakken als dat der avondschool; daarbjj komen dan oefeningen in het handteeren van gereedschap en het gebruik van werktuigen ten behoeve van die ambachten, waarvan de practjjk op een school kan onderwe zen worden, en voor zooverre er in de gemeente voldoende behoefte aan onderwjjs in de practjjk van een ambacht bestaat, te bepalen volgens nader vast te stellen regelen. Het onderwijs in de practjjk is verplichtend voor het timmeren, meubelmaken, smeden, en verven. Ambachtsdagacholen in gemeenten van minder dan 30,000 zielen en ambachtsavondscholen in gemeenten met minder dan 8000 zielen, worden ten opzichte van het rijkssubsidie geljjk gesteld met de verplichte scholen, zoo zjj voldoen aan de eischen aan deze scholen gesteld. Bjjzondere ambachtsdag- of avondscholen, die aan even bedoelde eischen voldoen, ontheffen het gemeentebestuur van de verplichting tot oprich ting van deze scholen. De gemeente en het rjjk betalen ieder voor de heltt in de kosten, voor zoover deze niet door particulieren wordt gedragen. Verder wordt eene regeling voorgesteld van bet pszicht op de ambachtsavond» en dagscholen, van de akte van bekwaamheid voor het onder wijzend personeel, en van een tijdperk, binnen hetwelk de scholen in werking moeten zjjn. Eindeljjk wordt bepaald, dat bet ambachtsonder- wijs deel uitmaakt van het middelbaar onderwijs. Bij dit voorstel der genoemde commissie is behalve eene memorie van toelichting ook eene kostenberekening gevoegd, waarbjj de commissie vooral getracht heeft niet te laag te ramen Daaruit blijkt, dat de commissie de jaarljjksebe uitgaven raamt op 800,000. Deze som mag echter verminderd worden met die uitgaven, welke thans jaarlijks door gemeenten, provinciën en rijk gedaan worden voor inrichtingen, waarvan de ambachtsstand tot nutoe voor zjjne opleiding gebruik maakte na bezoek der lagere school, zooals o. a. ambachtsscholen in haar tegenwoor- digen vorm, teekenacholen onder verschillende benamingen enz. Eveneens mag, naar het oordeel der commissie deze som vermeerderd worden met een belangrijk deel der jaarlijksche kosten van de burgerdag- en avondscholen, die minder zeker zullen bezocht worden of te niet gaan. De com missie berekent het bedrag van deze verminde ringen op 250.000 's jaars, zoodat de meerdere kosten, uit hare voorstellen voortvloeiende, op 550 000 per jaar mogen worden geschat. Dat het rjjk de helft der kosten van dit onder wijs betaalt, is, naar het inzien der commissie, billjjk. Zjjn aandeel in de kosten van het profes sioneel onderwijs der hoogere standen (opleiding tot advocaat, geneesheer, docent met academischen graad, ingenieur, enz.) bedraagt in verhouding zelfs meer, ja wordt bjjna geheel door het rijk bekostigd; evenzoo is 'srjjks aandeel in de kosten van het onderwijs aan gymnasium en hoogere burgerschool niet onbelangrijk. De kosten der rjjks-landbouwschool komen geheel voor zijne rekening. Dat dus het rjjk voor een ander groot deel der burgers, vertegenwoordigd door den ambachtsstand, zich eenige kosten van beteekenis getroost, is geen overdreven eisch. Het nationaal belang is daar eveneens zeer mede gemoeid. Van den anderen kant wordt goede behartiging van den dageljjkschen gang van dat onderwjjs ten zeerste bevorderd en de belangstelling der gemeentenaren in zulk onderwjjs krachtig opge wekt, indien ook de gemeente-financiën daarbij naar behooren betrokken zjjn en de gemeenten op dat onderwjjs een gepasten invloed kunnen uitoefenen. Naar aanleiding van dit rapport wjjst de heer Zaajjer op de bekeering van den heer Metzelaar van tegenstander tot voorstander der ambachts scholen. Tot weerlegging van het bezwaar, dat deze geen werklieden wel opzichters en bazen zouden vormen, doet hjj een beroep op de ervaring. Deze wjjst wel op verscheidene voorbeelden dat oud- leerlingen der ambachtsschool later deze hoogere rangen in het bouwambacht innemen en met eere bekleedenmaar het grootste deel der oud-leer lingen wordt werkman. Uit het jaarverslag van 188182 der Arnhemsche ambachtschool bljjkt, dat slechts 10 van de 88 oud-leerlingen als tee kenaar, onderbaas, of opzichter werkzaam waren. Van de Rotterdamsche ambachtschool deelde de secretaris in eene vergadering van de afdeeling Rotterdam der Maatschappij tot bevordering der Bouwkunst mede dat uit statistieke cjjters bleek, hoe slechts 15 percent der ontslagen leerlingen teekenaars of iets dergeljjks geworden waren, doch nimmer onmiddellijk na het yerlaten der school. Van de Amsterdamsche ambachtsschool waren van de 353 ontslagen leerlingen 240 am bachtslieden, 16 overleden, 16 bazen, 18 teekenaars, 16 opzichters, 40 onbekend. En deze cjjfers be- teekenen veel, daar die school reeds 24 jaren had bestaan. Te 's Hage ecbjjnt de verhouding echter niet zoo gunstig te zjjn. Aan het slot zjjner beschouwing wjjdt dr Zaaijer eenige regelen aan de inrichting van het am bacht sonderwjjs. In Frankrijk, waar dit onderwjjs een zekere ontwikkeling heeft verkregen, wordt het reed» gegeven aan de lagere school. Vooral onder den invloed van Salieis, thans inspecleur- général de V enseignement des travaux manuels en France, werd in de wet op het verplicht onder wjjs van 28 Maart 1882 in Frankrjjk de handen arbeid als verpliebt vak van lager onderwjjB inge richt. Terwjjl die handenarbeid in den cours élémentaire en in een deel van den cours mogen der lagere school het algemeen opvoedend karakter heett, dat dit onderwjjs o. a, in de meeste lagere scholen van Zweden, waar het is ingevoerd, bezit, wordt reeds in het laatste deel van den cours mogen aan boetseeren en aan de behandeling der meest gebrnikelpe werktuigen gedaan, terwjjl in devours ««pmeurbepaald ambachtsonderwjjs wordt gegeven. Eveuzoo heeft te Gothenburg in Zweden het onderwjjs in handenarbeid, aan de lagere school .verbonden, een professioneele strekking. Op 10 a 11 jarigen leeftijd werken de leerlingen in de werkplaatsen aan al de lagere scholen verbonden. Het eerste jaar beoefenen alle leerlingen achter eenvolgens de hout- en jjzerbewerking, de bewer king van papier en carton, het verven en bet mandenmaken. Het tweede jaar kiest elke leerling zijn vak. Tot 14jarigen leeftjjd wordt dit leeren voortgezet. Flinke werklieden zjjn met het geven van dit onderwjjs belast. In 1882 waren er 1566 leerlingen, die op deze wjjze werden beziggehouden. Te Brussel is op een der gemeentescholen een dergeljjke weg ingeslagen. Ook daar zjjn aan de school werkplaatsen verbonden, waar de leerlingen der hoogste klassen gemiddeld 3 jaren les in bet handwerk krijgen van uitstekende werkliedenzij leeren er meubelmaken, Blotenmaken, hontdraaien en boetseeren. Opmerking verdient echter, dat althans in de hoogste klassen dezer scholen de leerlingen ouder zjjn dan zjj, die bp ons bet gewoon lager onder wijs genieten. Overigens komt bet dr Zaaijer niet aanbevelenswaard voor, aan onze lagere scbolen het eigenljjke ambachtsonderwjjs in te voeren naar zjjne meening beeft deze inrichting haar vollen tijd noodig om te voldoen aan de eischen van algemeene vorming, die haar worden gesteld. Wil men den handenarbeid aan de lagere school verbinden, dan geschiede dit als opvoedingsmiddel, om aan de hand lenigheid te geven en den lust voor bet werken op te wekken, en niet met bet doel om een begin te maken met de vorming van aanstaande ambachtslieden. Volgens den schrjj ver moet het ambachts onderwjjs dus aan afzonderlijke scholen worden overgelatenen bet ambachtsonderwjjs met de overige leervakken aan ééne enkele school ver bonden zjjn. Op die wjjze is het beste verband te brengen tusscben hetgeen in de werkplaatsen wordt uitgevoerd en hetgeen in andere lessen wordt geleerdvooral het verband tusscben bet teekenen en bet ambachtsonderwjjs, eene zaak van groot belang, komt op die wjjze het best tot stand. Wat de kwestie betreft, omtrent de regeling der overheidszorg voor dia ambachtsscholen, de regeering moet er zich, volgens dr Zaaijer, wel degeljjk meer meê inlaten dan tot nu toe het bovenaangehaald voorstel der commissie komt dr Zaajjer voor werkelijk een goede leiddraad te zjjn om de belangrjjke zaak van het vakonder- wjjs van aanstaaade ambachtslieden te regelen, vooral ook omdat de namen der commissieleden waarborgen opleveren, dat dit voorstel gedaan wordt, gegrond op kennis van de behoeften, waarin het voorstel wenscht te voorzien. Toch zullen die scholen slechts de élite der werklieden vormende meerderheid zal zich tot het genieten van onderwjjs aan avond scholen, hetzij van teckuisctien, hetzjj van alge- meenen aard, beperken. De eigenlijke practische opleiding in het handwerk zullen deze leerlingen buiten de schooi, in de werkplaats, moeten opdoen. Wil men in de gebrekkige opleiding, die de meeste werkplaatsen aan deze leerlingen ver schaffen, verbetering brengen, dan zal men, vol gens dr Zaajjer, tot de invoering van leercontracten moeten overgaan, zooals thans reeds o. a. in de werkplaatsen der Hoilandsche IJzeren Spoorweg maatschappij te Haarlem is geschied, en dan zal de regeling van het leerlingwezen bjj de wet in ernstige overweging moeten worden genomen. Vanwege de Maatschappij tot exploitatie van staatsspoorwegen is eene gunstige beschikking genomen op het verzoek uit Nieuwdorp om eene halte tusscben 's Heer-Arendskerke en Arnemuiden. Bjj wjjze van proef zal eene halte worden op gericht voor reizigers bjj wachtpost n° 58 of 59 ter keuze van adressanten, waar des Dinsdags en Donderdags een trein in elke richting zal stoppen voor het bezoek der markten te Goes en te Mid delburg. In plaats van een zelfstandig tarief, zullen de tarieven der naastbjj gelegen stations worden toegepast. m Gisteren avond is in de vergadering van het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen albier door het uitvoerend bestuur ter bezichtiging ge steld een even zeldzame als fraaie stoel uit het midden der XVI" eeuw, die door de commissie tot het opsporen, het onderhoudenhet bekend maken van overblijfselen van kunst en oudheid in Zeeland was aangekocht. De stoel, uit eikenhout vervaardigd, 1 is tot van het bovenste der rugleuning 0.79 M. boog. Deze leuning bestaat uit 5 paneelen, ieder van 0.19 M. breed en 0.24 M. hoog, in lijstwerk gevat. Op het middelste paneel is gebeeldhouwd het wapen der hertogen van Aerscbot, op 2 der andere paneelen het monogram M. Ij. en op 2 bet monogram L. G. Door de zorgen van den verdiensteljjken secre taris van voornoemde commissie, den heer J. A. Frederiks, werd deze stoel, die gevonden is in de consistoriekamer der kerk te Gapinge, op uit stekende wijze gerestaureerd door den heer Bour- gognon te 's Hage. Het Zeeuwsch genootschap kan zich gelukwen- schen met deze aanwinst. Want zjjn stoelen uit de XVI« eeuw reeds hoogst zeldzaam, dit exem plaar heeft daarenboven eene groote historische waarde, daar het ongetwjjfeld tot zetel heeft verstrekt aan de vrouw van Maximiliaan van Bourgondië, Louise de Croy, de dochter van den hertog van Aerschot, met wie Maximiliaan den 10en Mei 1542 in het huwelpk trad. De vorm toch van het wapenschild toont aan dat het van eene vrouw is, de monogrammen beduiden klaar- blijkeljjk Maximiliaan-Louise Louise (de) Croy, terwjjl de plaats, waar de stoel werd gevonden, nabjj de plek is, waar zich bevond het kasteel »Zandenburg", dat in den voormelden tjjd door Maximiliaan en zjjne gemalin werd bewoond. Vermoedeljjk diende deze stoel tot zetel in de kerk, die zich bij bet kasteel »Zandenburg" beeft bevonden, en is bjj, toen deze kerk werd afge broken, met andere kerkmeubelen naar de kerk te Gapinge overgebracht. Aan hetzelfde Zeeuwsch genootschap is nog een belangrjjke bjjdrage geschonken. Het in 1785 albier opgerichte Dames-pbysica is, voor korten tjjd, bij gebrek aan belangstelling opgeheven, Het bestuur van dat gezelschap bood, namens verreweg het grootste deel der leden, zeer graci- euseljjk aan het Zeeuwsch genootschap de eigen dommen daarvan aan, waaronder het bekende Planetarium, benevens, onder eenige voorwaarden eene belangrjjke geldsom, De kamer van koophandel en fabrieken alhier zal Maandag den 7 dezer, te 2 uren precies, eene openbare vergadering houden, ter behandeling van het rapport en het jaarverslag. Naar aanleiding van het bericht uit Doetinchets dat, tengevolge van het aldaar op den huize Ruimzicht uitgebroken roodvonk, 80 van de 84 jongelieden tjjdeljjk naar hunne respectieve fami lies zjjn teruggekeerd, doet zich de volgende vraag voor Is men bjj 't vertrek dezer jongelieden volkomen zeker, dat geen hunner reeds besmet is Zoo neen, dan loopt men groot gevaar de ziekte op verscheidene plaatsen te verspreiden. Ons dunkt, dat eene strenge afzondering des vier door het roodvonk aangetasten minstens evengoed aan het doel zou beantwoordenboven dien konden de niet-aangetasten dan hunne lessen oljjven volgen en hunne iamiliën werden er niet door gedupeerd. (Arnh. Crt.) Lantaarn no. 5 bevat het portret van Eduard Douwes Dekker met u jjschrift en verder: Oorspron- keljjk letterwerk, door Verax. Johannes Bos boom, door Jan C. de Yos. De luitenant ter zee le kl. D, Stolp, gedeta cheerd bjj het departement van marine, wordt, onder eervolle ontheffing van dit detachement, met 16 dezer op non-activiteit gesteld en vervangen door den luitenant ter zee 1® kl. 0. A. de Brauw. Naar aanleiding van het schrjj ven van dr. Boodt in het N. v. d. D. betrekkeljjk de feest viering te Rhenen, licht nu de eerste schrjjver in een geteekend stuk het door hem geschrevene toe. Volgens hem kon, zonder de zieke te hinde ren, te Rhenen op 19 Febr. zeer goed eene open bare feestviering plaats hebben gehad. Volgens de Berljjnsche bladen heeft de kamer van koophandel te Duisburg met bet huis Lehn- kering eene overeenkomst gesloten voor een wekeljjk8eheu stoombootdienst tusschen Duisburg en de havens van Antwerpen, Rotterdam en Amsterdam. Voorts-zullen de kamer van koophandel te Duisburg en de Koninklijke Nederlandsche Stoombootmaatschappij eene geregelden dienst op richten tusscben de Oostzeehavens en de havens aan den Rjjn via Amsterdam. Omtrent de overeenkomst tusschen de Zuid- Duitsche en Skandinavische maatschappjjen tot prichting van een dienst via Antwerpen, waarya«

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1887 | | pagina 1