N°81. 130® Jaargang* 1887J Maandag 7 Februari. DE FIGURANT. FEUILLETON. Verspreide Berichten. Middelburg 5 Februari. Onderwijs. Dit blad verschijnt dagelijks; met uitzondering van Zon- en Feestdagen; Prijs per 8/m. franco 3.50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.' Advertentiën 20 Cent per regel! Geboorte-, Trouw-, Doodberichten, enz.: van 1-7 regels ƒ1.50 iedere regel meer 0.20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Bij deze courant behoort een BIJVOEGSEL, Brieven uit de Hofstad. Uit het Fransch, door Mrod. SEGALAS. lUIDDELBURGSC Agenten te Vlissingen: P. G. de Vet Mestdagh Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen: P. van dee peijl,te Zierikzee: A. C. de Moou,te TholenW. A. van Niewenhtjijzen. Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Datjbe Cie., John F. Jones, opvolger 8. 4 Februari 1887. Het is een gewoon verschijnsel, dat het oude na zekeren tijd weder nieuw wordt, of althans als nieuw wordt voorgezet. Zoo gaat het in velerlei opzicht, en wanneer wij rondom ons zien worden wjj telkens dien cirkelgang van groote zoowel als kleine dingen gewaar. De kunst en de mode herinneren ons aan die opleving van het oude misschien het meeBt, maar ook de cou ranten laten niet na nu en dan weer op te rake len, wat bjjna vergeten was, en als een nieuw bericht in de wereld te zenden een mededeeling, die reeds geruimen tjjd te voren was gedaan. Dezer dagen bevatten zjj het nieuwtje, dat de heer Otto van Rees in het voorjaar als gouver neur-generaal zou aftreden en naar Nederland terugkeeren. Hetzelfde hebben de lezers der Mid- delburgsche courant reeds eenige maanden geleden kunnen vernemen uit een der Brieven uit de Hofstad. Reeds toen was ik door particuliere berichten uit Indië uit zeer goede bron in den zelfden zin ingelicht. Thans heeft die tjjding, zooals het zoo dikwyls gebeurt, bijna onmiddelljjk weer tegenspraak ondervonden. Ik voor mij heb nog geen enkele reden om aan te nemen, dat de heer Van Rees op zijn voornemen om te repa- trieeren zou zjjn teruggekomenzoolang ik geen tegenovergesteld bericht uit even goede bron ontvang, houd ik mjj aan mjjne vroegere mede deeling, die nu ook door Indische en andere Hol- landeche bladen wordt gedaan. Dat het departe ment van koloniën nog geene officieele kennisge ving van het plan van den gouverneur-generaal ontving, nu drie a vier maanden te voren, beteekent natuurlijk niets. Maar dat ook de minister er van op de hoogte is gesteld door particuliere tjjdingen uit Indië, is zeker. Of het tegenwoordig ministerie zich nog druk zal behoeven te maken met het zoeken van een nieuwen landvoogd, is nog steeds twijfelachtig, ook al ontstaat de vacature binnen enkele maan den, en niemand is meer dan de leden van het kabinet zelf overtuigd van de waarschijnlijkheid, dat een crisis niet lang meer zal uitblijven. De ministers achten hunne dagen geteld verschillende verschijnselen in hunne omgeving toonen dit vrjj duidelijk aande ingewijden in de miniaterieele luchtverschijnselen zien de teekenen van het on weer langzaam naderen. Onbegrijpelijk genoeg heeft het kabinet gedu rende zjjn nog geen vierjarig bestaan reeds zjjn vierde hoofd van het departement van marine weten te vinden. Het heeft echter heel wat moeite gekost. Tal van vlagofficieren der marine De notaris treedt ophet koor wijdt zich onmiddellijk aan de vreugde, want in het voorbij gaan zij opgemerkt, dat die figuranten de minst zelfzuchtige lieden ter wereld zijnzij vergeten zich zelf geheel en verheugen of bedroeven ziöh alleen over het geluk of het leed van anderen. Maar o wanhoop 1 daar komt een onvoorziene vreeselijke, onoverkomelijke ramp het huwelijk verstoren en onmiddellijk geeft het koor zich aan zijn droefheid over. Daarop volgt er een hartverscheurend tooneel tusschen de twee gelieven. De eerste minnaar is geheel in zijn rol, hij heeft haar als een waar kunsienaar met hart en ziel bestudeerd, daardoor brengt hij een aandoenlijke treffen de uitwerking te weeg. Het publiek begint met tranen te stor ten en eindigt met in een daverend applaudisse- ment los te barsten. Daniël ziet naar Ninette Ook zij schreit. Maar het is niet Daniël, die hare tranen doet vloeien. Eensklaps begrijpt hij, die er nooit aan gedacht heeft om te schitteren, het genot van zulk een zegepraal. Voor het eerst voelt hij welk een onmetelijke afstand er ligt tusschen hem pu den gelukkigen kunstenaar, en bet monster zijn aangezocht om zich met de portefeuille te belasten, maar bjj hen werd steeds geen gehoor gevonden. Ten einde raad klopte men toen aan bjj den nu benoemden heer Tromp, die den sprong van oud-luitenant ter zee 2e klasse tot minister te schoon en te verleidelijk vond om dien niet te wagen. Inderdaad heeft de heer Tromp het bjj de zeemacht nooit verder gebracht, daar bij op zeer jeugdigen leeftjjd 's lands dienst verliet om ter koopvaardij vaart te gaan. Dit gedeelte van zjjn loopbaan werd toen besloten met zijne aan stelling tot expert van Veritas, waardoor hjj inwoner van Amsterdam werd en achtereenvolgens tot lid van den gemeenteraad en wethouder aldaar werd benoemd. In deze laatste betrekking heeft hjj zich, geljjk bekend is, zeer verdienstelijk ge maakt, maar of die verdiensten, zelfs in vereeniging met den rang van luitenant ter zee 2e kl. tot ongeveer het vjjf en twintigste jaar voldoenden waarborg opleveren, dat hjj een goed minister van marine zal zijn, meent een leek te mogen betwij felen. Dat de studie, die daartoe vereischt wordt, gedurende de laatste dertig jaren nog een ijverig beoefenaar in den heer Tromp heeft gevonden, is moeiljjk aan te nemen. Intusschen, eenmaal be kleedde een advocaat dat gewichtige ambt, en hjj bleef langer aan het roer dan. zjjn meeste voor gangers en opvolgers. Wie weet hoe dankbaar men nog eens op het bestuur van onzen negen- tienden-eeuwschen Tromp zal terugzien, al zal dit dan ook vermoedelijk niet zoovele jaren duren als dat van den minister van marine, mr Lotsjj. Vóór het kabinet mocht heengaan, wil het toch zich nog een gedenbteeken oprichten in den vorm van een nieuw octrooi voor de Nederlandsche Bank. Een voorstel tot verlenging van het bestaande octrooi is bjj den Raad van State op dit oogen- blik aanhangig, maar daarbij worden voor den Staat vrjj wat voordeeliger voorwaarden bedongen dan tot dusver zjjn deel waren. De minister Bloem moge bij zjjn aftreden niet veel verbetering in ons belastingstelsel nalaten, het octrooi van de Nederlandsche Bank zal hem aanspraak op erkentelijkheid geven, behalve natuurlijk van de aandeelhouders, die minder tevreden zullen zijn met de voorgestelde veranderingen. Er is in deze dagen een zekere strooming merk baar, niet in sociaal-democratische kringen maar bjj mannen van eene aan die begrippen tegen overgestelde richting, die op het ontslag van Domela Nieuwenhuis uit zijne gevangenschap wil uitloopen. Door mannen van invloed wordt op den Koning en de Regeering een zachte drang uitgeoefend om Z. M. te bewegen dien hoofdleider der sociaal-democratie gratie van zjjn verdere straf te verleenen bjj gelegenheid van 's konings aanstaan den jaardag. Velen meenen van zulk een edelmoedig gunstbewijs veel heil te mogen verwachten en beweren, dat het toekennen van gratie een uit stekenden indruk zou teweeg brengen. Anderen echter twjjfelen er sterk aan of de sociaal-demo craten voor een dergeljjk koninkljjk bljjk van grootmoedigheid wel vatbaar zouden zijn, en van den nijd dat altijd tuaschen de schermen rond waart, komt ook het hart van den armen figu rant folteren. „Zullen de toejuichingen dan altijd voor de anderen zijn!" zei hij terwijl hij over het tooneel stapte, üadat het scherm gevallen was. Ik moet altijd zien dat de hoofdpersoon tranen verwekt; ter eere van hem worden de zakdoeken uitgev haaldj zelfs die van Ninette! en daar sta ik op den achtergrond en moet mij tevreden stellen met in het koor te zingen „01 schrik! O! droefheid!" of iets dergelijks! Ik sta op dezelfde planken tegenover hetzelfde publiek als de andere too- neelspelers en niemand let op mij Op dat oogenblik liep er iemand in groote haast tegen ham aan. Het was de regisseur, de onder koning van het tooneel. „Wie wil zich belasten met het brengen van den brief in het derde bedrijf?" riep hij. „Jnlius is niet op zijn post. Wie wil hem ver vangen „Ik," riep Daniël met geestdrift uit. „Gij?! Gij zijt wel geen Adonis maar men moet het zoo nauw niet nemen; met een beetje blanketsel zal het wel gaan. Kom ga u gereed maken en leer uw rol." Een rol! Daniël een ïoleen rol van vier regels 1 Hij moest een brief brengen; maar die brief was het teeder afscheid, dat de bruidegom aan zfln bruid zond, op het oogenblik dat hij i voor baar ging vechten en misschien sterven. meenen, dat die partjj in het gratieeren van Domela Nieuwenhuis veeleer een bewjjs van angst en van toenadering uit zwakheid zou willen zien, Hoe het ook zjj, de Koning scbjjnt er niet van te willen hooren, en dat de Regeering niet zeer gunstig gestemd is voor kwijtschelding van straf aan het hoofd der partjjdie nog dezer dagen den vloek over het land uitsprak (alsof het ook niet haar vaderland ware!) laat zich licht be grepen. Een andere strafzaak, niet tegen een sociaal-demo craat maar tegen een onvoorzichtig dienstmeisje op het getouw gezet,geeft hier nog al stof tot bospreking. Maandag a. zal de dienstbode, door wier papko- kerjj het Kurhaus te Scheveningen verleden jaar in brand geraakte, voor de rechtbank alhier zich op de aanklacht van brandstichting hebben te verantwoorden. Men fluistert hier en daar, dat het niet zoozeer te doen is, om dat meisje te straffen, als wel om den heer Heineken, bjj wien zij in dienst was, geducht aan den tand te voelen. Wordt zij veroordeeld, dan zal haar meester worden aangesproken, zegt men, tot vergoeding van de brandschade, als zjjnde hjj verantwoordelijk voor de onrechtmatige daad zjjner dienstbode. Zoo worden twee vliegen in een klap geslagen en om de tweede, de groote, is het juist te doen. Uit Zierikzee wordt ons geschreven: De opgaven van inzending ter tentoonstelling, op 10 Februari a. te houden door de centrale tentoonBtellings-vereeniging Landbouwbelang in SchouwenDuiveland, zijn geschied en overtreffen, naar wij van vertrouwbare zjjde vernemen, verre de verwachting. In 't geheel zullen in den catalogus 368 nummers worden opgegeven, waaronder ver scheidene verzamelingen van graszaden, tuinzade^ buitenlandsche zaaigranen, gedroogde planten en grassen, enz. Onder deze verzamelingen komt eene collectie voor, ingezonden door de rjjks- landbouwschool te Wageningen, bestaande uit gerst, haver en boonen met de aren, in 't geheel 39 nummers; dat dergeljjke inzendingen veel tot het nut van den landbouw kunnen bjjdragen, be hoeft geen betoog. Wij vertrouwen dat velen zich opgewekt zullen gevoelen op 10 Februari a- Zierikzee te bezoeken, hetzij om kennis te maken met hetgeen op het gebied van zaaigranen of zaden zal ingezonden zijn, hetzjj om van de in- gezondene zaaigranen of zaden aan te koopen. De concurrentie, door dergelijke tentoonstellingen in het leven geroepen, kan niet anders dan gun stig voor den landbouw werken, daar zij aan de eene zijde den koopman dwingt voor de laagste prijzen zjjne waar, welke niet anders dan goed wordt aangenomen, te verkoopen en aan den anderen kant den landbouwer aanspoort van dit puike zaaigraan te koopen. Wat de bestrjjders van het zalmtractaat ge vreesd hebben, begint zich reeds te vertoonen. Het afgeloopen jaar heeft niet aan de verwach tingen beantwoord der Duitsche zalravisschers, „Nu ben ik toch ook tooneelspelerriep Daniël, zijn livrei aantrekkende. „Ik betreed thans het vak der grandes utilités. Ik wil aan doenlijk, hartroerend zijn. Als ik eens ten aan zien van Ninette toegejuicht werd I Het ia eigenlijk zoo moeielijk niet om kunstenaar te zyn en indruk te maken." Het derde bedrijf ving aan en weldra kwam het gewichtige oogenblik, waarop Daniël moest optreden. Hij deed eenige deftige stappen; alsof hij Orestes of Achilles voorstelde en merkte dat zijn optredeu de aandacht trok. Door dit denk beeld bezield haalde hij met de eene hand zijn zakdoek uit en stak met de andere de jonge dame het briefje toe, waarop hij met een door tranen verstikte stem de volgende aandoenlijke woorden uitbracht „Mejuffrouw, zie hier een brief van mijn heer Arthur, dien ik u moet overhandigen." Toen hij den brief gegeven had, legde hij de hand op zijn hart, sloeg de oogen ten hemel en meende er nog ter zijde te moeten bijvoegen „Mijne arme meesteres! Wat zal zij ontstel len Hij behaalde een daverend succesniet van tranen, maar van gelach; en toen het publiek als een dwaas gelachen had, begon het als een meerl te fluiten. Daniël verliet wanhopig het tooneel. „Welk een vernedering en dat ten aanzien van Ninette. Odwaas die ik wasIk moest geen eerzucht hebben; ik heb geen talent, ik ben bestemd om altijd in de schaduw te blijven. Ach die zich gouden bergen voorspelden van de strenge verbodsbepalingen tegenover de Netferiahdsche visschers, en dadeljjk staat iemand in de Duit sche kamer op om Nederland te beschuldigen, dat het de hand niet houdt aan het tractaat. De minister Lucius beweerde wel, dat er geen grond was voor die verdenking, maar dat maakt de zaak niet beter. Nu zal men de belangheb benden weldra hooren klagen, dat de Nederland sche visschers nog niet genoeg aan banden zjjn gelegd, en zal het geroep om verscherping van het tractaat aanvangen. Vad En dan? Benoemd tot ontvanger der directe belastingen, invoerrechten en accijnzen te Maurik, J. H. Cool- haas, ontvanger derzelfde middelen te Noordwelle c. a.; tot ontvanger te Noordwelle c. a., J. C. M. W. Reepmaker van Belle, surnumerair uit de inspectie Eindhoven. Naar het Vad. verneemt, is de heer Keucheniüs, lid der tweede kamer, vrjj ernstig ongesteld. Bjj eene bekomen brandwond aan het been, vertoon den zich verschijnselen van koudvuur, die uit branden noodzakelijk maakten. Hoewel er thans geen gevaar is, kan de toestand yan den lijder niet geheel bevredigend worden genoemd; Tot commissaris van politie te Bergen op Zoom is benoemd de heer A. B. van Proojjen, thans inspecteur van politie te Groningen. De staat, bevattende de namen'* der kinderen boven de zes en beneden de twaalf jaren, dieniet gevonden zyn op de door de hoofden der open bare en bjjzondere scholen alhier ingezonden ljjsten, bedoeld bjj art. 81, alinea 2 van de onderwijswet, bevat 168 namen. Gisteren is te Delft overleden de hoog leeraar aan de Indische inrichting A. W. F, Jujjnboll. De overledene ia meer dan 20 jaren op de meest verdienstelijke wjjze aan die instelling werkzaam geweest en hoofdzakeljjk aan zyn bemoeiingen is het te danken, dat de bibliotheek der inrichting zoodanig werd ingericht, dat zjj thans een nuttige vraagbaak is voor leeraren en studenten. In Jujjnboll verliest de Indische inrichting een harer beste krachten. De bewoners der Korte Delft hebben het voors nemen met 's konings jaardag een voor Middel burg nieuw licht te ontsteken. Zjj zullen dien avond hun straat electrisch verlichtende daartoe benoodigde stoommachines enz. worden door de firma's J. C. W. Altorffer en F. M. Beunke z* voor dit doel belangeloos beschikbaar gesteld. ja, „hernam hij met wanhopige onderwerping; 9ife zal wel mijn heele leven figurant blijven." II. Gedurende eenigen tijd durfde Öaniël zich niöt aan Ninette vertoonen. Op zekeren dag; toen hij alleen thuis zat en over zyn nederlaag peinsde, zag hg een soort van wassen hoofd, gepomma^ deerd, gekruld, geparfumeerd met alle mogelijke geuren, evenals de tuin van het Luxemburg in de eerste dagen van Mei, om de denr steken. Dat hoofd behoorde aan een kappersleerling in de buurt, die antwoordde op den naam van Absalon. „Gg zijt zoo goed mijnheer Daniël," zei hij by het binnenkomen, „dat ik u een dienst kom vragen." Daniël was aan die praatjes gewoon. Hg deed iedereen dienstenhg was de arm van den ver minkte; het oog van de blinde, het been van den mankehy stelde zich met zyn goed hart steeds ter beschikking van iedereengedienstige lieden zyn de boo Jschapdoeners van alle luiaards en lastigen en onbescheidenen. „Spreek op, buurman" zei Daniël. „Gij moet weten, dat ik smoorlyk verliefd ben op een prachtigen zwarten haardos, die mgn hart als in eeu net verstrikt heeft en dien ik volstrekt wil kuiven. „Dat is een goed denkbeeld, buurman, als de zwarte baardos deugdzaam is." „Deugdzaam als het blondste cherubijntje. Gij begrijpt dat ik eerst in de buurt geïnformeerd^

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1887 | | pagina 1