MIDDELBURGSCHE COURANT Onderwijs. Kerknieuws. Rechtszaken. Maandag 17 Januari 1887. N° 14. Middelburg 15 Januari. Brieven uit de Hofstad, *9 FEUILLETON. MEVROUW JENKINS, BIXVOEQ-SSIj VAN DE VAN 14 Januari 1887. Wel, wel, wat een geestdrift, wat een drukte Ieder oogenblik worden we herinnerd aan den ophanden zjjnden zeventigsten verjaardag van onzen koning. Neemt men een dagblad op, en leest men daarin de speech van Bismarck over de vooruitzichten op oorlog of vrede, daaronder krjjgt men weer tal van berichten onder de oogen uit alle oorden des lands omtrent voorbereid wordende feestvieringen op 19 Februari a.en de vrees voor verwikkelingen aan de westelijke grenzen van Duitschland, waar immers ook Nederland gelegen is, maakt spoedig plaats voor eene opwel ling van gehechtheid aan het Huis van Oranje en van vaderlandsliefde. De lezer gevoelt dan meer dan ooit, dat juist het leven van onzen vorst, uit een oud Duitsch geslacht gesproten, een waar borg is voor onze onafhankelijkheid. En geen wonder, dat ieder welgezinde dus gaarne instemt met 'mde voornemens om den zeventigsten geboor tedag van Zijne Majesteit met ongewonen luister, door het geheele land te vieren. Alleen de ver schillende wijzen, waarop overal zal worden feest gevierd, dragen niet ieders goedkeuring weg, en de redactie van dit blad heeft volkomen gelijk als zij vooral kleine plaatsjes waarschuwt tegen overdrijving. Wat de financieele krachten van de burgerij te boven zou gaan en wat niet in het tegenwoordig jaargetijde past, wil zij terecht van het feestprogramma geweerd zien. Met Den Haag is het natuurlijk anders gesteld. Daar is geld genoeg beschikbaar om feest te vieren op een wijze, der vorstelijke familie en harer residentie waardig. Waar de koning zelf tegenwoordig is, mag wel wat meer luister worden bijgezet dan elders. Het programma, dat nog niet bekend is gemaakt, werd mij dezer dagen medegedeeld door een lid der feestcommissie en niet zóo onder geheimhouding, of mijn belangstellende lezers mogen er ook wel wat van hooren. Nadat de feestdag des morgens zal zjjn aange vangen met klaroengeschal van den St. Jacobstoren, worden natuurlijk allerwege de nationale vlaggen met de oranjewimpels uitgestoken, opdat de stad een recht feesteljjk aanzien hebbe. Gedurende de morgenuren worden op alle scholen voor on- en minvermogenden en in alle liefdadige gestichten, de leerlingen en de verpleegden onthaald op passende versnaperingen, waarna de scholen voor dien dag worden gesloten. Te twaalf uren zal groote parade worden gehouden op het Malieveld, waar Z. M. zelf de troepen zal komen inspectee- ren. Na afloop kan ieder, die daartoe een der vorige dagen, hetzij door zioh ter aangeduider plaatse aan te melden, hetzij door de zorg van armbesturen en andere weldadigheids-instellingen, een kaartje heeft bekomen, gaan deelnemen aan een der groote volksmaaltjjuen, die in verschil lende gedeelten der gemeente zullen zijn aange richt en waar krachtige, smakelijke spijzen zullen worden voorgezet. Hiermede zal de op te richten kookschool hare werkzaamheden aanvangen. Ver volgens worden muziekuitvoeringen gegeven, bjj gunstig weder op onderscheidene openbare pleinen en anders in de Passage en in de overdekte Markt, daartoe welwillend door bestuurders afgestaan. Inmiddels worden groote volksspelen gehouden uit het Engelsch door JOHNNY LUDLOW (Mrs. HENRY WOOD. Een leelijk vermoeden. III. „Wel dat is Collinson zelf', zei ik. „In het minst niet. Die man lijkt niet meer op Collinson dan op mij. Behalve dat die ook zwart is en een baard heeft. Hij zei dat hij hier geheel vreemd was." Op eens schoot mij het denkbeeld door het hoofd dat het een broer van Collinson moest zijn want volgens de beschrijving van den majoor scheen hij veel op hem te gelijken. Majoor Leckie wensehte mij goeden dag en vervolgde met dr- Knox zijn weg. „Waar staat gij zoo naar te staren Johnny Ludlow Ik keerde mij om bij die vraag en ontwaarde Charlotte, die een bezoek aan Jeannette ging brengen. Wij bleven nog een poosje samen praten en ik vertelde haar, dat er een broer van Collin son bij hem scheen te logeeren. Charlotte ver telde mij van een twist, dien zij zooeven met Mina naar aanleiding van den kapitein gehad hadt „Mina wil geen woord in zijn nadeel hooren, Johnny. Als ik zeg, dat hij maar een vlinder is om nuttige prjjzen, en kan men zich vermaken met een soort van kermis in het Voorhout, waartoe kramen, spellen, draaimolens, kunsten makers enz. enz. zullen worden toegelaten. Te zes uren zullen in den schouwburg en in het gebouw voor kunsten en wetenschappen voor stellingen worden gegeven door het opera-gezel- schap en door de vereeniging Het Nederlandsch tooneel, welke laatste een echt volksstuk of een historisch tooneelspel zal opvoeren. Beide gezel schappen hebben hunne medewerking belangeloos toegezegd, terwijl de entreeprijzen uiterst laag zullen gesteld zjjn, nam. 75, 40 en 10 cent. Bij het uitgaan van den schouwburg zal men de intusschen ontstoken illuminatie kunnen gaan bewonderen, die zich ditmaal niet tot de traditio neels verlichting van eenige openbare gebouwen zal bepalen, maar die algemeen zal zijn, ten minste in de voornaamste wijkende ingezetenen zullen ieder voor zich of wel in gemeenschappelijk overleg zorgen vooi de illiumnatie van hunne woningen. Muziek zal ook des avonds niet ont breken, en eindeljjk zal een schitterend vuurwerk te tien uren den feestdag besluiten. Alom doen inschrjjvingslijsten de ronde om de kosten te bestrijdenen de commissie heeft geen klagen over gebrek aan belangstelling, die zich ook in klinkende munt wil uiten. Ieder geeft naar vermogen; onder duizenden kleinere komen vele aanzienlijke giften voor, zoodat niet alleen uit volle borst maar ook uit volle beurs kan worden feestgevierd. Jammer maar, dat er iets aan ontbreekt om het bovenvermelde programma goed te doen slagen het is het programma, dat mjjn zegsman als eenig lid der door mij bedoelde feestcommissie zou wenschen te zien uitvoeren, maar waaraan behalve hjj, niemand schijnt te denken. En aangezien voor hem alleen de taak der uitvoering te zwaar is, zal er wel niets van komen, tenzij eenige flinke doortastende en invloedrijke mannen zich bij hem aansluiten om de feestcommissie uit te breiden en gezamenlijk de handen aan het werk te slaan. Zonder zoodanige commissie uit de burgerjj zal niet alleen het genoemde programma niet worden uitgevoerd, maar zal er zelfs niets meer gebeuren dan hetgeen telken jare op 's konings jaardag pleegt te geschieden vanwege het gemeentebestuur 's middags muziek en 's avonds weder muziek in de alsdan met een veel te klein getal vetpotjes verlichte laan van het Voorhout, of wel, als de gemeentekas het toelaat, een vuurwerkje op het Malieveld. En dat weinigje ter viering van Zijner Majesteits zeventigsten geboortedag, die bijna overal elders in het land op buitengewoon feeste lijke wjjze zal worden herdacht, is voor de vorste lijke residentie toch wat heel schraal. Het zal waarlijk tijd worden, dat zich een feestcommissie ook in Den Haag vorme en gelden ga verzamelen voor een luisterrijke en passende viering van dien dag. Of moet de hofstad achter staan bjj de kleinste gemeenten van ons land, waar men toch, zjj het ook op kleine schaal als gevolg van be perkte middelen, een buitengewone feestelijkheid voorbereidt Is het in het algemeen vooral in deze dagen te prijzen, dat het Nederlandsch e volk zich her innert, wat Oranje voor dat volk, voor ons land is geweest en nog is, dat het zich opmaakt tot viering van den aanstaanden feestdag, waardoor de liefde voor onzen koning, verknochtheid aan ons vorstenhuis slechts kunnen worden aange wakkerd en versterktinzonderheid in de grootere steden is het goed aan de burgers de gelegenheid te verschaffen om uiting te geven aan hunne geestdriftige, vaderlandsche gevoelens. Die steden zjjn de brandpunten van de aan het koningschap vijandige bewegingen, en daar is het om die reden dubbel wenscheljjk de meer edele gevoelens te bevorderen. Een feestviering op 's konings jaardag is niet noodig om vaderlandsliefde en Oranje gezindheid te kweeken, daartoe zou z|j trouwens niet bjj machte zijn als die®gevoelens niet be staan, kunnen zjj niet kunstmatig worden in het leven geroepen. Maar bjj verreweg de groote meerderheid des volks is dat ook geheel overbodig; zjj bestaan er en behoeven slechts een gelegenheid om zich luide te openbaren. Juist die openbaring en haar voor den gek houdt, verzoekt zij mij mijn mond te houdeD. Zij lacht over het denk beeld, dat hij met juffrouw Belmont zou kunnen trouwen." „Hebt gij by madame St. Vincent nog meer brieven gezien, die betrekking op mij hebben?" vroeg ik. „Denkt gij dat ik daar kans op zou hebben, of dat zulke brieven zoo menigvuldig zijn als het zand van de zee? En gij? Hebt gij den sleutel op dien brief al gevonden?" „Neen Charlotte. Ik heb te vergeefs mijn geheugen gescherpt. Ik kan geen meisje be denken, van wie zij ook een zuster moge wezen; dat een afkeer van mij zou kunnen hebben." „Zij bad ook geen afkeer van u; maar zij mocht u niet ontmoeten." „Is dat niet precies hetzelfde? Ik kan niemand bedenken. Er is inderdaad jaren geleden eens een jonge dame geweest maar toen was ik nog niet veel meer dan een kind, die een hekel aan mij kan gekregen hebben," voegde ik er langzaam eu zeer bedachtzaam bij, want ik was niet heel zeker van hetgeen ik zei. „Maar die kan met dit geval niets te maken hebben en ik ben zeker, dat zij geen zuster van madame Sint Vincent was." „Hoe heette die?" vroeg Charlotte. „Sophie Chalk." nu is gewenscht, deels opdat de echt vaderland sche neigingen niet insluimeren, in slaap gewiegd door de verleideljjke maar verderfeljjke zangen van de andersdenkenden, deels opdat deze laatsten gewaar worden, welk een krachtige meerderheid zij tegenover zich hebben. Zulk een feestviering om en met onzen koning strekt niet slechts tot vermaak maar sticht tevens nut. Mogen ook de goedgezinde Hagenaren en zjj zjjn duizendvoudig sterker in aantal dan de kwaadgezinden daarvan doordrongen zjjn en eenigen hunner zich geroepen gevoelen om zulk een nuttige feestviering op het getouw te zettenYan het gemeentebestuur is niet veel raeer te vergen dan het gewoon is op 's konings jaardag te doen, maar de burgerjj behoort daarom zelf de handen uit de mouwen te steken en het vermogende deel daarvan in de beurs te tasten. Zal het zóo zjjn Het is te hopen voor de eer der residentie. Dat het gemeentebestuur zich geen buitengewone geldel jj be offers kan getroosten, bljjkt voldoende uit alle middelen, die worden aangegrepen om geld te slaan voor de gemeentekas. Ineenvorigen brief schreef ik reeds een enkel woord over de nieuwe verordening tot heffing van retribntiën voor het gebruik of genot van en het hebben van werken in, op, aan of over gemeentegronden en wateren. Vermakelijk is de opsomming van de onderwerpen van deze belasting. Wie ter herstelling van zjjn huis een steiger noodig heeft» betaalt voor iederen paal en plank een zeker bedrag. Wie zoo dwaas is om een rjj- of voertuig op de openbare straat te laten staan gedurende een jaar of korter betaalt zeven gulden, behalve voor tramrjjtuigen en van elders komende markt wagens, die zjjn vrjjgesteld, en voor karren, hand wagens enz., waarvoor slechts een rijksdaalder wordt gevorderd. Daar de belasting vooruit moet worden betaald, zal ieder, die zjjn wagen uit zijn koets- of pakhuis wil rjjden en even op straat wil laten staan, om dien schoon te maken of om andere reden, eerst naar den gemeente-ontvanger moeten loopen om te offeren. Erg lastig op een dag dat het kantoor gesloten is 1 Ieder mag dan wel vooruit zich bedenken, of hjj soms zjjn wagen op straat zal moeten zetten. Voor zonneschermen, naar buitenslaande zonne blinden of deuren, tochtportalen, kelderingangen, stoeptreden, voetenkrabbers, voor alles en nog wat wordt de retributie geheven. En zoo wordt de gemeente-kas jaarljjks met ongeveer honderd duizend gulden aangevuld, als ten minste alles wordt be taald. Dit laatste is de vraag, want velen zullen zich liever het uiterst kleine genot van voeten krabbers voor de huisdeur, van naar buiten open slaande deuren en jalousiën enz. ontzeggen dan daar voor een vr jj hoog bedrag aan de gemeentekas be talen. Het ergste is de zaak voor de eigenaars van die gebouwen, waarvan de deuren, ingevolge verorde ning van denzelfden gemeenteraad, ter voorkoming van ongelukken bjj brand, naar buiten moeten draaien, zooals die van schouwburgen, concertzalen en dergelijke. Die eigenaars zjjn wel gedwongen belastingplichtig te bljjven. Doch deze zijn niet zoo groot in aantal, dat ozze vroede mannen voor hen een uitzonderingsbepaling hebben noodig geacht. Als de opbrengst van die belasting echter mocht tegenvallen, zjjn er weer wel andere onderwerpen te vinden, waarop belasting kan worden gelegd. De nn eenmaal door ons gemeentebestuur inge slagen weg loopt niet zoo spoedig teneindedaarop is nog heel wat geld te verdienen, en ons ge meentebestuur is vindingrjjk genoeg. Ik noemde zoo straks de op te richten kook school, waarvoor zich eene commissie vans dames en heeren heeft gevormd, die nu aan het werk is om door verspreiding van inschrjjvingsbiljetten het noodige kapitaal bijeen te brengen. Met die instel ling gaan de Hagenaars een heerljjke toekomst te gemoet. Het doei is onze toekomstige huisvrouwen en dienstmaagden in de edele kookkunst te be kwamen. Natuurljjk zullen onze jonge dames trouw die nieuwe inrichting van onderwijs bezoeken, teneinde bjj het koken niet meer afhankelijk te zjjn van onbedreven meiden, die afwisselend het Licht. I. Tod kwam te Lefford. Ik haalde hem van den trein, even als ik juffrouw Chattledon afgehaald had, die nog altijd bij ons logeerde. Toen wij naar huis wandelden, keek menigeen naar dien knappen jongen man, die sterk genoeg scheen om, evenals Archimedes, de heeïe wereld in beweging te brengen. „Kunt gij een week blijven, Tod?" „Twee als zij het verlangen Johnny. Wat zijt ge aangekomen, mija jongen „Hoe zoo?" „Gij ziet er zooveel beter uit. Gij zijt weer geheel de oude. Daar ben ik blij om." "Er waren eenige dagen verloopen sedert het bezoek van majoor Leckie maar er was in de stad niets bijzonders voorgevallen. Mevrouw Jenkins was sukkelend als altijd en madame hield Lettice Lane scherp in het oog zonder evenwel tot neg toe iets verkeerds te ontdekken. De soirées waren zeer talryk, daar er iederen avond van de week ergens een washet engage ment van kapitein Collinson met juffrouw Belmont werd im als een uitgemaakte zaak besproken. Collinson zelf was afwezig geweest. Pink de kapper dacht dat hij naar Londen was voor zaken. Van zijn broeder hoorden wij niets meer. Op zekeren dag echter, eer Tod kwam, moesten Jeannette en juffrouw Chattledon in een naburig I stadje boodschappen gaan doen en ik vergezelde eten laten aanbranden, de roastbeef gaarkokenj de soep verwateren, de bruineboonen zoo hard als knikkers op tafel brengen en in het algemeen de spjjzen weinig smakeljjk bereiden. Voor zoover de studie van muziek en teekenen, de behoorljjke bijhouding van vreemde illustratie's, de lezing van Engelsche en Fransche romannetjes, de correspon dentie met vriendinnen, het brengen van bezoeken, de noodzakelijke wandelingen en het strandbezoek zulks toelaten, zullen onze aanstaande huisvrouwen zich beijveren om de wjjze en praktische lessen, die in de kookschool door professoren in het vak zullen worden gegeven, te genieten totdat zjj bemerken, dat hare lieve handjes leelijk worden van het hanteeren van den potlepel, hare lokken uit de krul gaan door den walm van het kokende water, hare gezichtjes ruw en rood worden door den gloed van het vuur, hare elegante toiletjes lijden onder de aanraking met de kachel en met braadpannen, en zij andere onaangename gevolgen van hare leergierigheid en hare toewijding aan toekomstige echtgenooten ondervinden. Dan zal de liefhebberjj er af zjjn. Nu, als dan onze dienstboden in spe maar trouw de school bezoeken, dan worden deze zeker allen waardige opvolgsters van wjjlen Aaltje de vol maakte keukenmeid. Of de kookschool haar ook in staat zal stellen zich met recht den titel van „zuinige keukenmeid" toe te kennen, dien indertjjd Aaltje tevens droeg, mag betwjjfeld wordenalles zal daar wel recht naar den eisch worden behan deld, en dat kost geld. Dit is een leelijke scha- duwzjjde van de kookschoolonze meiden zullen later in hare diensten niet met minder boter of met minder volmaakt keukengereedschap tevreden zjjn. Maar men mag dan ook wel wat over hebben voor het bezit van een gediplomeerde keuken prinses. In de kookkunst gepromoveerde meiden mogen wel eenige bjjzondere égards eischen. Wie niet den doctoralen graad op de kook-aeademie heeft verkregen, zal natuurljjk doorzie weten schappelijk gevormde kooksters met den nek worden aangezien en als een beunhaas in het vak worden beschouwd. Jammer maar, dat op grond van dit diploma ook weer hoogere huur zal worden verlangdonze dienstboden zullen zich er niet weinig op laten voorstaan. Welke heer lijke vooruitzichten opent de kookschool toch voor onze huisvrouwen Ia onze briefschrijver niet wat al te eenzjjdig in zijn oordeelen sluit hij niet de oogen voor de groote voordeelen van zulk eene inrichtingen de gunstige resultaten, daarmee in het buitenland verkregen Rkd. Den 16en Januari a. a. herdenkt de heer C. Schiileman, hoofd der school te Oudvosmeer, den dag, waarop hij vóór 25 jaar tot hoofd der school te Waterlandkelkje werd benoemd. De commissie voor de zaken der Waalsche kerken heeft tot haren president gekozen den heer J. H. Gerlach, Waalseh predikant alhier. Gisteren had te Amsterdam de laatste zit ting van het ger. kerk-congres plaats. Dr Rutgers sprak de congresleden toe en deed opmerken, dat de zaak, die de aanwezigen te zamen bracht, niet is afgedaan met die laatste zitting, maar verder moet afgewerkt worden. De onderwerpen,! hier aau de orde geweest, moeten straks in al onze kerken in behandeling komen. Spreker deed de aanmoediging hooren, „om voortaan met de zon dige banden te breken." Er werd verder over den arbeid in de ver schillende sectiën rapport uitgebracht en vervol gens het congres na de gebruikelijke plichtplegingen gesloten. De rechtbank te Haarlem heeft den gewezen matroos, die te Purmerend bij den rijks-ontvanger Prins heeft getracht te stelen, veroordeeld tot 15 maanden gevangenisstraf. haar. Om twaalf uur gingen wij bg een pastei bakker binnen om iets te gebruiken en vonden daar kapitein Collinson in een boek zitten, een oesterpasteitje etende. „Wij hadden gehoord, dat gij in Londen waart", zei Jeannette, toen hg opstond om plaats voor ons te maken: „Van morgen teruggekeerd. Misschien kom ik van avond of morgen weer te Lefford.' „Hij at staande zijne oesterpasteitjes op. Ik zei iets tegen hem, over het bezoek van zijn broer, omdat mij dit juist te binnen schoot. „Mijn broerriep hij uit en zag mij met groote oogen aan. „Welke broer Hoe weet gij iets van mijn broer?" „Majoor Leekie heeft hem bij u gezieo, toen hij u een visite wilde maken en gij naar Toome waart. Uit de beschrijving maakten wij op, dat het uw broeder moest zijn, daar hij zoo op u geleek." „O! dat was ik vergeton," zei hij lachend. „Wij gelijken veel op elkaar. Frits vertelde mij van het bezoek van Leckie. Het spijt mij dat ik hem niet gezien hebDe dingen loopen altijd verkeerd. Is Leckie nog te Vosberg „Neen, hij is dien zelfden avond weer ver trokken. Hij zal nu wel weer op weg naar Indië zijn." „Dan is zijn bezoek te Lefford even vluchtig gjweest als dat van mijn broeder. Die bleef niet eens een dag. Hoeveel is het vroeg hij aan de buffetjuffrouw. „Een kwartje Daar". En met een buiging tegen ons in het algemeen verliet hij den

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1887 | | pagina 5