JN« 305 1888. Dinsdag 28 December, FEUILLETON. MEVROUW JENKINS, Middelburg 27 December. Dit blad verschijnt dagelijks; met uitzondering van Zon- en Feestdagen; Prijs per 3/m. franco 3.50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent. Advertentiën 20 Cent per regel. Geboorte-, Trouw-, Doodberichten, enz.: van 1-7 regels ƒ1.50 iedere regel meer 0.20. Groote létters worden berekend naar plaatsruimte. Zaterdag a., (Nieuwjaarsdag) zal, zooals gebruikelijk is, geen nommer van ons blad verschijnen. Onder verwijzing naar de aankondiging omtrent den Nieuwjaarswenseh herinneren wij, dat dus ook andere advertentiën voor het nommer van Maandag 3 Januari Vrij dagmiddag, uiterlijk te twee uur, aan ons bureau moeten bezorgd zijn. r- „Dat weet ik piet. Ik wilde dat ik bet Dat was meer dan ik dacht; zij waren zoo koe MÏDDELBIIRGSCHE Agenten te Vlissingen: P. G. de Vey Mestdagh Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland,te Kruiningen: P. van dee Peijl,te Zierikzee: A. C. de Mooij, te TholenW. A. van Nietjwenhtjijzen. Hoofdagenten voor het Buitenlandte Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publieité étrangère G. L. Dapbe Cie., John F. Jones, opvolger De Administratie. In forsche trekken heeft dezer dagen in het Vad. de heer G. W. Eekhout, secretaris der Vereeni- ging van beheerders van landbouwondernemingen te Soekaboemi geschetst de verhouding van Neder land tot zjjne Oost-Indische bezittingen. Hij ziet de toekomst zeer ernstig in. Indië gaat, volgens hem, eene crisis tegemoet, 't zjj een gevaarlijken opstand in de kolonie zelve, 't zij een inmenging van vreemde mogendheden. Alleen een tijdig tegemoetkomen aan wettige grieven en een terugkeer op den sinds jaren in geslagen verderfelijken weg, kan Nederland voor 't gevaar behoeden zjjn rijke koloniën te verlie zen. Naar berichten, uit het moederland ont vangen, te oordeelen, heeft 't daar, zoo zegt de heer Eekhoat, een hoogst ongunstigen indruk gemaakt, dat er uit Indië in 't openbaar gespro ken wordt over de mogelijkheid eener annexatie, bijv. door Engeland, en dat zulk een eventualiteit door zeer velen in de tegenwoordige omstandig heden hoogBt wenschelijk wordt geacht. Maar wat wil men dan eigenly k in Nederland 1 vraagt de schrijver. Men weet daar zeer goed, dat wij, Indische ingezetenen, verstoken zjjn van alle middelen, die onzen landgenooten daar ginds in zoo ruime mate ten dienste staan, om invloed uit te oefenen op den gang van zaken, om aan onze wenschen gehoor te verschaffen. Het recht van petitie uitgezonderd. Maar zjj, die daarvan gebruik maken, worden maar al te vaak gerang schikt onder de soort „Indische schreeuwer" of »tamme oproerling." Wil men Indië zoowel materieel als moreel op den weg van den vooruitgang brengen, dan dient het regeeringsbeleid de fond en comble gewjjzigd te worden. Partiëele hervormingen zullen slechts palliatieven blijken. De comptabiliteitswet moet ingetrokken worden, het parlement moet 't zich tot regel stellen, dat zijn bemoeienis met Indische zaken zich alleen tot een contröle der hoofdbe ginselen van koloniaal bestuur bepale, en verder moet het feitelijk beheer van de kolonie opge dragen worden op dezelfde wjjze, als dit bjj onze Engelsohe naburen zulke schitterende uit- uit het Engelsch door JOHNNY LUDLOW (Mrs. HENRY WOOD.) - MINA. I. „Ik hoop dat gij wat behoorlijks zult krijgen, mijn vriend," zei mevrouw Jenkins tot mij op hare welwillende manier hut eten sctieen haar op te wekken. „Gij begrijpt, als men be6on met een zittend souper mei gevogelte en ham en al die dingen zou iedereen denken, dat hij dat moest navolgen en dat convenieert niet een ieder. Dus bepalen wij ons hierbij." „Ik vind dit het aangenaamst." „Zoo waarlijk Dat doet mij genoegen. Eet nu maar goed. Dan, zijt gij daar Zorg dat gij een goed souper kiijgt." Wij deden ons beiden te goed. Ik ten minste en om halt elt ging ik met Dan heen. „Hoe goedhartig lijkt die mevrouw Jen» kens I'1 zei ik. „Zij is de goedhartigheid zelve en dat is zij altijd geweest" antwoordde Dan. „Zij is altijd zoo goed voor ons allen geweest. Gij hadt haar eens in haar goeden tijd moet kennen voordat zij ziek werd. Ik heb nooit iemand zóó zieu veranderen." „Wat scheelt haar toch r jtf. - komsten heeft opgeleverd aan een verantwoor delijken minister bijgestaan door een Indiscben raad, en in Indië aan een gouverneur-generaal, wien een wetgevende raad ter zjj de staat, waarin ambtelooze burgers met adviseerende stem zitting nemen, en wiens zittingen openbaar zijn, tsrwijl hun het recht van initiatief moet worden toege kend, en de gouverneur-generaal verplicht is, om telkens, wanneer hunne adviezen niet worden opgevolgd, kopieën daarvan over te leggen aan den minister en zijn raad. Op die wijze zal het steeds in tijden van nood mogelijk bljjven, krachtig handelend op te treden, en zal de gouverneur gen. onafhankelijk blijven van party- en coterie geest, die in een parlement allicht tot zulke bedenkeljjke gevolgen kunnen leiden, terwijl aan den anderen kant een einde zal komen aan het stelselmatig ignoreeren der openbare meening, waardoor onze bewindsmannen zich in de laatste tien jaren zoo bjjzonder verdienstelijk gemaakt hebben. Tal van grieven worden door den schrijver aangehaalden hij hoopt dat in Nederland zelfs een beweging op touw gezet zal worden om aan Indische behoeften tegemoet te komen. Naar wjj vernemen is in eene Donderdag jl. alhier gehouden vergadering van commissarissen der stoomtram-maat schappij BreskensMaideghem, alwaar van de 7 commissarissen slechts 3 tegen woordig waren, (de heeren Oijens, Gerritsen en Tak) de aanbeveling voor directeur, in eene vorige vergadering alwaar 6 commissarissen tegenwoor dig waren opgemaakt, vernietigd en eene nieuwe aanbeveling geformeerd bestaande uit de heeren Stipriaan Luis^is en Heuff. De heer A. M. Tak, notaris alhier, heeft, naar men ons meldt, zjjn ontslag genomen als com missaris van de stoomtram-mS BreskensMal- deghem. De tweede luitenant kwartiermeester H. J. Salomon van het 2e bataljon, 3e regiment infan terie te Middelburg is overgeplaatst by het 8e regiment infanterie te Deventer. In verband daarmede is de nieuwbenoemde tweede luitenant kwartiermeester S. J. Koster ingedeeld by het 3e regiment infanterie te Middelburg. Laatstgenoemde legde heden middag, in handen van den majoor G. van Nouhuys, den eed van getrouwheid aan koning en vaderland af. Nadat door den troep, onder bevel van den kapt. Yan Dorth, een carré was geformeerd, werd door genoemden majoor op militaire wijze aan de hooge beteekenis van deze plechtigheid herinnerd en daarna de nieuw benoemde aan het officiers korps en den troep voorgesteld. Een kort défileeren over het besneeuwde terrein op het Molenwater besloot deze militaire plech tigheid, die sedert tal van jaren in dit garnizoen niet is voorgekomen. Door de officieren van het batailjon wordt heden aan den nieuw benoemden officier een diner aangeboden. wist. Sam zegt dat Famlijn het ook niet weet. Ik ben bang dat hij het voor verval van krachten houdt maar ik zou blij zijn als zij dien Colli- sou niet zoo aanhaalde." „Iedereen schijnt hem aan te halen." „Ot laat zich door hem aanhaleu. Ik kan den kerel niet uitstaan. Hij heeft veel te veel eigendunk." „Hij schijnt erg gezien te zjjn. Geheel in de mode." „J i dat is hij. Sedert hjj hier drie maanden geleden gekomen is, loopen aile dames hem na, Vindt gij hem aardig, Johnny Ludlow?" vroeg Dan eensklaps. „Dat weet ik eigenlijk zelf nog niet 5 ik heb nog niet veel van bem gemerkt. In den regel houd ik niet van menschen, die zoo'n giooten duuk van zich zelt hebben. De zaak is, Dan", voegde ik er schertsend bij „dat gij vindt dat Coilison te veel werk van Mina Kuox maakt." Dan liep een pooa zwijgend voort en zei toen „Daar oen ik niet bang voor; ik kan den vent zelf niet uiistaan." „En gij buudt van Mina," „Nu ja dat doe ik cok. Als Mina en ik ouder waren en mijne middelen het veroorloof den, werd zij morgen mjjn vrouw dat moogt ge gerust weten. En als die vent haar naloopt ia het om haar geld, niet om haar zeif, begrijp dat wel. Ik ben er zeker van. Ik zie het." „Ik daoht dat Coilison veel geld van zich zelf had," De nieuw op te richten Vlissingsche Duinwa terleiding Maatschappij zal haren hoofdzetel te Vlissingen vestigen. Het maatschappelijk kapitaal van ƒ160.000 zal uit 80 gewone en 80 prioriteits- aandeelen elk groot IOOO bestaan, die men by inschrjjving zal trachten te plaatsen. Als com missarissen zullen optreden de heeren C. L. van Woelderen, directeur der m" ZeelandJos. van Raalte, directeur der nN de Schelde en J. A. E. Musquetier, ingenieur bij den waterstaat, allen te Vlissingen, benevens de heeren I. G. W. Siegers, industrieel te Amsterdam en M. C. Wurfbain, bankier, lid der firma Itangow en c° te Arnhem. Directeur der maatschappij wordt de heer J. L. Gruber, ingenieur te Vlissingen. De minister van justitie heeft aangesteld tot rijks- veldw. 3e kl. J. Visser, eervol ontslagen tijdelijk kommies te water bij de ambulante recherche in de 2e afdeeling, te Hansweert, gemeente Krui- ningën. De op verzoek eervol ontslagen tweede-luitenant bjj het N.-I. leger, de heer W. C. van Campen, aan wien bovendien de vergunning was verleend, om de activiteits-uniform van dien rang te bljjven dragen, en van wien onlangs en naar waarheid werd gemeld, dat hjj weder als sergeant bjj dat leger was in dienst getreden, is dezer dagen be noemd tot adjudant-onderofficier. De reden, waarom zyn verzoek, om in zijnen vroegeren rang te worden hersteld, niet werd ingewilligd, hoewel geheel vreemd aan synen persoon, schjjnt gebillijkt te moeten worden. Onder voorzitterschap van den burgemeester hield de gemeenteraad van Zierikzee Vrijdag avond eene openbare zitting; de heeren mr. Schneiuers van Grejjffenswerth, mr Van Manen, De Crane, dr Goemans en jhr mr Van Kinschot waren afwaai g. De voorzitter deelde mede dat de vergadering op korteren termjjn was belegd dan de wet voor- schrjjft, daar een brief was ingekomen van gedepu teerde staten betrekkeijjk het vaststellen van verordeningen, hetwelk spoedeischend is. Ged. staten hebben bedenking tegen de alge- meene politieverordening en de verordening tot voorkoming en blusscüing vrn brand. Zjj zyn van oordeel, dat in art. 80 der algemeene politie verordening en in art. 84 der veroidening tot voorkoming en blussching van brand thans reeds de gevangenisstraf door hechtenis moet worden vervangen daar sedert de wijziging van art. 161 der gemeentewet bij art. 24 der wet van 15 April 1886 Stbl no 64; de raad nie1 langer bevoegd is eerstgenoemde strut te bedreigen. Zjj verzochten burg. en weth. den raad uit te noodigen, aan hunne bedenking te gemoet te komen. Aan het verlangen van ged. staten werd vol daan, terwjjl de verordeningen met de voorge stelde wyzigingen opnieuw eerst artikelsgewjjze en daarna in haar geheel werden vastgesteld. „Dat heeft hij ook, geloof ik. Maar een luie, verwaande man kan altijd, nog meer ge bruiken en ik denk dat het geld van Mina haar inzijneoogen zooaantrtkkeljjk maakt. Ik wenschte hartelijk dat zij die ertehia nooit gekregen had 1" barstte Dan eensklaps uit. „Waarom moest Mina f 80,000 hebben „Zij zouden u toch zeker niet onaangenaam zijn, met haar er bjj." „Ik zou ze even graag niet hebben. Ik hoop dat ia. zelf mijn weg zal maken en als het mij een beetje meeloopt, neem ik Miua even gaarne zonder geld als met. Ia zou het net zoo lief aan haar moeder gunnen; die hunkert er toch altijd naar." „Hoe weet gij dat?" „Wij nemen bij deu ouden Belford hare zaken waar, en als zij met hem over dat geld begint, zegt zjj altijd ronduit dat zij wilde dat zij het had. Zy kwelt dr. Knox, die het beheert, gedurig om haar er wat van te leeucn. Aisot Kuox dat doen zou! Ze kan even goed de maan gaan lastig valien. Neen! Als het niet om die ellendige 80.000 was, zou Coilison Mina wel met rust laten." Ik schudde het hoofd. Hij kon het niet weten, Mina was moot. Dau zag mijn ongeloovigheid. „Ik zal het u zeggen, waarom ik het denk," hernam hjj, op zacüten toon. „Als ik my niet erg vergis, uernint Coilison iemand anders en dat is.Madame St. Vincent; Sam gelooit het ook." De voorzitter deelde mee dat het besluit tot onderhandsche verpachting der straatmeet door ged. staten is goedgekeurd. Tot schryver-teekenaar by den provincialen waterstaat in Zeeland is benoemd de heer R. J. A. Lagas, klerk bij denzelfden tak van dienst op het bureau van den provincialen ingenieur te Ter- neuzen. De benoemde zal dienst doen op het bureau van den provincialen ingenieur te Zierikzee, in de plaats van den, tot opzichter van 's rijks waterstaat benoemden ambtenaar, den heer De Masier. Aan de Tem. Crt. wordt uit IJzendyke geschreven S Naar men verneemt is door gedep. staten niet goedgekeurd het besluit vau den gemeenteraad alhier, waarbjj deze burgemeester en wethouders verantwoordelijk heeft gesteld voor de kosten van het wegbreken der alhier veel gerucht gemaakt hebbende zinkputten, door eenigen ten onrechte stinkputten genoemd. Deze aanval op de privé beurs van het dag, bestuur is dus mislukt. Wij betwijfelen het echter niet, of de vrees voor een dergelyk kleingeestig besluit heeft er toe bjjgedrageu om den burge meester te bewegen eerst vr jj laat aan de brandweer last te geven uit te rukken naar den brand, die laatst onder Biervliet plaats had. Indertjjd toch is besloten de brandweer niet naar eene andere gemeente te doen uitrukken, dan nadat hulp wordt ingeroepen (een zuinigheids-maatregel 1') Het bericht, in de Mid. Courant tegen den burgemeester en den brandmeester gericht, treft du, niet dezen, maar veeleer hen, die zich met zooveel ophef voorstanders der zuinigheid noemen. Zondag morgen is te Scheveningen overleden, de heer J. Dirks, hoofdingenieur van den water» staat, een man die zich door zjjne uitgebreide kundigheden, niet het minst door den aanleg van het Noordzeekanaal en door zjjne werkzaam heid aan het Panama-kanaal, van eene uitstekende zjjde heeft doen kennen. Hij vertegenwoordigde gedurende verscheidene jaren de hootdstad in de Tweede kamer. De verhooren voor de commissie Van enquête uit de tweede kamer naar arbeidstoestanden zul len den 4ea Januari aanvangen, voorloopig met het houden van dag- en avondzittingen. Volgens het Vad., is dezer dagen een ontwerp van wet tot regeling van het militair onderwij8 in zyn vollen omvang door de heeren Booms, Van Dam van Isselt, Hubrecht en Lod. Mulder ter perse gelegd. Daarbjj verschijnt een memorie van toelichting, waarin de denkoeelden, door hen reeds in 1882 in een destijds verscüenen adres aan den koning ontwikkeld, in bijzonderheden worden omschreven. Een en ander met duideljjke aanwijzing hoe ons openbaar onuerwjjs aan het militaire kan dienstbaar gemaakt worden en om gekeerd dit laatste door zulk een bond heilzaams kan terugwerken op de belangstelling onzer toe- tegen elkaar. „Maar wij hebben heugezien, als er niemand anders bij was," zei Dan, „wanneer zij alleen praatten, En ik zeg u, dan had zijn gelaat een uitdrukking van hartotoehtelykheid, van bezorgd heid, die het nooit tegenover Mina heeft. Geloof mij, Coilison is verheid op Madame." „Waarom zou hij zien dan niet verklaren?'' „Ja, dat weet ik niet. Er kunnen ver schillende redenen zijn. Haar armoede misschien - want zjj heett niets dan tiet salaris dat me» vrouw Jenkins.tiaar betaalt. Oi hjj wil misschien geen gezeischapjuffrouw huwen; zij zeggen datny van goede lamilie is, Een andere reden, en wel licht de gewichtigste, kan zijn dat Madame niet van hem houdt." „Mij dunkt, zij houdt niet vau hem." »Ik ben er zeker van. Zij kijkt üöiü bóoa aan en wendt zich met onverholen köeineid van hem af. En zoo staan de zaken nu ongeveer," besloot Dan, mij voor zjjn woning de hand schuddende. „De kapitein is aan den eenen kant ver liefd op madame St. Vincent, aan den anderen op het geld vau Mina en ik denk dat hij er mooi mee inzit, wie van de twee hij kiezen zal. Nacht Johnny Ludlow. Vergeet niet dat dit ge heel onder ons moet blijven." Wordt vervolgd.) id

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1886 | | pagina 1