NM68.
129
1886.
Dinsdag
20 Juli.
i
FEUILLETON.
Don Cesualdo.
Middelburg 19 Juli.
Dit blad verschijnt dagelijks;
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per 3jm. franco 3.50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Advertentiën 20 Cent per regel.1
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten, enz.: van 1-7 regels ƒ1.50
iedere regel meer 0.20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
MIDDELBURGSS COURANT.
Agenten te Vlissingen: P. Gr. de Vet Mestdagh Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kminingen: P. van dek Peul, te Zierikzee: A. C. de Mooij, te TholenW. A. van Nieuwenhüuzen, te Terneuzen.-A.van dek Peijl Jz.
Hoofdagenten voor het Buitenlandte Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Datjbe Cie., John EJones, opvolger
In tegenstelling van het Zaterdag medegedeelde
bericht, meldt de Tijddat mr R. J. graaf Schim-
melpenninck van Nijenhuis heeft te kennen ge
geven, dat hij meende tegenover een ander lid
der afgetreden rechterzijde geen candidatuur te
moeten aannemen, De r.-k. kiezersvereeniging
Recht voor allen te Amersfoort handhaaft niette
min zjjne candidatuur, in de hoop dat hij bij eene
mogelijke keuze zich de benoeming zal laten
welgevallen.
En thans schrijft de Tijd eene krachtige be
strijding van den heer Keuchenius, die destijds
door hetzelfde blad voor Middelburg warm werd
aanbevolen.
„Dat is onze politiek", zal het Amsterdamsche
orgaan verzekeren 1 Zeer goed, maar toch van
een buitengewoon treurig soort.
Om den vroeger aanbevolene te bestrijden be
veelt men zelfs iemand aan, die geen candidatuur
wilde aanvaarden.
In zijn wederantwoord op het adres van de eerste
kamer verklaart de koning, dat Z. M. met welge
vallen heeft vernomen dat de kamer de taak, die
haar wacht, onder Gods zegen, met ijver hoopt
te vervullen.
De koninklijke familie is Zaterdag weer naar
het lustslot te Soestdijk vertrokken.
In de heden middag, onder voorzitterschap van
den heer mr. G. N. de Stoppelaar, gehouden ver
gadering van de kamer van koophandel alhier,
die door slechts 8, later 9 leden werd bijgewoond,
kwam ter tatel een afschrift van een adres aan
den minister van waterstaat betrekkelijk de
verhooging van het binnenlandsch telegraaftarief
door de kamer van koophandel te Amsterdam
gezonden.
Op voorstel van den voorzitter werd, na discussie,
goedgevonden om, evenals door andere kamers
reeds gedaan is, zich tot de regeering te wenden
met een adres van adhesie aan het verzoek der
zusterkamer te Amsterdam.
In de tweede plaats werd mededeeling gedaan
van een schrijven van de heeren Ribbink van
Bork en Co., waarbij zij verzoeken den steun der
kamer om de bepalingen van het ontwerp van
wet tot regeling der gemeenschap door electri-
sche telefonen te wjjzigen op grond dat, ingeval
die wet wordt aangenomen, de telegraphische
gemeenschap in grootere plaatsen zeer zou wor
den bemoeilijkt en in kleinere onmogelijk ge
in aakt.
Dit stuk werd in handen gesteld van de com
missie voor de maand.
Verder werd mededeeling gedaan van enkele
ingekomen stukken, terwijl eene enorm groote
verzameling boekgeschenken in pracht-, kleurige-
16.
Een schets door Otiida.
IV.
Zoolang de man nog in Marca was, koesterde
Gesualdo nog altjjd de flauwe hoop dat hij hem
eenmaal zou overreden om voor een gerechtshof
te bekennen wat hg in de kerk bekend had, of
dat eenig gevolg van de misdaad tot de ontdek
king zjjner schuld zou leiden. Maar nu de boos
wicht de zee was overgestoken en verdwenen was
in die volslagen duisternis, welke het leven der
armen en onaanzienljjken verzwelgt, zoodra zjj
het gehuchtje verlaten hebben, waar hun naam
nog iets beteekende voor hunne buren, nu was
die hoop voor goed vervlogen; en Gesualdo ver
weet zich met wroeging dat hjj den strjjd om de
ziel van dien ongelukkige niet gewonnen had;
dat hij niet welsprekend genoeg, of wjjs genoeg,
of streng genoeg was geweest om hem tot de
bekentenis van zjjn afschuw el jjk geheim voor de
wet te brengen.
Die mislukking beschouwde hjj als een bewjjs
van den toorn des hemels tegen zich zelf.
„Hoe durf ik," dacht hjj, „hoe durf ik, zwak,
bedeesd en nutteloos als ik ben mjj een dienaar
Gods noemen en trachten de zielen van anderen
te leiden?"
Hjj had gemeend, geljjk een dwaas, zooals hjj
en andere banden, ook ingenaaid, voor het archief
werd bestemd.
Op 1 Sept. zal aan de 1" afd. krijgsschool te
Breda o. a. worden gedetacheerd de 2e luit. P.
E. Pichal van het 3e reg. vest.-artillerie.
Door de directies der voornaamste hier te lande
verschijnende dagbladen is aan de Tweede kamer
der staten-generaal een adres gezonden, waarin
de kamer verzocht wordt door haren invloed te
beverken, dat het op 7 Juli ingevoerd tarief voor
binnenlandsche telegrammen ten spoedigste worde
vervangen door een lager tarief of dat althans
voor de dagbladen het oude tarief van kracht blijve.
Benoemd tot ontvanger der registratie voor de
burgerlijke akten te 's Gravenhage J. H. van
Nouhuys, ontvanger der registratie voor burg
akten n°. 3, te Amsterdam.
Na aandachtige overweging van het voorloopig
verslag heeft de min. van justitie het wetsontwerp
tot partieele wjjziging van het Wetboek v. Burg.
Rechtsvordering, behoudens één punt, onveran
derd weder ingediend, in afwachting van andere
voorstellen o. a. aangaande de termijnen van
cassatie en appèl die hjj te bekwamer tijd
wenscht te doen.
De aangebrachte wijziging in het ontwerp strekt
om in art. 70 B. R. aan ieder der verschenen
partpen het recht toe te kennen om verstek we
gens niet-verschijning aan de niet-verschenen
party te doen beteekenen.
Een nieuwe uitgave van onze wetboeken, in de
nieuwe spelling acht ook de minister niet aanbeve-
lingwaard,zoo wel om de vele particuliere bezwaren,
als omdat vele speciale wetten reeds in de oude
spelling zouden blijven.
Bij de wederindiening van het in de vorige
kamer aanhangig gebleven wetsontwerp, houdende
nadere bepalingen omtrent den acejjn3 op de
suiker, heeft de minister van financiën tevens
beantwoord de opmerkingen, in het vroegere af-
deelingaverslag gemaakt.
Pinancieele redenen weerhouden alsnog van de
verlaging van den suikeraccijns. Behoedzaamheid
is noodig om de schatkist voor belangrijk verlies te
vrjjwaren. Ook in Engeland hadden de opvol
gende verlagingen van den suikeraccijns sedert 1863
in lange niet een geljjke vermeerdering van het
gebruik tengevolge. In het tijdvak 18631873
(laatste jaar der heffing) verminderde die accjjnB
in het geheel met 84 pet., terwijl het gebruik
per hoofd met slechts 44£ pet. toenam.
Overeenkomstig den uitgesproken wensch is aan
dit ontwerp toegevoegd de bepaling van de aan
hangige tariefwet, waarbij de regeering zich voor
behoudt bij algemeenen maatregel van inwendig
bestuur het invoerrecht voor suikerhoudende
goederen te regelen in verhouding tot de belas
ting voor de daarin vervatte „suiker".
Voor 't overige is in het aanhangig ontwerp
geen verandering gebracht.
tot zich zelf zei, in staat te zjjn het geweten
van dien man wakker te schudden en hem tot
openlijke bekentenis te nopen; en nimmer was de
gedachte aan de mogeljjkheid van een vlucht bjj
hem opgekomen, hoe eenvoudig die weg ook was
voor een schepsel zonder wroeging, dat voortdu
rend gekweld werd door vrees voor persoonlijke
straf. Hjj, hjj alleen ter wereld kende de schuld
van dien manhjj, hij alleen bezat de macht om
Generosa te redden en kon geen gebruik maken
van die macht, omdat het geheim van zijn heilig
ambt op hem gelegd was gelijk een ijzeren hang
slot op zijne lippen.
De dagen gingen voor hem als nachtmerries
voorbijhjj volbracht zjjn plichten werktuigelijk,
half onbewust; het vreeseljjke dilemma, waarin
hij verkeerde, scheen zijne levensgeesten te ver-
dooveD. Hij wist dat hij er in de oogen der men-
schen vreemd moest uitzienzijn stem klonk hem
zelf zonderling in de ooren hjj begon te voelen
dat hjj geheel onwaardig was om het heilige
brood aan de levenden uit te reiken, of het laatste
oliesel aan de stervendenhjj wist dat hjj niets
misdaan had, en toch voelde hjj dat hij verloren
waB. Welke keus hjj ook deed, hjj moest altjjd
een zware zonde begaan.
De dag voor het verhoor bepaald brak aanhet
was de tiende Mei. Een warme dag, waarop de bjj en
met heele zwermen om de accasia's gonsden, de
groene boomkikvorschen vrooljjk kwaakten de vogels
lustig in de toppen der hulsten zongen en de hage
dissen uit de maandrozenhagen langs den straat*
Het wetsontwerp tot wijziging van de artikelen
13, 17, 49, 66, 92, 149 en 225 der gemeentewet
is opnieuw door den minister van binnenlandsche
zaken bij de tweede kamer aanhangig gemaakt.
Het is nagenoeg geheel onveranderd gebleven,
behalve dat voor de benoembaarheid tot ambte
naar van den burgerlijken stand als vereischten
zijn gesteld dezelfde als die in art. 96 der ge
meentewet zijn gesteld ten aanzien der benoem
baarheid tot secretaris der gemeente.
Overeenkomst tusschen den Staat en de
Schelde.
Sedert gernimen tijd zijn door de regeering
onderhandelingen gevoerd met de Kon. M« de
Schelde, te Vlissingen over wijziging van het
contract van Juni 1875, dat inmiddels tot 8 Sept.
1886 is verlengd. Daar de instandhouding van
die industrieele inrichting niet alleen wenschelijk
is in het belang der gemeente Vlissingen maar
ook van de Nederl. nijverheid en scheepvaart,
toonde de regeering zich bereid, de maatschappij
te gemoet te komen in haar streven daartoe,
door in hoofdzaak aan de door haar gewenschte
wijzigingen toe te geven. Omtrent de opzegbaar
heid van het erfpachtscontract werd spoedig over
eenstemming verkregen; de maatschappij zal de
erfpacht om de twee jaren kunnen doen eindigen
door opzegging een jaar te voren daarentegen is
de verplichting van den staat tot overneming van
gebouwen enz. voor het volle bedrag der schatting
dan beperkt tot die gebouwen, getimmerten en
vaste inrichtingen, welke nu op de terreinen aan
wezig zijn of later met toestemming van den
staat worden gemaaktterwijl de Btaat voor
alle andere gebouwen enz. slechts 65 pet. der
te schatten waarde zou verschuldigd zijn.
De overeenkomst luidt.
De ondergeteekenden
lo J. F. van Dunne, directeur der registratie
en domeinen te Middelburg, behoudens goedkeuring
bij de wet, handelend namens den staat der
Nederlanden, ter eener zijde, en
2o Jos. van Raalte, directeur der naamlooze
vennootschap koninkljjke maatschappjj de Schelde
scheepsbouw- en werktuigenfabriek, gevestigd te
Vlissingen, handelend namens de vennootschap,
en, voor zooveel noodig, met goedkeuring van
commissarissen der obligatie-leening, primitief
groot 600.000, ten laste dier vennootschap aan
gegaan bij akte den 19en December 1883, voor
den te Vlissingen resideerenden notaris Th. van
TJije Pieterse en getuigen verleden, zjjnde een
authentiek afschrift van het proces-verbaal van
het in de vergadering van aandeelhouders der
voormelde vennootschap verhandelde opgemaakt
door den te Vlissingen resideerenden notaris Th.
van Dije Pieterse, benevens een schriftelijk bewijs
van de toestemming van commissarissen van be
doelde geldleening
C. R. O. Wibaut te Vlissingen, J. H. van Eeghen
en H. J. Jolles te Amsterdam aan het voor den
weg liepen. Vele bewoners van Marca waren als
getuigen gedagvaard en zjj begaven zich naar de
stad in muilezelskarretjes of op oude sjeezen met
een ploegpaard er voor gespannen, al brommende
dat zjj een dag veldarbeid moesten verzuimen en
toch opgewekt bjj de gedachte dat zjj Generosa
in het gevangenenhokje zouden zien zitten en in
de gelegenheid zouden zijn om alles te vertellen!
wat zjj wisten en een heeleboel wat zij niet
wisten.
Talko Melegari reed er alleen met het aan
breken van den dag heen en Gesualdo, met zjjn
huishoudster en den koster, die allen opgeroepen
waren om getuigenis af te leggen, gingen, daar
zjj geen keus hadden, per diligence, die van Sant
Arturo afreed en langs stoffige wegen, over brug
gen, voorbjj heiligen beelden, winkels en smede-
rjjen, eindeljjk in de stad aankwam.
Gedurende de vier lange uren, welke dat ge
brekkige, volgepropte voertuig, met zjjne arme,
uitgehongerde, afgejakkerde beesten over den weg
hotste, door de sebaduw en het liefeljjke zonlicht
van den vroegen morgen, sprak de pastoor geen
woord. Hjj hield voor den vorm zjjn gebeden
boek in de hand en, meenende dat hjj geheel
verdiept was in heilige overdenkingen, durfden
zjjne praatzieke buren hem niet storen 5 maar
babbelden onder elkaar en bedierven de met
kamperfoeliegeur vervulde lucht door den atank
van knoflook, wjjn en tabak.
Candida keek van tjjd tot tjjd bezorgd naar
hem, vervuld ale ZÜ was met een onbestemd
Btaat bestemde exemplaar dezer akte vastgehecht,
ter andere zjjde;
verklaren
dat genoemde maatschappij bij exploit van den
deurwaarder J. Wolf te 's Gravenhage aan den
staat der Nederlanden tegen den 8en September
1885 had opgezegd de erfpacht van de gronden,
wateren en gebouwen, behooreude tot het voormalig
marine-etablissement te Vlissingen, bjj contract
van 17 Juni 1875, goedgekeurd bjj de wet van
8 September d. a. v. verkregen door A. Smit,
scheepsbouwmeester te Slikkerveer, gemeente
Ridderkerk, met bevoegdheid om zjjne uit dat
contract voortspruitende rechten in te brengen in
eene naamlooze vennootschap, daardoor als erf
pachter in zjjne plaats tredende, van welke be
voegdheid is gebruik gemaakt door oprichting
van genoemde maatschappjj de Schelde, bjj akte
van den 8en October 1875;
dat echter bij overeenkomst tusschen den staat
en meergenoemde maatschappij, dd. 22 Augustus
1885, goedgekeurd bij de wet van 4 December 1885
(Staatsblad no 210), het effect van de gedane
opzegging der erfpacht voor den tjjd van twaalf
maanden, te rekenen van 8 September 1885, is
geschorst, zoodanig dat, tenzjj inmiddels eene
nadere overeenkomst tusschen partgen tot stand
komt, de erfpacht krachtens de opzegging eindigt
met den zevenden September 1886
dat inmiddels gevoerde onderhandelingen om
trent voortzetting der erfpacht bjj wjjziging der
voorwaarden van het contract van den 17en Juni
1875 tot de volgende overeenkomst hebben geleid.
Art. 1. De erfpacht van het voormalig marine
etablissement te Vlissingen wordt door de kon.
Mij. de Schelde aldaar, in weerwil van de gedane
opzegging, waarvan de werking bjj de overeen
komst van 22 Augustus 1885 slechts tjjdeljjk is
opgeheven, voortgezet op den voet en overeen
komstig de voorwaarden, in het erfpachtscontract
van den 17den Juni 1875 vastgesteld, behoudens
de hierna volgende wjjzigingen.
Art. 2. Aan artikel 2 van dat erfpachtscontract
wordt een derde lid toegevoegd, luidende: „wan
neer de erfpacht tengevolge van de in het volgend
artikel bedoelde opzegging op den 8sten Maart
van eenig jaar eindigt, zal op dien dag tenzelfden
kantore moeten worden betaald de canon over het
laatste halfjaar, 0. a. bedragende op 8 Maart 1891
4500 en op den 8sten Maart 1901 7500".
A.rt. 3. Art. 3 van het erfpachtcontract wordt
vervangen door de volgende bepaling: „De erf
pachter heeft het recht om de erfpacht van den
8sten Maart 1886 af, na verloop van ieder tweetal
jaren te doen ophouden, mits hjj minstens éen
jaar te voren opzegging doe".
Art. 4. Art. 5 van het erfpachtscontract wordt
aldns gewijzigd:
1°, achter het eerste lid wordt de volgende
bepaling gevoegd 5 „Hjj is bevoegd zoodanige an
dere voorwerpen te maken als met di6 inrichtingen
vervaardigd kunnen worden".
2°. het tweede lid, dat nu het derde is geworden;
wordt gelezen als volgt:
voorgevoel van iets kwaads; Zjjn gelaat had een
zeer vreemde uitdrukking, vond zjj, en zjjne saam-
geknepen lippen waren zoo wit als die van een
ljjk. Toen de diligence over de keien der stad
reed, stapten alle passagiers uit bjj het eerste
wjjnhuis, dat zjj cp de markt zagen en gingen
eten en drinken, maar hjj duwde zonder een woord
te zeggen zjjn huishondster op zjjde toen zjj hem
voedsel wilde opdringen en ging de groote, kerk
binnen om alleen te bidden.
De oude stad was heet en stoffig en schaars
bevolkt. Z<jj had bruine muren en onbewoonde
groote steenen paleizen, en oude torens ook van
steen, die zich hoog in de lucht verhieven. Het
was een plaats die dierbaar was in de herinne
ring van kunstliefhebbers ter wille van eenige
fraaie schilderijen der Sienneesche school, welke
in de kerken hingen en zjj werd ter wille
daarvan nu en dan door vreemdelingen bezocht;
maar verder was zjj geheel verg, ten door de
buitenwereld, en hare bruggen met vele bogen,
die gezegd werden ten tjjde van Augustus gebouwd
te zjjn, deden zelden andere echo's weerklinken
dan die der zware wielen van de hooi- ot koren
wagens, die uit den landeljjken omtrek de Btad
binnen reden.
Het gerechtshof, waar alle groote zaken behan
deld werden, stond midden op een der kale, etille,
stoffige pleinen. Het was vroeger een oud paleis
van den magistraat geweest, en bezat muren van
schietgaten voorzientorens, groote trappen, en
kamers met beschilderde wanden, alles veel groote^