W149.
129* Jaargang.
1886.
Maandag
28 Juni.
VERKIEZING.
Middelburg 26 Juni.
Drie of meer!
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per 3/m. franco 3.50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Advertentiën: 20 Cent per regel.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten, enz.: van 1-7 regels f 1.50
iedere regel meer 0.20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Bij deze courant behoort een BIJVOEGSEL.
lHIDDELBllRGSCHU COURANT.
Agenten te Vlissingen: P. G. de Vet Mestdagh Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen: P. van dek Peijl, te Zierikzee: A. C. de Mooij, te TholenW. A. van Nietjwenhtjijzen, te Terneuzen: A.van der Peijl Jz.
Hoofdagenten voor het Buitenlandte Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Datjbe Cie., John P. Jones, opvolger
De burgemeester en wethouders van Middelburg
maken bekend -
dat de inlevering van stembriefjes voor de
benoeming van één lid wan de provinciale
stalen wan Steeland, zal plaats hebben op
Woensdag den 30 Juni a.s., van des voormiddags
negen tot des namiddags vijf uren in de beneden
achterzaal van bet raadhuis (ingang achter
deur in den Helm) terwijl de opening dier
stembriefjes in datzelfde lokaal ral geschieden
op Donderdag den 1 Juli daaraanvolgende des
voormiddags te negen ureD.
Midelburg den 25 Juni 1886.
De burgemeester en wethouders voornoemd,
P I C K
De Secretaris
A. DE VULDER VAN NOORDEN.
Veel liever een liberaal ministerie dan
een in den geest van Kuypervan een
revolutionaironder anti-revolutio
naire vlag zeilendeis ook 't ergste te
vreezen.
Wagen. Weekblad.
Toen den 17 Juni de uitslag der verkiezing
in het district Middelburg bekend werd,
een uitslag met spanning verwacht omdat men
niet zonder hoop was ging er als 't ware
een electrieke schok door het liberale Nederland.
Niet alleen in het district zelf, niet enkel
in Zeeland, neen door het gansche land juichte
men en deelde men in de vreugde der onzen
over de behaalde zege.
En geen wonder
Welk een ommekeer had plotseling plaats
gehad
Terwijl onze provincie in de laatste jaren door
vier anti-revolutionnairen en slechts een liberaal
werd vertegenwoordigd, was als met een toover-
slag de toestand veranderd en staan wij nu
voor eene liberale meerderheid.
Maar bovendien gaf ons district den krach-
tigsten stoot aan de meerderheid, die thans in
onze Tweede kamer aan den kant der linker
zijde is.
Trots alle pogingen door de leiders der
anti-liberalen in het werk gesteld en zij
spaarden moeite noch zorgen, dat moet erkend
worden behaalden wij de overwinning.
Voor een deel danken wij dat ook aan de
houding dier leiders zelve. Wij schreven het
reeds een vorig maal, dat er tussehen de ultra's
een breede zoom van gematigden ligt, die, op
grond van de jongste gebeurtenissen, huiverig
geworden zijn van de consequente toepassing
der beginselen, die de non-possumus mannen
voorstaan. Wij stonden op een gevaarlijken
tweesprong. Er op of er onder gold de leuze.
En de belangen van het vaderland werden
niet geteld; men wilde het zelfs ten verderve
voeren, mits mannen als De Savornin Lobman
en Kuyper slechts de teugels van het bewind
in handen konden krijgen.
Liever op de puinhopen met den regeeringstaf
in de hand dan in een vrij land, zonder gods-
dienstveeten, van het gezag beroofd.
Dat ergerde velen, en het getuigenis van
het Wageningsche blad, hierboven aangehaald,
toont welsprekender aan dan wij, tegenstanders,
het kunnen zeggen, hoe huiverig men, zelfs
onder eensgezinden in hoofdbeginsel, is voor
het gezag van zulke mannen.
Maar wil men nog een bewijs hoe ver het
onzalig drijven voert, men leze het verslag
van de verhandelingen der algemeene verga
dering van christelijk-nationaal onderwijsde
vorige week Vrijdag gehouden. Het is opge
komen in de Standaarddus door ons uit on-.
verdachte bron geput. Wij lezen daar, hoe de
afdeeling Amsterdam een voorstel deed, luidende:
„Dat de algemeene vergadering het als bare
overtuiging uitspreke: dat het houden van cate-
chisatiën in de lokalen der openbare school strijdig
is met eiken arbeid in bet belang van het chris
telijk onderwijs, inzonderheid met bet werk der
vereeniging voor christelijk nationaal schoolonder
wijs-"
Men ziethet gold hierbij dezelfde kwestie,
waarop de heer Gleichman reeds wees, het in
miscrediet brengen van het openhaar onderwijs,
zelfs ook daar waar het aan billijke eischen
tracht te gemoet te komen.
Dit voorstel, gewijzigd in dien zin dat de
woorden het houden van catechisatiënver
anderd werden in het geven van Godsdienst
onderwijs tot aanvullingwerd aangenomen.
Een kalm woord tot bestrijding, uit den mond
van den heer Van der Valk uit Rotterdam
mocht niet haten. Deze verklaarde zich, zoo
luidt het verslag:
„zeer beslist tegen het voorstel-Amsterdam. Dat
de wet toelaat om op openbare scholen godsdienst
onderwijs te geven, is hem een bewijs, dat de
Heere Jezus regeert ook te midden van zijn
vijanden, die bij dwingt, hun scholen voor Hem
te ontsluiten. De aanneming van het voorstel-
Amsterdam schijnt dezen spreker kleingeestig,
bekrompen, ondankbaar toe; neen meer nog, hi)
zou 't ongehoorzHamheid noemen aan een Koning
der koningen, die gezegd heeft. „„Gaat uit op
de straten en wegen!"" en wederom„„Predikt
bet Evangelie aan alle creaturen En wat wil
men nu? Juist arme kinderen, die door dit voor
stel getroffen worden, berooven van de Evangelie
prediking, nn nog mogelijk gemaakt door de wet?
En waarom Uit berekening omdat men bang is
dat de Christelijke school schade lijden zal."
Doch dit mocht niet baten, de onverzoenlijken
behaalden de overwinning, de drijvers tot het
uiterste behielden het terrein.
En aan hun hoofd staat de man van het
scherpste woord dat in den hedendaagschen
strijd is gesproken, staat jhr. mr. A. F. de
Savornin Lohman, over wien de kiezers in het
district Goes Dinsdag a. uitspraak moeten doen.
Ook in dat district ontwaakte nieuw leven.
En al mogen de liberalen daar op geen over
winning bogen, hunne krachtsontwikkeling,
hun energie op 15 Juni wekten toch niet
weinig bewondering.
Jhr. Lohman, het philosophisch hoofd der
anti-revolutionnaire partij, in herstemming! Dat
feit reeds was van zooveel gewicht dat het
diende opgeteekend in de politieke geschie
denis van den dag.
En men wenscht nog verder te gaan. Aan
gevuurd, als 't ware, door het aanvankelijk
succes, is men in de liberale gelederen druk
pi de weer om zich te versterken, de twijfel-
aebtigen te overtuigen, de flauwbartigen wakker
te schudden.
Of het gelukken zal den hoofdman te ver-
dryven?
Nu er tweedracht is in het kamp der tegen
partij is er eenige kans, hoe gering ook. Maar
omdat daarop in de verste verte niet te re
kenen valt, dient men met alle macht op te
rukken om ten minste te beproeven éen zetel
te veroveren.
Op de goede keuze van candidaten hebben
wij reeds vroeger gewezen. Trouwens, zelfs
de tegenpartij kon over hen geen enkel on
gunstig woord uiten.
Wel bestreed zij hunne beginselen, maar
stelselmatig werd het practisch belang, dat
gelegen is in het voorrecht twee afgevaardigden
in eigen kring te hebben, verzwegen. En ook
dat dient toch hij de kiezers niet licht te
wegen, vooral niet nu in jhr J. L, C. Pompe
van Meerdervoort een man is gevonden, die
een hoofdbron van bestaan op Beveland van
nabij kent. Geen wonder dat hij bij eerste
stemming reeds het grootst aantal stemmen
verwierf. Ook mr L. A. Bybau, jong en
voortvarend waar het de algemeene zaak
betreft, wiens naam een goeden klank heeft,
mocht zich in een voor een liberaal candidaat
ongekend aantal stemmen verheugen.
Dat alles zijn zulke gunstige teelcenen, dat
wij hoop hebben op eene vermeerdering van
het getal drie, waarin het vrijzinnige Zeeland
zich reeds mag verblijden.
En gelukt het niet, kan geen der beide
heeren, noch jhr. J. L. C- Pompe van
Meerdervoort, noch mr. L. A. Bybau
de overwinning behalen, wij mogen tevreden
en dankbaar zijn met het verkregene, omdat
wij ons vast overtuigd houden dat de liberalen
in het district Goes geen schuld aan een neer
laag hebben en Dinsdag zullen strijden met
een vuur, de goede zaak waardig
Voor dien ijver verdienen zij reeds even
veel waardeering als in ons district de liberalen
voor hunne overwinning.
En bij een neerlaag hebben wij liberalen
gelukkig niets te verliezen.
Tot onze verwondering zagen wij uit eene
advertentie in dit nommer dat de antirevolution-
naire kiesvereeniging Voor Nederland en Oranje
graaf Van Lijnden tot candidaat heeft gesteld voor
lid der provinciale staten.
Zonder eenige nadere opheldering wordt die
heer, onlangs verworpen als ongeschikt voor
de partij, want zij stelde toen zelfs een candidaat
tegenover hem, nu als haar candidaat den kiezers
aanbevolen.
Bij wie schuilt de mystificatie
Heeft graaf Van Lijnden concessies gedaan;
dan dient elk liberaal wel ernstig zich te beden
ken vóór hij hem zyn stem geeft.
Of stelde de kiesvereeniging zich tevreden met
halve verzekeringen en rolde zij haar vaandel, dat
zij hoog verhief toen zij zich sterk gevoelde, op?
Dan teekende zij nu haar eigen doodvonnis.
Het Centrum geeft ons natuurlijk geen gelijk in
onze bewering over de vrijheid die men Jaier in
ons land, geniet om zijn godsdienst te belijden.
Dat was te wachten. Het werpt allerlei excepties
op en geeft ten slotte een staaltje van zijn ge
heugen in de volgende regelen
„Wij herinneren ons ook, dat herhaald el jjk in
liberale bladen de aandacht is gevestigd op de
bedenkelijke toename der kloosterbevolking in de
zuidelyke provinciën, en als het blad wyst op
andere landen, waar de liberalen steeds de maat
regelen van kerkvervolging zouden hebben ver
worpen, dan denken wy b.v. aan de liberalen in
Italië, in Zwitserland en in Frankrijk. Of waren
en zijn zy het niet, die uit alle macht de kerk
en den godsdienst bestrijden en trachten uit te
roeien
Daartegen voeren wij aan dat het wijzen op de
toename der kloosters volstrekt niet ten doel had
om hunne bevolking in de uitoefening van hunne
godsdienstige plichten te belemmeren. Het gold
louter de kwestie otn door meer toezicht op die
inrichtingen, zooals in eiken geordenden staat
past, te waken tegen misbruiken die het algemeen
zouden kunnen schaden.
En het is eigenaardig dat het Centrum als voor
beeld van landen, waar vervolging plaats had,
noemt twee katholieke en een ultra-protestantsch
land.
Omtrent Frankrijk en Italië zouden wij willen
vragen hebben de clericalen, de ultra's, de drijvers
het er soms naar gemaakt Plaatsten zij zich
soms te scherp tegenover den staat, die aller
belangen moet behartigen Op die vragen zal
hel Centrum zelf het best antwoord kunnen geven.
En wat Zwitserland betreft: het blad kan
daaruit met de zynen opnieuw keren hoe aan
genaam bet wezen zal, wanneer hunne bondge-
nooten, de ultra-orthodoxe protestanten, eens de
bovenhand kregen. Juist om dat tegen te gaan,
om in ons vrije Nederland zulke vervolgingen te
voorkomen bestrijden wij de clericalen, d. w. z.
de uitersten, zoowel op protestantsch als op
Roomsch kerkelijk gebied, die hetzelfde zouden
wenschen, waarvan het Centrum onzedelyk genoeg
is den liberalen de schuld te geven.
Maar wij begrijpen het zeer goedhet is in
het belang van de party die het blad dient om
de vrijzinnigen verdacht te maken. En dan is
elk middel geoorloofd.
De redactie van de Standaard schijnt de han
delwijze der heeren De Meulemeester c. s. tegen
over de heeren Schaepman en Schimmelpenninck
alles behalve aardig te vinden. En geen wonder.
Zoo iets had zij zeker niet verwacht en de ver
kiezing van den heer Schimmelpenninck loopt
gevaar deerlyk in het water te vailen.
Toch houdt zij zich nog aan een stroohalm vast.
Zy voegt aan ons bericht toe
„Men zal wèl doen ook hierby in 't oog te
houden, dat niet alle verkiezingsberichten onvoor
waardelijk als vertrouwbaar kunnen worden aan
genomen."
Hoe jammer dat de betrouwbaarheid van het
bedoelde bericht boven allen twyfel is verheven 1
De gisterenavond alhier op de bovenzaal der
sociëteit de Vergenoeging gehouden vergadering
der kiesvereeniging Eendracht maakt macht was
zeer druk bezochteen 80tal leden waren tegen
woordig of vertegenwoordigd.
De voorzitter, mr. E. Fokker, opende de ver
gadering met eene korte toespraak, waarin hy
wees op den gunstigen afloop der gehouden
kamerverkiezing. Hij deed dat niet om een
triomfkreet te doen hooren, maar om te constateeren
dat er bij die gelegenheid volmaakte eendracht
had geheerscht. ABen, aan wie slechts gedacht
was of die genoemd waren als candidaat, hadden
hunne medewerking verleend om alle machten
te concentreeren op de gestelde candidaten. Een
woord van dank werd hun daarvoor toegebracht.
Maar ook al de liberalen, al de leden der kies
vereeniging hadden meegewerkt om eendracht te
bevorderen. Moreel en financieel hadden zij de
goede zaak gesteund. Bjj wien het bestuur ook
aanklopte, het vond daar steeds welwillend en
ijverig gehoor. De vijf bestuursleden konden niet
alles doen maar de leden der kiesvereeniging
stonden hen dapper terzij.
De heer Fokker eindigde zyn toespraak met
den wensch dat, als in 1887, hetzy door ont
binding der kamer of door eene periodieke aftreding,
weêr eene verkiezing noodig mocht zijn, het
eveneens mocht gaan als in 1886. De strijd zon
ook dan hard wezen, en ieder moest dan weêr
op zijn post zijn.
Door familie-omstandigheden was de secretaris
verhinderd tegenwoordig te zyn, zoodat zyn taak
door een ander bestuurslid werd waargenomen.
Door de toetreding van 37 nieuwe leden is het
geheele (aantal daarvan thans gestegen tot 254.
Verder kwam de a. verkiezing voor een lid der
prov. staten ter sprake. Het bestuur deed, op
verschillende gronden en overeenkomstig art. 23
der statuten, het voorstel om zich ditmaal van
het stellen van een candidaat te onthouden.
Hoofdzakelijk berustte dit advies op grond van
de aanbeveling, in de couranten, van graaf Van
Lijndenhem stellen kon de vereeniging echter
niet, maar het is toch bekend dat hy ook geen
tegenstander van de liberalen is, al schaart hy
zich ook niet aan hunne zyde.
Op eene vraag hoe men tegenover den heer
Sprenger stond, verklaarde deze dat hij met het
voorstel van het bestuur volkomen instemde.
Vóór Zaterdag had bij te kennen gegeven geen
candidatuur te wenschen, maar tevens dat, mocht
hij door dit bestuur en de meerderheid der ver
gadering als candidaat werden gewenscht, hy
zich, hoe ongaarne ook, een candidatuur zou laten
welgevallen. Na dien tijd zijn echter in de
liberale Midd. Crt aanbevelingen van den heer
Van Ljjnden geplaatst, wat de heer Sprenger
betreurde. Op hem hadden deze daarom een
slechten indruk gemaakt, omdat zoo kort na do
hulde, aan het bestuur gebracht by gelegenheid
van den gunstigen afloop der kamerverkiezing,
men onkiesch genoeg was om vooruit te loopen
op een beslissing van die zyde en van de verga
dering. Hy vermoedde toch, dat er ook van
liberalen kant zulke aanbevelingen waren gekomen
Maar toch ook daarom zag de heer Sprenger
gaarne het voorstel van het bestuur aangenomen.
Dit geschiedde dan ook met algemeene stemmen
op éen na, nadat de voorzitter had medegedeeld,
dat het bestuur niet, zonder eerst den heer
Sprenger te spreken, besloten was het voorstel ta
doen dat het nu ter tafel had gebracht.
In hare gisterenavond gehouden vergadering,
ter bespreking van een candidaat voor de
provinciale staten, tengevolge van het bedanken
des heeren J. A. de Wolff, besloot de kiesver
eeniging Plicht en Recht te Vlissingen geen can
didaat te stellen.
Uit Yerseke schrijft men ons:
In de raadsvergadering van Vrijdagavond werd
het nieuwe raadslid J. <J. van der Burght geïnstal
leerd en daarna de heer G. Schipper tot wethouder
gekozen, die deze betrekking aannam.
Betreffende het stichten van een post- en tele
graafkantoor werd, op advies der daartoe benoemde
commissie, met algemeene stemmen besloten den-
ministerte verzoeken om den hoofdopzichter van
's rijks gebouwen te doen onderzoeken of het nu
bestaande telegraafkantoor zoodanig verbouwd kan
worden, dat het als post- en telegraafkantoor
kan dienst doen.
Een request van een 40tal schippers alhier om
den ingang der haven te verbeteren werd aange
houden tot het opmaken der volgende begrooting.
Op de door de ged. staten voorgestelde en den
gemeenteraad goedgekeurde wijzigingen in bet
contract met de Nuderd. Herv. kerk omtrent deu
bouw van een toren heett het bestuur dier kerk
geantwoord, dat hat zich met de aanvulling omtrent
het gebruik van het toegangspa! kan vereenigen
maar niet met de wyziging omtrent het luiden.
Het heett nu deze bijvoeging voorgesteld:
„Gedurende de beide Zondags-godsdienstoefenin
gen mag nimmer begraven worden, en wanneer de
gemeente de klok noodig heeft om voor eene be
grafenis te luiden, dan moet daarvan 12 uren te
te voren aan het kerkbestuur worden kennis ge
geven."
De voorzitter meende, dat deze waarschuwing
bij epidemieën niet altjjd mogelijk was, en begon
tegelooven dat de kerk den torenbouw stelselmatig
tegenwerkte. Op voorstel van den heer Laban
werd met algemeene stemmen besloten het vorig
besluit van den raad ongewyzigd te handhaven.
Yerder gelukte het omtrent het salaris vaneen
te benoemen klerk ter secretarie tot eene beslis*