Tertrotten ei aangekomen schep. G G •e? G t: De voorzitter meent dat de eigeaüljke prin- cipieele kwestie beter blijkt uit bet artikel be trekkelijk het personeel en de traktementen. Voornamelijk is er bezwaar tegen de jaarwedde van 700 voor eene onderwijzeres uitgetrokken. De heer De Stoppelaar zegt dat, ofschoon hij eenige sympathie heeft voor het voorstel van den voorzitter, het overbodig is te zeggen dat hij er tegen stemmen zal. Hij heeft medegewerkt aan het voorstel der commissie van toezicht en zag dat liever gehandhaafd. Dit punt, alsnu in stemming gebracht, wordt met 11 tegen 5' stemmen aangenomen. De heeren Snijders, W. A. van Hoek, J. A. van Hoek, De Stoppelaar en Jeras stemden tegen. De wijziging der verordening, regelende het getal lagere scholen en den omvang van het onderwijs, wordt, zooals die is voorgesteld, zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Bij de voorgestelde wijziging van de verorde ning, regelende het getal onderwijzers, de akten die zij bezitten moeten en de jaarwedden, vraagt de heer mr. J. A. van Hoek het woord. Onder de vele verrassingen, zegt deze, die gis teren avond den raadsleden werden bereid, behoort ook die dat uit de door den voorzitter gegeven toelichting is gebleken hoe aan de onderwijzeres op eene jaarwedde van ƒ700 de rol van assche- poetster is toebedeeld. De voorzitter onderschrijft das wat de com missie van toezicht in haar rapport heeft gezegd; hij is dns ook de meening toegedaan dat ook onderwijs voor meisjes van den leeftijd, als die op de meisjesschool komen, niet dienstig is. De voorzitter zal zeker de vraag niet ten kwade duiden: wat geeft recht tot die meening, op welke gronden berust ze, waar heeft men de ondervinding op gedaan, die tot deze uitspraak heeft geleid? Is dat gebleken aan de nog bestaande school of aan eene andere? Spreker gelooft van neen. De autoriteiten die uitspraak gedaan hebben verklaren er zich ook niet tegen. Hoe komt men dan tot de veroordeeiing? Het ideaal van onderwijs is zeker wel datéene onderwijzeres eene klasse scholieren van de laagste naar de hoogste klasse leidde. Natuurlijk is dat niet te bereiken, maar er zooveel mogelijk naar streven kan men wel. Men doet dat door voor een vak in alle klassen denzaifden onderwijzer te laten doceerea, opdat niet door verschillende methodes het onderwijs, in de eene klasse gegeven, blijkt onsamenhangend te zijn met dat, ia eene volgende klasse verstrekt. Spreker constateert dat de commissie van toe- zicht in gebreke gebleven is het bewijs te leve ren dat het vakonderwijs niet deugt. De voorziter zegt dat de kwestie van de hier bedoelde onderwijzeres zeker niet kan ge zegd worden uit de lucht te zijn gevallen. Reeds lang geleden zijn de leden daarvan bij een ver trouwelijk schrijven in kennis gesteld. Wat aangaat de geciteerde autoriteiten merkt de voorzitter op dat die het zelden eens zijn, ook hier niet; de beide heeren die over de zaak hunne meening zeiden, de heeren Japikse en Morren, zijn van een tegenovergesteld gevoelen. Het vakonderwijs is, naar verscheiden autori teiten op het pedagogisch gebied verklaren, zeer tegengevallen. Meisjes van 12 jaar, die gewoon zijn geweest aan eene klasse-onderwijzeres, zijn niet geschikt om op dien leeftijd academisch onderwijs te genieten. Art 3bis wordt nu in stemming gebracht en met 12 tegen 3 stemmen aangenomen. De heeren Snijders, J. A. van Hoek, en Jeras stemden tegen; de heer Van Berlekom heeft de vergadering verlaten. Bij de bepaling der traktementen stelt de heer W. J. S p r e n g e r een amendement voor om alle personeele toelagen te doen vervallen. Hij doet dit, zegt hij, omdat, nu eene geheel nieuwe inrichting wordt gemaakt, er geene reden bestaat om de vast te stellen traktementen door personeele toelagen te verhoogen. De heer mr W, A. van Hoek zegt dat bij al de verrassingen, die de behandeling van de voorstellen omtrent de middelbare meisjesschool den raadsleden bereid werden, het denkbeeld, door den beer Sprenger geopperd, tot nu toe de grootste verrassing is. Als spreker het wel begrepen heeft dan is het behoud der tegenwoordige leeraressen aan de te stichten school voor m. u. 1. o. een der grondsla gen geweest van het voorstel van de minderheid daarom gelooft hij niet dat den voorzitter het nu gedaan voorstel aannemelijk kan voorkomen. De voorzitter beaamt dit geheel. Het amendement, in stemming gebracht, wordt met 12 tegen 3 stemmen verworpen; de heeren Snijders, Jeras en de voorsteller stemden voor. Alsnu komt het artikel omtrent de traktements bepaling in omvraag, dat met 12 tegen 3 stem men aangenomen wordt; de heeren Snijders, J. A. van Hoek en Jeras stemden tegen. De verordening, regelende het schoolgeld, alsnu aan de orde zijnde, stelt de voorzitter voor, op grond van reeds in de vorige zitting gegeven toelichting, dit op f 80 te bepalenmet dien ver stande dat de gemeente in de schoolbehoeften moet voorzien. De beer J. Luteijn neemt het amendement, in de vorige zitting door mr W. A. van Hoek omtrent het schoolgeld ingediend, over. Hij licht dat nog met een enkel woord toe. Bij de bepaling van schoolgeld is het steeds de groote vraag of het laag of hoog zal zijn; in hnt eerste geval rekent men op een grooter aantal leerlingen en in het tweede op een grooter opbrengst. Het komt spreker echter voor dat hier de billijkheid behoort te worden betracht en bijna iedereen in de gele genheid gesteld om van de nieuwe inrichting gebruik te maken. Ds heer Tak zal niet onderzoeken of het thans gedaan amendement wenschelijk is. Hij wil een voudig vragen of het voornemen bestaat de regeling voor deze school ook toepasselijk te maken op al de overige. Want, vraagt hij. waarom op de eene school dit stelsel en op de andere weer een ander? Moet het ook niet op het gymnasium worden toegepast? Nog meer vragen rijzen bij spreker, bv. ral het volgen van het denkbeeld niet van invloed zijn bij de aangifte voor den H. O. De heer W. A. Van Hoek zegt dat het zijn plan niet geweest is zijn denkbeeld, dat speciaal betrekking had op de middelbare school, ook toe te passen op de lagere school. Hij gelooft echter dat het hoofdargument van den heer Tak niet opgaat bij deze afgescheiden inrichting. Het komt hem voor dat het niet juist is dat wat op deze school wordt toegepsst ook bij de andere moet gelden. Vooral bij deze inrichting is de vraagwelk schoolgeld zal geheven worden van belang. Om eens een praktische voorstelling te geven neemt de heer Van Hoek een huisvader, die met moeite in staat is zijn zoons eene goede opvoeding te geven. Behalve die zoon3 beeft hij ook dochters, die hij, zij het ook niet in die mate als de jongens, toch ook gaarne goed onderwezen in de maatschappij brengt. Door gradatie in het schooigeid zou zulk een huisvader geholpen zijn en allicht zijn dochters iets langer de school doen bezoeken dan anders. De heer S n ij d e r s, ofschoon gekant tegen het thans in behandeling zijnd voorstel, wecscht toch mede te werken om de schaduwzijde ervan zoo veel mogelijk te verlichten. Wijt de heer Van Hoek hem de eer aandeed kennis te geven van het in te dienen amendement, heeft spreker de uren tusschen de vergaderingen zich ten nutte gemaakt om eens na te rekenen welk gevolg dit voorstel hebben kan. Op grond van die berekening heeft spreker den heer Van Hoek den raad gegeven om, ten einde zich voor teleurstelling te vrijwaren, de cijfers uit zij a amendement weg te laten en alleen het beginsel te behouden. Datzelfde doet de heer Snijders nu ook aan den heer Luteyn, aangezien hij overtuigd is dat de uitkomaten ongunstig zullen blijken te zijn. De heer Luteyn zegt gaarne gevolg te wi^ len geven aan het idee van den heer Saijders eu neemt de cijfers uit zijn amendement. De voorzitter wijst erop dat het wensche lijk is nu een bepaald schoolgeld vast te stellen en later het amendement van den heer Luteijn uit te maken. Hij stelt daarom voor te bepalenhet schoolgeld bedraagt f 80 en daarachter te voegen dit wordt binnen 6 maanden herzien. De heer Luteyn kan zich met het aanhouden van zijn amendement wel vereenigen, doch vindt de som van SO^voorlcopig te duur. De voorzitter wijst op de 30 die voor school- behoeftea zijn geraamd, welke raming zoowel de heeren W. A. van Hoek als van der Harst te hoog vinden. Die meening is ook de heer Tak toegedaan; hij vraagt oi f 10 niet voldoende is, aangezien de schoolbehoeften toch meer dan een jaar kun nen gebruikt worden. Na eenige disexrssie hierover stelt de heer mr. W. A. van Hoek voor het schoolgeld op f 60 te brengen. Met 10 tegen 5 stemmen wordt alzoo besloten. De heeren Snijders, De Stoppelaar, Ermerins, W. J. Sprenger en Jeras stemden tegen. De wijziging in verordening V, regelende het lager onderwijs, komt alsnu in behandeling, zij luidt In art. 14 aan het slot te lezen„en voor zoo veel school G betreft alleen de leerlingen, die bewijzen van geschiktheid voor het in die school te geven onderwijs zullen gegeven hebben. De heer Tak vraagt of niet moest bepaald worden dat kinderen, die de school van mej. Klaar met vrucht hadden gevolgd, op deze school zullen worden toegelaten. De voorzitter ziet geen strijd in bet geschre vene en hetgeen de heer Tak wenscht. De voorzitter stelt voor nu over te gaan tot stemming over het geheele voorstel der minder heid. Nadat de heer Ermerins verklaard heeft nu te zullen voor stemmen, uit vrees dat anders nog kostbaarder p'annen zullen worden gemaakt, wordt het voorstel met 11 tegen 4 stemmen aangenomen. De heeren Snijders, W. A. van Hoek, J. A. van Hoek en Jeras stemden tegen. De voorzitter zegt dat, tengevolge der nu geno men beslissing, het voorstel der commissie van toezicht vervalt en de zaak als gedecideerd te beschouwen is. Nu komt het aau op de uitvoeringen aange zien de tijd dringt om met September geheel in orde te zijn neemt de voorzitter de vrijheid de noodige machtigingen te vragen om verder te handelen zooais noodig blijken zal. Dit wordt goedgevonden. De heer Snijders vraagt nog eene opgaaf van de vakken die geschrapt zijn van het onderwijs zooals dat nu is geregeld, waarop de voorzitter antwoordt dat dit zijn de letterkunde in de Nederlandsche, Franscde, Hoogduitsche en Engel- sche taal, het boekhouden, de scheikunde als zoodanig, de gezondheidsleer en de schoonheidsleer. Na de vrosger gemelde benoemingen is de vergadering gesloten. Blijkens ontvangen telegram, heeft Zr. Ms. schroefstoomschipf Java, onder bevel van den luit. ter zee le kl. "C. Hoffman, in den avond van 13 dezer Suez verlaten. Aan.boord was alles wel. U u Ga u Van Vlissingen (Haven) (Stad) Middelburg Arnemuiden 's Heer Arendskerke Goes Biezelinge Vlaka Kruiningen Krabbendijke Rillaud-Bath Woensdrecht u Bergen op Zoom Wouw Roozendaal Breda Botterdam (Beurs) (via Zevenbergen) 's Gravenhage (over Kott. E. IJS.) Amsterdam over Kotterdam(17. IJ. *p.) h Utrecht (Ooitersp) BAympoor Antwerpen (Etat) Brussel (Nord) Parijs (Nord.). Keulen KB. Het teeken beteekent de boot van Queensborough zijn Te - 7.20 6.— 9.8 i 1.40 2.42 5.58 6.50 9.22 2.3 5.26 7.20 0 5 10.45 (n) 9.10 (n) 7.30 6.7 7.- 7.29 9.32 2.14 5.38 7.32 0 6.27 (v) 9.31 (v) 2.40 5.26 6.14 9.39 2.21 5.45 7.39 0 Antwerpen (Etat). 6.8 7.35 10.36 3.38 6.37 6.27 9.52 2.34 5.58 7.54 0 Amsterdam over Utrecht RAijnspoor 7.30 12.— 3.26 5.23 6.35 5 7.23 10.1 2.43 6.8 8.3 m f Oostersp 7.23 11.45 3.20 5.13 6.43 10.10 2.51 6.20 8.16 Rotterdam (3. IJ. sp.) 5 7.35 11.55 3.25 5.20 6.50 7.35 10.17 2.58 6.29 8.23 0 's Gravenhage (over Kott. H. IJ. S.) 8.46 1.6 4.40 6.32 6.55 10.23 3.3 6.35 8.28 0 Botterdam (Beurs) (via Zevenbergen) 5.51 f 9.24 1.44 5.40 7.13 7.1° 7.5 10.33 3.13 6.46 8.38 0 6.30 10.13 11.7 2.40 6.33 8.13 7.12 10.40 3.19 6.53 8.44 0 7.28 10.51 11.5 8.14 7.20 i 8.44 8.52 7.25 10.53 3.32 7.6 9.3 0 7.39 11.1 12.8 3.25 9.3 7.35 8.9 11.4 3.42 7.17 9.13 0 7.49 11.10 12.13 3.41 5 7.38 9"1n 7.47 11.16 3.64 7.29 9.25 m 7.58 12.22 3.52 9.3° 7.56 8.23 8.40 11.25 4.3 7.38 9.34 8.11 t 12.35 4.7 9.8s 8.46 9.10 9.10 12.7 4.52 8.27 10.21 0 8.18 11.33 12.42 4.14 9.4° 9.31 5 10.— 10.— 1.8 6.8 9.34 11.12 0 8.28 11.42 12.52 4.29 9.5° 10.25 10.39 10.39 1.47 5 6.46 10.13 12.2 0 Vlake j 8.33 11.47 12.57 4.35 9.55 12.22 11.50 11.50 2.58 f 7.62 f 11.19 0 8.43 f 1.8 4.45 10.2 12.13 12.13 2.57 8.14 11.22 0 8.52 11.59 1.17 4.55 f 8.20 10.10 11.50 11.50 2.50 8.5 11.5 0 's Heer Arendskerke 9.— 12.7 1.25 5.5 10.18 10.36 10.36 10.36 1.8 5.39 i 9.48 0 Arnemuiden 9.13 1.38 5.20 10.31 11.45 11.45 11.45 2.8 7.24 11.14 0 Middelburg. 9.21 12.24 1.46 5.28 f 8.50 19.52 10.38 9.20 7.14 i 7.14 4.5 (v) f 6.10 (v) Te Vlissingen (Stad) 9.30 12.32 1.55 10.40 7.35 2.52 2.52 10.23 0 - (haven) 5.37 5 9.— f 10.— dat op het daarmede aangeduide f) De trein stopt des gedeelte van het traject alleen rijtuigen le en Dinsdags te Killand-Bath en Biezelinge, 2e kl. loopen. Deze trein neemt te Middelburg geen reizigers Deze trein stopt te Middelburg alleen om reizigers uit te laten. op en te Vlissingen alléén die, welke met Via KempenGoehBoxtel. Van T0r Neuzen 6.— 12.40 5.25 Van Gent (Gr. station) 8JS4 12.15 8.14 Van Ter Neuzen 6.30 10.5 5.50 Van Antwerpen 7.12 10.56 6.33 6.8 12.47 5.32 Selzaete 9.15 1.15 9.15 Axel 6.48 10.20 6.12 10.40 6.10 0 Philippine 0 Bas van Gent 0 6.15 12.56 6 40 Sas van Gent 9.25 1.26 9.22 7.8 10.40 6.34 St. NicoiMss 8.5 11.55 7.80 6.20 1.4 5.45 Philippine 9.38 1.85 9.30 Te St. Nicolaas 7.50 11.15 7.19 0 Hulst. 8.48 12.38 8.10 6.40 1.25 6.8 9.48 1.50 9.85 Mechelen 9.40 13.16 8.80 1.2 8.80 Te Gent (Gr. station). 7,80 2.15 6.56 Te Ter Nensen. 10.— 2 10.- Antwerpen 8.48 18.80 8.58 Te Ter Nsp.shbJ S.85 1.20 8.50 Godrskf da Gebroeders Abrahams fa Middelburg»

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1886 | | pagina 7